INHOUDSOPGAVE
Controleren van wiellagers ............6-28
Accu ..............................................6-28
Zekeringen vervangen ...................6-30
Koplampgloeilamp vervangen .......6-33
Achterlicht/remlichtunit .................6-35
Gloeilamp in richtingaanwijzer vervangen ..................................6-35
Gloeilamp in kentekenverlichting
vervangen ..................................6-36
Parkeerlichtgloeilamp vervangen ..................................6-37
Ondersteunen van de motorfiets ...................................6-38
Voorwiel (voor modellen zonder
ABS) ...........................................6-38
Achterwiel (voor modellen zonder ABS) ...........................................6-39
Problemen oplossen .....................6-41
Storingzoekschema’s ....................6-42
VERZORGING EN STALLING VAN
DE MOTORFIETS ..............................7-1
Matkleur, let op ...............................7-1
Verzorging .......................................7-1
Stalling.............................................7-3
SPECIFICATIES .................................8-1
GEBRUIKERSINFORMATIE ..............9-1
Identificatienummers .......................9-1 INDEX
.............................................. 10-1
U1RCD1D0.book Page 2 Wednesday, May 28, 2014 1:57 PM
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
3-9
3
Het multifunctionele display toont de vol-
gende voorzieningen: een kilometerteller
twee rittellers (die de afgelegde af-
stand aangeven sinds de tellers het
laatst werden teruggesteld op nul)
een ritteller voor brandstofreserve (die
de afgelegde afstand aangeeft sinds
het linkersegment van de brandstofni-
veaumeter begon te knipperen)
een weergave huidig brandstofver-
bruik
een weergave gemiddeld brandstof-
verbruik
een weergave koelvloeistoftempera-
tuur
een weergave luchtaanzuigtempera-
tuur
een helderheidsregeling
Druk op de toets “SELECT” om te schake-
len tussen de weergaven voor huidig
brandstofverbruik “km/L” of “L/100 km”,
gemiddeld brandstofverbruik “AVE_ _._
km/L” of “AVE_ _._ L/100 km”, koelvloei-
stoftemperatuur “°C”, luchtaanzuigtempe-
ratuur “Air_ _ °C”, kilometerteller “ODO” en
ritteller “TRIP 1” en “TRIP 2” in de volgende
volgorde: km/L of L/100 km
→ AVE_ _._ km/L of AVE_
_._ L/100 km → °C → Air_ _ °C → ODO →
TRIP 1 → TRIP 2
Alleen Verenigd Koninkrijk:
Druk op de toets “SELECT” om te schake-
len tussen de weergaven voor huidig
brandstofverbruik “km/L”, “L/100 km” of
“MPG”, gemiddeld brandstofverbruik
“AVE_ _._ km/L”, “AVE_ _._ L/100 km” of
“AVE_ _._ MPG”, koelvloeistoftemperatuur
“°C”, luchtaanzuigtemperatuur “Air_ _ °C”,
kilometerteller “ODO” en ritteller “TRIP 1”
en “TRIP 2” in de volgende volgorde:
km/L, L/100 km of MPG → AVE_ _._ km/L,
AVE_ _._ L/100 km of AVE_ _._ MPG → °C
→ Air_ _ °C → ODO → TRIP 1 → TRIP 2
OPMERKINGDruk op de toets “RESET” om in omge-
keerde volgorde te schakelen tussen de
weergaven.Als het waarschuwingslampje
brandstofniveau “ ” en het linkersegment
van de brandstofniveaumeter gaan knippe-
ren, schakelt de weergave automatisch
naar de ritteller brandstofvoorraad “F-
TRIP” en wordt de afgelegde afstand vanaf dat punt aangegeven. In dat geval wordt
door het indrukken van de toets “SELECT”
gewisseld tussen de diverse weergaven
van ritteller, kilometerteller, huidige verbruik
en gemiddelde verbruik, in de onderstaan-
de volgorde:
F-TRIP
→ km/L of L/100 km → AVE_ _._
km/L of AVE_ _._ L/100 km → °C → Air_ _
°C → ODO → TRIP 1 → TRIP 2 → F-TRIP
Alleen Verenigd Koninkrijk:
F-TRIP → km/L, L/100 km of MPG → AVE_
_._ km/L, AVE_ _._ L/100 km of AVE_ _._
MPG → °C → Air_ _ °C → ODO → TRIP 1
→ TRIP 2 → F-TRIP
Om een ritteller op nul terug te stellen, se-
lecteert u deze door op de toets “SELECT”
te drukken en dan de toets “RESET” min-
stens 1 seconde lang ingedrukt te houden.
Wanneer u de brandstofreserve-ritteller niet
zelf met de hand op nul terugstelt, wordt
deze automatisch teruggesteld zodra na
het tanken 5 km (3 mi) is gereden en wordt
de vorige ritteller weergegeven.
U1RCD1D0.book Page 9 Wednesday, May 28, 2014 1:57 PM
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
3-10
3
Weergave hui dig b ran dstofver bruik
De weergave van het huidige brandstofver-
bruik kan worden ingesteld op “km/L”,
“L/100 km” of “MPG” (alleen Verenigd Ko-
ninkrijk). “km/L”: De afstand die onder de huidi-
ge rijomstandigheden kan worden af-
gelegd met 1.0 L brandstof wordt
weergegeven.
“L/100 km”: De hoeveelheid brandstof
die nodig is om onder de huidige rij-
omstandigheden 100 km af te leggen
wordt weergegeven.
“MPG” (alleen Verenigd Koninkrijk):
De afstand die onder de huidige rijom-
standigheden kan worden afgelegd
met 1.0 Imp.gal brandstof wordt
weergegeven. Houd de toets “SELECT” een seconde lang
ingedrukt om te wisselen tussen de twee
weergaven voor het huidige brandstofver-
bruik terwijl een van de weergaven wordt
getoond.
OPMERKINGBij snelheden onder 20 km/h (12 mi/h)
wordt “_ _._” weergegeven.Weer
gave gemi ddel d b ran dstofverb ruik
De weergave van het gemiddelde brand-
stofverbruik kan worden ingesteld op
“AVE_ _._ km/L”, “AVE_ _._ L/100 km” of
“AVE_ _._ MPG” (alleen Verenigd Konink-
rijk).
Deze weergave toont het gemiddelde
brandstofverbruik sinds de weergave op
nul is teruggezet.
“AVE_ _._ km/L”: De gemiddelde af-
stand die kan worden afgelegd op 1.0
L brandstof wordt weergegeven.
“AVE_ _._ L/100 km”: De gemiddelde
hoeveelheid brandstof die nodig is om
100 km af te leggen wordt weergege-
ven.
“AVE_ _._ MPG” (alleen Verenigd Ko-
ninkrijk): De gemiddelde afstand die
kan worden afgelegd op 1.0 Imp.gal
brandstof wordt weergegeven.
Houd de toets “SELECT” een seconde lang
ingedrukt om te wisselen tussen de weer-
gaven voor het gemiddelde brandstofver-
bruik terwijl een van de weergaven wordt
getoond.
Om de weergave van het gemiddelde
brandstofverbruik terug te stellen selecteert
u deze door op de toets “SELECT” te druk-
ken en dan de toets “RESET” minstens een
seconde lang ingedrukt te houden.
OPMERKINGNa het terugstellen van een weergave van
het gemiddelde brandstofverbruik wordt “_
_._” weergegeven voor die weergave totdat
de machine 1 km (0.6 mi) heeft afgelegd.
1. Weergave huidig brandstofverbruik
1
1. Weergave gemiddeld brandstofverbruik
1
U1RCD1D0.book Page 10 Wednesday, May 28, 2014 1:57 PM
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-33
6
DAU58001
Koplampgloeilamp vervan genDe koplamp op dit model heeft een halo-
geen gloeilamp. Vervang de koplampgloei-
lamp als volgt als deze is doorgebrand.LET OP
DCA10651
Pas op en zor g d at de vol gen de on der-
d elen niet wor den bescha digd:
Koplampg loeilamp
Raak het glas van d e koplamp gloei-
lamp niet aan zo dat dit vetvrij blijft,
an ders kan d e doorzichti ghei d van
het glas, de lichtintensiteit en d e le-
vens duur na deli g wor den beïn-
vloe d. Wrijf eventuele
verontreini gin gen en vin geraf druk-
ken op het g loeilampglas we g met
een doekje ged renkt in alcohol of
thinner.
Koplamplens
Plak geen kleurfolie of stickers op
d e kopl ampl
ens.
Ge bruik geen koplamp gloeilamp
met een ho ger watta ge dan is voor-
g eschreven.
1. Verwijder de zijkappen van de kop-
lampunit door de bouten aan beide zij-
den los te maken. 2. Trek de kap van de koplampunit om-
hoog om deze te scheiden van de
koplampunit.
3. Verwijder de doorvoerrubbers.1. Raak het glas van de gloeilamp niet aan.
1. Bout
1
1
1. Bout
2. Zijpaneel koplampunit
1. Kap van koplampunit1
1
2
21
U1RCD1D0.book Page 33 Wednesday, May 28, 2014 1:57 PM
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-34
6
4. Maak de stekker van het parkeerlichtlos.
5. Maak de koplampstekker los en ver- wijder vervolgens de koplampunit van
het voertuig. 6. Verwijder de gloeilampkap.
7. Haak de gloeilamphouder los en ver-
wijder dan de defecte gloeilamp. 8. Breng een nieuwe koplampgloeilamp
aan en zet deze dan vast met de gloei-
lamphouder.
9. Breng de gloeilampkap aan.
10. Bevestig de koplampunit zoals ge-
toond en sluit vervolgens de koplamp-
stekker aan.1. Doorvoer
1. Parkeerlichtstekker1
1
1. Koplampstekker
1. Gloeilampkap
1
1
1. Gloeilamphouder
2. Koplampgloeilamp
12
U1RCD1D0.book Page 34 Wednesday, May 28, 2014 1:57 PM
SPECIFICATIES
8-3
8
Elektrische installatie:Ontstekingssysteem:Transistorontsteking
Laadsysteem:
Wisselstroomdynamo met permanente
magnetenAccu:Model:YTZ10S
Voltage, capaciteit: 12 V, 8.6 AhKoplamp:Type gloeilamp:HalogeenlampGloeilampen volta ge, watta ge × aantal:Koplamp:
12 V, 60.0 W/55.0 W × 1
Achterlicht/remlicht unit: LED
Voorste richtingaanwijzer: 12 V, 10.0 W × 2
Achterste richtingaanwijzer:
12 V, 10.0 W × 2
Parkeerlicht: 12 V, 5.0 W × 2
Kentekenverlichting: 12 V, 5.0 W × 1
Instrumentenverlichting:
LED
Controlelampje vrijstand: LED
Controlelampje grootlicht: LED Waarschuwingslampje olieniveau:
LED
Controlelampje richtingaanwijzers: LED
Waarschuwingslampje
koelvloeistoftemperatuur: LED
Waarschuwingslampje motorstoring:
LED
ABS-waarschuwingslampje: MT09A LED
Controlelampje startblokkering: LED
Zekerin gen:Hoofdzekering:
50.0 A
Circuitzekering: 2.0 A
Koplampzekering:
15.0 A
Zekering signaleringssysteem: 7.5 A
Zekering ontstekingssysteem: 15.0 A
Zekering parkeerlichtcircuit:
7.5 A
Zekering radiatorkoelvin: 15.0 A
Zekering brandstofinjectiesysteem: 10.0 A
Zekering ABS-regeleenheid:
MT09A 7.5 A
Zekering ABS-motor: MT09A 30.0 A Zekering van de ABS-solenoïdeklep:
MT09A 15.0 A
Backup-zekering: 7.5 A
Zekering elektronische smoorklep:
7.5 A
U1RCD1D0.book Page 3 Wednesday, May 28, 2014 1:57 PM
10-1
10
INDEX
AAandrijfketting, reinigen en smeren ...... 6-24
ABS (voor modellen met ABS).............. 3-16
ABS-waarschuwingslampje (voor modellen met ABS) .............................. 3-4
Accu ..................................................... 6-28
Achterbrugscharnierpunten, smeren .... 6-27
Achterlicht/remlichtunit ........................ 6-35BBagageriembevestiging ........................ 3-24
Banden ................................................. 6-15
Bougies, controleren .............................. 6-8
Brandstof .............................................. 3-18
Brandstofverbruik, tips voor een zuinig .................................................... 5-4CClaxonschakelaar ................................. 3-14
Contactslot/stuurslot .............................. 3-2
Controlelampje grootlicht ....................... 3-3
Controlelampje richtingaanwijzers ......... 3-3
Controlelampjes en waarschuwingslampjes ........................ 3-3
Controlelampje startblokkering .............. 3-5DDimlichtschakelaar ............................... 3-14
D-mode (rijmodus) ................................ 3-13GGasgreep en gaskabel, controleren en smeren ............................................... 6-25
Gelijkstroom kabelstekker voor
accessoires ........................................ 3-27
Gereedschapsset ................................... 6-2
Gloeilamp kentekenverlichting,
vervangen ........................................... 6-36 Gloeilamp richtingaanwijzer,
vervangen .......................................... 6-35
IIdentificatienummers.............................. 9-1
Inrijperiode ............................................. 5-4KKabels, controleren en smeren ............ 6-24
Klepspeling .......................................... 6-15
Koelvloeistof......................................... 6-11
Koplampgloeilamp, vervangen ............ 6-33
Koppelingshendel ................................ 3-15
Koppelingshendel, vrije slag
afstellen.............................................. 6-18LLichtsignaalschakelaar ......................... 3-14
Luchtfilterelement ................................ 6-14MMatkleur, let op ...................................... 7-1
Modelinformatiesticker........................... 9-1
Motorolie en oliefilterpatroon ................. 6-9
Multifunctionele meter ........................... 3-5OOnderhoud, uitstootcontrolesysteem .... 6-3
Ondersteunen van de motorfiets ......... 6-38
Opbergcompartiment........................... 3-21PParkeerlichtgloeilamp, vervangen ........ 6-37
Parkeren ................................................. 5-5
Plaats van de onderdelen ...................... 2-1
Problemen oplossen ............................ 6-41RRem- en koppelingshendels, controleren en smeren ....................... 6-26 Rem- en schakelpedalen controleren
en smeren ........................................... 6-25
Remhendel............................................ 3-16
Remlichtschakelaars............................. 6-19
Rempedaal............................................ 3-16
Remvloeistofniveau, controleren .......... 6-20
Remvloeistof, verversen ....................... 6-22
Richtingaanwijzerschakelaar ................ 3-14
SSchakelaar alarmverlichting.................. 3-14
Schakelen ............................................... 5-2
Schakelpedaal ...................................... 3-15
Schokdemperunit, afstellen .................. 3-22
Serienummer motorblok ......................... 9-1
Smering en onderhoud, periodiek .......... 6-4
Spanning aandrijfketting ....................... 6-22
Specificaties ........................................... 8-1
Stalling .................................................... 7-3
Startblokkeersysteem ............................. 3-1
Starten van de motor .............................. 5-1
Startschakelaar/noodstopschakelaar ... 3-14
Startspersysteem.................................. 3-25
Stationair toerental, co ntroleren ........... 6-14
Storingzoekschema’s ........................... 6-42
Stuurschakelaars .................................. 3-13
Stuursysteem, controleren ................... 6-28TTankbeluchtingsslang en overloopslang ..................................... 3-19
Tankdop................................................ 3-17UUitlaatkatalysator .................................. 3-19VVeiligheidsinformatie............................... 1-1
U1RCD1D0.book Page 1 Wednesday, May 28, 2014 1:57 PM