2016 OPEL MERIVA air filter

[x] Cancel search: air filter

Page 84 of 255

OPEL MERIVA 2016  Gebruikershandleiding (in Dutch) 82Instrumenten en bedieningsorganenInstrumenten en
bedieningsorganenBedieningsorganen ......................83
Stuurwielverstelling ...................83
Stuurbedieningsknoppen ...........83
Verwarmd

Page 97 of 255

OPEL MERIVA 2016  Gebruikershandleiding (in Dutch) Instrumenten en bedieningsorganen95Controlelampen in de
middenconsole
Overzicht
ORichtingaanwijzer  3 95XGordelverklikker  3 96vAirbags en gordelspanners
3  96VAirbag deactiveren  3 96pLaadsysteem  3

Page 111 of 255

OPEL MERIVA 2016  Gebruikershandleiding (in Dutch) Instrumenten en bedieningsorganen109Nr.Boordinformatie27Richtingaanwijzer rechtsvoor
defect28Richtingaanwijzer rechtsachter
defect29Controleer remlicht aanhanger30Controleer achteruitrijlicht
aanhange

Page 112 of 255

OPEL MERIVA 2016  Gebruikershandleiding (in Dutch) 110Instrumenten en bedieningsorganenBoordinformatie op het
Uplevel-display of
Uplevel-Combi-display
De boordinformatie verschijnt in de
vorm van teksten. Volg de instructies
van deze teksten.
Het disp

Page 134 of 255

OPEL MERIVA 2016  Gebruikershandleiding (in Dutch) 132KlimaatregelingKlimaatregelingKlimaatregelsystemen...............132
Verwarmings- en ventilatiesysteem ....................132
Airconditioning ......................... 133
Elektronisch klimaatrege

Page 143 of 255

OPEL MERIVA 2016  Gebruikershandleiding (in Dutch) Klimaatregeling141Pollenfilter
Filtering lucht
passagierscompartiment
Als de auto is uitgevoerd met een ver‐
warmings- en ventilatiesysteem of
met een airconditioningssysteem,
wordt de lucht in de c

Page 144 of 255

OPEL MERIVA 2016  Gebruikershandleiding (in Dutch) 142Rijden en bedieningRijden en bedieningRijtips......................................... 142
Controle over de auto ..............142
Sturen ...................................... 143
Starten en bedie

Page 148 of 255

OPEL MERIVA 2016  Gebruikershandleiding (in Dutch) 146Rijden en bediening
Een Autostop wordt door de naald
aangegeven bij de  AUTOSTOP-
stand in de toerenteller.
Tijdens een Autostop blijven de ver‐
warmings- en remfunctie behouden.
Voorzichtig
Tijd
Page:   1-8 9-16 next >