3344-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
In de volgende situaties waarschuwt het RSA-systeem de bestuurder
m.b.v. een waarschuwingsdisplay.
● Wanneer de rijsnelheid de drempelwaarde voor de snelheidswaar-
schuwing in relatie tot de maximumsnelheid op het op het multi-
informatiedisplay weergegeven verkeersbord overschrijdt, veran-
dert de kleur van het verkeersbord.
● Als wordt gesignaleerd dat uw auto een ander voertuig inhaalt ter-
wijl er een verkeersbord voor een inhaalverbod wo rdt weergegeven
op het multi-informatiedisplay, gaat het verkeersbord knipperen.
■ Automatisch uitschakelen van weergave verkeersborden RSA
In de volgende situaties worden een of meer verkeersborden automatisch uit-
geschakeld.
● Een nieuw verkeersbord wordt over een bepaalde afstand niet herkend.
● De weg verandert als gevolg van een afslag naar links of rechts, enz.
■ Omstandigheden waaronder de functie mogelijk niet goed werkt of niet
goed signaleert
In de volgende situaties werkt de RSA niet normaal en worden verkeersbor-
den mogelijk niet herkend, worden onjuiste verkeersborden weergegeven,
enz. Dit duidt echter niet op een storing.
● De camerasensor is niet goed uitgelijnd doordat de sensor, enz. is blootge-
steld aan hevige schokken.
● Er zit(ten) vuil, sneeuw, stickers, enz. op de voorruit in de buurt van de
camerasensor.
● Onder barre weersomstandigheden, bijvoorbeeld bij zware regenval, mist,
sneeuw of zandstormen
● Licht van een tegenligger, de zon, enz. dringt de camerasensor binnen.
● Het verkeersbord is vuil, vervaagd, gekanteld of krom of, in geval van een
elektronisch verkeersbord, het contrast is slecht.
● Het verkeersbord gaat helemaal of gedeeltelijk verscholen achter boombla-
deren, een paal, o.i.d.
● Het verkeersbord is alleen korte tijd zichtbaar voor de camerasensor.
● De omgeving (bij afslaan, rijstrookwisseling, enz.) wordt onjuist beoordeeld.
● Ook wanneer een verkeersbord niet van toepassing is op de rijstrook waar
op dat moment op wordt gereden, staat dit bord wel direct na een vertakking
van de snelweg of bij een aangrenzende rijstrook net voordat rijstroken
samenkomen.
● Er zitten stickers op de achterzijde van de voorligger.
Waarschuwingsscherm
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 334 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
3354-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)●
Er wordt een verkeersbord herkend dat lijkt op een verkeersbord dat com-
patibel is met het systeem.
● Er wordt met de auto in een land gereden waar het verkeer aan de andere
kant rijdt.
● Mogelijk worden verkeersborden met de snelheidslimiet voor parallelwegen
gesignaleerd en weergegeven (wanneer deze in het zicht van de camera-
sensor staan) terwijl de auto op de hoofdweg rijdt.
● Mogelijk worden verkeersborden met de maximaal toegestane snelheid
voor afslagen van rotondes gesignaleerd en weergegeven (wanneer deze in
het zicht van de camerasensor staan) terwijl de auto op de rotonde rijdt.
● De snelheidsinformatie die op het instrumentenpaneel wordt weergegeven
verschilt mogelijk met de informatie die wordt weergegeven op het naviga-
tiesysteem (indien aanwezig) als gevolg van de gebruikte kaartgegevens
van het navigatiesysteem.
■ Rijden in een land met een andere eenheid voor snelheid
Aangezien de RSA verkeersborden herkent aan de hand van de ingestelde
eenheid voor snelheid, is het noodzakelijk om de ingestelde eenheid van het
instrumentenpaneel te wijzigen. Stel de ingestelde eenheid van het instru-
mentenpaneel in op de eenheid van snelheid van de verkeersborden op de
actuele locatie. ( →Blz. 672)
■ Weergave verkeersbord snelheidslimiet
Als het contact de laatste keer UIT werd gezet terwijl er een verkeersbord
met de maximaal toegestane snelheid op het multi-informatiedisplay werd
weergegeven, wordt datzelfde verkeersbord weer weergegeven wanneer het
contact AAN wordt gezet.
■ Persoonlijke voorkeursinstellingen
De instellingen voor het waarschuwingsdisplay, de waarschuwingszoemer
*,
de drempelwaarde voor de waarschuwi ng voor te hard rijden, enz. kunnen
worden gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen:
→Blz. 672)
*: Als de snelheidslimiet met aanvullend teken wordt overschreden, werkt de
waarschuwingszoemer niet.
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 335 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
3384-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
WAARSCHUWING
■Onbedoeld activeren van de Dynamic Radar Cruise Control met volle-
dig snelheidsbereik voorkomen
Schakel de Dynamic Radar Cruise Control met volledig snelheidsbereik uit
met de toets ON-OFF als deze niet wordt gebruikt.
■ Situaties waarin de Dynamic Rada r Cruise Control met volledig snel-
heidsbereik niet kan worden gebruikt
Gebruik de Dynamic Radar Cruise Control met volledig snelheidsbereik niet
in de volgende situaties.
Als u dat wel doet, wordt de snelheid mogelijk niet goed geregeld, waardoor
een ongeval met ernstig letsel kan ontstaan.
● Op wegen met voetgangers, fietsers, enz.
● In druk verkeer
● Op wegen met scherpe bochten
● Op slingerende wegen
● Op wegen die door regen, ijs of sneeuw glad zijn
● Op steile afdalingen of bij afwisselend sterk dalende en sterk stijgende
wegen
Bij het afdalen van een helling kan de rijsnelheid de geprogrammeerde
snelheid overschrijden.
● Op invoegstroken van autowegen en snelwegen
● Als de weersomstandigheden zo slecht zijn dat ze een juiste signalering
door de sensoren onmogelijk zouden kunnen maken (mist, sneeuw, zand-
storm, zware regenval, enz.)
● Als er regen, sneeuw, enz. op de voorzijde van de radarsensor of de
camerasensor zit
● In verkeersomstandigheden waarbij her haaldelijk accelereren en decele-
reren noodzakelijk is
● Bij het rijden met een aanhangwagen of tijdens het slepen in een noodge-
val
● Als er vaak een naderingswaarschuwing hoorbaar is
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 338 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
3394-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
In deze modus registreert een radarsensor of er binnen ongeveer
120 meter voor u een voertuig rijdt. Deze sensor wordt tevens
gebruikt om de afstand tussen uw auto en de voorligger te berekenen
en een geschikte afstand tussen uw auto en de voorligger te handha-
ven.
Let erop dat de afstand tot uw voorligger kleiner wordt als u een lange hel-
ling afrijdt.
Rijden in de afstandsregelmodus
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 339 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
3464-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
Wanneer de constante-snelheidsregeling is geselecteerd, blijft de
auto met een ingestelde snelheid rijden, zonder de tussenafstand te
regelen. Selecteer deze modus alleen wanneer de afstandsregel-
modus niet goed werkt als gevolg van een vuile radarsensor.
Houd bij uitgeschakelde cruise
control de toets ON-OFF gedu-
rende ten minste 1,5 seconden
ingedrukt.
Direct nadat op de toets ON-OFF
is gedrukt, gaat het controlelampje
Dynamic Radar Cruise Control
branden. Vervolgens gaat het con-
trolelampje cruise control branden.
Overschakelen naar de constante-
snelheidsregelmodus is alleen
mogelijk als de hendel wordt
bediend terwijl de cruise control uit
staat.
Accelereer of decelereer met
behulp van het gaspedaal naar
de gewenste rijsnelheid (hoger
dan ongeveer 50 km/h) en druk
de hendel naar beneden om de
snelheid op te slaan.
Het controlelampje cruise control
SET gaat branden.
De rijsnelheid op het moment dat
de hendel wordt losgelaten, wordt
de ingestelde snelheid.
Wijzigen van de ingestelde snelheid: →Blz. 342
Uitschakelen en hervatten van de snelheidsregeling: →Blz. 344
Selecteren van de constante-snelheidsregelmodus
1
2
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 346 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
3474-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
■De Dynamic Radar Cruise Control me t volledig snelheidsbereik kan wor-
den gebruikt als
● Schakelstand D is geselecteerd.
● De rijsnelheid hoger is dan ongeveer 50 km/h.
Als echter een voorligger wordt gesi gnaleerd, kan de Dynamic Radar Cruise
Control met volledig snelheidsbereik zelfs worden ingeschakeld als de rij-
snelheid ongeveer 50 km/h of lager is.
■ Accelereren na het instellen van de rijsnelheid
Bedien het gaspedaal om te accelereren. Na het accelereren gaat de auto
weer rijden met de ingestelde snelheid. Als de afstandsregelmodus is inge-
schakeld, neemt de rijsnelheid echter mogelijk af tot onder de ingestelde
snelheid, zodat de afstand tot de voorligger gehandhaafd blijft.
■ Automatisch uitschakelen van de afstandsregelmodus
De afstandsregelmodus wordt automatisch uitgeschakeld in de volgende situ-
aties.
●De werkelijke rijsnelheid zakt onder ongeveer 40 km/h en er worden geen
voorliggers gesignaleerd.
● De voorligger verlaat de rijstrook terwijl uw auto rijdt met een lagere rijsnel-
heid dan ongeveer 40 km/h. Anders kan de sensor de auto niet op de juiste
manier signaleren.
● De VSC is geactiveerd.
● De TRC is gedurende een bepaalde periode geactiveerd.
● Wanneer de VSC of TRC wordt uitgeschakeld door de schakelaar VSC OFF
in te drukken.
● De sensor kan niet goed signaleren omdat hij ergens door bedekt is.
● Pre Crash Brake-systeem wordt ingeschakeld.
● Intelligent sonarsysteem is in werking. (indien aanwezig)
● De parkeerrem is geactiveerd.
● De auto wordt door het systeem stilgezet op een steile helling.
● Als de auto door het systeem is stilgezet, wordt het volgen van de voorligger
in de volgende gevallen niet hervat:
• De bestuurder draagt geen veiligheidsgordel.
• Het bestuurdersportier wordt geopend.
• De auto staat langer dan 3 minuten stil.
In dit geval wordt mogelijk automatisch schakelstand P ingeschakeld.
( →Blz. 271)
Als de afstandsregelmodus om een andere dan de hierboven genoemde
redenen automatisch uitgeschakeld wordt, kan er een storing in het systeem
aanwezig zijn. Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 347 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
3484-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)■
Automatisch uitschakelen van de constante-snelheidsregelmodus
De constante-snelheidsregelmodus wordt automatisch uitgeschakeld in de
volgende situaties:
● Actuele rijsnelheid zakt tot meer dan ongeveer 16 km/h onder de ingestelde
rijsnelheid.
● Werkelijke rijsnelheid zakt onder ongeveer 40 km/h.
● De VSC is geactiveerd.
● De TRC is gedurende een bepaalde periode geactiveerd.
● Wanneer de VSC of TRC wordt uitgeschakeld door de schakelaar VSC OFF
in te drukken.
● Pre Crash Brake-systeem wordt ingeschakeld.
● Intelligent sonarsysteem is in werking. (indien aanwezig)
Als de afstandsregelmodus om een andere dan de hierboven genoemde
redenen automatisch uitgeschakeld wordt, kan er een storing in het systeem
aanwezig zijn. Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
■ Waarschuwingsmeldingen en zoemers voor de Dynamic Radar Cruise
Control met volledig snelheidsbereik
Waarschuwingsmeldingen en zoemers worden gebruikt om een systeemsto-
ring aan te geven of om de bestuurder te informeren dat hij tijdens het rijden
extra moet opletten. Lees de op het multi-informatiedisplay weergegeven
waarschuwingsmelding en volg de aanwijzingen op.
■ Omstandigheden waarin de sensor voorliggers mogelijk niet op de juiste
manier signaleert
Bedien in onderstaande gevallen en afhankelijk van de omstandigheden het
rempedaal wanneer het systeem onvoldoende decelereert of bedien het gas-
pedaal wanneer moet worden geaccelereerd.
Omdat de sensor deze voertuigen wellicht niet op de juiste manier signaleert,
wordt er geen naderingswaarschuwing ( →Blz. 345) gegeven, waardoor een
ongeval met ernstig letsel kan ontstaan.
● Auto's die plotseling voor u invoegen
● Auto's die met lage snelheden rijden
● Auto's die niet op dezelfde rijstrook rijden
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 348 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
3494-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)●
Voertuigen met een relatief kleine achterzijde (aanhangwagens zonder
lading, enz.)
● Motorfietsen die op dezelfde rijstrook rijden
● Als door omringend verkeer opgeworpen water of sneeuw de signalering
door de sensor hindert
●Als de achterzijde van de auto ver inge-
zakt is (omdat er zware lading in de
bagageruimte vervoerd wordt, enz.)
● De voorligger heeft een extreem grote
bodemvrijheid.
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 349 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM