De luchthoeveelheid van het aircosysteem
wordt evt. tot aan het uitschakelen geredu‐
ceerd om de accu te ontzien.
Luchtverdeling handmatig Aan draaiknop draaien om het
gewenste programma of de ge‐
wenste tussenpositie te selecte‐
ren.▷ Ruiten.▷ Ter hoogte van het bovenlichaam.▷ Ruiten, ter hoogte van het bovenli‐
chaam en beenruimte.▷ Beenruimte.
Ruiten ontdooien en ontwasemen
Luchtverdeling op ruiten richtenj, luchthoe‐
veelheid en temperatuur verhogen en evt. de
koelfunctie inschakelen.
Achterruitverwarming
Toets indrukken.
Achterruitverwarming wordt na enige
tijd automatisch uitgeschakeld.
Microfilter
Het microfilter filtert stof en pollen uit de toe‐
gevoerde buitenlucht en luchtrecirculatiefunc‐
tie.
Dit filter moet bij het onderhoud, zie pa‐
gina 218, van uw auto worden vervangen.
Uitgebreide airconditioning
1Stoelverwarming, links 522Temperatuur, linksSeite 160BedieningKlimaatregeling160
Online Edition for Part no. 01 40 2 963 964 - VI/15
▷Rustig rijden.
Heet uitlaatsysteemWAARSCHUWING
Tijdens het rijden kunnen hoge tempera‐
turen onder de carrosserie optreden, bijv. door
het uitlaatsysteem. Als brandbare materialen,
bijv. bladeren of gras, met hete onderdelen van
het uitlaatsysteem in contact komen, kunnen
deze materialen ontbranden. Er bestaat kans
op letsel of schade.
De aangebrachte hitteschilden niet verwijde‐
ren of van een anticorrosielaag voorzien. Erop
letten dat tijdens het rijden, bij stationair
draaien of bij het parkeren geen brandbare ma‐
terialen met hete onderdelen van de auto in
contact kunnen komen. Het uitlaatsysteem
niet aanraken.◀
Dieselroetfilter
In het dieselroetfilter worden roetdeeltjes op‐
gevangen en periodiek onder hoge temperatu‐
ren verbrand.
Tijdens de reinigingsduur van enkele minuten
kan het volgende optreden:
▷Motor draait tijdelijk wat onregelmatiger.▷Geluiden en lichte rookontwikkeling uit de
uitlaat tot kort na het afzetten van de mo‐
tor.▷Normale vermogensontwikkeling vereist
een iets hoger toerental.
Mobiele communicatieapparatuur in
de auto
WAARSCHUWING
Voertuigelektronica en draadloze appara‐
tuur kunnen elkaar wederzijds beïnvloeden.
Door de zendfunctie van draadloze apparatuur
ontstaat straling. Er bestaat kans op letsel of
schade. Indien mogelijk in het interieur de
draadloze apparatuur, zoals mobiele telefoons,
alleen gebruiken met een directe aansluiting
op de buitenantenne om wederzijdse storing te
voorkomen en de straling buiten het interieur
te houden.◀
Aquaplaning
Op natte of modderige wegen kan zich tussen
banden en weg een laagje water vormen.
Dit staat bekend als aquaplaning en kan het
gedeeltelijke of totale verlies van het wegcon‐
tact tot gevolg hebben, waardoor de auto niet
meer bestuurbaar is en niet kan worden afge‐
remd.
Door water rijden ATTENTIE
Als te snel door hoog water wordt gere‐
den kan het water in de motorruimte, de elek‐
trische installatie of in de transmissie binnen‐
dringen. Er bestaat gevaar voor schade. Bij het rijden door water de maximaal aangegeven wa‐
terhoogte en de maximumsnelheid voor het rij‐
den door water niet overschrijden.◀
Alleen bij rustig water en slechts tot een water‐
hoogte van max. 25 cm en bij deze hoogte
max. met looptempo, tot 5 km/h rijden.
Veilig remmen
Uw auto is standaard met ABS uitgerust.
In situaties waar dat nodig is, bij voorkeur de
rem volledig intrappen.
De auto blijft bestuurbaar. Eventuele obstakels
met zo rustig mogelijke stuurbewegingen ont‐
wijken.
Het pulseren van het rempedaal en hydraulisch
regelgeluid wijzen erop dat het ABS in werking
is.
In bepaalde remsituaties kunnen de geperfo‐
reerde remschijven functiegeluiden veroorza‐
ken. Dit heeft echter geen invloed op het pres‐
tatieniveau en de bedrijfsveiligheid van de rem.Seite 179Bij het rijden in acht nemenRijtips179
Online Edition for Part no. 01 40 2 963 964 - VI/15
Alles van A tot Z
TrefwoordenregisterA
Aanbevolen bandenmer‐ ken 204
Aanbevolen brandstof 200
Aandrijfslipregeling, zie DSC 129
Aanhangergewicht 251
Aanhangerstabilisatierege‐ ling 184
Aanklempunt, starthulp 232
Aankomsttijd 93
Aanslaan van de motor 68
Aansluiting van elektrische apparaten 166
Aansteker 165
Aanvullende tekstmelding 85
Aanvullingen en wijzigingen na redactiesluiting 7
Aanwijzing brandstofme‐ ter 86
ABS, anti-blokkeersys‐ teem 129
ACC, actieve gewenste rij‐ snelheid met Stop & Go 135
Acceleratie-assistent, zie Launch Control 79
Accessoires en onderdelen 7
Accu, auto 227
Accu, vervangen 227
Achterlichten 223
Achterlichtlampen 226
Achterruitverwar‐ ming 160, 163
Achteruitkijkspiegel 57
Achteruitrijcamera 147
Actief-koolstoffilter 163
Actieradius 87
Actieve gewenste rijsnelheid met Stop & Go, ACC 135
Active Protection 126 Activeren, airbags 106
Actualiteit van de handlei‐ ding 7
Adaptief remlicht, zie Dynami‐ sche remlichten 126
Adaptieve bochtverlich‐ ting 100
Afdalingen 180
Afdichtmiddel 206
Afmetingen 244
Afstandsbediening/sleutel 32
Afstandsbediening, sto‐ ring 37
Afstandswaarschuwing, zie PDC 144
Afstand tot bestemming 93
Afvalverwerking, koelvloei‐ stof 217
Afzetten van de motor 69
Airbags 104
Airbagschakelaar, zie Sleutel‐ schakelaar voor passagiers‐
airbags 106
Airbags, controle-/waarschu‐ wingslampjes 105
Airconditioning, automa‐ tisch 158
Alarminstallatie 43
Alarm, ongewild 44
Alternatieve oliesoorten 214
Anti-blokkeersysteem, ABS 129
Anticipeerhulp 191
Antivries, sproeiervloei‐ stof 75
Aquaplaning 179
Asbak 165
Asbelastingen, gewich‐ ten 245
AUC automatische luchtrecir‐ culatiefunctie 162 Auto buiten bedrijf stel‐
len 240
Auto, inrijden 178
AUTO-intensiteit 162
Autokrik 226
Autolak 238
Automatisch dimmen, zie Grootlichtassistent 100
Automatische gewenste rij‐ snelheid met Stop & Go 135
Automatische luchtrecircula‐ tiefunctie AUC 162
Automatische start-stop- functie 69
Automatische verlichtingsre‐ geling 99
Automatische versnellings‐ bak, zie Steptronic versnel‐
lingsbak 76
Automatisch vergrende‐ len 42
Auto-onderhoud 238
AUTO-programma, aircondi‐ tioning 159, 161
AUTO-programma, intensi‐ teit 162
Autosleutel, zie Afstandsbe‐ diening 32
Autowasinstallaties 237
B Bagage 181
Bagagedrager, zie Dakdra‐ ger 182
Bagageruimte, opbergvak‐ ken 173
Bagageruimte vergroten 168
Bandbeschadiging 203
Bandenafdichtmiddel 206 Seite 260OpzoekenAlles van A tot Z260
Online Edition for Part no. 01 40 2 963 964 - VI/15
Condenswater onder deauto 180
Condition Based Service CBS 218
ConnectedDrive 6
ConnectedDrive Services 6
Contact aan 67
Contactdoos 166
Contactdoos achterin 167
Contactdoos, On-Board Dia‐ gnose OBD 219
Contactloos openen van het kofferdeksel 41
Contactsleutel, zie Afstands‐ bediening 32
Contact uit 67
Control Display 16
Control Display, instellin‐ gen 94
Controle- en waarschuwings‐ lampjes, zie "Check-Con‐
trol" 82
Controlelampjes, zie "Check- Control" 82
Controller 17
Corrosie van de remschij‐ ven 180
Cosmeticaspiegel 165
Coverbanden 204
Cruise-control, zie Actieve gewenste rijsnelheid 135
Cruise-control, zie Snelheids‐ regeling 141
Cupholder, bekerhouder 172
D
Dagrijlicht 100
Dagteller 86
Dakbelasting 245
Dakdrager 182
Dakdrager, zie Dakdra‐ ger 182
Dakhemel 15
Dashboardkastje 170
Datum 87 Deactiveren, airbags 106
Defrost, zie Ruiten ont‐ dooien 162
Diefstalbeveiliging, wielbou‐ ten 227
Diefstalbeveiliging, zie Alarm‐ installatie 43
Diesel 201
Dieselroetfilter 179
Digitale klok 87
Dimlicht 98
Dimmende binnenspiegel 59
Dimmende buitenspiegel 58
Displays reinigen 240
Displayverlichting, zie Instru‐ mentenverlichting 102
Doorlaadsysteem 168
Door water rijden 179
Draaicirkel 244
Draai-drukregelaar, zie Con‐ troller 17
Driving Assistant, zie Intelli‐ gent Safety 113
DSC dynamische stabiliteits‐ controle 129
DTC dynamische tractiecon‐ trole 130
Dynamische remlichten 126
Dynamische schokdemper‐ controle 131
Dynamische stabiliteitscon‐ trole DSC 129
Dynamische tractiecontrole DTC 130
E
ECO PRO 188
ECO PRO, anticipeer‐ hulp 191
ECO PRO, bonusactiera‐ dius 190
ECO PRO-rijstijlanalyse 194
ECO PRO-tip 190
Edelhout, onderhoud 239
Eenheden, maten 95 Een wasstraat binnenrij‐
den 237
Eerstehulpset 231
EfficientDynamics 191
EHBO-tas 231
Eigen veiligheid 7
Elektrische glazen dak 46
Elektrische ruitbediening 44
Elektrische stuurwielvergren‐ deling 59
Elektronische weergaven, in‐ strumentenpaneel 81
Elektronisch stabiliteitspro‐ gramma ESP, zie DSC 129
Energieterugwinning 88
ESP elektronisch stabiliteits‐ programma, zie DSC 129
Externe start 231
F
Flessenhouder, zie Bekerhou‐ der 172
Foutmeldingen, zie "Check- Control" 82
Frontairbags 104
Frontlampen 221
G
Garantie 7
Gebruikte symbolen 6
Gedeeld scherm, split‐ screen 22
Gegevens, technische 244
Geïntegreerde gebruiksaan‐ wijzing in de auto 28
Geïntegreerde sleutel 32
Gemiddelde snelheid 93
Gemiddeld verbruik 93
Geparkeerde auto, condens‐ water 180
Gereedschap 220
Geschikte motoroliesoor‐ ten 214 Seite 262OpzoekenAlles van A tot Z262
Online Edition for Part no. 01 40 2 963 964 - VI/15
Ontgrendelen/vergrendelenmet afstandsbediening 36
Ontgrendelen/vergrendelen via portierslot 37
Ontgrendelen, instellin‐ gen 42
Oog om te slepen, zie "Sleep‐ oog" 235
Oog voor borgkabel, rijden met een aanhangwa‐
gen 186
Opbergmogelijkheden 170
Opbergvak achterin 172
Opbergvakken 170
Opbergvakken in de portie‐ ren 171
Openen/sluiten via portier‐ slot 37
Openen en sluiten 32
Openen en sluiten, met af‐ standsbediening 36
Openen en sluiten, zonder af‐ standsbediening 37
Opmerkingen 6
Opslag, banden 205
Oude accu verwerken 228
Overbruggen, zie Start‐ hulp 231
Oververhitting van de motor, zie Koelvloeistoftempera‐
tuur 86
P Park Distance Control PDC 144
Parkeerassistent 153
Parkeerfunctie 58
Parkeerlicht 99
Parkeerrem 71
Parkeerwaarschuwing, zie PDC 144
Passagiersairbags, deactive‐ ring/activering 106
PDC Park Distance Con‐ trol 144 Pech, bandenpechwaarschu‐
wing RPA 110
Pech, vervangen van een wiel 226
Personal Profile 34
Personal Profile, profiel ex‐ porteren 35
Personal Profile, profiel im‐ porteren 35
Persoonlijke gegevens wis‐ sen 23
Persoonswaarschuwing met City-remfunctie 119
Plaats voor kinderen 61
Pleister, zie EHBO-tas 231
Portiersleutel, zie Afstands‐ bediening 32
Portierslot 37
Praktische tips voor het rij‐ den 178
Profiel, banden 203
Profile, zie Personal Pro‐ file 34
R Raapoliemethylester RME 201
Radio 6
Radiografische sleutel, zie Af‐ standsbediening 32
RDC bandenspanningscon‐ trole 107
Rechtsrijdend verkeer, instel‐ ling koplampen 102
Recycling 219
Regelsystemen, koersstabili‐ teit 129
Regensensor 74
Reiniging displays 240
Reinigingsmiddel voor vel‐ gen 239
Reinigingsvloeistof 75
Reis-boordcomputer 93
Reisdoelafstand 93
Remassistent 129 Remlicht, adaptief 126
Remlichten, dynamisch 126
Remmen, aanwijzingen 179
Remschijven inrijden 178
Remvoeringen inrijden 178
Reservewaarschuwing, zie Actieradius 87
Reservezekering 228
Reset, bandenspanningscon‐ trole RDC 108
Resetten, bandenspannings‐ controle RDC 108
Resterende actieradius 87
RES-toets 138
RES-toets, zie Actieve snel‐ heidsregeling, ACC 135
RES-toets, zie Snelheidsre‐ geling 141
Richtingaanwijzer achter 223
Richtingaanwijzer, zie Knip‐ perlicht 72
Rijaanwijzing, ECO PRO 190
Rijaanwijzingen, alge‐ meen 178
Rijbaanbegrenzing, waar‐ schuwing 121
Rijbelevingsschakelaar 131
Rijmodus 131
Rijmodus ECO PRO 188
Rijprogramma configure‐ ren 133
Rijstabiliteitsregelsyste‐ men 129
Rijstijlanalyse 194
Rijstrookwisselmelding 123
Rijtips 178
RME raapoliemethyles‐ ter 201
Roetdeeltjesfilter 179
Roetfilter 179
RON, benzinekwaliteit 200
Rondom de dakhemel 15
Rondom de middencon‐ sole 14
Rondom het stuurwiel 12 Seite 266OpzoekenAlles van A tot Z266
Online Edition for Part no. 01 40 2 963 964 - VI/15