5–106
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
4. Draai de audioregelknop voor het
selecteren van de naam van de
apparatuur die u wilt verbinden.
Apparatuurnaam 1
Apparatuurnaam 2
Apparatuurnaam 3
Apparatuurnaam 4
Apparatuurnaam 5
Apparatuurnaam 6
Apparatuurnaam 7
5. Druk de audioregelknop in voor het
selecteren van de apparatuur die u wilt
verbinden.
Het “
” symbool verdwijnt en
“ PAIRING ” knippert in de
audiodisplay.
OPMERKING
Wanneer “ GO BACK ” wordt
geselecteerd en de audioregelknop wordt
ingedrukt, keert de display terug naar
“ LINK CHANGE ”.
6. Als de verbinding met de gewenste
apparatuur met goed gevolg is gemaakt,
wordt het “
” symbool nogmaals
getoond, tezamen met “ LINK
CHANGED ”. “ LINK CHANGED ”
wordt gedurende drie seconden
getoond, vervolgens keert de normale
display terug.
OPMERKING
Bij bepaalde Bluetooth ®
audioapparatuur duurt het enige tijd
voordat het “
” symbool wordt
getoond.
Als een handsfree type mobiele
telefoon de meest recent gepaarde
apparatuur is, verbindt de Bluetooth
®
eenheid deze apparatuur. Als u een
Bluetooth
® type audioapparatuur wilt
gebruiken dat reeds eerder met de
Bluetooth
® eenheid is gepaard, dient
de verbinding gewijzigd te worden
naar deze apparatuur.
Als zich tijdens het verbinden
van apparatuur een fout voordoet,
knippert “ Err ” gedurende drie
seconden op de display en keert
de display terug naar “ LINK
CHANGE ”. Controleer in dit geval
de paringstatus van de Bluetooth
®
audioapparatuur en de locatie
van de apparatuur in de auto (niet
in de bagageruimte of in een
metalen doos) en probeer dan de
verbindingsprocedure opnieuw.
Het selecteren van apparatuur
is ook mogelijk met behulp van
spraakherkenning.
V e r i ¿ ëren van de huidige verbonden
apparatuur
Schakel over naar de modus voor
verbindingswijziging. (Zie “Wijzigen
van de verbinding naar Bluetooth
®
audioapparatuur”)
De naam van de apparatuur die als eerste
wordt getoond is de apparatuur die op dat
moment is verbonden.
5–107
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
Wissen van een apparaat
1. Selecteer met behulp van de
audioregelknop de paring verwijderen
modus “ PAIR DELETE ” in de
“ BT SETUP ” modus. (Zie voor
bijzonderheden “Instellen van
Bluetooth
® audioapparatuur”.)
2. Druk op de audioregelknop voor het
bepalen van de modus.
3. De naam van de eerste van de gepaarde
apparatuur wordt getoond.
4. Draai de audioregelknop en selecteer
de naam van de gepaarde apparatuur
die u wilt verwijderen.
Apparatuurnaam 1
Apparatuurnaam 2
Apparatuurnaam 3
Apparatuurnaam 4
Apparatuurnaam 5
Apparatuurnaam 6
Apparatuurnaam 7
OPMERKING
Enkel de namen van de gepaarde
apparatuur kunnen getoond worden.
Als enkel één stuks apparatuur is
gepaard, wordt enkel de naam van deze
apparatuur getoond. 5. Als een andere selectie dan
“ GO BACK ” is gemaakt en de
audioregelknop wordt ingedrukt, wordt
“ SURE ? NO ” getoond.
6. Draai de audioregelknop rechtsom en
schakel de display over naar “ SURE ?
YES ”.
OPMERKING
De display verandert als volgt
afhankelijk van of de audioregelknop
rechtsom of linksom wordt gedraaid.
-Rechtsom: “ SURE ? YES ” wordt op de
display getoond
-Linksom: “ SURE ? NO ” wordt op de
display getoond
7. Druk de audioregelknop in voor het
verwijderen van de gekozen apparatuur.
OPMERKING
Selecteer “ GO BACK ” en druk de
audioregelknop in om terug te keren
naar de “ PAIR DELETE ” display.
8. Nadat het verwijderen is voltooid,
wordt “ PAIR DELETED ” gedurende
drie seconden getoond en keert de
display vervolgens terug naar de
normale display.
OPMERKING
Als zich tijdens het verwijderen van de
gepaarde apparatuur een fout voordoet,
knippert “ Err ” gedurende drie seconden
op de display en keert de display terug
naar “ LINK DELETE ”.
5–10 8
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
Informatiedisplay van Bluetooth ®
audioapparatuur
1. Selecteer met behulp van
de audioregelknop de
modus voor weergave van
paringapparatuurinformatie “ DEVICE
INFO ” in de “ BT SETUP ” modus. (Zie
voor bijzonderheden “Instellen van
Bluetooth
® audioapparatuur”.)
2. Druk op de audioregelknop voor het
bepalen van de modus.
3. De naam van de Bluetooth
® eenheid
wordt getoond.
4. Draai de audioregelknop voor het
selecteren van de informatie voor de
Bluetooth
® eenheid die u wilt zien.
Apparatuurnaam
BT adres
OPMERKING
Wanneer “ GO BACK ” wordt
geselecteerd en de audioregelknop wordt
ingedrukt, keert de display terug naar
“ DEVICE INFO ”.
Beschikbare talen (Type A/Type B)
De beschikbare talen zijn Engels, Frans,
Spaans, Italiaans, Duits, Nederlands en
Portugees. Als de taalinstelling wordt
veranderd, worden alle gesproken
begeleiding en spraakinvoeropdrachten in
de gekozen taal gedaan.
OPMERKING
Als de taalinstelling wordt veranderd,
blijft de apparatuurregistratie
behouden.
Telefoonboekgegevens worden niet
gewist, echter voor elke taal is er een
apart telefoonboek. Dus gegevens
die in één taal zijn ingevoerd, moeten
opnieuw in het telefoonboek van de
nieuwe taal ingevoerd worden.
Voer deze stappen uit alvorens
u begint te rijden. Deze minder
gebruikte functies zijn te zeer
a À eidend om tijdens het rijden
gebruikt te worden, totdat u volledig
vertrouwd bent met het systeem.
(Methode 1)
1. Druk de opnementoets of sprekentoets
kort in.
2. Zeg: [Geluidssignaal] “Setup”
3. Prompt: “Selecteer één van
de volgende Koppelingsopties,
Bevestiging Prompts, Taal,
Wachtwoord, Selecteer Telefoon, of
Selecteer muziekspeler.”
4. Zeg: [Geluidssignaal] “Taal”
5. Prompt: “Selecteer een taal: Engels,
Frans, Spaans, Italiaans, Duits,
Nederlands of Portugees.”
6. Zeg: [Geluidssignaal] “Frans” (Spreek
de gewenste taal uit: “Engels”,
“Frans”, “Spaans”, “Italiaans”, “Duits”,
“Nederlands”, of “Portugees”)
5–114
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
B i j v .
“ (888) 555-1212” moet worden
uitgesproken als “Acht, acht, acht, vijf,
vijf, vijf, eén, twee, eén, twee.”
Zin Opdracht
1 0123456789
2 (888) 555-1212
3 Bel
4 Nummer keuze
5 Setup
6 Annuleer
7 Doorgaan
8 Help
OPMERKING
De zin van toepassing verschijnt in
de audiodisplay.
Nadat de gebruikerspraakregistratie
is voltooid, wordt door de gesproken
begeleiding “Spraakregistratie is
compleet” aangekondigd.
Spraakherkenning leren aan/uit
1. Druk de opnementoets of sprekentoets
kort in.
2. Zeg: [Geluidssignaal] “Inspreken”
3. Prompt: “Registratie is geactiveerd/
gedeactiveerd. Wilt u deze deactiveren/
activeren, of opnieuw inspreken?”
4. Zeg: [Geluidssignaal] “Deactiveren” of
“Activeren”
5. Wanneer “Deactiveren”
wordt uitgesproken, wordt het
spraakherkenning leren uitgeschakeld.
Wanneer “Activeren” wordt
uitgesproken, wordt het
spraakherkenning leren ingeschakeld.
6. Prompt: “Spraakregistratie is
gedeactiveerd/geactiveerd.”
Gereed maken van Bluetooth ®
(Type C/Type D)
Paren van apparatuur
Voor het gebruik van Bluetooth
® audio
en handsfree moet de apparatuur
uitgerust met Bluetooth
® aan de hand
van de volgende procedure met de
eenheid gepaard worden. Maximaal
zeven apparaten zoals Bluetooth
®
audioapparatuur en handsfree mobiele
telefoons kunnen gepaard worden.
OPMERKING
Het is mogelijk dat het Bluetooth ®
systeem gedurende 1 of 2 minuten nadat
het contact op ACC of ON is gezet niet
functioneert. Dit duidt echter niet op een
probleem. Controleer dat de Bluetooth
®
instelling op het apparaat in orde is en
probeer het Bluetooth
® apparaat vanaf
de auto opnieuw in te stellen als het
Bluetooth
® systeem na 1 of 2 minuten
niet automatisch verbinding maakt.
Paringprocedure
1. Selecteer het
pictogram op het
thuisscherm voor het tonen van het
Instellingen scherm.
2. Selecteer het
tabblad.
3. Selecteer
.
4. Schakel de Bluetooth ® instelling in.
5. Selecteer
om het
bericht te tonen en over te schakelen
naar gebruik van de apparatuur.
6. Voer met behulp van uw apparatuur
een zoekopdracht voor de Bluetooth
®
apparatuur (randapparatuur) uit.
7. Kies “Mazda” uit de lijst met
apparatuur die door de apparatuur
wordt afgezocht.
5–115
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
8. (Apparaat met Bluetooth ® versie 2.0)
Voer de getoonde 4-cijferige
paringcode op de apparatuur in.
(Apparaat met Bluetooth
® versie 2.1
of hoger)
Controleer dat de getoonde 6-cijferige
code op de audio-installatie ook op de
apparatuur wordt getoond en raak
aan.
Afhankelijk van het mobiele apparaat
is het mogelijk dat toestemming voor
verbinding en telefoonboektoegang is
vereist.
9. Als paring gelukt is, worden de functies
van het apparaat dat aangesloten is op
Bluetooth
® getoond.
10. (Apparatuur dat compatibel is met
de Mazda e-mail/SMS functie)
SMS (korte berichtenservice) berichten
en e-mail worden automatisch op het
apparaat gedownload. Afhankelijk
van het apparaat dient er mogelijk
een downloadtoestemming voor uw
apparaat ingesteld te worden.
OPMERKING
Voor het automatisch downloaden van
de belhistorie en berichten, moeten alle
automatische downloadinstellingen zijn
ingeschakeld.
Zie Communicatie-instellingen op
pagina 5-137 .
Nadat apparatuur is geregistreerd, wordt
de apparatuur automatisch door het
systeem geïdenti ¿ ceerd. Door Bluetooth
®
handsfree nogmaals te activeren of door
Bluetooth
® handsfree eerst te activeren
nadat het contact van OFF op ACC is
gezet, wordt de verbindingsstatus van het
apparaat getoond op de middendisplay.
BELANGRIJK Opmerking over paring
en automatische herverbinding:
Als paring op dezelfde mobiele
telefoon opnieuw wordt uitgevoerd,
dient u eerst “Mazda” dat op het
Bluetooth
® instelscherm van het
mobiele apparaat verschijnt eenmaal
te wissen.
Bij het updaten van het
besturingssysteem van de apparatuur
bestaat de kans dat de paringinformatie
gewist wordt. Herprogrammeer in
dit geval de paringinformatie in de
Bluetooth
® eenheid.
Controleer alvorens u uw apparaat paart,
dat Bluetooth ® op zowel uw telefoon als
op de auto “AAN” zijn.
Selectie van apparatuur
Als meerdere apparatuur wordt gepaard,
verbindt de Bluetooth
® eenheid de
laatst gepaarde apparatuur. Als u andere
gepaarde apparatuur wilt verbinden, is
het nodig de verbinding te wijzigen. Na
het wijzigen van de verbinding blijft de
volgorde van prioriteit van de apparatuur
behouden, ook wanneer het contact wordt
uitgezet.
Aansluiten van overige apparatuur
1. Selecteer het
pictogram op het
thuisscherm voor het tonen van het
Instellingen scherm.
2. Selecteer het
tabblad.
3. Selecteer
.
4. Schakel de Bluetooth ® instelling in.
5. Selecteer de naam van het apparaat dat
u wilt verbinden.
5–117
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
*Bepaalde modellen.
Beschikbare talen (Type C/
Type D) *
De taal kan gewijzigd worden.
Zie Instellingen op pagina 5-69 .
OPMERKING
Afhankelijk van de taal, is het mogelijk
dat deze enkel beschikbaar is voor
de schermdisplay maar niet voor de
spraakherkenning.
Spraakherkenning (Type C/
Type D)
In dit hoofdstuk wordt het basisgebruik
van de spraakherkenning verklaard.
Activeren van de spraakherkenning
Druk op de sprekentoets.
Beëindigen van de spraakherkenning
Gebruik een van de volgende methoden:
Druk op de ophangtoets.
Zeg, “annuleren”.
Bedien de commanderschakelaar of de
middendisplay (alleen wanneer de auto
stilstaat).
Overslaan van de gesproken begeleiding
(voor sneller gebruik)
Druk de sprekentoets in en laat deze los.
Storingzoeken voor spraakherkenning
Zeg “instructieprogramma” of “help”
als u in de spraakherkenningsmodus een
bedieningsmethode niet begrijpt.
Opdrachten die tijdens
spraakherkenning steeds gebruikt
kunnen worden
“ga terug” en “annuleren” zijn opdrachten
die tijdens spraakherkenning steeds
kunnen worden gebruikt.
Terug naar vorige bedieningsmodus
Zeg “ga terug” in de
spraakherkenningsmodus om terug te
keren naar de vorige bediening.
Annuleren
Zeg “annuleren” in de
spraakherkenningsmodus om het
Bluetooth
® handsfree-systeem op de
standbymodus in te stellen.