441-1. Voor een veilig gebruik
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE)
De belangrijkste onderdelen van het SRS-airbagsysteem zijn hierboven afge-
beeld. Het SRS-airbagsysteem wordt aangestuurd door de airbag-ECU. Bij het
activeren van de airbags zorgt een chemische reactie in de ontstekingsmecha-
nismen ervoor dat de airbags snel gevuld worden met niet-giftig gas om de
beweging van de inzittenden te helpen beperken.
Onderdelen SRS-airbagsysteem
Knie-airbags
Aan/uit-schakelaar airbag
Voorpassagiersairbag
Curtain airbags
Controlelampjes PASSENGER
AIR BAG
Gordelspanners en spankracht-
begrenzers
Sensoren aanrijding opzij (voor)
Side airbags voorWaarschuwingslampje SRS
Bestuurdersairbag
Side airbags achter
Sensoren aanrijding opzij (achter)
Positiesensor bestuurdersstoel
Schakelaar veiligheidsgordel
bestuurder
Airbag-ECU
Sensoren frontale aanrijding1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE).book Page 44 Tuesday, November 29, 2016 2:56 PM
751-1. Voor een veilig gebruik
1
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE)
For safety and security
Belangrijke voorzorgsmaatregelen in verband
met uitlaatgassen
Uitlaatgassen bevatten stoffen die schadelijk zijn bij inademing.
WA A R S C H U W I N G
Uitlaatgassen bevatten het schadelijke koolmonoxide (CO). Dit is een kleurloos en reuk-
loos gas. Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Als u deze voorzorgsmaatregelen niet in acht neemt, kunnen er uitlaatgassen in de auto
terechtkomen waardoor de bestuurder duizelig kan worden en een ongeval kan veroor-
zaken, of waardoor de gezondheid van de inzittenden ernstig kan worden geschaad.
■Belangrijke punten tijdens het rijden
●Houd de achterklep gesloten.
●Als u uitlaatgassen ruikt in de auto, zelfs als de achterklep gesloten is, moet u de rui-
ten openzetten en de auto zo snel mogelijk laten nakijken door een erkende Lexus-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige.
■Tijdens het parkeren
●Als de auto zich in een slecht geventileerde omgeving of een afgesloten ruimte
bevindt, zoals een garage, moet u het hybridesysteem uitschakelen.
●Laat bij stilstaande auto het hybridesysteem niet langdurig ingeschakeld.
Als dat niet anders kan, parkeer de auto dan op een open plek en zorg ervoor dat er
geen uitlaatgassen in het interieur terecht kunnen komen.
●Laat het hybridesysteem niet draaien op een plaats waar sneeuw de afvoer van de
uitlaatgassen zou kunnen hinderen. Als sneeuw de afvoer van uitlaatgassen hindert
wanneer het hybridesysteem in werking is, kunnen er uitlaatgassen in de auto
terechtkomen.
■Uitlaatpijp
Het uitlaatsysteem dient regelmatig te worden gecontroleerd. Laat uw auto nakijken
en repareren door een erkende Lexus-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige bij gaten of scheuren als
gevolg van corrosie of beschadigingen aan verbindingsstukken, of bij een abnormaal
geluid van het uitlaatsysteem.
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE).book Page 75 Tuesday, November 29, 2016 2:56 PM
4186-3. Zelf uit te voeren onderhoud
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE)
◆Plaatsen van bandenspanningssensoren en -zenders
Bij het vervangen van banden of velgen moeten de bandenspanningssenso-
ren en -zenders ook worden geplaatst.
Als er nieuwe bandenspanningssensoren en -zenders geplaatst worden,
moeten de identificatiecodes van deze componenten worden geregistreerd
in de bandenspanningswaarschuwingssysteem-ECU en moet het banden-
spanningswaarschuwingssysteem worden geïnitialiseerd. Laat de identifica-
tiecodes van de bandenspanningssensoren en -zenders registreren door een
erkende Lexus-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige. (→Blz. 419)
◆Initialiseren van het bandenspanningswaarschuwingssysteem
■Het bandenspanningswaarschuwingssysteem moet worden geïnitialiseerd
onder de volgende omstandigheden:
●Bij het wisselen van wielen.
●Bij het wijzigen van de bandenspanning (bijvoorbeeld omdat u de rijsnel-
heid aanzienlijk gaat veranderen).
Als het bandenspanningswaarschuwingssysteem wordt geïnitialiseerd, wordt
de actuele bandenspanning als referentiespanning beschouwd.
■Initialiseren van het bandenspanningswaarschuwingssysteem
Parkeer de auto op een veilige plaats en zet het contact UIT.
Er kan niet worden geïnitialiseerd wanneer de auto rijdt.
Breng de banden op de voorgeschreven spanning bij koude banden.
(→Blz. 555)
Breng de banden op de voorgeschreven spanning voor de banden in koude toe-
stand. Deze spanning vormt de referentiespanning voor het bandenspannings-
waarschuwingssysteem.
Zet het contact AAN.
Druk op of van de bedieningstoets van het instrumentenpaneel en
selecteer .
Druk op of van de bedieningstoets van het instrumentenpaneel en
selecteer “Vehicle Settings” (voertuiginstellingen). Druk vervolgens op .
1
2
3
4
5
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE).book Page 418 Tuesday, November 29, 2016 2:56 PM
4206-3. Zelf uit te voeren onderhoud
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE)
■Bij het wisselen van wielen (auto's met bandenspanningswaarschuwingssysteem
en bandenspanningsweergavefunctie)
Zorg ervoor dat het contact UIT staat. Als de banden worden gewisseld terwijl het con-
tact AAN staat, wordt de bandenpositiegegevens niet bijgewerkt.
Wanneer per ongeluk op deze manier gehandeld is, zet het contact dan UIT en vervol-
gens AAN, of initialiseer het systeem nadat is gecontroleerd of de bandenspanning juist
is.
■Brede banden (behalve 225/50R17 banden)
In het algemeen slijten brede banden eerder en kan de grip op besneeuwde en/of
gladde wegen beperkt zijn in vergelijking met standaard banden. Gebruik daarom win-
terbanden of sneeuwkettingen op besneeuwde en/of gladde wegen en rijd voorzichtig
waarbij u uw snelheid aanpast aan de toestand van de weg en de weersomstandigheden.
(→Blz. 336)
■Als de profieldiepte van winterbanden minder is dan 4 mm
In dat geval gaat de werkzaamheid van de winterbanden verloren.
■Situaties waarin het bandenspanningswaarschuwingssysteem mogelijk niet
goed werkt (auto's met bandenspanningswaarschuwingssysteem)
●Onder de volgende omstandigheden werkt het bandenspanningswaarschuwingssys-
teem mogelijk niet goed.
• Als er niet-originele Lexus-velgen zijn gemonteerd.
• Er is een band vervangen door een exemplaar dat niet overeenkomt met de OE-spe-
cificaties (Original Equipment).
• Er is een band vervangen door een exemplaar dat niet de voorgeschreven maat heeft.
• Er zijn sneeuwkettingen gemonteerd.
• Er is een run-flat band met ondersteunende ring gemonteerd.
• Als de ruiten zijn voorzien van een coating die de ontvangst van de radiografische sig-
nalen nadelig beïnvloedt.
• Als de auto bedekt is met sneeuw of ijs, vooral bij de wielen of de wielkasten.
• Als de bandenspanning aanzienlijk hoger is dan de voorgeschreven waarde.
• Als er banden zonder bandenspanningssensoren en -zenders zijn gebruikt.
• Als de identificatiecode op de bandenspanningssensoren en -zenders niet is geregis-
treerd in de bandenspanningswaarschuwingssysteem-ECU.
●In de volgende situaties kunnen de prestaties worden beïnvloed.
• In de buurt van een televisiezendmast, elektriciteitscentrale, tankstation, radiozen-
der, videowall, luchthaven of andere locatie waar sterke radiogolven of elektromag-
netische velden aanwezig zijn
• Als u een draagbare radio, mobiele telefoon, draadloze telefoon of een ander
draadloos communicatiemiddel bij u draagt
Auto's met weergavefunctie bandenspanning: Als de bandenpositiegegevens niet juist
worden weergegeven als gevolg van slechte ontvangst van de radiogolven, dan kan de
weergave worden hersteld door verder te rijden en zo de ontvangst van de radiogol-
ven te veranderen.
●Wanneer de auto geparkeerd is, kan het langer duren voordat de waarschuwing ver-
schijnt of verdwijnt.
●Wanneer de bandenspanning snel daalt, zoals bij een klapband, dan verschijnt de
waarschuwing mogelijk niet.
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE).book Page 420 Tuesday, November 29, 2016 2:56 PM