DS5_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed02-2015
H ead - up display 126 -127
Instrumentenpaneel
1
8, 37-38
-
c
heck / onderhoudsindicator /
dagteller
-
d
immer dashboardverlichting /
black panel
Verklikkerlampjes
1
9-31
Meters
3
2-36
Elektrische parkeerrem
1
03-108
Stuurslot / starten/afzetten
van de motor met
de START/STOP-knop
10
0 -102
Klokje 38
Alarmknipperlichten
180
Cockpit
Plafonniers 157-15 8
Pictogrammendisplay veiligheidsgordels / frontairbag
passagierszijde
1
87, 190
Binnenspiegel
8
1
Ver warming / ventilatie
8
9 -90
Automatische airconditioning met gescheiden regeling
9
1-94
Ontwasemen / ontdooien
9
5
USB-box / Jack-aansluiting
8
2, 85
Zekeringen dashboard
2
19-221
Handgeschakelde zesversnellingsbak
1
10
Automatische transmissie
1
11-114
Schakelindicator
115
Hill Start Assist
1
09 Autoradio/ Bluetooth
28
1-307
Monochroom display C
3
9 - 42
Datum/tijd instellen
4
2
Configuratie van de auto
4
0 - 41
Touchscreen
43-45
Configuratie van de auto
4
5
Motorkapontgrendeling
243 Ruitbediening achter
6
6-67
12V-aansluiting
8
2, 83
Met dit systeem kan de verlichting van
bepaalde delen van het instrumentenpaneel
en de verlichting van het touchscreen (zwart
scherm) worden uitgeschakeld voor een
rustiger beeld tijdens nachtelijke ritten.
Op het instrumentenpaneel blijft de
belangrijkste rijinformatie, zoals de rijsnelheid,
de verklikkerlampjes, de weergave van de
ingeschakelde versnelling van de automatische
transmissie en de gegevens van de
snelheidsregelaar/-begrenzer, verlicht.
Black-panelfunctie
(comfortweergave bij nachtelijke
ritten) met het touchscreen
Klokje
Het analoge klokje is niet voorzien van een
instelknop.
Raadpleeg voor het op tijd zetten de rubriek
over het configuratiemenu van het display
(autoradio).
Het klokje wordt gesynchroniseerd met de
tijd op het display; zodra de tijd op het display
gewijzigd en opgeslagen wordt, verdraaien de
wijzers en worden ze gesynchroniseerd met
de door u ingestelde tijd. Deze synchronisatie
vindt ook plaats elke keer dat het contact wordt
aangezet.
F
D
ruk bij ingeschakelde
verlichting op deze knop om de
functie in te schakelen.
Touchscreen
U kunt op elk gewenst moment de
verlichting van het touchscreen weer
inschakelen door op het zwarte scherm of
op een van de menutoetsen te drukken.
In de stand AUTO van de verlichting
wordt de black-panelfunctie
automatisch uitgeschakeld zodra de
lichtsterkte van het omgevingslicht
voldoende is.
F
D
ruk nogmaals op deze knop om de functie
uit te schakelen of druk op de knop van de
dimmer van de dashboardverlichting.
DS5_nl_Chap05_visibilite_ed02-2015
Parkeerlichten
De zijkant van de auto wordt gemarkeerd door
het inschakelen van de parkeerlichten aan de
kant van het verkeer.
F
D
uw de lichtschakelaar binnen één
minuut na het afzetten van het contact
omhoog of omlaag om de parkeerlichten
aan de kant van het verkeer in te
schakelen (voorbeeld: rechts van de weg
parkeren: lichtschakelaar omlaag duwen;
parkeerlichten links gaan branden).
Het inschakelen wordt bevestigd door
een geluidssignaal en het branden van
het controlelampje van de desbetreffende
richtingaanwijzer op het instrumentenpaneel.
Zet om de parkeerlichten uit te schakelen de
lichtschakelaar in de middenstand of zet het
contact aan.
Deze functie zorgt ervoor dat na het afzetten
van het contact de dimlichten nog even blijven
branden om het uitstappen in het donker te
vergemakkelijken.
Handbediende follow me
home-verlichting
Inschakelen
F Geef binnen 1
minuut na het afzetten
van het contact een "lichtsignaal" met de
lichtschakelaar.
F
G
eef nogmaals een "lichtsignaal" om de
functie uit te schakelen.
Uitschakelen
Na het vergrendelen van de auto wordt de
handbediende follow me home-verlichting
na een bepaalde tijd (deze tijd kan worden
geprogrammeerd in het configuratiemenu)
automatisch uitgeschakeld.
Er kunnen storingen in de werking van
het systeem optreden:
-
a
ls het zicht slecht is (bijvoorbeeld
bij sneeuwval, zware regenval of
dichte mist, ...),
-
a
ls het gedeelte van de voorruit voor
de camera vuil, beslagen of bedekt
is (bijvoorbeeld met een sticker),
-
a
ls de verlichting van uw auto wordt
weerkaatst door spiegelende of
reflecterende panelen (bijvoorbeeld
verkeersborden).
Het systeem signaleert geen:
-
w
eggebruikers die geen verlichting
voeren, zoals voetgangers,
-
w
eggebruikers van wie de
verlichting wordt afgeschermd
(bijvoorbeeld door een vangrail op
de snelweg),
-
w
eggebruikers die zich aan de top
of de voet van een steile helling,
in een bocht of op een zijweg
bevinden.
3 11
Configuratie van de auto ..........................39, 45
Contact .......................................................... 101
Contact aangezet
.......................................... 101
Controlelampjes
...............................
...19 , 23 , 24
Controlelampjes (status)
.................................21
Controles
............................... 244, 245 , 2 51, 252
Eco-modus
.................................................... 227
Eco-rijden (adviezen)
...................................... 14
Electronic Brake Force Distribution (EBD)
...182
Electronic Stability Program (ESC)
2
7, 182 , 18 4
Elektronische sleutel
............................ 5
2-55, 57
ESP uitschakelen
.......................................... 18 4Follow-me-home verlichting .........................
14
6
Follow-me-home-verlichting
.................146, 148
Functie snelweg (richtingaanwijzers)
........... 18
0
D
EF
Dagrijverlichting
............................. 145, 2 11 , 212
Dagteller .......................................................... 37
Dagteller resetten
........................................... 37
Dashboardverlichting
...................................... 37
D
ashboardverlichting (dimmer)
...................... 37
D
atum (instellen)
............................................. 39
Datum instellen
............................................... 39
Derde remlicht
............................................... 2
18
Diesel
...................................................... 21, 2 41
Dieselmotor
........................... 2 41, 245 , 246 , 267
Dimlicht
........................................... 20,
142, 2 11
Display instrumentenpaneel
...................46, 115
Dodehoekdetectie
......................................... 12
3
Dynamische noodrem
...........................103, 107 Halogeenlampen
...........................................2 11
Handrem
.......................................................252
Handrem, elektrisch bediend
......... 26,
103, 107
Handsfree set
................................................292
Head-up display
............................126, 13 0 , 13 3
Het opslaan van de snelheid
........................128
Hill Start Assist
...............................
...............109
Hoofdsteunen achter
...................................... 79
H
oofdsteunen verstellen
...........................72, 75
Hoofdsteunen vóór .................................... 72, 75
Hulpoproep
........................................... 18
1, 278
Hulpoproep gelokaliseerd
............................. 2
78
H
Geheugen instellingen bestuurder .................74
Gereedschap ........................................ 2
02, 203
Gevarendriehoek
............................................ 88
Gewichten
............................................. 265, 269
Gewichten, overzicht
............................265, 269
Gordelverstelling
........................................... 187
Grootlicht
.................................. 20, 142 , 2 11, 213
G
Identificatie auto ............................................ 2 74
Identificatiegegevens .................................... 2 74
Identificatieplaatjes constructeur
.................2 74
Identificatie (stickers)
.................................... 2
74
Indeling achter
................................................ 86
Instapverlichting
............................................ 14
9
Instellen van de uitrustingen
.....................39, 45
Instrumentenpanelen
...................................... 18
Intelligente tractiecontrole
............................183
Interieurfilter
.................................................. 2 51
Interieurfilter (vervangen)
.............................2 51
Interieurindeling
.............................................. 8
2
Interieur ontgrendelen
....................................61
Interieurverlichting
................................ 157, 15 8
ISOFIX
.......................................................... 172
ISOFIX (bevestigingen) .................................170
ISOFIX bevestigingen
...................................170
ISOFIX kinderzitjes
................................ 170 -173
I
JACK-aansluiting .................................... 85, 291
J
Kaartleeslampjes .......................................... 157
Kentekenplaatverlichting .............................. 2
18
Keyless entry and start
.............................54, 60
Kilometerteller
................................................. 37
K
inderbeveiliging
.................................. 169, 176
Kinderen
......................................... 169, 171-173
Kinderen (veiligheidsvoorzieningen)
... 16
2, 163 ,
167 , 169 , 171-173 , 189
K
Trefwoordenregister