Inleiding9
1Display / aanraakscherm ......13
2 Beginmenu ............................ 13
Knoppen op het scherm
voor toegang tot:
♪ Audio : audiofuncties
P Galerij : afbeeldings- en
filmfuncties
h Telefoon : mobiele-
telefoonfuncties
K Apps : smartphone-applicaties
L Instellingen : systeem‐
instellingen
3 Functie-indicators
Indien symbool gemarkeerd:
TP - verkeersberichten via radio actief ............................ 25
M : extern apparaat
aangesloten op USB-poort ...31
G : randapparaat
aangesloten op AUX-
ingang ................................... 31N : Bluetooth-apparaat
aangesloten .......................... 31
g : smartphone-applicatie
actief ..................................... 31
p : geluid onderdrukt .............10
4 Tijd en datum, buitentemperatuur
Tijd en datum instellen, zie Gebruikershandleiding.
5 ;-toets ................................. 13
Indrukken: hoofdmenu
openen (zie pun 2)
6 m-toets .................................. 10
Indrukken: infotainment‐
systeem in-/uitschakelen
7 Knoppen ∨ VOL ∧ .................10
∨ : volume verlagen
∧ : volume verhogenAudiobedieningsknoppen aan
stuurwiel
1 7w
Kort drukken:
telefoongesprek aannemen ..46
of nummer bellen in
oproeplijst .............................. 51
of actieve
spraakherkenning .................44
Lang indrukken:
gesprekslijst openen .............51
of handsfreemodus in-/
uitschakelen .......................... 51
10Inleiding
2SRC (bron) ............................ 10
Drukken: selecteren
audiobron .............................. 10
Bij actieve radio: omhoog/
omlaag zetten om
volgende/vorige
voorkeurszender te
selecteren ............................. 21
Bij een actief extern
apparaat: omhoog/omlaag
draaien om volgend(e)/
vorig(e) track/hoofdstuk/
afbeelding te selecteren ........34
Met actief telefoonportaal
en open bellijst (zie
punt 1): draai omhoog/
omlaag voor het
selecteren van volgende/
vorige vermelding in bellijst ...51
Bij actieve telefoonportal
en gesprekken in de
wacht: omhoog/omlaag
draaien om tussen
gesprekken te schakelen ......513 +
Volume verhogen
4 –
Volume verlagen
5 xn
Indrukken: gesprek
beëindigen/weigeren .............51
of oproeplijst sluiten ..............51
of spraakherkenning
uitschakelen .......................... 44
of mutefunctie activeren/
deactiveren ........................... 10Gebruik
Bedieningselementen
Het Infotainmentsysteem wordt be‐
diend met behulp van functietoetsen,
een aanraakscherm en op het display
weergegeven menu's.
Invoer kan naar keuze plaatsvinden
via:
■ de centrale bedieningseenheid op het instrumentenpaneel 3 8,
■ audioknoppen op het stuurwiel 3 8,
■ het spraakherkenningssysteem 3 44.
Het Infotainmentsysteem in- of uitschakelen Druk op X. Na het inschakelen wordt
de laatst geselecteerde Infotainment‐ bron actief.
Automatisch uitschakelen
Wanneer u het Infotainmentsysteem,
terwijl het contact wordt uitgescha‐
keld, met behulp van X hebt inge‐
schakeld, dan wordt het 10 minuten na de laatste invoer automatisch
weer uitgeschakeld.
22Radio
De volgende ontvangbare zender
wordt opgezocht en automatisch af‐
gespeeld.
Let op
Handmatig zender zoeken: Als de
radio geen station vindt, schakelt hij
automatisch naar een gevoeliger
zoekniveau. Als er dan nog geen
station wordt gevonden, zal de laatst
actieve frequentie weer worden ge‐
kozen.
Let op
Frequentiebereik FM: Als de RDS-
functie is ingeschakeld, wordt er al‐
leen naar RDS-zenders 3 25 ge‐
zocht en als verkeersinformatie TP
is ingeschakeld, wordt er alleen naar zenders met verkeersinformatie3 25 gezocht.
Afstemmen op zender Op _ of 6 tikken en vasthouden of
herhaaldelijk erop tikken om de fre‐
quentie van de gewenste radiozender
aan te passen.Als Radioafstemmingsbalk in het
menu Radio-instellingen (zie onder‐
staande opmerking) op Aan wordt ge‐
zet, verschijnt er bij het tikken op _ of
6 een afstembalk.
U kunt nu handmatig op radiozenders
afstemmen of ernaar zoeken.
Let op
Naar het menu Radio-instellingen
gaan: druk op de knop ;, selecteer
op het scherm de knop Instellingen
en selecteer menuoptie Radio-
instellingen .
Autostore-lijsten
De ontvangen zenders in een be‐ paald frequentiebereik kunnen met
de autostorefunctie automatisch wor‐ den opgezocht en opgeslagen.
Elk frequentiebereik heeft
3 Autostore-lijsten ( AS 1/3, AS 2/3 en
AS 3/3 ), waarin elk 5 zenders kunnen
worden opgeslagen.
Let op
Als het tabblad FAV momenteel op
de voorgrond verschijnt: tik op het
tabblad AS om de Autostore-lijsten
weer te geven.
Externe apparaten33
BluetoothBluetooth-compatibele audiobronnen
(bijv. mobiele telefoons voor muziek, mp3-spelers met Bluetooth enz.) die
de Bluetooth-muziekprofielen A2DP
en AVRCP ondersteunen, werken
draadloos op het Infotainmentsys‐
teem.
Een apparaat aansluiten
Voor een gedetailleerde beschrijving
van de Bluetooth-verbinding 3 47.
Audiofunctie Bluetooth
Het Infotainmentsysteem kan mu‐
ziekbestanden op Bluetooth-appara‐
ten afspelen, bijv. smartphones of
iPod/iPhone producten.
Ondersteuning van
smartphone-applicaties
Met de functie Apps van het Infotain‐
mentsysteem hebt u toegang tot
goedgekeurde smartphone-applica‐
ties. Het Infotainmentsysteem autori‐
seert applicatie-updates zodra ze ver‐
krijgbaar zijn.Alvorens een goedgekeurde applica‐
tie met de bedieningsorganen en me‐ nu's van het Infotainmentsysteem
kan worden gebruikt, moet de betref‐
fende applicatie op de smartphone
worden geïnstalleerd.
Ga bij het installeren van een goed‐
gekeurde smartphone-applicatie te
werk volgens de instructie op de
smartphone.
Bestandsindelingen en mappen
De maximale capaciteit van een door
het Infotainmentsysteem onder‐
steund apparaat is
2500 muziekbestanden,
2500 afbeeldingsbestanden,
250 filmbestanden, 2500 mappen en
10 niveaus mappenstructuur. Alleen
apparaten met een formattering in het FAT16/FAT32-bestandssysteem
worden ondersteund.
Let op
Sommige bestanden worden wel‐
licht niet goed afgespeeld. Dit kan worden veroorzaakt door een ander
opnameformaat of de staat van het
bestand.Bestanden van online-winkels met digitaal rechtenbeheer kunnen niet
worden afgespeeld.
Het Infotainmentsysteem kan de vol‐
gende audio-, afbeeldings- en filmbe‐ standen op externe apparaten afspe‐len/weergeven.
Audiobestanden
De afspeelbare audiobestandsinde‐
lingen zijn .mp3, .wma, .ogg en .wav.
Bij het afspelen van een bestand met
ID3 tag-informatie kan het Infotain‐
mentsysteem informatie weergeven,
bijv. over de titel van de track en de
artiest.
Afbeeldingsbestanden
De weergeefbare afbeeldingsbe‐
standsindelingen
zijn .jpg, .bmp, .png en .gif.
.jpg-bestanden moeten 64 tot
5000 pixels breed en 64 tot
5000 pixels hoog zijn.
.bmp-, .png- en .gif-bestanden moe‐
ten een formaat van 64 tot
1024 pixels breed en 64 tot
1024 pixels hoog hebben.
Externe apparaten35
Selecteer indien nodig Bron om een
vervolgkeuzelijst te openen en selec‐ teer vervolgens USB om het betref‐
fende audiohoofdmenu te openen.
Het afspelen van de audiotracks start
automatisch.
Let op
Albumhoezen worden weergegeven
als zij in het audiobestand, bijv. mp3-
bestand, staan.
Afspelen onderbreken en hervatten Tik op = om het afspelen te onder‐
breken. De knop op het scherm ver‐ andert in l.
Tik op l om het afspelen te hervat‐
ten.
Volgende of vorige track afspelen
Tik op v om de volgende track af te
spelen.
Tik binnen de eerste 2 seconden van
de afgespeelde track op t om naar
de vorige track terug te gaan.
Terug naar het begin van de huidige
track gaan
Tik na 2 seconden van de afge‐ speelde track op t.
Snel vooruit en achteruit gaan
Tik op t of v en houd deze vast.
Loslaten om naar de normale af‐
speelmodus terug te keren.
Ook kunt u de schuif die de positie van de huidige track aangeeft met uw
vinger naar links of rechts verplaat‐
sen.
Tracks steeds opnieuw afspelen
Tik herhaaldelijk op r om één van de
volgende opties te kiezen.1=De huidige track wordt
steeds opnieuw afgespeeld.ALLE=Alle tracks op het apparaat
worden steeds weer op‐
nieuw afgespeeld.UIT=Normale afspeelmodus.
Tracks in willekeurige volgorde
afspelen
Tik herhaaldelijk op s om de functie
te activeren of te deactiveren.
AAN=Alle tracks op het apparaat
worden in willekeurige volg‐
orde afgespeeld.UIT=Normale afspeelmodus.
Informatie bekijken
Tik op het scherm voor informatie
over de huidige track. Er verschijnt
een bericht met informatie, bijv. over
de titel, de artiest, het album die bij de track is opgeslagen.
Het muziekmenu gebruiken
Tik op MENU om het betreffende mu‐
ziekmenu te openen.
36Externe apparaten
Er verschijnen verschillende catego‐
rieën waarin de tracks zijn gesor‐
teerd, bijv. Mappen, Artiesten of
Albums .
Selecteer de gewenste categorie,
subcategorie (indien beschikbaar) en
kies dan een track.
Geluidsinstellingen wijzigen
Selecteer Geluidsinstellingen om het
betreffende menu te openen. Voor
een gedetailleerde beschrijving 3 16.Bluetooth-muziek
Bluetooth-muziekfunctie activeren
Als het Bluetooth-apparaat nog niet
met het Infotainmentsysteem verbon‐ den is, breng dan een Bluetooth-ver‐
binding 3 47 tot stand en ga te werk
zoals onderstaand beschreven.
Als het Bluetooth-apparaat al
verbonden is:
Druk indien vereist op de toets ; en
selecteer de knop op het scherm
Audio om het laatst geselecteerde
hoofdmenu audio te openen.
Selecteer indien nodig Bron om een
vervolgkeuzelijst te openen en selec‐ teer vervolgens Bluetooth om het be‐
treffende audiohoofdmenu te ope‐
nen.
Het afspelen van de audiotracks start automatisch.
Afspelen onderbreken en hervatten
Tik op = om het afspelen te onder‐
breken. De knop op het scherm ver‐ andert in l.
Tik op l om het afspelen te hervat‐
ten.
Volgende of vorige track afspelen
Tik op v om de volgende track af te
spelen.
Tik binnen de eerste 2 seconden van
de afgespeelde track op t om naar
de vorige track terug te gaan.
Externe apparaten37
Terug naar het begin van de huidige
track gaan
Tik na 2 seconden van de afge‐
speelde track op t.
Snel vooruit en achteruit gaan
Tik op t of v en houd deze vast.
Loslaten om naar de normale af‐ speelmodus terug te keren.
Een track of bestand steeds opnieuw
afspelen
Tik herhaaldelijk op r om één van de
volgende opties te kiezen.1=De huidige track wordt
steeds opnieuw afgespeeld.ALLE=Alle tracks op het apparaat
worden steeds weer op‐
nieuw afgespeeld.UIT=Normale afspeelmodus.
Een bestand in willekeurige volgorde
afspelen
Tik herhaaldelijk op s om de functie
te activeren of te deactiveren.
AAN=Alle tracks op het apparaat
worden in willekeurige volg‐
orde afgespeeld.UIT=Normale afspeelmodus.Let op
Afhankelijk van de mobiele telefoon
zijn sommige van deze functies wel‐ licht niet beschikbaar.
Geluidsinstellingen wijzigen
Selecteer k om het menu Geluidsin‐
stellingen te openen. Voor een gede‐
tailleerde beschrijving 3 16.
Afbeeldingen weergeven U kunt afbeeldingen van een USB-
apparaat bekijken.
Let op
Voor uw eigen veiligheid werken
sommige functies onderweg niet.
Afbeeldingen bekijken
Als het USB-apparaat nog niet met
het Infotainmentsysteem verbonden
is, verbind het apparaat dan 3 31 en
ga te werk zoals onderstaand be‐
schreven.
Als het USB-apparaat al aangesloten
is:Druk indien vereist op de toets ; en
selecteer de knop Galerij op het
scherm om het laatst geselecteerde
hoofdmenu afbeeldingen of films te
openen.
Selecteer indien nodig Bron om een
vervolgkeuzelijst te openen en selec‐ teer vervolgens USB (Afbeelding) om
het betreffende hoofdmenu te ope‐
nen.
Een afbeelding wordt automatisch
weergegeven.
40Externe apparaten
Selecteer indien nodig Bron om een
vervolgkeuzelijst te openen en selec‐
teer vervolgens AUX (Film) om het
betreffende hoofdmenu te openen.
Het afspelen van de filmbestanden
start automatisch.
Let op
Behalve instellingen als volume, ge‐ luid en display moeten alle functies
via de randapparatuur worden be‐
diend.
Filmmenu AUX gebruiken
Tik op MENU om AUX Filmmenu te
openen.
Zie voor nadere informatie over de
beschikbare instellingen de bijbeho‐
rende beschrijvingen voor USB-ap‐
paratuur onderstaand.
USB-apparaat
Functie USB-apparaat activeren
Als het USB-apparaat nog niet met
het Infotainmentsysteem verbonden
is, verbind het apparaat dan 3 31 en
ga te werk zoals onderstaand be‐
schreven.
Als het USB-apparaat al aangesloten is:
Druk indien vereist op de toets ; en
selecteer de knop Galerij op het
scherm om het laatst geselecteerde
hoofdmenu afbeeldingen of films te
openen.
Selecteer indien nodig Bron om een
vervolgkeuzelijst te openen en selec‐
teer vervolgens USB (Film) om het
betreffende hoofdmenu te openen.
Het afspelen van filmbestanden start automatisch.
Afspelen onderbreken en hervatten
Tik op = om het afspelen te onder‐
breken. De knop op het scherm ver‐ andert in l.
Tik op l om het afspelen te hervat‐
ten.
Volgende of vorige track afspelen
Tik op c om het volgende filmbestand
af te spelen.
Tik binnen de eerste 5 seconden van
de afgespeelde film op d om naar het
vorige filmbestand terug te gaan.