521-1. Voor een veilig gebruik
IS300h_EE(OM53D89E)
■Wanneer moet u contact opnemen met een erkende Lexus-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige
In de volgende gevallen zal controle en/of reparatie van de auto nodig zijn. Neem zo snel
mogelijk contact op met een erkende Lexus-de aler of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeer de en uitgeruste deskundige.
●Nadat een of meer SRS-airbags zijn geactiveerd.
●De voorzijde van de auto is beschadigd of ver-
vormd of de auto was betrokken bij een onge-
val dat niet van zodanige aard was dat de
airbags vóór werden geactiveerd.
●Bij beschadiging of vervorming van een
gedeelte van een portier of het omliggende
gebied of bij een ongeval dat niet van zoda-
nige aard was dat de side airbags en curtain
airbags werden geactiveerd.
●Bij krassen, scheuren of andere beschadigin-
gen aan het stuurwielkussen of het dashboard
bij de voorpassagiersai rbag of het onderste
gedeelte van het instrumentenpaneel.
●Bij krassen, scheuren of andere beschadigin-
gen aan de zijkant van de leuning van een
voorstoel met een side airbag.
●Bij krassen, scheuren of andere beschadigin-
gen in het deel van de voor- en achterstijl en
de daklijstbekleding me t de curtain airbags.
IS300h_OM_Europe_OM53D89E.book P age 52 Tuesday, November 29, 2016 2:44 PM
1082. Instrumentenpaneel
IS300h_EE(OM53D89E)
■Hoofdteller (F SPORT-uitvoeringen)
Beweegt tussen de positie in het
midden en rechts.
De helderheid van de dashboardverlichting kan worden ingesteld. Donkerder
Helderder
■Tellers en display worden verlicht als
Het contact AAN staat.
■Aanpassing van de helderheid van het dashboard
De helderheid van de dash boardverlichting kan afzonder lijk worden aangepast wanneer
de achterlichten branden en wanneer de achterlichten uit zijn. Wanneer de omgeving
echter licht is (bijvoorbeeld overdag), wordt de helderheid van de dashboardverlichting
niet aangepast wanneer de achterlichten worden ingeschakeld.
De weergave wijzigen
Dimmer dashboardverlichting
1
2
IS300h_OM_Europe_OM53D89E.book P age 108 Tuesday, November 29, 2016 2:44 PM
1403-1. Informatie over sleutels
IS300h_EE(OM53D89E)
■Sleutelkaart (indien aanwezig)
●De sleutelkaart is niet waterdicht.
●De mechanische sleutel die zich in de sleutelkaart bevindt, mag uitsluitend in noodge-
vallen worden gebruikt, bijvoorbeeld wanneer de elektronische sleutel niet goed werkt.
●Als de mechanische sleutel moeilijk te verwijderen is, druk dan het vergrendelknopje
met een ballpoint of iets dergelijks naar be neden. Als het dan nog steeds moeilijk is om
de sleutel er uit te trekken, gebru ik een muntstuk of iets dergelijks.
■Wanneer u de sleutel van de auto moet achterlaten bij een parkeerwachter
Schakel het beveiligingssysteem van de bagageruimte ( →Blz. 153) in en vergrendel
indien nodig het dashboardkastje (→ Blz. 485).
Verwijder de mechanische sleutel voor eigen gebruik en geef alleen de elektronische
sleutel aan de parkeerwachter.
■Als u uw mechanische sleutels verliest
Een erkende Lexus-dealer of hersteller/repara teur of een andere naar behoren gekwali-
ficeerde en uitgeruste deskundige kan een nieuwe originele mechanische sleutel maken
met behulp van de andere originele mechan ische sleutel en het sleutelnummer op uw
plaatje met sleutelnummer. Bewaar het plaatje met het sleutelnummer op een veilige
plaats buiten de auto, bijvoorbeeld in uw portemonnee.
●Om de mechanische sleutel te bewaren,
schuift u hem in de sleutelkaart terwijl u de
ontgrendelknop indrukt.
●Als het afdekkapje niet is geplaatst en de bat-
terij valt uit de sleutelkaar t, of de batterij is ver-
wijderd omdat de sleutelkaart nat is
geworden, plaatst u de batterij terug met de
positieve zijde (+) naar het Lexus-embleem.
IS300h_OM_Europe_OM53D89E.book P age 140 Tuesday, November 29, 2016 2:44 PM
1533-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren en de achterklep
3
Bediening van elk onderdeel
IS300h_EE(OM53D89E)
Om de bagage in de bagageruimte tegen diefstal te beschermen kan het bevei-
ligingssysteem van de bagageruimte worden ingeschakeld.Uitsluitend bij neerklapbare achter-
stoelen: Zet de hendels van het
beveiligingssysteem van de bagage-
ruimte in de vergrendelstand.
Schakel de hoofdschakelaar in het
dashboardkastje uit om het ope-
ningssysteem van de achterklep uit
te schakelen.Aan
Uit
Wanneer de hoofdschakelaar uit is,
kan de achterklep niet worden
geopend, zelfs niet met de afstands-
bediening of de instapfunctie.
Beveiligingssysteem bagageruimte
1
2
1
2
IS300h_OM_Europe_OM53D89E.book P age 153 Tuesday, November 29, 2016 2:44 PM
1603-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren en de achterklep
IS300h_EE(OM53D89E)
■Aanwijzing voor de instapfunctie (indien aanwezig)
●Zelfs als de elektronische sleutel zich binnen het detectiegebied bevindt, werkt het sys-
teem in de volgende gevallen mogelijk niet juist:
• De elektronische sleutel bevindt zich te dicht bij de ruit of buitenportiergreep, te
dicht bij de grond of te hoog als de portieren worden vergrendeld of ontgrendeld.
• De elektronische sleutel bevindt zich te dicht bij de grond of te hoog of te dicht bij
het midden van de achterbumper bij het ontgrendelen van de achterklep.
●Laat de elektronische sleutel niet boven op het dashboard of in de buurt van de portier-
vakken liggen wanneer u de auto verlaat. Afha nkelijk van de ontvangst van de radiogol-
ven wordt de sleutel mogelijk gesignaleerd door de antenne buiten het interieur en
kunnen de portieren worden vergrendeld vanaf de buitenzijde, waardoor de elektroni-
sche sleutel mogelijk in de auto wordt opgesloten.
●Zolang de elektronische sleutel zich binn en het detectiegebied bevindt, kunnen de
portieren door een willekeurige persoon word en vergrendeld en ontgrendeld. De auto
kan echter alleen worden ontgrendeld via de portieren die de elektronische sleutel sig-
naleren.
●Als de sleutel zich binnen het ontvangstgebied bevindt en er een grote hoeveelheid
water op de portiergreep terechtkomt (bijvoorbeeld tijdens een zware regenbui of het
wassen van de auto), kunnen de portieren worden ontgrendeld of vergrendeld. (Als de
portieren niet worden geopend en gesloten, worden deze na ongeveer 30 seconden
automatisch weer vergrendeld.)
●Als de afstandsbediening word t gebruikt om de portieren te vergrendelen terwijl de
elektronische sleutel zich in de nabijheid va n de auto bevindt, bestaat de mogelijkheid
dat de portieren niet ontgrendeld worden d oor de instapfunctie. (Gebruik de afstands-
bediening om de portieren te ontgrendelen.)
●Wanneer u de vergrendel- of ontgrend elsensor aanraakt terwijl u handschoenen
draagt, worden de portieren mogel ijk niet vergrendeld of ontgrendeld.
●Als de portiergreep nat wordt terwijl de elektronische sleutel zich binnen het werk-
zame gebied bevindt, kan het portier herhaaldelijk worden vergrendeld en ontgren-
deld. Volg in dit geval de correctieprocedure hieronder bij het wassen van de auto:
• Plaats de elektronische sleutel op een af stand van ten minste 2 meter van de auto.
(Zorg ervoor dat de sleutel niet gestolen wordt.)
• Schakel de energiebesparende functie voor de batterij in om het Smart entry-sys-
teem met startknop uit te schakelen. ( →Blz. 158)
●Als de elektronische sleutel zich in de auto bevindt en een portiergreep wordt nat tij-
dens het wassen van de auto, wordt er mogelijk een melding weergegeven op het
multi-informatiedisplay en klinkt er een zoem er buiten de auto. Vergrendel alle portie-
ren om het alarm uit te schakelen.
●Als de vergrendelsensor in aanraking komt met ijs, sneeuw, modder, enz., werkt deze
mogelijk niet goed. Reinig de vergrendelsens or en raak hem opnieuw aan of gebruik
de vergrendelsensor aan de onderzijde van de portiergreep.
●Het plotseling bedienen van de handgreep of het bedienen van de handgreep direct
nadat u het effectieve bereik bent binneng estapt, kan ontgrendeling van de portieren
belemmeren. Raak de ontgrendelsensor van he t portier aan en controleer of de portie-
ren worden ontgrendeld voordat u op nieuw aan de portiergreep trekt.
●Het ontgrendelen van de auto duurt mogelijk langer als zich een andere elektronische
sleutel in het effectieve bereik bevindt.
IS300h_OM_Europe_OM53D89E.book P age 160 Tuesday, November 29, 2016 2:44 PM
1613-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren en de achterklep
3
Bediening van elk onderdeel
IS300h_EE(OM53D89E)
■Aanwijzing voor de startknopfunctie
●Zelfs wanneer de elektronische sleutel zich binnen het effectieve bereik (detectiege-
bied) bevindt, werkt het systeem mogelijk niet goed wanneer de elektronische sleutel
op het dashboard, op de hoedenplank, op de vloer of in de portiervakken of het dash-
boardkastje ligt wanneer het hybridesysteem wordt gestart of de stand van het contact
wordt gewijzigd.
●Zelfs als de elektronische sleutel zich buit en de auto bevindt, kan het hybridesysteem
mogelijk worden gestart als de elektronische sleu tel zich in de buurt van de ruit bevindt.
■Als er gedurende langere tijd niet met de auto wordt gereden
●Auto's met instapfunctie: Bewaar, om diefstal van de auto te voorkomen, de elektroni-
sche sleutel niet binnen een afstand van 2 meter van de auto.
●Het Smart entry-systeem met startknop kan vooraf worden uitgeschakeld.
(→ Blz. 657)
■Voor een juiste bediening van het systeem
●Zorg ervoor dat u de elektronische sleutel bij u hebt als u het systeem bedient. Houd de
elektronische sleutel niet te dicht bij de auto als u het systeem van buitenaf bedient.
Afhankelijk van de positie en de conditie waarin de elektronische sleutel wordt
bewaard, wordt de sleutel mogelijk niet corr ect door het systeem gesignaleerd, waar-
door het systeem wellicht niet juist functi oneert. (Het alarm kan per ongeluk afgaan of
de functie die voorkomt dat de portieren per ongeluk worden vergrendeld, werkt wel-
licht niet.)
●Laat de elektronische sleutel niet in de bagageruimte achter.
De beveiligingsfunctie tegen het insluiten va n de sleutel functioneert mogelijk niet als
de sleutel zich op bepaalde locaties bevind t, zoals vlak bij een reservewiel (indien aan-
wezig), in de binnenrand van de bagageruim te, of door de omstandigheden waarin de
sleutel zich bevindt (zoals in een tas van me taal(folie), of dicht bij een metalen voor-
werp) of in de buurt van storende radiogolven. ( →Blz. 154)
■Als het Smart entry-systeem met startknop niet goed werkt
●Vergrendelen en ontgrendelen van de portieren en het openen van de achterklep:
gebruik de mechanische sleutel.
(→ Blz. 629)
●Starten van het hybridesysteem: →Blz. 630
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
De instellingen (van bijvoorbeeld het Smar t entry-systeem met startknop) kunnen wor-
den gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen: →Blz. 657)
■Als het Smart entry-systeem met startknop is uitgeschakeld via de persoonlijke voor-
keursinstellingen
●Vergrendelen en ontgrendelen van de portieren en openen van de achterklep:
Gebruik de afstandsbediening of de mechanische sleutel. (→Blz. 144, 152, 629)
●Starten van het hybridesysteem en wijz igen van de standen van het contact:
→ Blz. 630
●Uitschakelen van het hybridesysteem: →Blz. 220
IS300h_OM_Europe_OM53D89E.book P age 161 Tuesday, November 29, 2016 2:44 PM
1953-5. Openen en sluiten van de ruiten en het schuifdak
3
Bediening van elk onderdeel
IS300h_EE(OM53D89E)
■Aan portierslot gekoppelde werking ruiten
●De elektrisch bedienbare ruiten kunnen worden geopend en gesloten met behulp van
de mechanische sleutel.*
(→ Blz. 629)
●De elektrisch bedienbare ruiten kunnen worden geopend en gesloten met behulp van
de afstandsbediening.* (→ Blz. 144)
*: Deze instellingen moeten aan de persoonl ijke voorkeur worden aangepast door een
erkende Lexus-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
■Als de 12V-accu wordt losgekoppeld
De blokkeerschakelaar voor de ruitbedienin g wordt uitgeschakeld. Druk indien nodig na
het aansluiten van de 12V-accu op de bl okkeerschakelaar voor de ruitbediening.
■Waarschuwingszoemer bij geopende elektrisch bedienbare ruiten
De zoemer klinkt en er verschijnt een meld ing op het multi-informatiedisplay op het
dashboard wanneer het contac t UIT staat en u het bestuurdersportier opent terwijl de
elektrisch bedienbare ruiten geopend zijn.
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
Bepaalde instellingen (bijvoorbeeld de koppeling aan de portiervergrendeling) kunnen
worden gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen: →Blz. 657)
IS300h_OM_Europe_OM53D89E.book P age 195 Tuesday, November 29, 2016 2:44 PM
2003-5. Openen en sluiten van de ruiten en het schuifdak
IS300h_EE(OM53D89E)
■Waarschuwingszoemer open schuifdak
De zoemer klinkt en er verschijnt een melding op het multi-informatiedisplay op het
dashboard wanneer het contact UIT wordt gezet en u het bestuurdersportier opent ter-
wijl het schuifdak geopend is.
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
Bepaalde instellingen (bijvoorbeeld de koppeling aan de portiervergrendeling) kunnen
worden gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen: →Blz. 657)
WA A R S C H U W I N G
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatr egelen kan ernstig letsel tot gevolg heb-
ben.
■Openen van het schuifdak
●Laat geen van de inzittenden tijdens het rijden zijn/haar hand of hoofd buiten de auto
uit steken.
●Ga niet op het schuifdak zitten.
■Sluiten van het schuifdak
●De bestuurder is verantwoordelijk voor he t openen en sluiten van het schuifdak.
Laat, om onbedoelde bediening, met name door kinderen, te voorkomen, het schuif-
dak niet door kinderen bedienen. Het kan gebeuren dat een lichaamsdeel van een
kind of een andere passag ier klem komt te zitten tussen het schuifdak.
●Controleer of geen van de inzittenden een lichaamsdeel naar buiten steekt dat
bekneld zou kunnen raken als het schuifdak bediend wordt.
●Wanneer het schuifdak wordt bediend met de afstandsbediening of mechanische
sleutel, bedien dan het schuifdak nadat u hebt gecontroleerd of er geen risico is dat
een passagier met een lichaam sdeel bekneld kan raken tussen het schuifdak. Laat
kinderen het schuifdak niet bedienen via de afstandsbediening of mechanische sleu-
tel. Het kan gebeuren dat een lichaamsdeel van een kind of een andere passagier
klem komt te zitten tussen het schuifdak.
●Wanneer u uit de auto stapt, zet dan het contact UIT en neem de sleutel en het kind
met u mee. Anders kan het kind de auto mogelijk onbedoeld, uit kattenkwaad, enz.
bedienen, wat tot een ongeval kan leiden.
■Klembeveiliging
●Gebruik geen lichaamsdelen om de kl embeveiliging opzettelijk te activeren.
●Het is mogelijk dat de klembeveiliging niet werkt als het schuifda k bijna gesloten is.
IS300h_OM_Europe_OM53D89E.book Page 200 Tuesday, November 29, 2016 2:44 PM