5–114
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
6. Druk de sprekentoets in met een korte
druk.
7. De gesproken begeleiding leest het
spraakinvoeropdrachtnummer op (zie
de lijst met spraakinvoeropdrachten
voor spraakherkenningleren). (Bijv.
“Lees alstublieft geavanceerde functie
1”)
8. Zeg: [Geluidssignaal] “0123456789”
(Zeg de spraakinvoeropdrachten
voor spraakherkenningleren (1 tot
8) overeenkomstig de gesproken
begeleiding.)
9. Prompt: “Spraakregistratie is
compleet.”
OPMERKING
Als zich een fout heeft voorgedaan bij
het spraakherkenning leren, is opnieuw
leren mogelijk door de sprekentoets kort
in te drukken.
Lijst met spraakinvoeropdrachten voor
spraakherkenningleren
Bij het oplezen dienen de volgende punten
in acht genomen te worden:
Lees de nummers één voor één correct
en natuurlijk op.
(Bijvoorbeeld, “1234” moet opgelezen
worden als “eén, twee, drie, vier”, niet
“twaalf, vierendertig”.)
Lees geen haakjes op. “ (” en
koppeltekens “-” worden gebruikt
voor het scheiden van nummers in een
telefoonnummer.
B i j v .
“ (888) 555-1212” moet worden
uitgesproken als “Acht, acht, acht, vijf,
vijf, vijf, eén, twee, eén, twee.”
Zin Opdracht
1 0123456789
2 (888) 555-1212
3 Bel
4 Nummer keuze
5 Setup
6 Annuleer
7 Doorgaan
8 Help
OPMERKING
De zin van toepassing verschijnt in
de audiodisplay.
Nadat de gebruikerspraakregistratie
is voltooid, wordt door de gesproken
begeleiding “Spraakregistratie is
compleet” aangekondigd.
Spraakherkenning leren aan/uit
1. Druk de opnementoets of sprekentoets
kort in.
2. Zeg: [Geluidssignaal] “Inspreken”
3. Prompt: “Registratie is geactiveerd/
gedeactiveerd. Wilt u deze deactiveren/
activeren, of opnieuw inspreken?”
4. Zeg: [Geluidssignaal] “Deactiveren” of
“Activeren”
5. Wanneer “Deactiveren”
wordt uitgesproken, wordt het
spraakherkenning leren uitgeschakeld.
Wanneer “Activeren” wordt
uitgesproken, wordt het
spraakherkenning leren ingeschakeld.
6. Prompt: “Spraakregistratie is
gedeactiveerd/geactiveerd.”
5–115
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
Gereed maken van Bluetooth ®
(Type C/Type D)
Paren van apparatuur
Voor het gebruik van Bluetooth
® audio
en handsfree moet de apparatuur
uitgerust met Bluetooth
® aan de hand
van de volgende procedure met de
eenheid gepaard worden. Maximaal
zeven apparaten zoals Bluetooth
®
audioapparatuur en handsfree mobiele
telefoons kunnen gepaard worden.
OPMERKING
Het is mogelijk dat het Bluetooth ®
systeem gedurende 1 of 2 minuten
nadat het contact op ACC of ON
is gezet niet functioneert. Dit
duidt echter niet op een probleem.
Controleer dat de Bluetooth
®
instelling op het apparaat in orde
is en probeer het apparaat waarvan
Bluetooth
® is ingeschakeld vanaf
de auto opnieuw in te stellen als
het Bluetooth
® systeem na 1 of 2
minuten niet automatisch verbinding
maakt.
Als met Bluetooth ® uitgeruste
apparatuur op de volgende plaatsen
of omstandigheden wordt gebruikt,
is verbinding via Bluetooth
® wellicht
niet mogelijk.
Het apparaat bevindt zich op
een plaats die verborgen is voor
de middendisplay, zoals achter
of onder een zitting of in de
handschoenenkast.
Het apparaat komt in contact
met of wordt afgedekt door een
metalen voorwerp of behuizing.
Het apparaat is ingesteld op de
energiebesparingsmodus. Paringprocedure
1. Selecteer het
pictogram op het
thuisscherm voor het tonen van het
Instellingen scherm.
2. Selecteer het
tabblad.
3. Selecteer
.
4. Schakel de Bluetooth ® instelling in.
5. Selecteer
om het
bericht te tonen en over te schakelen
naar gebruik van de apparatuur.
6. Voer met behulp van uw apparatuur
een zoekopdracht voor de Bluetooth
®
apparatuur (randapparatuur) uit.
7. Kies “Mazda” uit de lijst met
apparatuur die door de apparatuur
wordt afgezocht.
8. (Apparaat met Bluetooth
® versie 2.0)
Voer de getoonde 4-cijferige
paringcode op de apparatuur in.
(Apparaat met Bluetooth
® versie 2.1
of hoger)
Controleer dat de getoonde 6-cijferige
code op de audio-installatie ook op de
apparatuur wordt getoond en raak
aan.
Afhankelijk van het mobiele apparaat
is het mogelijk dat toestemming voor
verbinding en telefoonboektoegang is
vereist.
9. Als paring gelukt is, worden de functies
van het apparaat dat aangesloten is op
Bluetooth
® getoond.
10. (Apparatuur dat compatibel is met
de Mazda e-mail/SMS functie)
SMS (korte berichtenservice) berichten
en e-mail worden automatisch op het
apparaat gedownload. Afhankelijk
van het apparaat dient er mogelijk
een downloadtoestemming voor uw
apparaat ingesteld te worden.
5–116
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
OPMERKING
Voor het automatisch downloaden van
de belhistorie en berichten, moeten alle
automatische downloadinstellingen zijn
ingeschakeld.
Zie Communicatie-instellingen op
pagina 5-140 .
Nadat apparatuur is geregistreerd, wordt
de apparatuur automatisch door het
systeem geïdenti ¿ ceerd. Door Bluetooth
®
handsfree nogmaals te activeren of door
Bluetooth
® handsfree eerst te activeren
nadat het contact van OFF op ACC is
gezet, wordt de verbindingsstatus van het
apparaat getoond op de middendisplay.
BELANGRIJK Opmerking over paring
en automatische herverbinding:
Als paring op dezelfde mobiele
telefoon opnieuw wordt uitgevoerd,
dient u eerst “Mazda” dat op het
Bluetooth
® instelscherm van het
mobiele apparaat verschijnt eenmaal
te wissen.
Bij het updaten van het
besturingssysteem van de apparatuur
bestaat de kans dat de paringinformatie
gewist wordt. Herprogrammeer in
dit geval de paringinformatie in de
Bluetooth
® eenheid.
Controleer alvorens u uw apparaat paart,
dat Bluetooth ® op zowel uw telefoon als
op de auto “AAN” zijn.
Selectie van apparatuur
Als meerdere apparatuur wordt gepaard,
verbindt de Bluetooth
® eenheid de
laatst gepaarde apparatuur. Als u andere
gepaarde apparatuur wilt verbinden, is
het nodig de verbinding te wijzigen. Na
het wijzigen van de verbinding blijft de
volgorde van prioriteit van de apparatuur
behouden, ook wanneer het contact wordt
uitgezet.
Aansluiten van overige apparatuur
1. Selecteer het
pictogram op het
thuisscherm voor het tonen van het
Instellingen scherm.
2. Selecteer het
tabblad.
3. Selecteer
.
4. Schakel de Bluetooth ® instelling in.
5. Selecteer de naam van het apparaat dat
u wilt verbinden.
6.
selectie
Beide apparaten worden verbonden als
handsfree en Bluetooth
® audio.
selectie
Wordt verbonden als een handsfree
apparaat.
selectie
Wordt verbonden als Bluetooth ® audio.
OPMERKING
De volgende functies zijn voor
handsfree bellen of audiobediening
beschikbaar.
Handsfree: Telefoongesprekken en
e-mail/SMS
Audio: Bluetooth ® audio, Aha™,
Stitcher™ radio
5–118
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
Spraakherkenning (Type C/Type
D)
In dit hoofdstuk wordt het basisgebruik
van de spraakherkenning verklaard.
Activeren van de spraakherkenning
Druk op de sprekentoets.
Beëindigen van de spraakherkenning
Gebruik een van de volgende methoden:
Druk op de ophangtoets.
Zeg, “annuleren”.
Bedien de commanderschakelaar of de
middendisplay (alleen wanneer de auto
stilstaat).
Overslaan van de gesproken begeleiding
(voor sneller gebruik)
Druk de sprekentoets in en laat deze los.
Storingzoeken voor spraakherkenning
Zeg “instructieprogramma” of “help”
als u in de spraakherkenningsmodus een
bedieningsmethode niet begrijpt.
Opdrachten die tijdens
spraakherkenning steeds gebruikt
kunnen worden
“ga terug” en “annuleren” zijn opdrachten
die tijdens spraakherkenning steeds
kunnen worden gebruikt.
Terug naar vorige bedieningsmodus
Zeg “ga terug” in de
spraakherkenningsmodus om terug te
keren naar de vorige bediening.
Annuleren
Zeg “annuleren” in de
spraakherkenningsmodus om het
Bluetooth
® handsfree-systeem op de
standbymodus in te stellen.
Let op de volgende punten om
vermindering van de spraakherkenning
en spraakkwaliteit te voorkomen:
Tijdens de gesproken begeleiding
of het klinken van de zoemer is
gebruik van de spraakherkenning
niet mogelijk. Wacht totdat de
gesproken begeleiding of de pieptoon
is beëindigd alvorens uw opdrachten
uit te spreken.
Opdrachten die verband houden met
de telefoon zijn alleen beschikbaar
wanneer uw telefoon is aangesloten via
Bluetooth
® . Zorg er voor dat uw telefoon
via Bluetooth ® is aangesloten alvorens u
gesproken opdrachten geeft die verband
houden met de telefoon.
Opdrachten voor muziekweergave, zoals
Artiest afspelen en Album afspelen
kunnen alleen in de USB audiomodus
gebruikt worden.
Spreek niet te langzaam of te luid (geen
luide stem).
Spreek duidelijk, zonder te pauzeren
tussen woorden en getallen.
Dialecten of een andere bewoording
dan de handsfree prompts kunnen niet
door de spraakherkenning worden
herkend. Spreek in de bewoording
zoals voorgeschreven door de
spraakopdrachten.
Het is niet nodig recht voor de
microfoon te gaan zitten of er
naar toe over te leunen. Spreek de
spraakopdrachten uit en houd daarbij
een veilige rijpositie aan.
Sluit bij gebruik van Bluetooth ®
handsfree de ramen en/of het schuifdak
om harde geluiden van buiten de auto
te verminderen of stel de luchtstroming
van het airconditioningsysteem lager af.
Zorg er voor dat de luchtroosters de
luchtstroom niet omhoog naar de
microfoon richten.
5–120
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
Bediening van de audio-installatie met behulp van spraakherkenning (Type C/
Type D)
Spraakopdracht
Wanneer de sprekentoets wordt ingedrukt en de volgende opdracht wordt uitgesproken, kan
de audio of navigatie worden bediend. De opdrachten tussen ( ) kunnen worden weggelaten.
De betreffende naam en het nummer worden tussen de {} ingevoerd.
Standaard opdracht
Spraakopdracht Functie
annuleren Sluit de spraakherkenningsmodus af.
(ga) terug Keert terug naar de eerdere bediening.
help Bruikbare opdrachten kunnen geveri ¿ eerd worden.
instructieprogramma Basis spraakherkenningsopdrachten en methoden kunnen geveri ¿ eerd
worden.
(ga naar) home (scherm)/hoofdmenu Gaat over naar het thuisscherm.
(ga naar) communicatie Gaat over naar het communicatiescherm.
(ga naar) navigatie Gaat over naar het navigatiescherm.
(ga naar) entertainment (menu) Gaat over naar het amusementscherm.
(ga naar) instellingen Gaat over naar het instellingenscherm.
(ga naar) favorieten Gaat over naar het favorietenscherm.
Opdracht verband houdend met communicatie (telefoon)
Spraakopdracht Functie
bellen {naam in telefoonboek} (mobiel/
thuis/werk/overige)
Voorbeeld: “bellen John Mobiel” Bel het contact in het gedownloade telefoonboek.
Zie Bellen van een telefoonnummer op pagina 5-131 .
opnieuw kiezen Bel het laatste contact naar wie u hebt gebeld.
Zie Bellen van een telefoonnummer op pagina 5-131 .
Terugbellen Bel het laatste contact dat naar u heeft gebeld.
Zie Bellen van een telefoonnummer op pagina 5-131 .
5–121
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
*Bepaalde modellen.
Opdracht verband houdend met amusement (audio)
Spraakopdracht Functie Corresponderende
audiobron
(ga naar) AM (radio)/AM
(radio) afspelen Voor overschakelen van de audiobron naar AM radio. Alle
(ga naar) FM (radio)/FM
(radio) afspelen Voor overschakelen van de audiobron naar FM radio. Alle
(Ga naar/Afspelen) DAB
(Radio) Schakelt de audiobron over naar DAB radio. Alle
(ga naar ) bluetooth (audio)/
bluetooth (audio) afspelen Voor overschakelen van de audiobron naar BT audio. Alle
(ga naar) aha (radio)/aha
(radio) afspelen Schakelt de audiobron over naar Aha
™ Radio. Alle
(ga naar) stitcher/stitcher
afspelen Schakelt de audiobron over naar Stitcher
™ Radio. Alle
(ga naar) USB 1/USB 1
afspelen Voor overschakelen van de audiobron naar USB 1. Alle
(ga naar) USB 2/USB 2
afspelen Voor overschakelen van de audiobron naar USB 2. Alle
afspeellijst afspelen
{Playlistnaam} Voor afspelen van de geselecteerde playlist. USB
artiest afspelen {Artiestnaam} Voor afspelen van de geselecteerde artiest. USB
album afspelen {Albumnaam} Voor afspelen van het geselecteerde album. USB
genre afspelen {Genrenaam} Voor afspelen van het geselecteerde genre. USB
map afspelen {Mapnaam} Voor afspelen van de geselecteerde map. USB
Opdracht verband houdend met navigatie
*
Zie voor spraakopdrachten van het navigatiescherm de afzonderlijke handleiding voor het
navigatiesysteem.
OPMERKING
Bepaalde opdrachten kunnen niet worden gebruikt, afhankelijk van de classi ¿ catie en
speci ¿ catie.
Bepaalde opdrachten kunnen niet worden gebruikt, afhankelijk van de methode van
aansluiting van de apparatuur en de gebruiksomstandigheden.
De opdrachten zijn voorbeelden van de beschikbare opdrachten.
5–122
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
*Bepaalde modellen.
Bluetooth ® handsfree
(Type A)
*
Bellen van een telefoonnummer
Gebruik van het telefoonboek
Telefoongesprekken kunnen tot stand
gebracht worden door het zeggen van de
naam van een persoon (gesproken naam)
waarvan het telefoonnummer tevoren in
Bluetooth
® handsfree is vastgelegd. Zie
Telefoonboekregistratie.
1. Druk de opnementoets of sprekentoets
kort in.
2. Zeg: [Geluidssignaal] “Bel”
3. Prompt: “Naam alstublieft.”
4. Zeg: [Geluidssignaal] “XXXXX...
(Bijv. “John's telefoon”)” (Zeg een
gesproken naam die geregistreerd is in
het telefoonboek.)
5. Prompt: “Belt XXXXX... (Bijv.
“John's telefoon”) XXXX (Bijv.
“thuis”). is dit nummer correct?”
(Gesproken naam en telefoonnummer
locatie geregistreerd in telefoonboek).
6. Zeg: [Geluidssignaal] “Ja”
7. Prompt: “Bellen”
OPMERKING
De “Bel” opdracht en de gesproken
naam kunnen gecombineerd worden.
Bijv. Spreek in stap 2 “Bel John's
Telefoon” in, dan kunnen stappen 3 en 4
overgeslagen worden. Telefoonboekregistratie
In het Bluetooth
® handsfree telefoonboek
kunnen telefoonnummers worden
geregistreerd.
OPMERKING
Gebruik deze functie alleen wanneer u
geparkeerd staat. Dit is te a À eidend om
tijdens het rijden te proberen en u maakt
dan mogelijk teveel fouten zodat dit
weinig effectief is.
1. Druk de opnementoets of sprekentoets
kort in.
2. Zeg: [Geluidssignaal] “Telefoonboek”
3. Prompt: “Selecteer één van de
volgende opties: Voeg Nieuw
Contactpersoon Toe, Bewerken, Naam
Toevoegen, Wissen, Alles Verwijderen,
of Importeer contactpersoon.”
4. Zeg: [Geluidssignaal] “Voeg nieuw
contact persoon toe”
5. Prompt: “Naam alstublieft.”
6. Zeg: [Geluidssignaal] “XXXXX...
(Bijv. “Mary's telefoon”)” (Zeg een
gesproken naam voor de geregistreerde
naam.)
7. Prompt: “Toevoegen XXXXX... (Bijv.
“Mary's telefoon”) (geregistreerde
gesproken naam). is dit nummer
correct?”
8. Zeg: [Geluidssignaal] “Ja”
9. Prompt: “Thuis, werk, mobiel of
andere”
10. Zeg: [Geluidssignaal] “Mobiel”
(Zeg “Thuis”, “Werk”, “Mobiel”, of
“Andere”, voor het registreren van de
gewenste locatie.)
11. Prompt: “Mobiel (Te registreren
locatie). is dit nummer correct?”
12. Zeg: [Geluidssignaal] “Ja”
13. Prompt: “Het nummer alstublieft”
5–123
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
14. Zeg: [Geluidssignaal]
“XXXXXXXXXXX” (Zeg het te
registreren telefoonnummer.)
15. Prompt: “XXXXXXXXXXX
(telefoonnummer registratie). Voeg
na de pieptoon meer nummers toe, of
zeg 'Terug,' om het laatst toegevoegde
nummer nogmaals toe te voegen, of
druk op de knop 'Opnemen' om het
nummer op te slaan.”
16. (Registratie)
Druk de opnementoets in of zeg
“Toevoegen” en ga dan verder naar stap
17.
(Telefoonnummer toevoegen/
invoeren)
Zeg “XXXX” (gewenste
telefoonnummer) en ga dan verder naar
stap 15.
(Telefoonnummercorrectie)
Zeg, “Terug”. De prompt antwoordt,
“Terug. De laatst toegevoegde
nummers zijn verwijderd.”. Ga dan
terug naar stap 13.
17. Prompt: “Nummer opgeslagen. Wilt
u voor deze contactpersoon een ander
nummer toevoegen?”
18. Zeg: [Geluidssignaal] “Ja” of “Nee”.
19. Als “Ja”, kan een extra
telefoonnummer onder dezelfde invoer
geregistreerd worden.
Als “Nee”, keert het systeem terug naar
de standby-stand.
(Contact importeren)
Telefoonboekdata van uw apparatuur
(mobiele telefoon) kunnen verzonden en
geregistreerd worden in uw Bluetooth
®
handsfree telefoonboek met behulp van
Bluetooth
® .
1. Druk de opnementoets of sprekentoets
kort in.
2. Zeg: [Geluidssignaal] “Telefoonboek”
3. Prompt: “Selecteer één van de
volgende opties: Voeg Nieuw
Contactpersoon Toe, Bewerken, Naam
Toevoegen, Wissen, Alles Verwijderen,
of Importeer contactpersoon.”
4. Zeg: [Geluidssignaal] “Importeren
contactpersoon”
5. Prompt: “Het handsfree-systeem is
gereed om een contactpersoon vanaf de
telefoon te ontvangen; er kan alleen een
Thuisnummer, werknummer of mobiel
nummer geïmporteerd worden naar het
handsfreesysteem. Voor het importeren
van contactpersonen is het nodig dat
de gebruiker de telefoon bedient.
Raadpleeg hiervoor de handleiding
van de telefoon voor informatie over
importeren met de telefoon.”
6. Prompt: “X (Aantal locaties die data
bevatten) nummers zijn geïmporteerd.
Welke naam wilt u voor deze nummers
gebruiken?”
7. Zeg: [Geluidssignaal] “XXXXX...
(Bijv. “Mary's telefoon”)” (Zeg een
gesproken naam voor de geregistreerde
naam.)
8. Prompt: “Toevoegen XXXXX... (Bijv.
“Mary's telefoon”) (gesproken naam).
is dit nummer correct?”
9. Zeg: [Geluidssignaal] “Ja”
10. Prompt: “Nummer opgeslagen. Wilt u
een ander contactpersoon importeren?”
11. Zeg: [Geluidssignaal] “Ja” of “Nee”