5–10
Interieurvoorzieningen
Klimaatregelsysteem
Volautomatisch type
Klimaatregelinginformatie wordt getoond op de display.
Luchtstromingdisplay Temperatuurinstellingdisplay (Bestuurderszijde)
Functiekeuzedisplay Display van
airconditioningmodus
Temperatuurinstellingdisplay (Passagierszijde)
Luchtinlaatkeuzeschakelaar
(stand voor recirculerende lucht)
Luchtinlaatkeuzeschakelaar(stand voor aanvoer
van buitenlucht) Bestuurderstemperatuurregelknop
AUTO schakelaar
Functiekeuzeregelknop
AanjagerregelschakelaarOFF
schakelaarVoorruitontwasemingsschakelaar
AchterruitverwarmingsschakelaarPassagierstemperatuurregelknop
DUAL schakelaar A/C schakelaar
Regelschakelaars
AUTO schakelaar
Door het indrukken van de AUTO
schakelaar zullen de volgende functies
automatisch overeenkomstig de gekozen
ingestelde temperatuur geregeld worden:
Luchtstroomtemperatuur
Hoeveelheid luchtstroming
Keuze van de luchtstroomfunctie
Keuze van aanvoer van buitenlucht/
recirculerende lucht
Werking van de airconditioning
Selecteren van A/C of A/C ECO
OPMERKING
AUTO schakelaar indicatielampje
Wanneer het systeem ingeschakeld
is, geeft dit automatische regeling
aan en het systeem zal automatisch
functioneren.
Als bij automatische regeling
een van de volgende schakelaars
wordt bediend, gaat het AUTO
schakelaarindicatielampje uit.
Functiekeuzeregelknop
Aanjagerregelschakelaar
Voorruitontwasemingsschakelaar
De functies van andere dan de
bediende schakelaars blijven
werken in de automatische
regeling.
5–11
Interieurvoorzieningen
Klimaatregelsysteem
OFF schakelaar
Door het drukken op de OFF schakelaar
wordt het klimaatregelsysteem
uitgeschakeld.
Temperatuurregelknop
Deze knop regelt de temperatuur. Draai
deze rechtsom voor verhoging van
temperatuur en linksom voor verlaging
van temperatuur.
Wanneer de DUAL schakelaar uit is:
Draai de
bestuurderstemperatuurregelknop voor
het regelen van de temperatuur voor de
gehele cabine.
Wanneer de DUAL schakelaar aan is:
Draai de bestuurders- of
voorpassagierstemperatuurregelknop
voor het onafhankelijk regelen van
de temperatuur aan elke zijde van de
cabine.
OPMERKING
Het klimaatregelsysteem
schakelt over naar de individuele
bedieningsmodus ( DUAL
schakelaarindicatielampje
brandt) door het draaien van de
voorpassagierstemperatuurregelknop
ook als de DUAL schakelaar uit
is, zodat de temperatuur voor
de bestuurder en voorpassagier
afzonderlijk ingesteld kan worden.
De temperatuureenheden voor de
temperatuurinstellingdisplay kunnen
gewijzigd worden in combinatie
met de temperatuureenheden voor
de buitentemperatuurdisplay. Zie
Buitentemperatuurdisplay op pagina
4-33 .
Aanjagerregelschakelaar
De aanjager heeft zeven snelheden. De
gekozen snelheid wordt aangegeven.
Functiekeuzeregelknop
De gewenste luchtstroom kan worden
gekozen (pagina 5-4 ).
OPMERKING
Wanneer de luchtstroomfunctie
ingesteld is op stand
en de
temperatuurregelknop ingesteld is op
een gematigde temperatuur, wordt
verwarmde lucht naar de
voetenruimte gevoerd en komt er
lucht van een in vergelijking lagere
temperatuur door de middelste, linker
en rechter luchtuitlaatroosters naar
buiten.
Druk op de
voorruitontwasemingsschakelaar om
de luchtstroom op
in te stellen.
In stand wordt de stand voor
aanvoer van buitenlucht automatisch
gekozen.
A/C schakelaar
Door het indrukken van de A/C
schakelaar terwijl de AUTO
schakelaar is ingeschakeld wordt de
airconditioning uitgeschakeld (koeling/
ontvochtigingsfuncties).
Wanneer de aanjagerregelschakelaar
aan is kan de airconditioning in- en
uitgeschakeld worden door het indrukken
van de A/C schakelaar.
Verandert als volgt telkens wanneer de
A/C schakelaar wordt ingedrukt.
A / C : A/C ECO :Stop