Page 77 of 805

qVoorpassagiersairbag
De voorpassagiersairbag is ingebouwd in het instrumentenpaneel aan de
voorpassagierszijde.
Het opblaasmechanisme voor de voorpassagiersairbag is hetzelfde als bij de
bestuurdersairbag, zoals boven vermeld.
Zie voor nadere bijzonderheden over airbag activering,“Criteria voor SRS airbag
activering”(pagina 2-61).
qZij-airbags
De zij-airbags zijn ingebouwd in de buitenste zijden van de rugleuningen van de
voorzittingen.
Wanneer de impactsensoren van een airbag een zijdelingse botsing met meer dan
gematigde kracht registreren, blaast het systeem enkel de zij-airbag op aan de zijde waar de
auto geraakt is. De zij-airbag wordt snel opgeblazen om letsel aan de borst van de
bestuurder of de voorpassagier te helpen verminderen dat veroorzaakt wordt door een
directe slag tegen interieuronderdelen zoals een portier of raam.
Zie voor nadere bijzonderheden over airbag activering,“Criteria voor SRS airbag
activering”(pagina 2-61).
Belangrijke veiligheidsuitrusting
SRS airbags
2-59
Page 78 of 805

qGordijn-airbags
De gordijn-airbags zijn ingebouwd in de voorruit- en achterruitstijlen en de dakrand langs
beide zijden.
Wanneer de impactsensoren van een airbag een zijdelingse botsing met meer dan
gematigde kracht registreren, wordt de gordijn-airbag snel opgeblazen om letsel aan
hoofdzakelijk het hoofd van de passagier gezeten aan de portierzijde van de achterzitting te
helpen verminderen dat veroorzaakt wordt door een directe slag tegen interieuronderdelen
zoals een portier of raam.
Zie voor nadere bijzonderheden over airbag activering,“Criteria voor SRS airbag
activering”(pagina 2-61).
Enkel één zij- en gordijn-airbag zal geactiveerd
worden aan de zijde waar de auto de kracht van
de botsing ontvangt.
qWaarschuwingslampje/zoemer
Systeemdefecten of bedrijfstoestanden worden aangeduid door een waarschuwing.
Zie Waarschuwings/indikatielampjes op pagina 4-38.
Zie Waarschuwingszoemer voor systeem van airbag/voorspanners van voorste
veiligheidsgordels op pagina 7-53.
2-60
Belangrijke veiligheidsuitrusting
SRS airbags
Page 79 of 805

Criteria voor SRS airbag activering
Deze tabel geeft de betreffende SRS uitrusting aan die afhankelijk van het type botsing
geactiveerd wordt.
(De illustraties tonen representatieve voorbeelden van botsingen.)
SRS
uitrustingTypen botsing
Een ernstige frontale/bijna frontale
botsingEen ernstige zijdelingse
botsingEen botsing aan de
achterzijde
Veiligheids-
gordelvoor-
spanner van
voorzittingX*1(beide zijden)X*1(enkel zijde van botsing)
Bij een botsing aan de
achterzijde wordt geen
airbag en
veiligheidsgordelvoorspan-
ner geactiveerd.
BestuurdersairbagX
Voorpassagiersair-
bagX*1
Zij-airbagX*1(enkel zijde van botsing)
Gordijn-airbag
X (enkel zijde van botsing)
X: De SRS airbaguitrusting is bestemd om bij een botsing geactiveerd te worden.
*1(Met deactiveringsschakelaar van voorpassagiersairbag)
De voor- en zij-airbags van de voorpassagierszitting en de
veiligheidsgordelvoorspanner worden geactiveerd afhankelijk van de status van de
deactiveringsschakelaar van de voorpassagiersairbag.
OPMERKING
Bij een frontale zijdelingse botsing, is het mogelijk dat alle uitgeruste airbags en
voorspanners geactiveerd worden, afhankelijk van de richting, hoek en snelheid van
impact.
Belangrijke veiligheidsuitrusting
SRS airbags
2-61
Page 80 of 805
Beperkingen van de SRS airbag
Bij ernstige botsingen zoals die hierboven beschreven onder“Criteria voor SRS airbag
activering”zal de betreffende SRS airbaguitrusting geactiveerd worden. Echter bij
bepaalde botsingen bestaat de kans dat de uitrusting niet geactiveerd wordt, afhankelijk van
het type botsing en de ernst ervan.
Beperkingen ten aanzien van de detectie van frontale/bijna frontale botsingen:
In de volgende illustraties worden voorbeelden gegeven van frontale/bijna frontale
botsingen die mogelijk niet als ernstig genoeg bespeurd worden om de SRS
airbaguitrusting te activeren.
Botsingen tegen bomen of palenFrontale zijdelingse botsing
Kopstaartbotsingen of rijden onder de laadklep
van een vrachtauto
2-62
Belangrijke veiligheidsuitrusting
SRS airbags
Page 81 of 805
Beperkingen ten aanzien van de detectie van zijdelingse botsingen:
In de volgende illustraties worden voorbeelden gegeven van zijdelingse botsingen die
mogelijk niet als ernstig genoeg bespeurd worden om de SRS airbaguitrusting te activeren.
Zijdelingse botsingen tegen bomen of palenZijdelingse botsingen met tweewielige
voertuigen
Kantelen
Belangrijke veiligheidsuitrusting
SRS airbags
2-63
Page 95 of 805

OPMERKING
lDe buitensluitingpreventiefunctie
voorkomt dat u uwzelf uit de auto
kunt buitensluiten.
(Europees model)
Alle portieren en de achterklep
zullen automatisch ontgrendeld
worden als deze vergrendeld worden
met behulp van de centrale
portiervergrendeling wanneer een
van de portieren geopend is.
Als alle portieren gesloten zijn,
worden alle portieren vergrendeld,
ook als de achterklep open staat.
(Behalve Europese modellen)
Alle portieren en de achterklep
zullen automatisch ontgrendeld
worden als deze vergrendeld worden
met behulp van de centrale
portiervergrendeling wanneer een
van de portieren of de achterklep
geopend is.
OPMERKING
l(Portierontgrendel(regel)systeem
met collisiedetectie)í
Dit systeem ontgrendelt automatisch
de portieren in het geval de auto bij
een ongeluk is betrokken om de
passagiers in staat te stellen het
voertuig onmiddellijk te verlaten en
te voorkomen dat zij binnenin
opgesloten raken. In het geval de
auto een botsing te verwerken krijgt
die krachtig genoeg is om de airbags
op te blazen en het contact is
ingeschakeld, worden ongeveer 6
seconden na het tijdstip van het
ongeval alle portieren automatisch
ontgrendeld.
Het is mogelijk dat de portieren niet
ontgrendelen afhankelijk van hoe de
botsing wordt opgevangen, de kracht
van de botsing en andere
omstandigheden die zich bij het
ongeval voordoen.
Als systemen die verband houden
met de portieren of de accu defect
zijn geraakt, zullen de portieren niet
ontgrendelen.
Alvorens te gaan rijden
Portieren en sloten
3-13íBepaalde modellen.
Page 205 of 805
Signaal Waarschuwings/indikatielampjes Pagina
Waarschuwingslampje elektrische handrem 4-49
Laadsysteemwaarschuwingsindikatie/waarschuwingslampje 4-50
Motoroliewaarschuwingslampje 4-50
Motorwaarschuwingslampje 4-51
Waarschuwingslampje voor hoge motorkoelvloeistoftemperatuur (Rood) 4-52
i-stop waarschuwingslampje (Oranje)/indikatielampje (Groen) 4-52
Rijstrookassistentindikatie 4-54
Rijstrookassistent OFF indikatie 4-55
Rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem (LDWS) indikatie 4-76
Rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem (LDWS) OFF indikatie 4-55
4WD waarschuwingsindikatie 4-56
Waarschuwingsindikatie voor automatische transmissie 4-57
Stuurbekrachtiging defect indikatie 4-57
Waarschuwingslampje voor systeem van airbag/voorspanners van voorste
veiligheidsgordels4-58
Waarschuwingslampje voor laag brandstofpeil 4-59
Veiligheidsgordelwaarschuwingslampje 4-59
Tijdens het rijden
Instrumentengroep en display
4-41
Page 209 of 805
Signaal Waarschuwings/indikatielampjes Pagina
Motorwaarschuwingslampje 4-51
Waarschuwingslampje voor hoge motorkoelvloeistoftemperatuur (Rood) 4-52
i-stop waarschuwingslampje (Oranje)/indikatielampje (Groen) 4-52
Waarschuwingslampje van rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem
(LDWS)4-54
Indikatielampje van rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem (LDWS) OFF 4-55
4WD waarschuwingslampje 4-56
Waarschuwingslampje voor automatische transmissie 4-57
Indikatielampje voor defecte stuurbekrachtiging 4-57
Waarschuwingslampje voor systeem van airbag/voorspanners van voorste
veiligheidsgordels4-58
Waarschuwingslampje voor laag brandstofpeil 4-59
Veiligheidsgordelwaarschuwingslampje 4-59
Open-portier waarschuwingslampje 4-61
120 km/h waarschuwingslampje 4-61
Rijsnelheidwaarschuwingsindikatie 4-31
Waarschuwingslampje voor laag sproeiervloeistofniveau 4-62
Waarschuwingslampje van bandenspanningcontrolesysteem 4-62
Tijdens het rijden
Instrumentengroep en display
4-45