Page 95 of 189

Inleiding95
16 BACK.................................... 97
Menu: een niveau terug ........97
Invoer: laatste teken of
complete invoer wissen ......... 97
17 MP3: mapniveau hoger .......116
18 TONE .................................. 101
Geluidsinstellingen ..............101
19 PHONE ............................... 128
Telefoonhoofdmenu
openen ................................ 134
Mute activeren ......................96
20 AUX ..................................... 119
Van audiobron veranderen . 119Audiobedieningsknoppen aan
stuurwiel
1 Kort indrukken:
telefoongesprek aannemen 128
of nummer in gesprekslijst
kiezen .................................. 134
of actieve
spraakherkenning ...............122
Lang indrukken:
gesprekslijst tonen ..............134
of spraakherkenning
uitschakelen ........................ 122
2 SRC (bron)............................ 96
Indrukken: audiobron
selecteren ............................. 96
Bij actieve radio: omhoog/
omlaag zetten om
volgende/vorige
voorkeurszender te
selecteren ........................... 105
Bij actieve cd-speler:
omhoog/omlaag zetten
om volgende/vorige cd/
mp3/wma-track te
selecteren ........................... 116
Bij actieve telefoonportal
en geopende gesprekslijst
(zie pos. 1): omhoog/
omlaag draaien om
volgende/vorige
vermelding in gesprekslijst te selecteren ....................... 134
Bij actieve telefoonportal
en gesprekken in de
wacht: omhoog/omlaag
draaien om tussen
gesprekken te schakelen ....134
3 Volume verhogen ..................96
Page 97 of 189

Inleiding97
Mute
Druk op de PHONE-toets (wanneer
de telefoonportal beschikbaar is: en‐ kele seconden indrukken) om het ge‐
luid van audiobronnen te
onderdrukken.
Om de onderdrukking van het geluid
opnieuw te annuleren: draai aan de
X -knop of druk opnieuw op de
PHONE -toets (indien telefoonportaal
beschikbaar is: enkele seconden in‐
drukken).
Volumebegrenzing bij hoge
temperaturen
Bij erg hoge temperaturen binnen de
auto beperkt het infotainmentsys‐
teem het maximaal instelbare vo‐
lume. Het volume wordt zo nodig au‐
tomatisch verlaagd.
Bedieningsstanden
Radio
Druk op de RADIO-knop om het
hoofdmenu van de radio te openen of
te wisselen tussen de verschillende
frequentiebereiken.Druk op de multifunctionele knop om
een submenu met zenderkeuzeop‐
ties te openen.
Gedetailleerde beschrijving van de
radiofuncties 3 105.
Audiospelers
Druk op de toets CD of AUX om naar
de menu's CD, USB, iPod of AUX te
gaan of om tussen deze menu's te
schakelen.
Druk op de multifunctionele knop om
een submenu met trackkeuzeopties
te openen.
Gedetailleerde beschrijving van: ■ CD-spelerfuncties 3 116
■ AUX-ingangsfuncties 3 119
■ USB-poortfuncties 3 120
Telefoon
Druk op de PHONE-toets om het te‐
lefoonmenu op te roepen.
Druk op de multifunctionele knop om
een submenu met opties voor het in‐ voeren of selecteren van telefoon‐
nummers te openen.Gedetailleerde beschrijving van de
functies van het mobieletelefoonpor‐
taal 3 128.
Basisbediening
Multifunctionele toets De multifunctionele knop is het cen‐
trale bedieningselement voor de me‐
nu's.
Draai aan de multifunctionele knop:
■ CD 400/CD 400plus: een menu‐ optie markeren
■ CD 300: een menuoptie weergeven
■ een numerieke waarde instellen.
Druk op de multifunctionele knop: ■ CD 400/CD 400plus: gemarkeerde optie selecteren of activeren
■ CD 300: om de getoonde optie te selecteren of te activeren
■ een ingestelde waarde bevestigen
■ een systeemfunctie in- of uitscha‐ kelen.
Page 101 of 189
Inleiding101
Een functie in- of uitschakelen
Druk op de multifunctionele knop om
het bijbehorende instellingenmenu te openen.
Draai aan de multifunctionele knop
om de instelling Aan of Uit te marke‐
ren.
Druk op de multifunctionele knop om
de gemarkeerde instelling te bevesti‐
gen.
Een tekenreeks invoeren
Druk op de multifunctionele knop om
het desbetreffende instellingenmenu
te openen.
Draai aan de multifunctionele knop
om het teken op de actuele cursorpo‐ sitie te wijzigen.
Druk op de multifunctionele knop om
het getoonde teken te bevestigen.
Het laatste teken in de reeks kan met
behulp van de BACK-toets worden
gewist.
Geluidsinstellingen
In het geluidsinstellingenmenu kunt u voor elk radiofrequentiebereik en
voor elke audiospeler de geluidska‐
rakteristieken instellen.
Druk op de TONE-toets om het ge‐
luidsmenu te openen.
Page 103 of 189
Inleiding103
Het geluid voor een muziekstijloptimaliseren
Selecteer EQ: (Equalizer).
De getoonde opties bieden voor de
desbetreffende muziekstijl geoptima‐
liseerde voorkeurinstellingen voor de
lage, middelhoge en hoge tonen.
Selecteer de gewenste optie.
Volume-instellingen
Maximaal startvolume
Druk op de CONFIG-toets om het
systeeminstellingenmenu te openen.
CD 400 /CD 400plus: selecteer Radio-
instellingen en vervolgens Maximaal
startvolume .
CD 300: selecteer Audio-instellingen
en vervolgens Startvolume.
Stel de gewenste waarde in.
Snelheidsafhankelijke
volumereg.
Druk op de CONFIG-toets om het
systeeminstellingenmenu te openen.
CD 400 /CD 400plus: selecteer Radio-
instellingen en vervolgens Autom.
volumeregeling .
CD 300: selecteer Audio-instellingen
en vervolgens Autom.
volumeregeling .
Voor snelheid gecompenseerd vo‐
lume kan worden uitgeschakeld c.q.
de mate van volumeaanpassing kan
worden geselecteerd in het getoonde
menu.
Page 104 of 189
104Inleiding
Selecteer de gewenste optie.Volume voor verkeersberichten
(TA)
Het volume van verkeersberichten
kan proportioneel ten opzichte van
het normale audiovolume worden
verhoogd of verlaagd.
Druk op de CONFIG
-toets om het
systeeminstellingenmenu te openen.
CD 400 /CD 400plus: selecteer Radio-
instellingen , RDS-opties en TA-
volume .
CD 300: selecteer Audio-instellingen,
RDS-opties en TA-volume .
Stel de gewenste waarde voor volu‐
meverhoging of -verlaging in.
Page 105 of 189

Radio105RadioGebruik...................................... 105
Zender zoeken ........................... 105
Autostore-lijsten .........................106
Favorietenlijst ............................. 106
Frequentiebereikmenu's ............107
Radio Data System (RDS) .........110
Digital Audio Broadcasting ........112Gebruik
Radio activeren
Druk op de RADIO-toets om het ra‐
diohoofdmenu te openen.
De laatst ten gehore gebrachte zen‐
der wordt weergegeven.
Frequentiebereik selecteren
Druk een of meerdere malen op de
RADIO -toets om het gewenste fre‐
quentiebereik te selecteren.
De laatst ten gehore gebrachte zen‐
der van dat frequentiebereik wordt
weergegeven.
Zender zoeken
Automatisch zender zoeken Druk kort op toets s of u om de
volgende zender in het zendergeheu‐ gen weer te geven.
Handmatig zender zoeken Druk enkele seconden op toets s
of u om het zoeken naar de vol‐
gende te ontvangen zender in het ac‐ tuele frequentiebereik te starten.Wanneer de gewenste frequentie isbereikt, wordt de zender automatisch
weergegeven.
Let op
Handmatig zender zoeken: Als de
radio geen station vindt, schakelt hij
automatisch naar een gevoeliger
zoekniveau. Als er dan nog geen
station wordt gevonden, zal de laatst actieve frequentie weer worden ge‐
kozen.
Let op
Frequentiebereik FM: Als de RDS-
functie is ingeschakeld, wordt er al‐
leen naar RDS-zenders 3 110 ge‐
zocht en als verkeersinformatie TP
is ingeschakeld, wordt er alleen naar
zenders met verkeersinformatie 3 110 gezocht.
Handmatig zenders afstemmen
AM-frequentiebereik
Draai aan de multifunctionele knop en
stel de optimale ontvangstfrequentie
in op het pop-up-frequentiedisplay.
Page 111 of 189

Radio111
CD 300: selecteer Audio-instellingen
en vervolgens RDS-opties.
TA-volume
Het volume van verkeersberichten
(TA) kan vooraf worden ingesteld
3 103.
In- en uitschakelen van RDS
Zet optie RDS op Aan of Uit.
Let op
Na het uitschakelen van RDS wordt
deze functie automatisch weer inge‐ schakeld bij het afstemmen op een
andere zender (via de zoekfunctie of een voorkeuzeknop).
Verkeersmelding (TA)
Om de TA-functie permanent in of uit
te schakelen:
Zet optie Verkeersmelding (TA) op
Aan of Uit.
Regionalisatie in- en uitschakelen
(RDS moet voor regionalisatie zijn in‐ geschakeld)
Soms zenden RDS-zenders op ver‐
schillende frequenties programma's
uit die regionaal van elkaar verschil‐
len.
Zet optie Regionaal (REG) op Aan of
Uit .
Als regionalisatie is ingeschakeld,
worden er uitsluitend alternatieve fre‐
quenties (AF) met dezelfde regionale
programma's geselecteerd.
Als regionalisatie is uitgeschakeld,
worden alternatieve frequenties van
de desbetreffende zenders geselec‐
teerd onafhankelijk van regionale pro‐ gramma's.RDS-scrolltekst
Sommige RDS-zenders verbergen
de naam van het actuele programma
om aanvullende informatie te kunnen
tonen.
Voorkomen dat aanvullende informa‐ tie wordt weergegeven:
Zet RDS- Geen rollende displaytekst
op Aan .
Radio-tekst:
Als RDS is ingeschakeld en er een
RDS-zender wordt weergegeven,
verschijnt er onder de programma‐
naam informatie over het actuele pro‐ gramma en over de actuele muziek‐
track.
Om de informatie te tonen of te ver‐
bergen:
Zet optie Radio-tekst: op Aan of Uit.
Radioverkeerinformatieservice
(TP = Traffic Programme)
Zenders met radioverkeerinformatie‐
service zijn RDS-zenders die ver‐ keerinformatie uitzenden.
Page 112 of 189

112Radio
Verkeersinformatie in- of
uitschakelen
Om de stand-by verkeersberichten‐
functie van het Infotainmentsysteem in- en uit te schakelen:
Druk op de TP-toets.
■ Als verkeersinformatie is ingescha‐
keld, verschijnt [ ] in het radiohoofd‐
menu.
■ Er worden alleen verkeersinforma‐ tiezenders weergegeven.
■ Als de actuele zender geen ver‐ keersinformatiezender is, wordt er
automatisch naar de volgende ver‐
keersinformatiezender gezocht.
■ Wanneer een verkeersinformatie‐ zender is gevonden, wordt [TP] in
het hoofdmenu van de radio weer‐
gegeven.
■ Verkeersberichten worden op het van tevoren ingestelde TA-volume3 103 weergegeven.
■ Als verkeersinformatie is ingescha‐
keld, wordt het afspelen van de cd-/
mp3 voor de duur van het verkeers‐ bericht onderbroken.Alleen naar verkeersberichten
luisteren
Schakel verkeersinformatie in en
draai het volume van het infotain‐
mentsysteem helemaal omlaag.
Blokkeren van verkeersberichten
Ga als volgt te werk om een verkeers‐ bericht, bijv. tijdens het afspelen van
cd/mp3, te blokkeren:
Druk op de knop TP of de multifunc‐
tionele knop om het annuleringsbe‐ richt op de display te bevestigen.
Het verkeersbericht wordt afgebro‐
ken, maar de radioverkeerinformatie‐
service blijft ingeschakeld.
EON (Enhanced Other Networks) Met EON kunt u naar verkeersberich‐
ten luisteren ook als de zender waar‐
naar u luistert zelf geen verkeersin‐
formatie uitzendt. Als een dergelijke
zender is ingeschakeld, wordt net als
bij verkeersinformatiezenders TP op
het display in zwart weergegeven.Digital Audio Broadcasting
Digital Audio Broadcasting (DAB) is
een innovatief en universeel uitzend‐
systeem.
DAB-zenders worden aangeduid met
de programmanaam i.p.v. met de
zendfrequentie.
Algemene aanwijzingen
■ Met DAB kunnen verschillende pro‐
gramma's (diensten) op dezelfdefrequentie worden uitgezonden(ensemble).