3–39
Alvorens te gaan rijden
Spiegels
Afstellen van de elektrisch bediende
spiegel
Het contact dient op ACC of ON te staan.
Stel als volgt af:
1. Draai de spiegelschakelaar naar links
of rechts
voor het kiezen van de
linker of de rechter zijspiegel.
2. Druk de spiegelschakelaar in de
gewenste richting.
Middenpositie
Spiegelschakelaar
Na het afstellen van de spiegel, de stand
vergrendelen door de schakelaar naar de
middenpositie te draaien.
Inklapbare buitenspiegel
WAARSCHUWING
Alvorens te gaan rijden, de
buitenspiegels steeds in de normale
rijstand terugzetten:
Rijden met de buitenspiegels ingeklapt
is gevaarlijk. Uw achteruitzicht is
dan beperkt, hetgeen ongelukken kan
veroorzaken. Handbediende inklapbare buitenspiegel
Klap de buitenspiegel voorzichtig naar
achteren, zodat deze plat tegen de wagen
komt te staan.
Elektrisch bediende inklapbare
buitenspiegels
Het contact dient op ACC of ON te staan.
Voor inklappen, de schakelaar draaien.
Voor het terugzetten van de spiegel
in de rijstand, de schakelaar naar de
middenpositie draaien.
Middenpositie
3–40
Alvorens te gaan rijden
Spiegels
*Bepaalde modellen.
WAARSCHUWING
De elektrisch bediende inklapbare
buitenspiegel niet aanraken wanneer
deze in beweging is:
Aanraken van een elektrisch bediende
inklapbare buitenspiegel wanneer deze
in beweging is, is gevaarlijk. Uw hand
kan klemraken en gewond raken of de
spiegel kan worden beschadigd.
Gebruik de elektrische
inklapschakelaar om de spiegel in de
rijklaarstand te zetten:
Het met de hand in de rijstand zetten
van de elektrisch bediende inklapbare
buitenspiegel is gevaarlijk. De spiegel
zal niet in positie vergrendelen en
zal het verkrijgen van een goed
achteruitzicht verhinderen.
Bedien de elektrisch bediende
inklapbare buitenspiegel uitsluitend
wanneer de auto veilig geparkeerd is:
Bediening van de elektrisch bediende
inklapbare buitenspiegel tijdens het
rijden is gevaarlijk. Windkracht die
tegen de spiegel drukt zal de spiegel
doen terugklappen en u zult de spiegel
dan niet meer in de rijstand kunnen
terugzetten, waardoor het verkrijgen
van een goed achteruitzicht verhinderd
wordt.
Gebruik van de elektrische
ruitbediening bij stopgezette motor
*
De buitenspiegels kunnen gebruikt worden
gedurende ongeveer 40 seconden nadat
het contact vanuit ON op uit is gezet en
alle portieren gesloten zijn. Als een portier
wordt geopend, worden de elektrische
buitenspiegels stopgezet.
Binnenspiegel
WAARSCHUWING
Stapel nooit lading of voorwerpen
hoger op dan de rugleuningen:
Lading die hoger wordt opgestapeld
dan de rugleuningen is gevaarlijk.
Dit kan uw uitzicht in de
achteruitkijkspiegel belemmeren,
waardoor het gevaar bestaat dat u
bij het veranderen van rijbaan een
voertuig raakt dat zich naast u bevindt.
Afstellen van de binnenspiegel
Stel alvorens te gaan rijden de
binnenspiegel af op het midden van het
achteruitzicht door de achterruit.
3–41
Alvorens te gaan rijden
Spiegels
Verminderen van verblinding door
koplampen
Stel de spiegel af terwijl de dag/nacht
hendel zich in de dag-stand bevindt.
Duw bij het rijden overdag de dag/
nacht hendel naar voren. Trek de hendel
naar achteren om verblinding door
de koplampen van achteropkomende
voertuigen te verminderen.
Dag/nacht hendel
Dag Nacht
3–60
Alvorens te gaan rijden
Rijtips
Rijden in de winter
Het wordt aanbevolen een nooduitrusting
mee te voeren. Handige daarvoor in
aanmerking komende hulpmiddelen
zijn bijvoorbeeld sneeuwkettingen, een
ruitenkrabber, een zakje met zand of
zout, een noodlamp, een kleine spade en
startkabels.
Vraag een deskundige reparateur, bij
voorkeur een of ¿ ciële Mazda reparateur,
de volgende punten te controleren:
Zorg er voor dat de radiateur de juiste
hoeveelheid anti-vries bevat.
Zie Motorkoelvloeistof op pagina
6-29 .
Controleer de toestand van de accu en de
kabels. Lage temperaturen verminderen
de capaciteit van elke accu.
Gebruik een motorolie die geschikt is
voor de laagste omgevingstemperaturen
waarbij met de auto wordt gereden
(pagina 6-23 ).
Controleer het ontstekingssysteem op
losse aansluitingen en beschadiging.
Gebruik sproeiervloeistof met een
anti-vries oplosmiddel, maar gebruik
geen koelvloeistof of anti-vries uit het
koelsysteem (pagina 6-32 ).
OPMERKING
De handrem niet bij vriesweer
gebruiken, aangezien deze kan
bevriezen. Schakel in plaats daarvan
in stand P bij een automatische
transmissie en in stand 1 of R bij een
handgeschakelde versnellingsbak.
Blokkeer de achterwielen.
Verwijder de sneeuw alvorens
te gaan rijden. Sneeuwresten
op de voorruit zijn gevaarlijk
aangezien deze het uitzicht kunnen
belemmeren.
Oefen geen overmatige kracht uit op
een ruitenkrabber bij het verwijderen
van ijs of bevroren sneeuw van het
spiegelglas en de voorruit.
Gebruik nooit warm of heet water
voor het verwijderen van sneeuw
of ijs van ruiten en spiegels
aangezien dit barsten in het glas kan
veroorzaken.
Rijd langzaam. Als sneeuw of ijs zich
op de remonderdelen heeft vastgezet,
kan dit een nadelige invloed op de
remwerking hebben. Rijd in een
dergelijke situatie langzaam, laat het
gaspedaal los en trap het rempedaal
enkele malen licht in totdat de
remwerking weer normaal wordt.
3–72
Alvorens te gaan rijden
Slepen
Aanhanger-remsysteem
Controleer de tabel van maximum aanhangergewichten in Gewichtsbeperkingen (pagina
3-65 ), en als het gewicht van uw aanhanger de waarde aangegeven in TOTALE
AANHANGERGEWICHT (Aanhanger zonder rem) overschrijdt, is een aanhangerrem
vereist.
Indien uw aanhanger van een remsysteem is voorzien, dient dit te voldoen aan alle
landelijke geldende voorschriften.
WAARSCHUWING
Sluit geen hydraulisch aanhanger-remsysteem op het remsysteem van uw auto aan:
Wanneer een hydraulisch aanhanger-remsysteem rechtstreeks wordt aangesloten op het
remsysteem van de auto, kan dit tot onvoldoende remvermogen leiden waardoor de kans
bestaat op letsel.
Tips voor het trekken van een aanhanger
Alvorens te gaan rijden
Controleer of uw Mazda zich nagenoeg normaal gedraagt wanneer er een belaste of
onbelaste aanhanger aan wordt gekoppeld. Niet gaan rijden wanneer de wagen abnormaal
naar voren of naar achteren overhelt. Inspecteer op een verkeerde belasting van de
trekhaakkogel, versleten onderdelen van de wielophanging en overbelasting van de
aanhanger. Laat de auto door een deskundige reparateur, bij voorkeur een of ¿ ciële Mazda
reparateur controleren.
Zorg er voor dat de lading van de aanhanger stevig bevestigd is om te voorkomen dat deze
gaat schuiven.
Zorg er voor dat de spiegels voldoen aan alle wettelijke bepalingen. Inspecteer deze.
Inspecteer alvorens te gaan rijden de werking van alle lichten van de auto en de aanhanger
en alle verbindingen tussen de auto en de aanhanger. Stop na het rijden van een korte
afstand en inspecteer nogmaals alle lichten en verbindingen.
4–38
Tijdens het rijden
Instrumentengroep en display
*Bepaalde modellen.
Actief rijden display *
Optische
ontvanger Spiegel
Combiner
WAARSCHUWING
Stel de helderheid en positie van de display altijd af bij stilstaand voertuig:
Afstellen van de helderheid en positie van de display tijdens het rijden is gevaarlijk,
aangezien dit uw aandacht van de weg kan a À eiden en een ongeluk kan veroorzaken.
OPGELET
Probeer niet handmatig de hoek van de actief rijden display af te stellen of deze te
openen of te sluiten. Vingerafdrukken op de display maken deze moeilijk zichtbaar en
het overmatig kracht uitoefenen tijdens de bediening kan beschadiging veroorzaken.
Plaats geen voorwerpen in de buurt van de actief rijden display. De kans bestaat dat de
actief rijden display niet functioneert of beschadigd wordt wanneer deze tijdens zijn
werking gehinderd wordt.
Plaats geen dranken in de buurt van de actief rijden display. Als water of andere
vloeistoffen op de actief rijden display worden gemorst, kan dit beschadiging
veroorzaken.
Plaats geen voorwerpen bovenop het scherm op de actief rijden display en plak geen
stickers op de combiner aangezien deze storing veroorzaken.
Er is een sensor ingebouwd die de helderheid van de display regelt. Als de optische
ontvanger wordt afgedekt, zal de displayhelderheid verminderen waardoor deze
moeilijk zichtbaar wordt.
Stel de optische ontvanger niet bloot aan sterke lichtinval. Anders kan dit beschadiging
veroorzaken.
4–85
Tijdens het rijden
Schakelaars en regelaars
*Bepaalde modellen.
Spiegelverwarming *
De spiegelverwarmingen ontdooien de
buitenspiegels.
De spiegelverwarmingen werken in
combinatie met de achterruitverwarming.
Voor het inschakelen van de
spiegelverwarmingen, het
contact op ON zetten en de
achterruitverwarmingsschakelaar
indrukken (pagina 4-84 ).
Handbediende airconditioning
Indicatielampje
Volledig automatische airconditioning
Indicatielampje
Claxon
Druk voor het gebruik van de claxon op
het
symbool op het stuurwiel.
4–113
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
Anti-botsingtechnologie
De anti-botsingtechnologie is ontworpen om de bestuurder te helpen botsingen te
voorkomen of de ernst daarvan te verminderen in situaties waar deze niet voorkomen
kunnen worden.
Vermindering van de ernst van een botsing bij lage snelheden
Vooruit rijden
Stadsverkeer-remassistent (SCBS) ..................................................................................4-156
Vermindering van de ernst van een botsing bij gemiddelde/hoge snelheden
Smart Brake Support remhulpsysteem (SBS) ..................................................................4-162
Camera en Sensoren
V o o r u i t r i j c a m e r a ( F S C )
De vooruitrijcamera (FSC) bepaalt de omstandigheden aan de voorzijde van de auto bij het
rijden in het donker en herkent rijbanen. De volgende systemen maken ook gebruik van de
vooruitrijcamera (FSC).
Koplampregelsysteem (HBC)
Rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem (LDWS)
Smart Brake Support remhulpsysteem (SBS)
De vooruitrijcamera (FSC) is ingebouwd aan de bovenzijde van de voorruit nabij de
achteruitkijkspiegel.
Zie Vooruitrijcamera (FSC) op pagina 4-165 .
Radarsensor (voor)
De radarsensor (voor) zendt radiogolven uit die weerkaatst worden door een voorliggend
voertuig en vervolgens weer door de radarsensor worden opgevangen. De volgende
systemen maken eveneens gebruik van de radarsensor (voor).
Mazda Radar Cruise Control (MRCC) systeem
Afstandherkenninghulpsysteem (DRSS)
Smart Brake Support remhulpsysteem (SBS)
De radarsensor (voor) is gemonteerd achter de radiateurgrille.
Zie Radarsensor (Voor) op pagina 4-168 .