46Stoelen, veiligheidssystemenStoelen,
veiligheidssysteme
nHoofdsteunen .............................. 46
Actieve hoofdsteunen ................48
Voorstoelen .................................. 48
Stoelpositie ................................ 48
Handmatige stoelverstelling ......49
Rugleuning neerklappen ...........51
Elektrische stoelverstelling ........53
Armsteun ................................... 55
Verwarming ............................... 55
Ventilatie .................................... 55
Veiligheidsgordels .......................56
Driepuntsgordel ......................... 58
Airbagsysteem ............................. 59
Frontaal airbagsysteem .............62
Zijdelings airbagsysteem ...........63
Airbag deactiveren ....................64
Kinderveiligheidssystemen ..........65
Inbouwposities kinderveilig‐ heidssystemen ......................... 67ISOFIX-
kinderveiligheidssystemen ......70
Top-Tether-bevestigingsogen ..70Hoofdsteunen
Stand9 Waarschuwing
Alleen met correct ingestelde
hoofdsteunen rijden.
De bovenzijde van de hoofdsteun moet op gelijke hoogte zijn als de
bovenzijde van het hoofd. Is dit bij
zeer lange personen niet mogelijk,
dan de hoofdsteun in de hoogste
Stoelen, veiligheidssystemen65Verander de status alleen tijdens stil‐
stand terwijl de ontsteking is uitge‐
schakeld.
Status blijft actief tot de volgende
verandering.
Controlelamp airbag-deactivering
3 91.Kinderveiligheidssyste‐
men
Wij bevelen de volgende kinderveilig‐
heidssystemen aan die specifiek voor montage in uw auto geschikt zijn:
● Groep 0, groep 0+
Opel babywieg, met of zonder
ISOFIX -onderstuk, voor kinderen
tot 13 kg
● Groep I
OPEL Duo, Britax Römer King,
voor kinderen van 9 kg tot 18 kg
● Groep II, groep III
Opel Kid, Opel Kidfix, voor kinde‐ ren van 15 kg tot 36 kg
Let bij gebruik van een kinderveilig‐
heidssysteem op de volgende
gebruiksaanwijzingen en montage‐
voorschriften en houd u bovendien
aan de instructies die bij het kinder‐
veiligheidssysteem werden geleverd.
Houd u altijd aan de plaatselijke of
landelijke voorschriften. In sommige
landen is het gebruik van kindervei‐
ligheidssystemen op bepaalde
zitplaatsen verboden.9 Waarschuwing
Wanneer een kinderveiligheids‐
systeem op de passagiersstoel
voorin wordt gebruikt, moeten de
airbagsystemen voor de passa‐
giersstoel voorin worden uitge‐
schakeld; zo niet, dan kan het in
werking treden van de airbags het leven van het kind in gevaar bren‐ gen.
Dit is vooral van belang wanneer
naar achteren gerichte kindervei‐
ligheidssystemen op de passa‐
giersstoel voorin worden gebruikt.
Airbag deactiveren 3 64.
Airbaglabel 3 59.
9 Waarschuwing
Zorg er bij het gebruik van kinder‐
veiligheidssystemen op de achter‐
bank voor dat de rugleuningen
geheel rechtop stevig vergrendeld
zijn.
Stoelen, veiligheidssystemen67Inbouwposities kinderveiligheidssystemen
Toegestane mogelijkheden voor de bevestiging van een kinderveiligheidssysteemGewichtsklasse
Op passagiersstoel
Op zitplaatsen achterin
geactiveerde airbaggedeactiveerde airbagGroep 0: tot 10 kgXU 1UGroep 0+: tot 13 kgXU1UGroep I: 9 tot 18 kgXU1U2Groep II: 15 tot 25 kgXXUGroep III: 22 tot 36 kgXXU1:Als het kinderveiligheidssysteem met een driepuntsveiligheidsgordel wordt vastgezet, zet de stoel dan naar achteren
en in de hoogste stand. Zet de rugleuning zo ver als noodzakelijk rechtop, zodat de gordel bij de gesp gespannen is.2:Verwijder bij het gebruik van kinderveiligheidssystemen in deze gewichtsgroep de hoofdsteun achter 3 46.U:Universeel bruikbaar in combinatie met een driepuntsveiligheidsgordel.X:Kinderveiligheidssystemen zijn in deze gewichtsgroep niet toegestaan.
Toegestane mogelijkheden voor de bevestiging van een ISOFIX-kinderveiligheidssysteem
GewichtsklasseMaatklasseBevestigingOp passagiersstoelOp zitplaatsen achterinGroep 0: tot 10 kgEISO/R1XIL *Groep 0+: tot 13 kgEISO/R1XIL *DISO/R2XIL *CISO/R3XIL *
68Stoelen, veiligheidssystemenGewichtsklasseMaatklasseBevestigingOp passagiersstoelOp zitplaatsen achterinGroep I: 9 tot 18 kgDISO/R2XIL *CISO/R3XIL *BISO/F2XIL, IUF**B1ISO/F2XXIL, IUF**AISO/F3XIL, IUF**Groep II: 15 tot 25 kgXILGroep III: 22 tot 36 kgXILIL:Geschikt voor bepaalde ISOFIX veiligheidssystemen uit de categorieën 'specifieke auto', 'beperkt' of
'semi-universeel'. Het ISOFIX veiligheidssysteem moet goedgekeurd zijn voor het specifieke autotype.IUF:Geschikt voor voorwaarts gerichte ISOFIX kinderveiligheidssystemen uit de universele categorie, goedgekeurd
voor deze gewichtsklasse.X:Geen ISOFIX kinderveiligheidssysteem goedgekeurd voor deze gewichtsklasse.*:Zet de betreffende voorstoel voor het kinderveiligheidssystemen in één van de voorste standen.**:Verwijder bij het gebruik van kinderveiligheidssystemen in deze maatklasse de betreffende hoofdsteun achter
3 46.
Stoelen, veiligheidssystemen69ISOFIX-maatklasse en zitgelegenheidA - ISO/F3:Voorwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kinderen met max. lengte in de gewichtsklasse
9 tot 18 kg.B - ISO/F2:Voorwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kleinere kinderen in de gewichtsklasse 9 tot 18 kg.B1 - ISO/F2X:Voorwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kleinere kinderen in de gewichtsklasse 9 tot 18 kg.C - ISO/R3:Achterwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kinderen met max. lengte in de gewichtsklasse tot 18 kg.D - ISO/R2:Achterwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kleinere kinderen in de gewichtsklasse tot 18 kg.E - ISO/R1:Achterwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor jonge kinderen in de gewichtsklasse tot 13 kg.
70Stoelen, veiligheidssystemenISOFIX-
kinderveiligheidssystemen
Bevestig de voor de auto goedge‐
keurde ISOFIX-kinderveiligheidssys‐
temen aan de ISOFIX bevestigings‐
beugels. ISOFIX kinderveiligheids‐
systemen voor specifieke auto's
worden in de tabel aangeduid met IL
3 67.
Verwijder de windgeleider
3 42 alvo‐
rens u een kinderveiligheidssysteem
monteert en verwijder zo nodig de
hoofdsteun achter 3 67.
ISOFIX-bevestigingsbeugels zijn
aangeduid met een logo ISOFIX op
de rugleuning.
Top-Tether-
bevestigingsogen
De auto heeft twee bevestigingsogen
op de achterkant van de achterbank‐
rugleuningen.
Top-tether-bevestigingsogen worden
aangeduid met het symbool : van
een kinderzitje.
Bevestig behalve de ISOFIX bevesti‐
ging ook de Top-Tether-riem aan de
Top-Tether -bevestigingsogen aan de
achterkant van de achterbank.
Achterbankrugleuningen neerklap‐ pen 3 74.
Verwijder de windgeleider 3 42 alvo‐
rens u een kinderveiligheidssysteem
monteert en verwijder zo nodig de
hoofdsteun achter 3 67.
ISOFIX kinderveiligheidssystemen
uit de universele categorie worden in
de tabel aangeduid met IUF 3 67.
266Handrem............................. 154, 155
Handschoenenkastje ...................71
Handzender ................................. 21
Hellingrem ................................. 156
Hoofdsteunen .............................. 46
Hoofdsteunverstelling ....................8
Hulpverwarming.......................... 135
I
Inbouwposities kinderveilig‐ heidssystemen ......................... 67
Indicatie afstand tot voorligger ...166
Info-Displays ................................. 97
Inhouden ................................... 252
Inklapbare spiegels .....................30
Inleiding ......................................... 3
Instapverlichting ......................... 126
Instrumentengroep ......................86
Instrumentenverlichting .............209
Interactief rijsysteem................... 159
Interieurverlichting ......................125
ISOFIX- kinderveiligheidssystemen ........70
K Katalysator ................................. 146
Kentekenverlichting ...................208
Keuzehendel ............................. 150
Kilometerteller .............................. 87
Kinderveiligheids-systemen ..........65
Klimaatregeling ............................ 15Klimaatregelsystemen ................128
Klok............................................... 83
Koelvloeistof .............................. 197
Koelvloeistof en antivries ............240
Koelvloeistoftemperatuurmeter ...88
Koplampinstelling in het buitenland .............................. 118
Koplampverstelling ....................118
Koprolbeveiliging ..........................45
L Laadsysteem ............................... 92
Lane Departure Warning ......94, 182
Leeslampen ............................... 126
Lekke band ................................. 226
Lichtschakelaar .......................... 115
Lichtsignaal ................................ 118
Luchtinlaat ................................. 137
Luchtroosters .............................. 136
M Meters........................................... 86
Mistachterlicht ...................... 96, 124
Mistlamp ...................................... 96
Mistlampen ................................ 204
Mistlampen voor ........................123
Motorgegevens .......................... 248
Motor-ID...................................... 244
Motorkap .................................... 195
Motorolie .................... 196, 240, 245Motoroliedruk ............................... 95
Motor starten ............................. 140
N Nieuwe auto inrijden ..................140
O Obstakeldetectiesystemen .........167
Olie, motor .......................... 240, 245
OnStar ........................................ 110
Ontlaadbeveiliging accu ............127
Opbergruimte................................ 71
Opbergruimte achter..................... 76
Opbergruimte voor........................ 72
Opbergvakken .............................. 71
Opbergvak middenconsole ..........73
Opgeslagen instellingen ...............22
Opschakelen................................. 93 Overzicht instrumentenpaneel .....10
P
Parkeerhulp ............................... 167
Parkeerlichten ............................ 124
Parkeren .............................. 18, 144
Park pilot met ultrasoonsensoren 167
Partikelfilter ................................. 145
Pech ........................................... 234
Pedaal intrappen .......................... 92
Persoonlijke instellingen ............105
Pollenfilter .................................. 137
Portieren ....................................... 25