
Kenmerken van uw auto
328
4
Lijst met spraakcommando's
• Algemene commando's: dit zijn commando's die in alle situaties kunnen worden gebruikt.
(Sommige commando's worden onder bepaalde omstandigheden echter niet ondersteund.)
CommandoFunctie
More Help (Meer hulp)Levert hulp bij de commando's die overal in
het systeem kunnen worden gebruikt.
Help (Hulp)Levert hulp bij de commando's die in de
actuele modus gebruikt kunnen worden.
Call
Belt de in het telefoonboek opgeslagen
Bijv. Bellen "John"
Phone (Telefoon)
Levert hulp bij commando's met betrekking tot
de telefoon. Zeg na dit commando
"oproepgeschiedenis", "telefoonboek" of "kies
nummer" om de bijbehorende functies uit te
voeren.
Call History (Oproep
overzicht)Geeft het scherm met de oproepgeschiedenis
weer
Phone book
(Telefoonboek)Geeft het telefoonboekscherm weer. Zeg na
dit commando de naam van het contact in het
telefoonboek om automatisch een nummer te bellen.
Dial Number (Kies nummer)
Geeft het scherm voor het kiezen van een
nummer weer. Na dit commando kunt u het
nummer noemen dat u wilt bellen.
Redial (Opnieuw kiezen)Het als laatste gebelde nummer wordt gebeld.
CommandoFunctie
Radio
• Wanneer u naar de radio aan het luisteren
bent, wordt het volgende radioscherm
weergegeven. (FM1 ➟FM2 ➟FMA ➟ AM ➟
AMA)
• Wanneer u naar een andere modus aan het
luisteren bent, wordt het scherm van de als
laatste beluisterde radiomodus
weergegeven.
FM
• Wanneer u reeds naar FM-radio aan het luisteren bent, blijft deze stand gehandhaafd
• Wanneer u naar een andere modus aan het luisteren bent, wordt het scherm van de
als laatste beluisterde FM-radiomodus
weergegeven.
FM1(FM een)Geeft het FM1-scherm weer.
FM2(FM twee)Geeft het FM2-scherm weer.
FMA Geeft het FMA-scherm weer.
AMGeeft het AM-scherm weer.
AMAGeeft het AMA-scherm weer.
FM Preset 1~6 (FM-positie 1~6)Speelt de als laatste afgespeelde zender van
FM-positie 1~6 af.
AM Preset 1~6 (AM-positie 1~6)Speelt de onder AM-positie 1~6 opgeslagen
zender af.

4 329
Kenmerken van uw auto
CommandoFunctie
FM 87.5~107.9Speelt de FM-zender op de bijbehorende
frequentie af.
AM 530~1710Speelt de AM-zender op de bijbehorende
frequentie af.
TA on (TA aan)Schakelt de verkeersinformatie in.
TA off (TA uit)Schakelt de verkeersinformatie uit.
News on (Nieuws aan)Schakelt de RDS-nieuwsfunctie in.
News off (Nieuws uit)Schakelt de RDS-nieuwsfunctie uit.
MediaMediaGaat naar het als laatste afgespeelde
mediascherm.
Play Track 1~30 (Speel titel 1~30)Wanneer er een CD aanwezig is, wordt het
desbetreffende muziekstuk afgespeeld.
CDSpeelt het op de CD opgeslagen muziekstuk
af.
Search CD
(Zoeken CD)
Gaat naar het scherm voor het selecteren
van het muziekstuk of bestand op de CD.
• Ga bij audio-CD's naar het scherm en zeghet nummer van het muziekstuk om het
desbetreffende muziekstuk af te spelen.
• Gaat naar het scherm voor het selecteren van het MP3 CD-bestand. Bedien hierna
handmatig het apparaat om muziek te selecteren en af te spelen.
CommandoFunctie
USBSpeelt muziek van USB af.
Search USB
(Zoeken USB)Gaat naar het scherm voor het selecteren van
een bestand op USB. Bedien hierna
handmatig het apparaat om muziek teselecteren en af te spelen.
iPod ®Speelt muziek van iPod ®
af.
Search iPod ®
(Zoeken iPod ®
)
Gaat naar het scherm voor het selecteren
van een bestand op de iPod ®
. Bedien hierna
handmatig het apparaat om muziek te selecteren en af te spelen.
My Music
(Mijn muziek)Speelt de in Mijn muziek opgeslagen muziek
af.
Search My
Music (Zoeken
Mijn muziek)Gaat naar het scherm voor het selecteren
van een bestand in Mijn muziek. Bedien
hierna handmatig het apparaat om muziek te
AUX (auxiliair)Speelt het aangesloten externe apparaat af.
Bluetooth-audio Speelt de muziek af die op het via Bluetooth®
Wireless Technology verbonden apparaat is opgeslagen.
Mute (Geluid uit)Schakelt het geluid van de radio of de
muziek uit.
Pardon?
(Sorry?)Herhaalt de als laatste gesproken toelichting.
Cancel (Exit)
(Annuleren (exit)) Beëindigt het spraakcommando

4 331
Kenmerken van uw auto
CommandoFunctie
Region off (Regio uit)Schakelt de regiofunctie uit
Program Type
(Programmatype)Gaat naar het scherm voor het selecteren
van het RDS-programmatype. Bedien hierna
handmatig het apparaat om een gewenst
programmatype te selecteren.
Random
(Willekeurig)Speelt de muziekstukken op de CD in
willekeurige volgorde af.
Random Off
(Willekeurig uit)Schakelt de willekeurige afspeelvolgorde uit
zodat de muziekstukken op volgorde wordenafgespeeld.
Repeat (Herhalen)Herhaalt het actuele muziekstuk.
Repeat Off (Herhalen uit)Schakelt het herhalen uit zodat de
muziekstukken in opeenvolgende volgorde
worden afgespeeld.
Next Track
(Volgende titel)Speelt het vorige muziekstuk af.
Previous Track (Vorige titel)Speelt het vorige muziekstuk af.
ScanSpeelt de eerste 10 seconden van de
muziekstukken vanaf het volgende muziekstuk
af.
Track 1~30 (Titel 1~30)Speelt het gewenste muziekstuk af.
• Commando's bij audio-CD's: commando's die kunnen worden gebruikt terwijl u naar een audio-CD luistert.
CommandoFunctie
Search Track
(Zoeken titel)Gaat naar het scherm voor het selecteren van
het muziekstuk. Noem hierna de naam van het
muziekstuk om het muziekstuk af te spelen.
Information
(Informatie)Geeft het informatiescherm van het actuele
muziekstuk weer.

Kenmerken van uw auto
332
4
• Commando's voor MP3 CD/USB: commando's die kunnen worden gebruikt tijdens het luisteren naar muziekbestanden die zijn
opgeslagen op CD of USB.
CommandoFunctie
Random
(Willekeurig)Speelt de bestanden in de actuele map in
willekeurige volgorde af.
All Random
(Alles willekeurig)Speelt alle opgeslagen bestanden in
willekeurige volgorde af.
Random Off
(Willekeurig uit)Schakelt het in willekeurige volgorde afspelen
uit zodat de bestanden worden afgespeeld in
opeenvolgende Volgorde.
Repeat (Herhalen)Herhaal het actuele bestand.
Folder Repeat (Map herhalen)Herhaalt alle bestanden in de actuele map.
Repeat Off (Herhalen uit)Schakelt het herhalen uit zodat de bestanden
in opeenvolgende volgorde worden afgespeeld.
Next File
(Volgend bestand)Speelt het volgende bestand af.
Previous File (Vorig bestand)Speelt het vorige bestand af.
ScanSpeelt de eerste 10 seconden van de
bestanden vanaf het volgende bestand af.
Search File (Zoeken bestand)Gaat naar het scherm voor het selecteren van een bestand.
CommandoFunctie
Search Folder
(Zoeken map)Gaat naar het scherm voor het selecteren van
een map.
Information
(Informatie)Geeft het informatiescherm van het actuele
bestand weer.
Copy (Kopie)Kopieert het actuele bestand naar Mijn muziek

4 333
Kenmerken van uw auto
• iPod®
-commando's: commando's die kunnen worden
gebruikt bij het afspelen vanaf een iPod ®
. • Commando's Mijn muziek: commando's die kunnen worden
gebruikt bij het afspelen van Mijn muziek.
CommandoFunctie
All Random
(Alles willekeurig)Speelt alle opgeslagen muziekstukken in
willekeurige volgorde af.
Random
(Willekeurig)Speelt in willekeurige volgorde de
muziekstukken af van de actuele categorie.
Random Off
(Willekeurig uit)Schakelt de willekeurige afspeelvolgorde uit
zodat de muziekstukken in opeenvolgende
volgorde worden afgespeeld.
Repeat (Herhalen)Herhaalt het actuele muziekstuk.
Repeat Off (Herhalen uit)Schakelt het herhalen uit zodat de
muziekstukken in opeenvolgende volgorde
worden afgespeeld.
Next Song
(Volgend lied)Speelt het volgende muziekstuk af.
Previous Song
(Vorig lied)Speelt het vorige muziekstuk af.
Search Song (Zoeken lied)Gaat naar het scherm voor het selecteren van
een muziekstuk.
Information
(Informatie)Geeft het informatiescherm van het actuele
muziekstuk weer.
CommandoFunctie
Random
(Willekeurig)Speelt alle opgeslagen bestanden in
willekeurige volgorde af.
Random Off
(Willekeurig uit)Schakelt de willekeurige afspeelvolgorde
uit zodat de bestanden in opeenvolgende
volgorde worden afgespeeld.
Repeat (Herhalen)Herhaalt het actuele bestand.
Repeat Off (Herhalen uit)Schakelt het herhalen uit zodat de bestanden
in opeenvolgende volgorde worden afgespeeld.
Next File
(Volgend bestand)Speelt het volgende bestand af.
Previous File
(Vorig bestand)Speelt het vorige bestand af.
ScanSpeelt de eerste 10 seconden van de
bestanden vanaf het volgende bestand af.
Search File (Zoeken bestand)Gaat naar het scherm voor het selecteren
van een bestand.
Information
(Informatie)Geeft het informatiescherm van de actuele
bestand weer.
Delete
(Verwijderen)Verwijdert het actuele bestand. Een extra
bevestigingsproces wordt overgeslagen.
Delete All
(Alles verwijderen)Verwijdert alle in Mijn muziek opgeslagen
bestanden. Een extra bevestigingsproces
wordt overgeslagen.
![Hyundai Santa Fe 2017 Handleiding (in Dutch) Kenmerken van uw auto
344
4
✽AANWIJZING
Als u de Bluetooth ®
Wireless Technology
weer wilt inschakelen, gaat u naar [Phone] (telefoon) en drukt u
op "Yes" (ja).Systeeminstelling
Geheugeninformatie Hyundai Santa Fe 2017 Handleiding (in Dutch) Kenmerken van uw auto
344
4
✽AANWIJZING
Als u de Bluetooth ®
Wireless Technology
weer wilt inschakelen, gaat u naar [Phone] (telefoon) en drukt u
op "Yes" (ja).Systeeminstelling
Geheugeninformatie](/manual-img/35/16327/w960_16327-444.png)
Kenmerken van uw auto
344
4
✽AANWIJZING
Als u de Bluetooth ®
Wireless Technology
weer wilt inschakelen, gaat u naar [Phone] (telefoon) en drukt u
op "Yes" (ja).Systeeminstelling
Geheugeninformatie
Druk op de toets Selecteer
[Sytem] (systeem) Selecteer [Memory
Information] (geheugeninformatie)
Met deze functie wordt informatie over
het systeemgeheugen weergegeven.
1) Using (in gebruik): geeft het geheugen weer dat momenteel wordt gebruikt
2) Capacity (hoeveelheid): geeft de totale capaciteit weer
De spraakherkenningsmodus
instellen (indien van toepassing)
Druk op de toets Selecteer
[Sytem (systeem) Selecteer [VoiceRecognition System]
(spraakherkenningssysteem)
Deze functie wordt gebruikt om de
gewenste opties Normal (normaal) en
Expert voor stembegeleiding teselecteren.
1) Normal (normaal): wanneer u spraakherkenning gebruikt, biedt deze optie gedetailleerde stembegeleiding
2) Expert: wanneer u spraakherkenning gebruikt, worden bij deze optie
sommige gesproken instructies
weggelatenSETUP
SETUP SETUP
OPMERKING
De audiostreamfunctie via
Bluetooth®Wireless Technology
wordt op sommige telefoons met
Bluetooth
®Wireless Technology
mogelijk niet ondersteund.

Rijden met uw auto
24
5
Sportstand
De sportstand kan vanuit stilstand of
tijdens het rijden worden ingeschakeld
door de selectiehendel vanuit stand D
(Drive) naar rechts te bewegen. Druk de
selectiehendel terug naar links om stand
D (Drive) weer in te schakelen.
In de sportstand verloopt het
overschakelen tussen de versnellingen
eenvoudig en snel door de
selectiehendel naar voren en naar
achteren te bewegen. In tegenstelling tot
een handgeschakelde transmissie, kan
in de sportstand geschakeld worden
terwijl het gaspedaal ingetrapt is. • Opschakelen (+) :
Druk de selectiehendel één keer naar
voren om één versnelling op te
schakelen.
• Terugschakelen (-): Trek de selectiehendel één keer naar
achteren om één versnelling terug te
schakelen.
✽AANWIJZING
• In de sportstand moet de bestuurder zelf opschakelen overeenkomstig de
rijomstandigheden en ervoor zorgen
dat het motortoerental beneden het
rode gebied blijft.
• In de sportstand kunnen alleen de zes (6) versnellingen vooruit gekozen
worden. Zet de selectiehendel in stand
R of P om de auto respectievelijk
achteruit te rijden of te blokkeren bij
het parkeren.
• In de sportstand wordt automatisch teruggeschakeld wanneer de auto
snelheid mindert. Als de auto tot
stilstand komt, wordt automatisch de
eerste versnelling ingeschakeld. (Vervolg)(Vervolg)
• Als in de sportstand het
motortoerental in het rode gebied
raakt, schakelt de transmissie
automatisch op.
• Om de voorgeschreven prestaties en veiligheid te waarborgen, wordt er
soms niet geschakeld wanneer de
selectiehendel wordt bediend.
• Druk de selectiehendel naar voren (+) bij het wegrijden op een glad wegdek.
Hierdoor schakelt de transmissie naar
de 2e versnelling, die beter geschikt is
voor het soepel wegrijden op een
gladde ondergrond. Trek de
selectiehendel naar achteren (-) om de
eerste versnelling weer in te
schakelen.
ODM052013
SSppoorrttssttaanndd
++((OOppsscchhaakkeelleenn))
--((TTeerruuggsscchhaakkeelleenn))

559
Rijden met uw auto
Voertuigstabiliteitsregelinguitschakelen
Tijdens het rijden
• Het verdient aanbeveling om de voertuigstabiliteitsregeling waar
mogelijk ingeschakeld te houden.
• Schakel de voertuigstabiliteitsregeling tijdens het rijden alleen uit als u op een
vlakke weg rijdt.
✽AANWIJZING
• Schakel de voertuigstabiliteitsregeling uit (controlelampje ESC OFF brandt)
als de auto op een rollenbank getest
wordt. Als dat niet gebeurt, kan het
toerental van de wielen mogelijk niet
verhoogd worden, waardoor een
foutieve diagnose zou kunnen worden
gesteld.
• Het uitschakelen van de voertuigstabiliteitsregeling heeft geen
gevolgen voor een correcte werking
van het ABS en het remsysteem.
WAARSCHUWING
De voertuigstabiliteitsregeling is
slechts een hulpmiddel bij het
rijden. Pas op bochtige en gladde
wegen uw rijsnelheid aan. Rijd
voorzichtig en probeer niet te
accelereren als het controlelampje
ESP knippert of als u op een gladdeweg rijdt.
WAARSCHUWING
Druk nooit op de schakelaar
ESC OFF als de voertuig
-stabiliteitsregeling in werking is (contr olelampje ESC knippert). Als
het systeem in dat geval toch wordt
uitgeschakeld, kan de auto gaanslippen.
OPMERKING
Als er banden en/of velgen met een
verschillende maat onder de autogemonteerd zijn, kan dat dewerking van het ESC in negatieve
zin beïnvloeden. Zorg er daarom voor dat als de banden onder uw
auto vervangen moeten worden, zedezelfde maat hebben als de
originele banden.