5–30
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
Aan/uit/Volume/Geluidsregelaars
Aan/uit/volume/audioregelknopMenutoets Audiodisplay
Installatie AAN/UIT
Zet het contact op ACC of ON. Druk
op de aan/uit/volumeknop om de audio-
installatie in te schakelen. Druk nogmaals
op de aan/uit/volumeknop om de audio-
installatie uit te schakelen.
Afstelling van het volume
Draai de aan/uit/volumeknop om het
volume af te stellen. Draai de aan/uit/
volumeknop rechtsom om het volume te
verhogen en linksom om het volume te
verlagen.
Afstelling van het audiogeluid
1. Druk op de menutoets (
) voor het
kiezen van de functie. De gekozen
functie zal op de display worden
aangegeven. 2. Draai de audioregelknop om de
gekozen functies als volgt af te stellen:
Aanduiding Instelwaarde
Linksom
draaien Rechtsom
draaien
AF
(Instellen van de
alternatieve frequentie
(AF)) Uit Aan
REG
(Instellen van het
regionaal programma
(REG)) Uit Aan
ALC
(Automatische afstelling
van het volume) Niveau
verlagen Niveau
verhogen
BASS
(Lage tonen) Afname
van de lage
tonen Toename
van de lage
tonen
TREB
(Hoge tonen) Afname
van de
hoge tonen Toename
van de
hoge tonen
FADE
(Volumebalans voor/
achter)
Verplaatsing
van het
geluid naar
voren Verplaatsing
van het
geluid naar
achteren
BAL
(Volumebalans links/
rechts) Verplaatsing
van het
geluid naar
links Verplaatsing
van het
geluid naar
rechts
BEEP
(Audiobedieningsgeluid) Uit Aan
. 9 @ &