103
Telefoon.................................... 94
Toetsenborden .......................... 25
USB ..................................... 60, 62
Bedieningselementen ...................15
Infotainment-systeem ..................8
Stuurwiel ..................................... 8
Bedieningselementen van infotainment............................... 15
Bedieningspaneel Infotainment ......8
Bediening van het menu ...............22
Begeleiding .................................. 77
Beltoon ......................................... 94
Bestandsindelingen Audiobestanden ........................57
Filmbestanden........................... 57
Bluetooth-muziek ..........................57
Bluetooth-verbinding ....................91
C Categorielijst ................................. 48
CD-speler ..................................... 54
CD-speler activeren ......................55
Contacten ..................................... 33
Aanpassen ................................ 33
Opslaan ..................................... 33
Opvragen .................................. 33
D DAB .............................................. 51
DAB-koppeling.............................. 51Datum ........................................... 43
Diakritische tekens .......................25
Digital Audio Broadcasting ...........51
Displaymodus ............................... 43
Displays ........................................ 14
Bestuurdersinformatiecentrum ..14
Middendisplay ........................... 14
Door de pagina's bladeren .....15, 22
Door lijsten bladeren..................... 15
E Een schermtoets activeren ...........15
Een toepassing starten .................22
EQ ................................................ 42
Equaliser....................................... 42
F
Fabrieksinstellingen terugzetten ...43
Fader ............................................ 42
Favorieten..................................... 28 Clusterdisplay............................ 28
Naam wijzigen ........................... 28
Opslaan ..................................... 28
Opvragen .................................. 28
Weergave .................................. 28
Wissen ...................................... 28
Favorieten opslaan .......................28
Favorieten opvragen ....................28
Favorieten weergeven ..................28
Filmbestanden .............................. 57Films............................................. 62
Films afspelen .............................. 62
Frequentiebereikmenu's ...............49
Frequentielijst ............................... 48
G Gebruik ....................... 12, 48, 55, 65
AUX ........................................... 60
Bedieningselementen van
infotainment............................... 15
Bluetooth-muziek ......................60
CD ............................................. 55
Displays..................................... 14
Infotainment-systeem ................12
Navigatiesysteem ......................65
SD-kaart .................................... 60
Telefoon .................................... 94
USB ..................................... 60, 62
Geluidsinstellingen .......................42
H Het Infotainmentsysteem activeren.................................... 12
Het navigatiesysteem activeren ...65
Het telefoonportaal activeren .......94
Home-toets ............................. 15, 22
I
Infotainmentsysteem inschakelen 12
Intellitext ....................................... 51
105
SSchermtoets OVERZICHT............ 65
Schermtoets RESET ....................65
SD-kaart ....................................... 57
SD-kaart activeren ........................60
Selectie van frequentiebereik .......48
Spraakherkenning ........................83
Startscherm .................................. 22
Stemherkenning ........................... 83
Streaming audio via Bluetooth activeren.................................... 60
Surround ....................................... 42
Surround system .......................... 42
Systeeminstellingen...................... 43 Beeldscherm ............................. 43
Fabrieksinstellingen terugzetten 43
Taal ........................................... 43
Touchpad .................................. 43
Tijd en datum ............................ 43
Valetmodus ............................... 43
T
TA ................................................. 50
Taal............................................... 43
Telefoon Beltoon ...................................... 94
Bluetooth ................................... 90
Bluetooth-verbinding .................91
Contacten .................................. 33Favorieten................................. 28
Handsfree-modus...................... 94
Noodoproepen .......................... 93
Recente gesprekken .................94
Telefoonboek ...................... 33, 94
Telefoonboek .......................... 33, 94
Telefoongesprek Aannemen ................................. 94
Afwijzen ..................................... 94
Initiëren ..................................... 94
TMC-stations (verkeersinforma‐ tiekanalen)................................. 63
Toepassingenbalk ........................22
Toetsenblok .................................. 25
Toetsenbord Alfabetisch toetsenbord ............25
Toetsenbord symbolen .............25
Toetsenborden ............................. 25
Touchpad................................ 15, 43 Bladeren .................................... 43
TP ................................................. 50
Traffic Program ............................. 50
Treble ........................................... 42
Trip met routepunten ....................72
Tijd ................................................ 43
U USB .............................................. 57
USB activeren......................... 60, 62V
Valetmodus Ontgrendelen ............................ 43
Vergrendelen ............................ 43
Veelgestelde vragen .....................99
Verkeersincidenten .......................77
Volume Audible Touch Feedback ..........43
Automatisch volume ..................43
Maximaal inschakelvolume .......43
Stiltefunctie................................ 12
Volume instellen ........................12
Volume van geluidsindicaties ....43
Volume-instellingen ......................43
Volume van geluidsindicaties .......43
Vijfstandenknop ............................ 15
Z
Zenderlijst ..................................... 48
Zender zoeken.............................. 48
108InleidingInleidingAlgemene aanwijzingen.............108
Antidiefstalfunctie ......................109
Overzicht bedieningselementen 110
Gebruik ...................................... 113Algemene aanwijzingen
Het infotainmentsysteem biedt u eer‐
steklas infotainment voor in uw auto.
Met de FM-, AM-, of DAB-radiofunc‐
ties kunt u op diverse favorietenpagi‐
na's een groot aantal zenders op‐
slaan.
U kunt externe gegevensopslagappa‐ raten als alternatieve audiobron op
het Infotainmentsysteem aansluiten,
bv. een iPod, USB-apparaten of an‐
dere randapparatuur; via een kabel of
via Bluetooth.
Het digitale geluidssysteem heeft di‐
verse vooraf ingestelde equaliser-
modi, waarmee u het geluid kunt op‐
timaliseren.
Ook is het Infotainmentsysteem uit‐
gevoerd met een Telefoonportaal waarmee u uw mobiele telefoon com‐
fortabel in de auto kunt gebruiken.
Daarnaast kan het Infotainmentsys‐ teem worden bediend met behulp van het bedieningspaneel of de knoppenop het stuur.Let op
Deze handleiding beschrijft alle voor
de diverse Infotainmentsystemen
beschikbare opties en functies. Be‐
paalde beschrijvingen, zoals die
voor display- en menufuncties, gel‐
den vanwege de modelvariant,
landspecifieke uitvoeringen, speci‐
ale uitrusting en toebehoren wellicht niet voor uw auto.
Belangrijke informatie over de
bediening en de
verkeersveiligheid9 Waarschuwing
Rijd altijd veilig wanneer u het in‐
fotainment-systeem gebruikt.
Stop bij twijfel de auto voordat u het infotainment-systeem bedient.
9 Waarschuwing
In sommige gebieden zijn eenrich‐
tingsstraten en andere wegen en
inritten (bijv. voetgangerszones) waar u niet mag inrijden niet op de
114Inleiding
CD-speler
Druk herhaaldelijk op de toets
MEDIA om de cd-speler te activeren.
Zoek een gedetailleerde beschrijving
van de functies van de cd-speler
3 128.
Externe apparaten
Druk herhaaldelijk op MEDIA om de
afspeelmodus van een verbonden ex‐ tern apparaat te activeren (bv. USB-apparaat, iPod of smartphone).
Zoek gedetailleerde beschrijvingen
over het aansluiten en bedienen van
externe apparaten 3 131.
Telefoon
Druk op de ;-toets om het Start‐
scherm weer te geven.
Selecteer de knop TEL. op het
scherm om een Bluetooth-verbinding
tussen het Infotainmentsysteem en
een mobiele telefoon tot stand te
brengen.
Bij het tot stand brengen van een ver‐
binding verschijnt het hoofdmenu van de telefoonmodus.U vindt een gedetailleerde beschrij‐
ving van de werking van de mobiele
telefoon via het Infotainmentsysteem
3 140.
Als er geen verbinding tot stand kan
worden gebracht, verschijnt er een
bericht met die strekking. Een gede‐
tailleerde beschrijving van het opzet‐
ten en het tot stand brengen van een
Bluetooth-verbinding tussen het Info‐
tainmentsysteem en een mobiele te‐
lefoon 3 137.
120Basisbediening
Selecteer de knop Hervatt. op het
scherm. De instellingen zijn terugge‐
zet.
Alle persoonlijke gegevens wissen
Selecteer Alle privégegevens wissen
om gekoppelde Bluetooth-apparaten, telefoonlijsten of favorieten te verwij‐deren.
Er verschijnt een waarschuwing.
Selecteer de knop WISSEN op het
scherm. De gegevens zijn gewist.
Radio-instellingen herstellen
Selecteer Radio-instellingen
herstellen om Infotainmentinstellin‐
gen (bv. geluidsinstellingen) te reset‐
ten.
Er verschijnt een waarschuwing. Selecteer de knop Hervatt. op het
scherm. De instellingen zijn terugge‐ zet.
Software-informatie
Druk op de knop ; en selecteer het
pictogram INSTELL..
Blader door de lijst en selecteer
menuoptie Software-informatie .Dit menu bevat specifieke informatie
over de software.
Externe apparaten133
Let op
Na het verbinden van een niet-lees‐
bare SD-kaart verschijnt er een fout‐
melding en schakelt het Infotain‐
mentsysteem automatisch terug
naar de vorige functie.
Activeer eerst een andere functie om
de SD-kaart te verwijderen. Duw de
SD-kaart vervolgens voorzichtig die‐
per in de sleuf. De SD-kaart wordt uit
de sleuf geduwd en kan worden ver‐
wijderd.Voorzichtig
Koppel het toestel tijdens het af‐
spelen niet los. Hierdoor kan het
toestel of het Infotainmentsysteem beschadigd raken.
Audiofunctie SD
Het Infotainmentsysteem kan op de
SD-kaart opgeslagen muziekbestan‐ den afspelen.
Bluetooth
Bluetooth-compatibele audiobronnen(bijv. mobiele telefoons voor muziek,
mp3-spelers met Bluetooth enz.) die
de Bluetooth-muziekprofielen A2DP
en AVRCP ondersteunen, werken
draadloos op het Infotainmentsys‐
teem.
Een apparaat aansluiten
Vind een gedetailleerde beschrijving
van de Bluetooth-verbinding 3 137.
Audiofunctie Bluetooth
Het Infotainmentsysteem kan mu‐
ziekbestanden op Bluetooth-appara‐
tuur zoals een iPod of Smartphone
afspelen.
Bestandsindelingen
Er wordt alleen apparatuur onder‐
steund die volgens FAT32, NTFS of
HFS+ zijn geformatteerd.
Let op
Sommige bestanden worden wel‐
licht niet goed afgespeeld. Dit kan
worden veroorzaakt door een ander
opnameformaat of de staat van het
bestand.Bestanden van online-winkels met digitaal rechtenbeheer (DRM) kun‐nen niet worden afgespeeld.
Het Infotainmentsysteem kan de vol‐ gende audiobestanden op externe
apparaten afspelen/weergeven.
Audiobestanden
De afspeelbare audiobestandsinde‐
lingen zijn .mp3, .wma, .aac, .m4a
en .aif.
Bij het afspelen van een bestand met ID3 tag-informatie kan het Infotain‐
mentsysteem informatie weergeven,
bijv. over de titel van de track en de
artiest.
Audio afspelen
Afspelen starten Aansluiten van het apparaat 3 131.
Druk herhaaldelijk op de knop
MEDIA om de gewenste mediabron
te selecteren.
Voorbeeld: hoofdmenu USB.
134Externe apparaten
FunctietoetsenLet op
Tijdens het afspelen via AUX zijn de functietoetsen niet beschikbaar.
Afspelen pauzeren
Selecteer de schermtoets / om het
afspelen te pauzeren.
Selecteer de schermtoets 6 om het
afspelen te hervatten.
Naar het vorige of volgende bestand
gaan
Druk op de knoppen d of c om het
vorige of volgende nummer af te spe‐
len.
U kunt ook aan de MENU-knop
draaien om naar het vorige of vol‐
gende nummer te gaan.
Snel vooruit of achteruit spoelen
Houd de knoppen d of c ingedrukt
om snel voor- of achteruit te spoelen.
Afspeelvolgorde
Selecteer de schermtoets 9 om de
nummers in een willekeurige volg‐ orde (shuffle) af te spelen.
Let op
Bij het afspelen van USB, SD of
iPod, is de shuffle-functie afhankelijk van de gekozen filtermodus voor het afspelen van muzieknummers, bv.
album, artiest, genre.
Selecteer de schermtoets 9 nog‐
maals om de shuffle-functie weer te
annuleren.
Let op
Is de shuffle-functie geactiveerd,
dan is 9 rood gemarkeerd.Zoekfunctie
Let op
De zoekfunctie is niet beschikbaar voor AUX- en Bluetooth mediabron‐
nen.
Mappen
(alleen beschikbaar als het apparaat
een folderstructuur heeft)
Druk op de knop MENU en selecteer
vervolgens de lijstoptie Map
overzicht . De folderstructuur op het
betreffende apparaat wordt weerge‐
geven.
Navigeer zo nodig door de folder‐
structuur en kies het gewenste num‐
mer.
Media-categorieën
Druk op de knop MENU en selecteer
vervolgens de lijstoptie Zoek. Er ver‐
schijnt een lijst met verschillende
zoekcategorieën, bv. Afspeellijsten,
Artiesten of Albums .
Blader door de lijst en selecteer de
gewenste titel.
136TelefoonTelefoonAlgemene aanwijzingen.............136
Bluetooth-verbinding ..................137
Noodoproep ............................... 139
Bediening ................................... 140
Mobiele telefoons en
CB-zendapparatuur ..................143Algemene aanwijzingen
Het telefoonportaal biedt u de moge‐
lijkheid om via een microfoon en de
luidsprekers van de auto telefoonge‐
sprekken te voeren en met het info‐
tainmentsysteem van de auto de be‐
langrijkste functies van de mobiele te‐
lefoon te bedienen. Om het telefoon‐
portaal te kunnen gebruiken, moet de mobiele telefoon via Bluetooth met
het Infotainmentsysteem verbonden
zijn.
Niet alle functies van de telefoon wor‐ den door elke mobiele telefoon on‐
dersteund. Welke telefoonfuncties
bruikbaar zijn, hangt af van de des‐
betreffende mobiele telefoon en van
de netwerkprovider. Verdere informa‐
tie hierover vindt u in de gebruikers‐
handleiding van uw mobiele telefoon.
U kunt hierover ook informatie vragen bij uw netwerkprovider.Belangrijke informatie voor de
bediening en de
verkeersveiligheid9 Waarschuwing
Mobiele telefoons hebben invloed
op uw omgeving. Daarom zijn er
veiligheidsvoorschriften en richtlij‐
nen opgesteld. Alvorens gebruik
te maken van de telefoonfunctie
dient u op de hoogte te zijn van de desbetreffende richtlijnen.
9 Waarschuwing
Het gebruik van de telefoon in
handsfree-modus tijdens het rij‐
den kan gevaarlijk zijn doordat uw concentratie afneemt tijdens het
telefoneren. Parkeer uw auto