
611-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
1
HILUX_OM_OM0K269E_(EE)
Veiligheid en beveiliging
WAARSCHUWING
■Voorzorgsmaatregelen zitherkenningsclassificatiesysteem voorpassagier
●Zet de rugleuning van de voorpassagiersstoel niet zo ver naar achteren
dat hij een achterstoel raakt. Anders kan OFF van het controlelampje
PASSENGER AIR BAG gaan branden, waardoor de airbags voor de voor-
passagier niet geactiveerd worden bij een ernstig ongeval. Zet de rugleu-
ning als hij de achterstoel raakt in een stand waarin hij de achterstoel niet
raakt. Houd de rugleuning van de voor passagiersstoel zo veel mogelijk
rechtop als de auto rijdt. Door de rugleuning heel ver achterover te zetten
neemt de effectiviteit van het veiligheidsgordelsysteem mogelijk af.
● Als er een volwassene op de voorpassagiersstoel zit, brandt ON van het
controlelampje PASSENGER AIR BAG. Als OFF van het controlelampje
PASSENGER AIR BAG brandt, vraag de inzittende dan rechtop te gaan
zitten met zijn rug stevig tegen de leuning en zijn voeten op de vloer, en de
veiligheidsgordel op de juiste wijze te dragen. Als OFF van het controle-
lampje PASSENGER AIR BAG blijft branden, vraag dan de inzittende om
op de achterstoel te gaan zitten, en als dat niet mogelijk is, zet dan de
voorpassagiersstoel helemaal naar achteren.
● Plaats een kinderzitje uitsluitend op de voorpassagiersstoel als het niet
anders kan. Doe dat dan wel op de juiste manier. ( Blz. 65)
● Verander of verwijder de voorstoelen niet.
● Trap niet tegen de voorpassagiersstoel en stel hem niet bloot aan hevige
schokken. Anders kan het waarschuwingslampje SRS gaan branden om
een storing aan te geven in het zitherkenningsclassificatiesysteem voor de
voorpassagier. Neem in dat geval onmiddellijk contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgeruste deskundige.
● Een zitje dat op de achterstoel is geplaatst, mag de rugleuning van de
voorstoel niet raken.
● Gebruik geen stoelaccessoire, zoals een kussen of een stoelhoes, dat het
oppervlak van de zitting bedekt.
● Wijzig of vervang de bekleding van de voorstoel niet.
● Als het absoluut noodzakelijk is een tegen de rijrichting in geplaatst baby-
of kinderzitje op de voorpassagiersstoel te plaatsen, maak de veiligheids-
gordel dan niet los tijdens het rijden. Als u dat wel doet, kan het airbagsys-
teem in werking treden.
HILUX_OM_OM0K269E_(EE).book Page 61 Monday, March 7, 2016 2:16 PM

751-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
1
HILUX_OM_OM0K269E_(EE)
Veiligheid en beveiliging
*2: Verwijder indien mogelijk de hoofdsteun indien deze de werking van hetbaby- of kinderzitje hindert. Zet anders de hoofdsteun in de hoogste stand.
*3: Als het absoluut noodzakelijk is een tegen de rijrichting in geplaatst baby-of kinderzitje op de voorpassagiersstoel te plaatsen, plaats het dan als het
controlelampje passagiersairbag OFF brandt.
Smart Cab-uitvoeringen
Verklaring van lettercodes in de bovenstaande tabel:
X: Geen geschikte zitpositie voor kinderen in deze gewichtsgroep.
U: Geschikt voor een “universeel” bab y- of kinderzitje dat is goedge-
keurd voor gebruik in deze gewichtsgroep.
Gewichts- groepen
Zitpositie
Aanbevolen
baby- en kinderzitjes
Voorpassagiersstoel
Achter- stoel
Auto's met
zitherkennings-
classificatiesysteem voorpassagier
Controlelampje PAS-SENGER AIR BAG
ONOFF*3
0
Minder dan
10 kg X
U*1
L*1XTOYOTA G 0+,
BABY SAFE PLUS
TOYOTA MINI
TOYOTA G 0+, BABY
SAFE PLUS met
VEILIGHEIDSGOR-
DELBEVESTIGING,
BASE PLATFORM
0+
Minder dan
13 kg
X
U
*1
L*1X
I
9 - 18 kg Tegen de
rijrichting in: X U
*1, 2X TOYOTA DUO+
In de rij-
richting
geplaatst: UF
*1, 2
II, III
15 - 36 kg UF*1, 2U*1, 2X
TOYOTA KIDFIX XP
SICT
HILUX_OM_OM0K269E_(EE).book Page 75 Monday, March 7, 2016 2:16 PM

761-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
HILUX_OM_OM0K269E_(EE)
UF: Geschikt voor een in de rijrichting geplaatst “universeel” baby- ofkinderzitje dat is goedgekeurd vo or gebruik in deze gewichts-
groep.
L: Geschikt voor een “specifiek”, “beperkt” of “semi-universeel” baby- of kinderzitje dat is goedgekeurd voor gebruik in deze
gewichtsgroep.
*1: Zet de rugleuning zo veel mogelijk rechtop. Schuif de voorstoel helemaalnaar achteren. Als de hoogte van de passagiersstoel kan worden versteld,
dan moet deze in de hoogste positie staan.
*2: Verwijder indien mogelijk de hoofdsteun indien deze de werking van hetbaby- of kinderzitje hindert. Zet anders de hoofdsteun in de hoogste stand.
*3: Als het absoluut noodzakelijk is een tegen de rijrichting in geplaatst baby-of kinderzitje op de voorpassagiersstoel te plaatsen, plaats het dan als het
controlelampje passagiersairbag OFF brandt.
HILUX_OM_OM0K269E_(EE).book Page 76 Monday, March 7, 2016 2:16 PM

781-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
HILUX_OM_OM0K269E_(EE)
Verklaring van lettercodes in de bovenstaande tabel:
X: Geen geschikte zitpositie voor kinderen in deze gewichtsgroep.
U: Geschikt voor een “universeel” baby- of kinderzitje dat is goedge-
keurd voor gebruik in deze gewichtsgroep.
UF: Geschikt voor een in de rijrichting geplaatst “universeel” baby- of kinderzitje dat is goedgekeurd vo or gebruik in deze gewichts-
groep.
L: Geschikt voor een “specifiek”, “beperkt” of “semi-universeel” baby- of kinderzitje dat is goedgekeurd voor gebruik in deze
gewichtsgroep.
*1: Zet de rugleuning zo veel mogelijk rechtop. Schuif de voorstoel helemaalnaar achteren. Als de hoogte van de passagiersstoel kan worden versteld,
dan moet deze in de hoogste positie staan.
*2: Verwijder indien mogelijk de hoofdsteun indien deze de werking van hetbaby- of kinderzitje hindert. Zet anders de hoofdsteun in de hoogste stand.
*3: Als het absoluut noodzakelijk is een tegen de rijrichting in geplaatst baby-of kinderzitje op de voorpassagiersstoel te plaatsen, plaats het dan als het
controlelampje passagiersairbag OFF brandt.
Uitvoeringen met dubbele cabine: Bij het vastzetten van sommige
typen baby- of kinderzitjes op de achterstoel kunnen de veiligheids-
gordels op de plaatsen naast het zitje mogelijk niet goed worden
gebruikt en komen ze mogelijk in aanraking met het zitje. Ook kan de
werking van de veiligheidsgordel neg atief worden beïnvloed. Draag
uw veiligheidsgordel goed aansluitend over uw schouder en laag over
uw heupen. Wanneer dit niet het geval is of wanneer hij in aanraking
komt met het zitje, ga dan ergens anders zitten. Het niet in acht
nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot gevolg
hebben.
HILUX_OM_OM0K269E_(EE).book Page 78 Monday, March 7, 2016 2:16 PM

801-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
HILUX_OM_OM0K269E_(EE)
◆Een baby- of kinderzitje plaatsen met behulp van een veilig-
heidsgordel
Plaats het baby- of kinderzitje aan de hand van de bijgesloten
handleiding.
Voorstoel
Zet de rugleuning zo veel mogelijk rechtop. Schuif de voorstoel
helemaal naar achteren. ( Blz. 186)
Als het absoluut noodzakelijk is een tegen de rijrichting in
geplaatst baby- of kinderzitje op de voorpassagiersstoel te plaat-
sen, plaats het dan als het cont rolelampje passagiersairbag OFF
brandt.
Verwijder indien mogelijk de hoofd steun indien deze de werking
van het baby- of kinderzitje hi ndert. Zet anders de hoofdsteun in
de hoogste stand. ( Blz. 191)
Achterstoel
Verwijder indien mogelijk de hoofd steun indien deze de werking
van het baby- of kinderzitje hi ndert. Zet anders de hoofdsteun in
de hoogste stand. ( Blz. 191)
Voer de veiligheidsgordel door het baby- of kinderzitje en steek
de gesp in de gordelsluiting. Controleer of de gordel niet
gedraaid is. Maak de veilighei dsgordel goed vast aan het baby-
of kinderzitje aan de hand van de bijgesloten handleiding.
Als uw baby- of kinderzitje
niet is voorzien van een ver-
grendelsysteem voor de vei-
ligheidsgordel, zet het zitje
dan vast met een blokkeer-
clip.
Beweeg het baby- of kinderzitje na het plaatsen naar achteren en
naar voren om te controleren of het goed vastzit. ( Blz. 81)
1
2
3
4
HILUX_OM_OM0K269E_(EE).book Page 80 Monday, March 7, 2016 2:16 PM

107
1
1-3. Antidiefstalsysteem
HILUX_OM_OM0K269E_(EE)
Veiligheid en beveiliging
Startblokkering
Auto's zonder Smart entry-sys-
teem en startknop:
Het controlelampje gaat knippe-
ren als de sleutel uit het contact-
slot is verwijderd, om aan te
geven dat het systeem is inge-
schakeld.
Het controlelampje stopt met knip-
peren als de geregistreerde sleu-
tel in het contactslot is gestoken
om aan te geven dat het systeem
is uitgeschakeld.
: Indien aanwezig
De sleutels van de auto zijn uitgerust met ingebouwde transpon-
derchips die voorkomen dat de motor gestart kan worden met
een sleutel die niet in een eerder stadium geregistreerd is in de
boordcomputer van de auto.
Laat de sleutels nooit in de auto achter als u de auto verlaat.
Dit systeem is ontworpen om autodiefstal te voorkomen, maar abso-
lute beveiliging tegen elke vorm van diefstal kan niet worden gega-
randeerd.
HILUX_OM_OM0K269E_(EE).book Page 107 Monday, March 7, 2016 2:16 PM

1212. Instrumentenpaneel
2
Instrumentenpaneel
HILUX_OM_OM0K269E_(EE)
Auto's met multi-informatiedisplay type B
De positie van bepaalde waarschuwingslampjes en controlelampjes kan
per auto verschillend zijn.
Waarschuwingslampjes informeren de bestuurder over storingen in
de aangegeven systemen van de auto.
Waarschuwingslampjes
*1Waarschuwingslampje
remsysteem (Blz. 553)*1, 2Motorcontrolelampje
(Blz. 554)
*1
(indien aanwezig)
Laadstroomcontrole-
lampje ( Blz. 553)*1Waarschuwingslampje
SRS ( Blz. 554)
*1
(indien aanwezig)
Waarschuwingslampje
lage oliedruk ( Blz. 553)*1Waarschuwingslampje
ABS ( Blz. 554)
HILUX_OM_OM0K269E_(EE).book Page 121 Monday, March 7, 2016 2:16 PM

1272. Instrumentenpaneel
2
Instrumentenpaneel
HILUX_OM_OM0K269E_(EE)Het ECO-controlelampje kan worden in- en uitgeschakeld.
Auto's zonder multi-informatiedisplay:
Houd de toets voor het wijzigen van de weergave van de kilometerteller/dag-
teller langer dan 2 seconden ingedrukt om de instelling te voltooien.
Auto's met multi-informatiedisplay:
Blz. 633
Door de toets voor het wijzigen van de
weergave van de kilometerteller/dagteller
ingedrukt te houden terwijl de kilometer-
teller wordt weergegeven, kunt u naar het
display voor de persoonlijke voorkeursin-
stellingen van het ECO-controlelampje
gaan.
Druk op de toets voor het wijzigen van de
weergave van de kilometerteller/dagteller
om het ECO-controlelampje in of uit te
schakelen.
WAARSCHUWING
■
Als een waarschuwingslampje van een veiligheidssysteem niet gaat
branden
Als een lampje van een veiligheidssysteem zoals de waarschuwingslamp-
jes ABS en SRS niet gaan branden als u de motor start, kan dat betekenen
dat deze systemen niet beschikbaar zijn om u te beschermen in geval van
een ongeval, waardoor ernstig letsel zou kunnen ontstaan. Laat de auto
onmiddellijk nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige
als dit gebeurt.
HILUX_OM_OM0K269E_(EE).book Page 127 Monday, March 7, 2016 2:16 PM