Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-3
3
WAARSCHUWING
DWA10062
Draai nooit d e sleutel naar “OFF” of
“LOCK” terwijl d e machine rijdt. Hier-
d oor wor den de elektrische systemen
uit geschakel d, wat mo gelijk kan lei den
tot verlies van de controle of een on ge-
val.
DAU10694LOCK
Het stuur is vergrendeld en alle elektrische
systemen zijn uitgeschakeld. De sleutel kan
worden uitgenomen.
Om het stuur te vergrendelen
1. Draai het stuur helemaal naar links of rechts.
2. Druk de sleutel in de “OFF”-stand in
en draai deze dan naar “LOCK”.
3. Neem de sleutel uit.
OPMERKING
Als het stuur niet wordt vergrendeld, pro-
beer het dan iets terug naar rechts of links
te draaien.
Om het stuur te ontgrendelen
1. Steek de sleutel in.
2. Druk de sleutel in de “LOCK”-stand in en draai deze dan naar “OFF”.
DAU65680 (Parkeren)
De alarmverlichting ka n worden ingescha-
keld, maar alle andere elektrische syste-
men zijn uit. De sleutel kan worden
uitgenomen.
Het stuur moet zijn vergrendeld om de sleu-
tel naar “ ” te kunnen draaien.
LET OP
DCA22330
Als u d e alarmverlichtin g lan gduri g laat
b ran den, kan d e accu ontla den raken.
1. Drukken.
2. Draaien.
12
1. Drukken.
2. Draaien.
12
UB96D0D0.book Page 3 Wednesday, November 4, 2015 9:01 AM
Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-23
3
DAU1234J
Stuurschakelaars
Links
Rechts
DAU73020Dimlichtschakelaar/
lichtsi gnaalschakelaar “ / /PASS”
Zet deze schakelaar op “ ” voor groot-
licht en op “ ” voor dimlicht.
Als u een grootlichtsignaal wilt geven, drukt
u op de lichtsignaalzijde “PASS” van de
schakelaar terwijl de koplampen op dim-
licht staan.
OPMERKING
De binnenste bochtenlichten gaan tegelijk
met het grootlicht branden.
DAU12461Richtin gaanwijzerschakelaar “ / ”
Druk deze schakelaar naar “ ” om afslaan
naar rechts aan te geven. Druk deze scha-
kelaar naar “ ” om afslaan naar links aan
te geven. Na loslaten keert de schakelaar
terug naar de middenstand. Om de rich-
tingaanwijzers uit te schakelen wordt de
schakelaar ingedrukt nadat hij is terugge-
keerd in de middenstand.
DAU12501Claxonschakelaar “ ”
Druk deze schakelaar in om een claxonsig-
naal te geven.
DAU54212Stop/Run/Start-schakelaar “ / / ”
Om de motor te starten met de startmotor,
zet u deze schakelaar op “ ” en drukt u de
schakelaar vervolgens omlaag naar “ ”.
Zie pagina 5-2 voor startinstructies voordat
u de motor start.
Zet deze schakelaar op “ ” om de motor
direct uit te schakelen in een noodgeval,
zoals wanneer de machine omslaat of als
de gaskabel blijft hangen.
DAU12735Schakelaar alarmverlichtin g“”
Met de sleutel in de stand “ON” of “ ”
kan deze schakelaar worden gebruikt voor
het inschakelen van de alarmverlichting
(gelijktijdig knipperen van alle richtingaan-
wijzers).
De alarmverlichting wordt gebruikt in een
noodgeval of om andere verkeersdeelne-
mers te waarschuwen als uw machine stil-
staat in een mogelijk gevaarlijke
verkeerssituatie.
1. Menuschakelaar “MENU”
2. Selectieschakelaar “ / ”
3. Cruise-controlschakelaars
4. Claxonschakelaar “ ”
5. Richtingaanwijzerschakelaar “ / ”
6. Dimlichtschakelaar/lichtsignaalschakelaar “ / /PASS”
1. Schakelaar Stop/Aan/Start “ / / ”
2. Rijmodusschakelaar “MODE”
3. Schakelaar alarmverlichting “ ”
RES
SETPA S S
1
6
5
4
2
3
STOP
MODE
RUNSTART
3
2
1
UB96D0D0.book Page 23 Wednesday, November 4, 2015 9:01 AM
Functies van instrumenten en bed iening selementen
3-24
3
LET OP
DCA10062
Gebruik de alarmverlichtin g niet g ed u-
ren de lan gere tij d als d e motor niet
d raait om dat hier door de accu kan ont-
la den.
DAU12781Cruise control-schakelaars
Zie pagina 3-7 voor uitleg over de werking
van cruise control.
DAU54231Menuschakelaar “MENU”
Deze schakelaar wordt gebruikt om selec-
ties te maken in de functieweergave en in-
stelmodusweergave van de
multifunctionele meter.
Zie “Multifunctionele meter” op pagina
3-10 voor meer informatie.
DAU54221Selectieschakelaar “ / ”
Deze schakelaar wordt gebruikt om selec-
ties te maken in de functieweergave en in-
stelmodusweergave van de
multifunctionele meter.
Zie “Multifunctionele meter” op pagina
3-10 voor meer informatie.
DAU54691Rijmo dusschakelaar “MODE”
WAARSCHUWING
DWA15341
Wijzi g d e rijmo dus niet tij dens het rij den.
Met deze schakelaar kan de rijmodus wor-
den gewisseld tussen de toermodus “T” en
de sportmodus “S”.
De gasgreep moet volledig gesloten zijn bij
het wijzigen van de rijmodus.
De geselecteerde modus wordt getoond in
de rijmodusweergave. (Zie pagina 3-12.)
U kunt de rijmodus niet wijzigen terwijl de
cruise control in werking is.
DAU12832
Koppelin gshend el
De koppelingshendel bevindt zich aan de
linkerzijde van het stuur. Trek de hendel
naar het stuur toe om de koppeling te ont-
koppelen. Laat de hendel los om de koppe-
ling te laten aangrijpen. Voor een soepele
werking van de koppeling moet de hendel
snel ingetrokken worden en langzaam wor-
den losgelaten.
De koppelingshendel is voorzien van een
stelwiel voor het instellen van de stand van
de koppelingshendel. Verstel de afstand
tussen de koppelingshendel en de stuur-
greep door het stelwiel te verdraaien terwijl
de hendel van het stuur vandaan wordt ge-
houden. Controleer of het correcte instel-
punt op het stelwiel tegenover het pijlteken
op de koppelingshendel staat.
De koppelingshendel is voorzien van een
sperschakelaar die deel uitmaakt van het
startspersysteem. (Zie pagina 3-45.)
1. Koppelingshendel
2. Stelwiel voor afstelpositie koppelingshendel
3. Pijlteken
4. Afstand tussen koppelingshendel en
stuurgreep
15432
4 1
2
3
UB96D0D0.book Page 24 Wednesday, November 4, 2015 9:01 AM
Periodiek on derhou d en afstellin g
6-34
6
DAU54515
Zekeringen vervan gen
De zekeringenkastjes en afzonderlijke ze-
keringen bevinden zich onder paneel A. (Zie
pagina 6-7.)
Vervang een zekering als volgt als deze is
doorgebrand.1. Draai de contactsleutel naar “OFF” en
schakel het betreffende elektrische
circuit uit.
2. Verwijder de doorgebrande zekering
en breng een nieuwe zekering met de
voorgeschreven ampèrewaarde aan.
WAARSCHUWING! Ge bruik geen
zekerin gen met een ho gere ampe-
ra ge dan aan bevolen om ernsti ge
scha de aan het elektrische systeem
en mo gelijk bran d te voorkomen.
[DWA15132]
1. Hoofdzekering
2. Reservezekering
3. Cruise control zekering
4. Zekering remlicht
5. Zekeringenkastje
6. Hoofdzekering 2
5
1
3
4
2
5 26
1. Zekering ABS-motor
2. Zekering van de ABS-solenoïdeklep
3. Zekering brandstofinjectiesysteem
4. Backup-zekering (voor klok en
startblokkeersysteem)
5. Zekering elektronische smoorklep
6. Koplampzekering
7. Reservezekering
8. Zekering vering
9. Zekering signaleringssysteem
10.Aansluitzekering 1 (voor gelijkstroom aansluitcontact voor accessoires)
11.Zekering ABS-regeleenheid
12.Zekering ontstekingssysteem
13.Zekering rechter radiatorkoelvinmotor
14.Zekering linker radiatorkoelvinmotor
15.Zekering alarmverlichtingssysteem
16.Zekering kuipruitstelmotor
8
1
7
23
4
5
6
7
14
710 9111213
71615
UB96D0D0.book Page 34 Wednesday, November 4, 2015 9:01 AM
Periodiek on derhou d en afstelling
6-35
6
3. Draai de contactsleutel naar “ON” en
schakel het betreffende elektrische
circuit in om te zien of de apparatuur
werkt.
4. Als de zekering direct opnieuw door-
brandt, vraag dan een Yamaha dealer
het elektrisch systeem te controleren.
DAU72980
Voertui gverlichtin g
Dit model is volledig uitgerust met lampen
van het LED-type. Er zijn geen vervangbare
gloeilampen.
Als een lampje niet gaat branden, contro-
leer dan de zekeringen en laat vervolgens
een Yamaha dealer de machine controle-
ren.
LET OP
DCA16581
Plak geen kleurfolie of stickers op de
koplamplens.
Voor geschreven zekerin gen:
Hoofdzekering:
50.0 A
Hoofdzekering 2: 30.0 A
Aansluitzekering 1: 3.0 A
Koplampzekering:
7.5 A
Remlicht zekering: 1.0 A
Zekering signaleringssysteem: 7.5 A
Zekering ontstekingssysteem:
20.0 A
Zekering radiatorkoelvin: 10.0 A × 2
Backup-zekering: 7.5 A
Circuitzekering alarmverlichtingssy-
steem: 7.5 A
Zekering brandstofinjectiesysteem:
15.0 A
Zekering ABS-regeleenheid: 7.5 A
Zekering ABS-motor: 30.0 A
Zekering van de ABS-solenoïde-
klep: 20.0 A
Zekering vering:
15.0 A
Zekering cruise control: 1.0 A
Zekering kuipruitmotor: 20.0 A
Zekering elektronische smoorklep:
7.5 A
UB96D0D0.book Page 35 Wednesday, November 4, 2015 9:01 AM
Specificaties
8-3
8
Accu:
Model:GT14B-4
Voltage, capaciteit:
12 V, 12.0 Ah (10 HR)
Watta ge gloeilamp × aantal:
Koplamp:
LED
Remlicht/achterlicht unit:
LED
Voorste richtingaanwijzer: LED
Achterste richtingaanwijzer: LED
Parkeerlicht: LED
Kentekenverlichting:
LED
Instrumentenverlichting: LED
Controlelampje vrijstand: LED
Controlelampje grootlicht:
LED
Waarschuwingslampje olieniveau: LED
Controlelampje richtingaanwijzers: LED
Waarschuwingslampje motorstoring:
LED
ABS-waarschuwingslampje: LED
Cruise control “SET” controlelampje: LED
Cruise control “ON” controlelampje:
LED
Controlelampje startblokkering: LED
Controlelampje tractieregeling: LED
Waarschuwingslampje vering:
LED
Zekerin g:
Hoofdzekering:
50.0 A
Hoofdzekering 2:
30.0 A
Aansluitzekering 1: 3.0 A Koplampzekering:
7.5 A
Remlicht zekering: 1.0 A
Zekering signaleringssysteem:
7.5 A
Zekering ontstekingssysteem: 20.0 A
Zekering radiatorkoelvin: 10.0 A × 2
Circuitzekering alarmverlichtingssysteem:
7.5 A
Zekering brandstofinjectiesysteem: 15.0 A
Zekering ABS-regeleenheid: 7.5 A
Zekering ABS-motor: 30.0 A
Zekering van de ABS-solenoïdeklep:
20.0 A
Zekering vering: 15.0 A
Zekering cruise control: 1.0 A
Backup-zekering:
7.5 A
Zekering kuipruitmotor: 20.0 A
Zekering elektronische smoorklep: 7.5 A
UB96D0D0.book Page 3 Wednesday, November 4, 2015 9:01 AM
10-1
10
Index
A
ABS ....................................................... 3-26
ABS-waarschuwingslampje .................... 3-5
Accessoirebox ...................................... 3-36
Accu ...................................................... 6-32
Achterbrugscharnierpunten, smeren .... 6-30
Achteruitkijkspiegels ............................. 3-40
Achterwielophanging, smeren .............. 6-30
B
Banden ................................................. 6-20
Bochtenlichten ...................................... 3-48
Bougies, controleren............................. 6-10
Brandstof .............................................. 3-29
Brandstofverbruik, tips voor een
zuinig .................................................... 5-4
C
Cardanolie............................................. 6-14
Claxonschakelaar ................................. 3-23
Contactslot/stuurslot .............................. 3-2
Controlelampje grootlicht ....................... 3-4
Controlelampjes cruise control ............... 3-4
Controlelampjes en waarschuwingslampjes ........................ 3-4
Controlelampjes richtingaanwijzers ........ 3-4
Controlelampje startblokkering............... 3-6
Controlelampje tractieregeling................ 3-5
Cruise control ......................................... 3-7
Cruise control-schakelaars ................... 3-24
D
Diagnosestekker ..................................... 9-2
Dimlichtschakelaar/ lichtsignaalschakelaar ........................ 3-23
D-mode (rijmodus) ................................ 3-22
F
Filterbus ................................................ 6-11
G
Gasgreep en gaskabel, controleren en
smeren................................................ 6-28
Gelijkstroom aansluitcontact voor accessoires......................................... 3-47
Gereedschapsset.................................... 6-2
H
Hoogte bestuurderszadel, verstellen .... 3-33
I
Identificatienummers .............................. 9-1
Inrijperiode .............................................. 5-5
K
Kabels, controleren en smeren ............. 6-27
Klepspeling ........................................... 6-19
Koelvloeistof ......................................... 6-15 Koplamphoogte, aanpassen ................ 3-37
Koppelingshendel........................ 3-24, 6-23
L
Luchtfilterelement, reinigen .................. 6-17
M
Matkleur, let op ...................................... 7-1
Menuschakelaar ................................... 3-24
Middenbok en zijstandaard,
controleren en smeren ....................... 6-29
Modelinformatiesticker ........................... 9-1
Motorolie en oliefilterpatroon ............... 6-11
Multifunctionele meter .......................... 3-10
N
Niveaus rem- en koppelingsvloeistof, controleren ......................................... 6-25
O
Onderhoud en smering, periodiek.......... 6-4
Onderhoud, uitstootcontrolesysteem..... 6-3
Opbergcompartimenten ....................... 3-35
P
Panelen, verwijderen en aanbrengen ..... 6-7
Parkeren ................................................. 5-5
Plaats van de onderdelen....................... 2-1
Problemen oplossen ............................ 6-36
R
Rem- en koppelingshendels, controleren en smeren ....................... 6-29
Rem- en koppelingsvloeistof,
verversen............................................ 6-27
Rem- en schakelpedalen, controleren en smeren .......................................... 6-28
Remhendel ........................................... 3-25
Remlichtschakelaars ............................ 6-24
Rempedaal ........................................... 3-26
Richtingaanwijzerschakelaar ................ 3-23
S
Schakelaar alarmverlichting ................. 3-23
Schakelen ............................................... 5-3
Schakelpedaal ...................................... 3-25
Selectieschakelaar ............................... 3-24
Serienummer motorblok......................... 9-1
Specificaties ........................................... 8-1
Stalling.................................................... 7-4
Stand van het stuur, verstellen ............. 3-38
Startblokkeersysteem ............................ 3-1
Starten van de motor ............................. 5-2
Startspersysteem ................................. 3-45
Stationair toerental, controleren ........... 6-18
Stop/Run/Start-schakelaar................... 3-23
Storingzoekschema’s ........................... 6-37
UB96D0D0.book Page 1 Wednesday, November 4, 2015 9:01 AM