Radio35Selecteer Regio - Aan of Regio - Uit .
Digital Audio Broadcasting
DAB zendt radiozenders digitaal uit.
Voordelen van DAB ● DAB-zenders worden aangeduid met de programmanaam i.p.v.
met de zendfrequentie.
● Met DAB kunnen verschillende programma's (diensten) op
dezelfde frequentie worden
uitgezonden (ensemble).
● Naast hoogwaardige diensten voor digitale audio is DAB ook in
staat om programmagerela‐
teerde gegevens en een veelheid
aan andere dataservices uit te
zenden, inclusief reis - en
verkeersinformatie.
● Zolang een bepaalde DAB- ontvanger een signaal van een
zender op kan vangen (ook al is
het signaal erg zwak), is de
geluidsweergave gewaarborgd.
● Bij een slechte ontvangst wordt het volume automatisch lagergezet om onaangename gelui‐
den te vermijden.
Als het DAB-signaal te zwak is om door de radio te worden
opgevangen, wordt de weergave
geheel onderbroken. Dit kan
worden vermeden door in het
DAB-menu DAB-DAB schakelen
en/of DAB-FM schakelen te acti‐
veren (zie hieronder).
● Interferentie door zenders op naburige frequenties (een
verschijnsel dat typisch is voor
AM- en FM-ontvangst) doet zich
bij DAB niet voor.
● Als het DAB-signaal door natuur‐
lijke obstakels of door gebouwen
wordt weerkaatst, verbetert dit de
ontvangstkwaliteit van DAB,
terwijl AM- en FM-ontvangst in die gevallen juist aanmerkelijk
verzwakt.
● Na het inschakelen van DAB- ontvangst blijft de FM-tuner van
het Infotainmentsysteem op de achtergrond actief en zoekt
voortdurend naar de best
ontvangbare FM-zenders. Als TP 3 33 geactiveerd is, worden erverkeersberichten doorgegeven
van de FM-zender die de beste
ontvangst heeft. Deactiveer TP
als u niet wilt dat de DAB-
ontvangst door FM-verkeersmel‐
dingen wordt onderbroken.
DAB-instellingen Activeer de radiofunctie en kies
vervolgens de DAB-golfband om de
DAB-instellingsopties te configure‐
ren. Selecteer MENU op de interac‐
tieve selectiebalk om het DAB-menu
weer te geven.
36RadioDAB-berichten
Naast hun muziekprogramma's
zenden veel DAB-zenders ook
diverse categorieën berichten uit. Als
u sommige of alle categorieën acti‐
veert, wordt de momenteel ontvan‐
gen DAB-service bij een bericht uit
deze categorieën onderbroken.
Selecteer DAB-berichten om de DAB-
categorielijst weer te geven.
Kies de gewenste categorieën. De geselecteerde categorieën zijn
gemarkeerd met 9.
Let op
DAB-berichten kunnen alleen
ontvangen worden als de DAB-
golfband geactiveerd is.
DAB naar DAB koppeling
Als deze functie geactiveerd is, scha‐ kelt het systeem over op dezelfde
service van een ander DAB-ensem‐
ble (indien beschikbaar) als het DAB-
signaal te zwak is om door de radio te worden opgevangen.
Selecteer DAB-DAB schakelen -
Aan of DAB-DAB schakelen - Uit .DAB naar FM koppeling
Als deze functie geactiveerd is, scha‐
kelt het systeem over op eenzelfde
FM-zender van de actieve DAB-
service (indien beschikbaar) als het
DAB-signaal te zwak is om door de
radio te worden opgevangen.
Selecteer DAB-FM schakelen - Aan
of DAB-FM schakelen - Uit .
L- Band
Is L Band geactiveerd, dan ontvangt
het Infotainmentsysteem een extra
frequentiebereik. De frequenties van
de L-band bestaan uit aard- en satel‐ lietradio (1452 - 1492 MHz).
Selecteer L Band - Aan of L Band -
Uit .
Intellitext
Met de functie Intellitext kunt u extra
informatie zoals berichten, financiële
informatie, sport, nieuws, enz.
ontvangen.
Selecteer één van de categorieën en kies een specifieke optie om gedetail‐
leerde informatie weer te geven.
62NavigatieVerkeersroute
In dit submenu stelt u in hoe het
systeem met verkeersincidenten voor
en tijdens de routebegeleiding moet
omgaan.
Selecteer Instellingen fileomleiding
om het betreffende submenu weer te
geven.
Wilt u files en langzaam rijdend
verkeer in het algemeen mijden, stel
dan Langzaam verkeer vermijden in
op Aan .
Selecteer Automatisch verkeer
vermijden of Mij vragen voor
vermijden .
Soorten verkeersincidenten
Selecteer Verkeerssituaties om het
betreffende submenu weer te geven.
Selecteer de te vermijden verkeersin‐
cidenten.
TMC-stations (verkeersinformatieka‐
nalen)
TMC-stations leveren informatie over de huidige verkeerssituatie die tijdensde routeberekening wordt meegeno‐
men.Let op
Afhankelijk van het land waar u bent, is de TMC-service uitgebreid met
een PayTMC-functionaliteit in het
Infotainmentsysteem.
Selecteer TMC-station om het betref‐
fende submenu weer te geven.
De standaard-instelling is Auto, waar‐
bij van verschillende TMC-stations
gebruik wordt gemaakt.
Wilt u een specifiek TMC-station
aanhouden, kies dan het betreffende
station uit de lijst.
Wordt dit station niet meer ontvan‐
gen, dan schakelt het systeem terug
naar de Auto-functie.
Route-instellingen
Selecteer MENU op de interactieve
selectiebalk en selecteer vervolgens
Routevoorkeuren om het betreffende
submenu weer te geven.
Routevoorkeur
Selecteer Soort route om te bepalen
aan de hand van welke criteria een route moet worden berekend.Selecteer lijstoptie Snel, Milieuvrien‐
delijk of Kort .
Is Milieuvriendelijk geselecteerd, dan
kan een milieubewuste route worden
afgestemd op de belading van de
auto.
Selecteer Ecoprofiel bewerken om
het betreffende submenu weer te
geven.
Kies Daklading en Aanhangwagen
om tussen de mogelijke beladingsop‐ ties te wisselen. Stel de opties naar
wens in.
Wegtype-selectie
Selecteer in de lijst welke wegtypes er
in de routeberekening worden toege‐
staan.
Route wijzigen
U kunt ook op het pijlpictogram bij uw
volgende aanwijzing rechts op het
scherm drukken om de actieve route‐ begeleiding te wijzigen.
Het routebegeleidingsmenu wordt
weergegeven.
108RadioAls de verkeersinformatie geacti‐
veerd is, verschijnt [TP] op de boven‐
ste regel van alle menu's. Als de
actuele zender geen verkeersinfor‐
matiezender is, wordt [ ] weergege‐
ven en wordt er automatisch naar de
volgende verkeersinformatiezender
gezocht. Zodra er een verkeersinfor‐ matiezender wordt gevonden, licht
[TP] op. Wordt er geen verkeersinfor‐
matiezender gevonden, dan blijft [ ]
op het scherm staan.
Als er een verkeersbericht op de
betreffende verkeersinformatiezen‐
der wordt uitgezonden, verschijnt er
een bericht.
Annuleer het alarm om de melding te
onderbreken en naar de laatst geac‐
tiveerde functie te gaan.
Regio
Soms zenden RDS-zenders regio‐
naal verschillende programma's op
verschillende frequenties uit.
Regio op Aan of Uit zetten.
Als de regio-instelling ingeschakeld
is, worden er zo nodig andere
frequenties met dezelfde regionale
programma's geselecteerd.Is de regio-instelling uitgeschakeld,
worden alternatieve frequenties voor
de zenders geselecteerd zonder
rekening te houden met regionale
programma's.
Digital Audio Broadcasting
DAB zendt radiozenders digitaal uit.
Voordelen van DAB ● DAB-zenders worden aangeduid met de programmanaam i.p.v.
met de zendfrequentie.
● Met DAB kunnen verschillende programma's (diensten) op
dezelfde frequentie worden
uitgezonden (ensemble).
● Naast hoogwaardige diensten voor digitale audio is DAB ook in
staat om programmagerela‐
teerde gegevens en een veelheid
aan andere dataservices uit te
zenden, inclusief reis - en
verkeersinformatie.● Zolang een bepaalde DAB- ontvanger een signaal van een
zender op kan vangen (ook al is
het signaal erg zwak), is de
geluidsweergave gewaarborgd.
● Bij een slechte ontvangst wordt het volume automatisch lager
gezet om onaangename gelui‐
den te vermijden.
Als het DAB-signaal te zwak is om door de radio te worden
opgevangen, wordt de weergave
geheel onderbroken. Dit
probleem kan worden vermeden
door in het DAB-optiemenu DAB
naar DAB koppelen en/of DAB
naar FM koppelen te activeren
(zie onderstaand).
● Interferentie door zenders op naburige frequenties (een
verschijnsel dat typisch is voor AM- en FM-ontvangst) doet zich
bij DAB niet voor.
● Als het DAB-signaal door natuur‐
lijke obstakels of door gebouwen
wordt weerkaatst, verbetert dit de
ontvangstkwaliteit van DAB,
Radio109terwijl AM- en FM-ontvangst in
die gevallen juist aanmerkelijk
verzwakt.
● Na het inschakelen van DAB- ontvangst blijft de FM-tuner van
het Infotainmentsysteem op de
achtergrond actief en zoekt
continu naar de FM-zenders met
de beste ontvangst. Als TP
3 107 geactiveerd is, worden er
verkeersberichten doorgegeven
van de FM-zender die de beste
ontvangst heeft. Deactiveer TP
als DAB-ontvangst niet door FM- verkeersberichten moet worden
onderbroken.
DAB-menu Activeer de radiofunctie en kies
vervolgens de DAB-golfband om de
DAB-instellingsopties te configure‐
ren. Druk op MENU om het DAB-
menu weer te geven.
DAB-meldingen
Naast hun muziekprogramma's
zenden veel DAB-zenders ook
diverse categorieën berichten uit. Als
u sommige of alle categorieën acti‐
veert, wordt de momenteel ontvan‐
gen DAB-service bij een bericht uit
deze categorieën onderbroken.
Selecteer DAB-aankondigingen -- om
de DAB-categorielijst weer te geven.
Kies de gewenste categorieën. De geselecteerde categorieën zijn
gemarkeerd met 9.
Let op
DAB-berichten kunnen alleen
ontvangen worden als de DAB-
golfband geactiveerd is.
DAB naar DAB koppeling
Als deze functie geactiveerd is, scha‐
kelt het systeem over op dezelfde
service van een ander DAB-ensem‐
ble (indien beschikbaar) als het DAB-
signaal te zwak is om door de radio te worden opgevangen.
Zet DAB naar DAB koppelen op Aan
of Uit .
DAB naar FM koppeling
Als deze functie geactiveerd is, scha‐ kelt het systeem over op eenzelfde
FM-zender van de actieve DAB-
service (indien beschikbaar) als het
DAB-signaal te zwak is om door de
radio te worden opgevangen.
Stel DAB naar FM koppeling in op
Aan of Uit.
L- Band
Is L Band geactiveerd, dan ontvangt
het Infotainmentsysteem een extra
frequentiebereik (1452 - 1492 MHz).
Stel L Band in op Aan of Uit.