Page 209 of 812
2094-1. Voordat u gaat rijden
4
Rijden
C-HR_OM_Europe_OM10528E
Multidrive CVT
Trap, terwijl de selectiehendel in stand D staat, het rempedaal in.
Activeer indien nodig de parkeerrem.
Zet de selectiehendel in stand P of N als de auto langdurig sti l zal staan.
( →Blz. 244)
Handgeschakelde transmissie
Trap met ingetrapt koppelingspedaal het rempedaal in.
Activeer indien nodig de parkeerrem.
Als de auto gedurende langere tijd stilstaat, zet dan de select iehendel in
stand N. ( →Blz. 250)
Auto's met Stop & Start-systeem: Als het Stop & Start-systeem is inge-
schakeld, wordt de motor uitgeschakeld als de selectiehendel in stand N
wordt gezet en het koppelingspedaal wordt losgelaten. ( →Blz. 250)
Tot stilstand brengen van de auto
1
2
1
2
C-HR_OM_Europe_OM10528E.book Pag e 209 Tuesday, September 6, 2016 4:16 PM
Page 214 of 812

2144-1. Voordat u gaat rijden
C-HR_OM_Europe_OM10528E■
Rijden in het buitenland
Zorg ervoor dat uw auto voldoet aan de in het desbetreffende land geldende
wettelijke voorschriften en controleer of de juiste brandstof v erkrijgbaar is.
( →Blz. 764)
■ Stationair draaien vóór uitzetten van de motor
*
Laat de motor stationair draaien na rijden met hoge snelheden o f oprijden
van een helling om schade aan de turbo te voorkomen.
*: Behalve bediening Stop & Start-systeem
RijomstandighedenStationair draaien
Normaal stadsgebruik of rijden met hoge snel-
heid (met de maximaal toegestane snelheid op
de snelweg of de aanbevolen snelheid) Niet nodig
Rijden op een steile helling, constant rijden (rij-
den op een circuit, enz.) of trekken van een aan-
hangwagen Ongeveer
1 minuut
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot
gevolg hebben.
■ Bij het starten van de auto ( auto's met Multidrive CVT)
Houd het rempedaal altijd ingetrapt als de auto stilstaat en de motor draait.
Dit voorkomt kruipen van de auto.
C-HR_OM_Europe_OM10528E.book Pag e 214 Tuesday, September 6, 2016 4:16 PM
Page 226 of 812
2264-1. Voordat u gaat rijden
C-HR_OM_Europe_OM10528E
519 mm
519 mm
894 mm
559 mm
379 mm
387 mm
*1
395 mm*2
43,6 mm
*1: Auto's met Stop & Start-systeem ofzonder achterruitenwisser
*2: Auto's zonder Stop & Start-sys-teem, maar met achterruitenwisser
Montagepositie voor de trekhaak/afneembare trekhaak
1
2
3
4
5
6
7
C-HR_OM_Europe_OM10528E.book Pag e 226 Tuesday, September 6, 2016 4:16 PM
Page 255 of 812

255
4
4-2. Rijprocedures
Rijden
C-HR_OM_Europe_OM10528E
Richtingaanwijzerschakelaar
Rechts afslaan
Rijstrookwisseling naar rechts
(beweeg de hendel iets
omhoog en laat hem los)
De richtingaanwijzers aan de rech-
terzijde zullen drie keer knipperen.
Rijstrookwisseling naar links
(beweeg de hendel iets omlaag
en laat hem los)
De richtingaanwijzers aan de lin-
kerzijde zullen drie keer knipperen.
Links afslaan
■De richtingaanwijzers kunnen bediend worden als
Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop
Het contact AAN staat.
Auto's met Smart entry-systeem en startknop
Het contact AAN staat.
■ Als het controlelampje sneller knippert dan normaal
Controleer of er een lamp van de richtingaanwijzer voor of acht er is doorge-
brand.
■ Als de richtingaanwijzers stoppen met knipperen voordat van rijstrook
is veranderd
Bedien de hendel nogmaals.
■ Persoonlijke voorkeursinstellingen
Het aantal keren dat de richtingaanwijzers tijdens het verander en van rij-
strook knipperen kan worden aangepast. (Systemen met mogelijkheden voor
persoonlijke voorkeursinstellingen →Blz. 776)
Bedieningsinstructies
1
2
3
4
C-HR_OM_Europe_OM10528E.book Pag e 255 Tuesday, September 6, 2016 4:16 PM
Page 281 of 812

2814-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
4
Rijden
C-HR_OM_Europe_OM10528E
■De ruitenwissers en ruitensproe iers kunnen worden bediend als
Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop
Het contact AAN staat.
Auto's met Smart entry-systeem en startknop
Het contact AAN staat.
■ Effecten van de rijsnelheid op de ruitenwisserwerking (auto's m et ruiten-
wissers met regensensor)
Ook voor de andere standen zal, net als voor de stand AUTO, de tijd tot de
enkele slag om de laatste druppels te verwijderen na het gebruik van de rui-
tensproeier veranderen afhankelijk van de rijsnelheid.
■ Regensensor (auto's met ruitenwissers met regensensor)
●Als de ruitenwisserschakelaar in de stand AUTO wordt gezet en h et contact
AAN staat, werken de ruitenwissers één keer om aan te geven dat de stand
AUTO is geactiveerd.
● Als de temperatuur van de regensensor 90 °C of hoger is, of -15 °C of lager
is, werkt de automatische functie mogelijk niet. Zet de ruitenw isserschake-
laar in dat geval in een andere stand dan AUTO.
■ Als er geen ruitensproeiervloeist of op de voorruit terechtkomt
Controleer of er ruitensproeiervloeistof in het reservoir aanwe zig is en contro-
leer als dat het geval is of de sproeierkoppen niet verstopt zi jn.
●
De regensensor registreert de hoeveel-
heid neerslag.
De auto is voorzien van een optische
sensor. Deze werkt mogelijk niet goed
als zonlicht van de opkomende of
ondergaande zon af en toe op de voor-
ruit valt of als er insecten o.i.d. op de
voorruit zitten.
C-HR_OM_Europe_OM10528E.book Pag e 281 Tuesday, September 6, 2016 4:16 PM
Page 284 of 812

2844-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
C-HR_OM_Europe_OM10528E
■De achterruitenwisser en -sproe ier kunnen worden bediend als
Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop
Het contact AAN staat.
Auto's met Smart entry-systeem en startknop
Het contact AAN staat.
■ Als er geen ruitensproeiervloeist of op de voorruit terechtkomt
Controleer of er ruitensproeiervloeistof in het reservoir aanwe zig is en contro-
leer als dat het geval is of de sproeierkop niet verstopt is.
OPMERKING
■ Als de achterruit droog is
Gebruik de ruitenwisser niet als de achterruit droog is omdat de achterruit
hierdoor beschadigd kan raken.
■ Als het sproeierreservoir leeg is
Druk niet constant op de schakelaar, aangezien de sproeierpomp oververhit
kan raken.
■ Wanneer een sproeier verstopt raakt
Neem in dit geval contact op met een erkende Toyota-dealer of h ersteller/
reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitger uste des-
kundige.
Probeer als een sproeierkop verstopt is geraakt deze niet schoon te maken
met een naald of iets dergelijks. Hierdoor kan de sproeierkop beschadigd
raken.
C-HR_OM_Europe_OM10528E.book Pag e 284 Tuesday, September 6, 2016 4:16 PM
Page 374 of 812
3744-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_OM_Europe_OM10528E
Stop & Start-systeem∗
■Uitzetten van de motorTrap het rempedaal in terwijl
het koppelingspedaal geheel
ingetrapt is en breng de auto
tot stilstand.
Zet de selectiehendel in
stand N ( →Blz. 250) en laat
het koppelingspedaal los.
Het controlelampje van het Stop
& Start-systeem gaat branden.
■
Opnieuw starten van de motor
Controleer of de selectiehendel in stand N staat en trap het ko ppe-
lingspedaal in.
Het controlelampje van het Stop & Start-systeem gaat uit.
∗: Indien aanwezig
Het Stop & Start-systeem schakelt de motor uit en start deze
weer overeenkomstig de bed iening van het koppelingspedaal
als de auto tot stil stand wordt gebracht.
Werking Stop & Start-systeem
1
2
C-HR_OM_Europe_OM10528E.book Pag e 374 Tuesday, September 6, 2016 4:16 PM
Page 375 of 812

3754-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_OM_Europe_OM10528E
Druk op de uitschakeltoets van
het Stop & Start-systeem om het
Stop & Start-systeem uit te scha-
kelen.
Het controlelampje uitgeschakeld
Stop & Start-systeem gaat bran-
den.
Als nogmaals op de toets wordt
gedrukt, wordt het Stop & Start-
systeem weer ingeschakeld en
gaat het controlelampje uitgescha-
keld Stop & Start-systeem uit.
■
Automatisch opnieuw inschakelen van het Stop & Start-sys-
teem
Zelfs als het Stop & Start-systeem is uitgeschakeld met de uits cha-
keltoets van het Stop & Start-systeem, zal het s ysteem automatisch
weer worden ingeschakeld als de motor weer wordt gestart nadat
het contact UIT is gezet.
■Als op de uitschakeltoets van het Stop & Start-systeem wordt
gedrukt terwijl de auto stilstaat
● Als de motor is uitgezet door het Stop & Start-systeem, kunt u de
motor weer starten door op de uitschakeltoets van het Stop &
Start-systeem te drukken.
Vanaf de volgende keer dat de auto tot stilstand wordt gebracht
(nadat het Stop & Start-systeem is uitgeschakeld), zal de motor
niet worden uitgezet.
● Als het Stop & Start-systeem is uitgeschakeld en op de uitscha-
keltoets van het Stop & Start-systeem wordt gedrukt, wordt het
systeem weer ingeschakeld, maar zal de motor blijven draaien.
Vanaf de volgende keer dat de auto tot stilstand wordt gebracht
(nadat het Stop & Start-systeem is ingeschakeld), zal de motor
worden uitgezet.
Uitschakelen van het Stop & Start-systeem
C-HR_OM_Europe_OM10528E.book Pag e 375 Tuesday, September 6, 2016 4:16 PM