INHOUDSOPGAVE
Achterbrugscharnierpunten smeren .......................................6-27
Voorvork controleren .....................6-27
Stuursysteem controleren .............6-28
Controleren van wiellagers ............6-28
Accu ..............................................6-28
Zekeringen vervangen ...................6-30
Koplampgloeilamp vervangen .......6-31
Parkeerlichtgloeilamp vervangen ..................................6-33
Richtingaanwijzer en
achterlicht/remlicht ....................6-35
Gloeilamp kentekenverlichting vervangen ..................................6-35
Problemen oplossen .....................6-36
Storingzoekschema’s ....................6-37
VERZORGING EN STALLING VAN
DE MOTORFIETS ..............................7-1
Matkleur, let op ...............................7-1
Verzorging .......................................7-1
Stalling.............................................7-4
SPECIFICATIES .................................8-1
GEBRUIKERSINFORMATIE ..............9-1
Identificatienummers .......................9-1
INDEX ...............................................10-1
U2KBD1D0.book Page 2 Wednesday, July 23, 2014 1:07 PM
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
3-15
3
De weergave koelvloeistoftemperatuur
geeft de temperatuur van de koelvloeistof
aan. De koelvloeistoftemperatuur is afhan-
kelijk van de weersomstandigheden en de
motorbelasting.
Als de melding “Hi” knippert, stop de ma-
chine dan, stop vervolgens de motor en
laat de motor afkoelen. (Zie pagina 6-38.)OPMERKINGU kunt de geselecteerde informatieweerga-
ve niet wijzigen terwijl de melding “Hi” knip-
pert.LET OP
DCA10022
Laat de motor niet draaien terwijl deze
oververhit is.
Weergave gemiddeld brandstofverbruik:De weergave van het gemiddelde brand-
stofverbruik “km/L”, “L/100km” of “MPG”
(alleen Verenigd Koninkrijk) geeft het ge-
middelde brandstofverbruik aan sinds de
weergave voor het laatst is teruggezet.
De weergave “km/L” geeft de gemid-
delde afstand aan die kan worden af-
gelegd op 1.0 L brandstof.
De weergave “L/100km” geeft de ge-
middelde hoeveelheid brandstof aan
die nodig is om 100 km af te leggen.
Alleen Verenigd Koninkrijk: De weer-
gave “MPG” geeft de gemiddelde af-
stand aan die kan worden afgelegd op
1.0 Imp.gal brandstof.
Als u de weergave gemiddeld brandstof-
verbruik op nul wilt terugzetten, gebruikt u
de selectieschakelaar om de informatie-
weergave te selecteren die de weergave
gemiddeld brandstofverbruik bevat. Druk
kort op de toets “RESET” zodat de weerga-
ve gemiddeld brandstofverbruik knippert
en druk vervolgens gedurende ten minste 2
seconden opnieuw op de toets “RESET”
terwijl de weergave knippert.
OPMERKINGNa het terugstellen van de weergave van
het gemiddelde brandstofverbruik wordt
“_ _._” weergegeven totdat de machine
1 km (0.6 mi) heeft afgelegd.LET OP
DCA15474
Bij storin gen wor dt continu “– –.–” weer-
g eg even. Vraag een Yamaha d ealer de
machine te controleren.Weergave huidig brandstofverbruik:De weergave van het huidige brandstofver-
bruik “km/L”, “L/100km” of “MPG” (alleen
Verenigd Koninkrijk) geeft het brandstof-
verbruik onder de huidige rijomstandighe-
den aan. De weergave “km/L” geeft de afstand
aan die kan worden afgelegd op 1.0 L
brandstof.
De weergave “L/100km” geeft de hoe-
veelheid brandstof aan die nodig is
om 100 km af te leggen.
GEAR4
Hi
C.TEMP ˚C
12.3
FUEL AVG km/L
12.3
CRNT FUEL km/L
U2KBD1D0.book Page 15 Wednesday, July 23, 2014 1:07 PM
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
3-16
3
Alleen Verenigd Koninkrijk: De weer-
gave “MPG” geeft de afstand aan die
kan worden afgelegd op 1.0 Imp.gal
brandstof.OPMERKINGBij snelheden onder 10 km/h (6 mi/h) wordt
“_ _._” weergegeven.LET OP
DCA15474
Bij storin gen wor dt continu “– –.–” weer-
g eg even. Vraa g een Yamaha d ealer de
machine te controleren.Instelmo dus
OPMERKING De versnellingsbak moet in de vrij-
stand staan en de machine moet zijn
gestopt als u instellingen in deze mo-
dus wilt wijzigen.
Wanneer u naar een versnelling scha-
kelt en gaat rijden, of de sleutel naar
“OFF” draait, worden alle gemaakte
instellingen opgeslagen en wordt de
instelmodus vervolgens afgesloten.Houd de menuschakelaar “MENU” ten
minste 2 seconden ingedrukt om de instel-
modus te openen. Houd de menuschake-
laar “MENU” opnieuw ten minste 2
seconden ingedrukt om de instelmodus af
te sluiten en terug te keren naar de normale
weergave.
1. Instelmodusweergave
MENUGrip WarmerMaintenanceTime TripUnitDisplayBrightnessClock
1
Wee r gave Beschrijvin g
Met deze functie kunt u de
instellingen voor laag, mid-
del en hoog tot 10 tempe-
ratuurniveaus instellen.
Met deze functie kunt u
het olieverversingsinterval
“OIL” (afgelegde afstand)
en de onderhoudsinterval-
len “FREE-1” en “FREE-2”
controleren en terugzetten
op nul.Grip WarmerMaintenance
Met deze functie kunt u de
functies “TIME–2” en
“TIME–3” controleren en
terugzetten op nul. Deze
tijdweergaven tonen de to-
tale verstreken tijd dat de
sleutel in de stand “ON”
staat. Wanneer de sleutel
naar “OFF” wordt ge-
draaid, worden de tijd-
weergaven gestopt, maar
niet teruggezet op nul. De
maximale tijd die kan wor-
den weergegeven is 99:59.
Als de tijdweergaven 99:59
bereiken, worden deze au-
tomatisch teruggesteld
naar 0:00 om vervolgens
door te gaan met tellen.
Met deze functie kunt u de
eenheden voor brandstof-
verbruik schakelen tussen
“L/100km” en “km/L”.
Alleen Verenigd Konink-
rijk: Met deze functie kunt
u de weergave-eenheden
schakelen tussen kilome-
ters en mijlen. Wanneer u
kilometers hebt geselec-
teerd, kunt u de eenheden
voor brandstofverbruik
schakelen tussen
“L/100km” en “km/L”.
Met deze functie kunt u de
items die in 3 informatie-
weergaven worden ge-
toond wijzigen.
Time TripUnitDisplay
U2KBD1D0.book Page 16 Wednesday, July 23, 2014 1:07 PM
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-31
6
3. Draai de contactsleutel naar “ON” enschakel het betreffende elektrische
circuit in om te zien of de apparatuur
werkt.
4. Als de zekering direct opnieuw door- brandt, vraag dan een Yamaha dealer
het elektrisch systeem te controleren.
DAU39014
Koplamp gloeilamp vervan genDe koplampen op dit model hebben halo-
geen gloeilampen. Vervang een koplamp-
gloeilamp als volgt als deze is
doorgebrand.LET OP
DCA10651
Pas op en zor g d at de vol gen de on der-
d elen niet wor den bescha digd:
Koplampg loeilamp
Raak het g las van de koplamp gloei-
lamp niet aan zo dat dit vetvrij blijft,
an ders kan d e doorzichti ghei d van
het glas, de lichtintensiteit en d e le-
vens duur na deli g wor den beïn-
vloe d. Wrijf eventuele
verontreini gin gen en vin geraf druk-
ken op het gloeilamp glas we g met
een doekje ged renkt in alcohol of
thinner.
Koplamplens
Plak geen kleurfolie of stickers op
d e kopl
amplens.
Ge bruik geen koplampg loeilamp
met een ho ger watta ge dan is voor-
g eschreven.
Voo r geschreven zekerin gen:
Hoofdzekering:
50.0 A
Koplampzekering: 20.0 A
Remlicht zekering: 1.0 A
Zekering parkeerlichtcircuit:
7.5 A
Zekering signaleringssysteem: 7.5 A
Zekering ontstekingssysteem: 20.0 A
Zekering radiatorkoelvin:
20.0 A
Backup-zekering: 7.5 A
Zekering elektronische smoorklep: 7.5 A
Zekering brandstofinjectiesysteem:
20.0 A
Zekering van de ABS-solenoïde-
klep:
20.0 A
Zekering ABS-regeleenheid: 7.5 A
Zekering ABS-motor: 30.0 A
Zekering vering:
15.0 A
Zekering cruise control: 1.0 A
Circuitzekering aansluitcontact voor
accessoires:
3.0 A
O/P (optie) zekering: 20.0 A
U2KBD1D0.book Page 31 Wednesday, July 23, 2014 1:07 PM
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-32
6
1. Verwijder de gloeilampkap door dezelinksom te draaien.
2. Maak de koplampstekker los. 3. Haak de gloeilamphouder los en ver-
wijder dan de defecte gloeilamp.
4. Breng een nieuwe koplampgloeilamp aan en zet deze dan vast met de gloei-
lamphouder.
5. Sluit de koplampstekker aan. 6. Monteer de gloeilampkap door deze
rechtsom te draaien.
7. Vraag indien nodig een Yamaha dea- ler de koplamplichtbundel af te stel-
len.1. Raak het glas van de gloeilamp niet aan.
1. Gloeilampkap
1
1. Koplampstekker
1. Koplampgloeilamp
2. Gloeilamphouder
1
1
2
U2KBD1D0.book Page 32 Wednesday, July 23, 2014 1:07 PM
SPECIFICATIES
8-3
8
Elektrische installatie:Ontstekingssysteem:Transistorontsteking
Laadsysteem:
Wisselstroomdynamo met permanente
magnetenAccu:Model:YTZ12S
Voltage, capaciteit: 12 V, 11.0 AhKoplamp:Type gloeilamp:HalogeenlampGloeilampen volta ge, watta ge × aantal:Koplamp:
12 V, 55.0 W × 2
Achterlicht/remlicht unit: LED
Voorste richtingaanwijzer: LED
Achterste richtingaanwijzer:
LED
Parkeerlicht: 12 V, 5.0 W × 2
Kentekenverlichting: 12 V, 5.0 W × 1
Instrumentenverlichting:
LED
Controlelampje vrijstand: LED
Controlelampje grootlicht: LED Waarschuwingslampje olieniveau:
LED
Controlelampje richtingaanwijzers: LED
Waarschuwingslampje motorstoring:
LED
ABS-waarschuwingslampje: LED
Cruise control “SET” controlelampje: LED
Cruise control “ON” controlelampje:
LED
Controlelampje startblokkering: LED
Controlelampje tractieregeling: LED
Waarschuwingslampje vering:
LED
Zekerin gen:Hoofdzekering:
50.0 A
Koplampzekering:
20.0 A
Remlicht zekering: 1.0 A
Zekering signaleringssysteem: 7.5 A
Zekering ontstekingssysteem:
20.0 A
Zekering parkeerlichtcircuit: 7.5 A
Zekering radiatorkoelvin: 20.0 A Zekering brandstofinjectiesysteem:
20.0 A
Zekering ABS-regeleenheid: 7.5 A
Zekering ABS-motor:
30.0 A
Zekering van de ABS-solenoïdeklep: 20.0 A
Zekering vering: 15.0 A
Zekering cruise control:
1.0 A
Circuitzekering aansluitcontact voor
accessoires:
3.0 A
Backup-zekering: 7.5 A
Zekering elektronische smoorklep: 7.5 A
O/P (optie) zekering:
20.0 A
U2KBD1D0.book Page 3 Wednesday, July 23, 2014 1:07 PM
10-1
10
INDEXAABS ....................................................... 3-27
ABS-waarschuwingslampje .................... 3-4
Accu ...................................................... 6-28
Achterbrugscharnierpunten, smeren .... 6-27BBagagedragers ..................................... 3-40
Bagageriembevestiging ........................ 3-41
Banden ................................................. 6-18
Bestuurderszadel .................................. 3-33
Bougies, controleren............................. 6-10
Brandstof .............................................. 3-30
Brandstofverbruik, tips voor een zuinig .................................................... 5-3CCardanolie............................................. 6-14
Claxonschakelaar ................................. 3-24
Contactslot/stuurslot .............................. 3-2
Controle- en waarschuwingslampjes ..... 3-3
Controlelampje grootlicht ....................... 3-3
Controlelampjes cruise control ............... 3-4
Controlelampjes richtingaanwijzers ........ 3-3
Controlelampje startblokkering............... 3-5
Controlelampje/waarschuwingslampje tractieregeling ....................................... 3-5
Cruise control ......................................... 3-6
Cruise control-schakelaars ................... 3-24DDimlichtschakelaar/ lichtsignaalschakelaar ........................ 3-23
D-mode (rijmodus) ................................ 3-22GGasgreep en gaskabel, controleren en
smeren................................................ 6-24 Gelijkstroom aansluitcontact voor
accessoires ........................................ 3-44
Gereedschapsset ................................... 6-2
Gloeilamp kentekenverlichting, vervangen........................................... 6-35
HHoogte bestuurderszadel, verstellen.... 3-33IIdentificatienummers .............................. 9-1
Inrijperiode.............................................. 5-3KKlepspeling ........................................... 6-18
Koelvloeistof ......................................... 6-15
Koplampgloeilamp, vervangen ............. 6-31
Koppelingshendel........................ 3-25, 6-21
Kuipruit ................................................. 3-35LLuchtfilterelement ................................. 6-17MMatkleur, let op ...................................... 7-1
Menuschakelaar ................................... 3-24
Middenbok en zijstandaard, controleren en smeren ....................... 6-26
Modelinformatiesticker ........................... 9-1
Motorolie en oliefilterpatroon ............... 6-11
Multifunctionele meter ............................ 3-9OOnderhoud, uitstootcontrolesysteem..... 6-3PParkeerlichtgloeilamp, vervangen ........ 6-33
Parkeren ................................................. 5-4
Plaats van de onderdelen ....................... 2-1
Problemen oplossen ............................ 6-36
RRem- en koppelingshendels, controleren en smeren........................6-25
Rem- en koppelingsvloeistof,
verversen ............................................6-24
Rem- en schakelpedalen controleren en smeren ...........................................6-25
Remhendel ............................................3-26
Remlichtschakelaars .............................6-22
Rempedaal ............................................3-27
Remvloeistofniveau, controleren ..........6-23
Richtingaanwijzer en achterlicht/ remlicht ...............................................6-35
Richtingaanwijzerschakelaar.................3-23SSchakelaar alarmverlichting ..................3-24
Schakelen ...............................................5-2
Schakelpedaal ......................................3-25
Selectieschakelaar ................................3-24
Serienummer motorblok .........................9-1
Smering en onderhoud, periodiek ..........6-4
Specificaties............................................8-1
Stalling ....................................................7-4
Startblokkeersysteem .............................3-1
Starten van de motor ..............................5-1
Startschakelaar/noodstopschakelaar ...3-24
Startspersysteem ..................................3-42
Stationair toerental, controleren ...........6-17
Storingzoekschema’s ...........................6-37
Stroomlijnpanelen, verwijderen en aanbrengen...........................................6-8
Stuurschakelaars ..................................3-23
Stuursysteem, controleren ....................6-28
U2KBD1D0.book Page 1 Wednesday, July 23, 2014 1:07 PM