Kenmerken van uw auto
94
4
✽✽
AANWIJZING
De gemiddelde rijsnelheid wordt niet weergegeven als sinds het in de stand
ON zetten van het contact of de toets
ENGINE START/STOP minder dan
50 meter of minder dan 10 seconden is
gereden.
Zolang de motor draait, blijft de
gemiddelde snelheid doorlopen, ook
als de auto stilstaat.
Verstreken tijd (3)
De verstreken tijd is de totale reisduursinds de verstreken tijd voor het laatst
gereset werd.
- Bereik (hh:mm): 00:00 ~ 99:59
Om de verstreken tijd te resetten moet de toets SELECT/RESET op het stuurwiel langer dan 1 seconde
worden ingedrukt terwijl de verstreken
tijd wordt weergegeven.
✽✽ AANWIJZING
Zolang de motor draait, blijft de
verstreken tijd doorlopen, ook als de
auto stilstaat.
BrandstofverbruikActieradius (1)
De actieradius is de geschatte afstand die de auto kan afleggen met de
resterende brandstof.
- Bereik: 50 ~ 9999 km of 30 ~ 9999 mi.
Als de geschatte actieradius minder dan 50 km is, geeft de tripcomputer
"---" weer in plaats van de actieradius.
✽✽ AANWIJZING
Als de auto niet op een horizontaal vlak staat of nadat de accupolen
losgenomen zijn geweest, kan het
gebeuren dat de functie actieradius
niet goed werkt.
De weergegeven actieradius is een
schatting van de afstand die met de
auto gereden kan worden en kan dus
afwijken van de werkelijke
actieradius.
Indien er minder dan 6 liter brandstof wordt getankt, wordt dat niet door de
tripcomputer geregistreerd.
Het brandstofverbruik en de
actieradius zijn sterk afhankelijk van
de rijomstandigheden, de rijstijl van
de bestuurder en de staat van de auto.
■Type A
- km, L/100km
- mi., MPG
- km, L/100km- mi., MPG
■
Type B
ODMEDI2026/ONCEDI3055 ODMEDI2061/ONCEDI3056
495
Kenmerken van uw auto
Gemiddeld brandstofverbruik (2)
Het gemiddelde brandstofverbruikwordt berekend op basis van de totale gereden afstand en het totale
brandstofverbruik sinds het
gemiddelde brandstofverbruik voor het
laatst gereset werd.
- Bereik: 0,0 ~ 99,9 L/100 km of MPG
Het gemiddelde brandstofverbruik kan zowel handmatig als automatisch
gereset worden.
Handmatig resetten
Om het gemiddelde brandstofverbruik handmatig te wissen moet de toets
SELECT/RESET op het stuurwiel
langer dan 1 seconde worden ingedrukt
terwijl het gemiddelde brandstofverbruik
wordt weergegeven. Automatisch resetten
Als u in het menu "Gebruikersinstell." de
modus "Auto Reset" selecteert, wordt het
gemiddelde brandstofverbruik
automatisch gereset bij het tanken (zie
"LCD-display").
Als de modus "Auto Reset" is
geselecteerd, wordt het gemiddelde
brandstofverbruik gereset (---) zodra na
het tanken van meer dan 6 liter brandstof
een rijsnelheid van 1 km/h wordt bereikt.
✽✽
AANWIJZING
Het gemiddelde brandstofverbruik
wordt niet weergegeven als sinds het in
de stand ON zetten van het contact of de
toets ENGINE START/STOP minder
dan 50 meter of minder dan 10 seconden
is gereden (de berekening is dan
onvoldoende nauwkeurig).
Actueel brandstofverbruik (3)
Deze modus geeft bij een rijsnelheid van ten minste 10 km/h het
brandstofverbruik over de laatste paar
seconden weer.
- Bereik: 0 ~ 30 L/100 km of 0 ~ 50MPG
4203
Kenmerken van uw auto
Toets audioafstandsbediening
(indien van toepassing) ❈Dit onderdeel wijkt mogelijk af van de
afbeelding.
Het audio-schakelaarpaneel op het
stuurwiel is aanwezig om een veilige
manier van rijden mogelijk te maken.MODE-schakelaar (1)
Druk op MODE om Radio, CD (Compact
Disc), USB of AUX (indien vantoepassing).
SEEK (/) (2)
Als de SEEK-toets gedurende 0,8 s of
langer wordt ingedrukt, werkt hij in elke
stand als volgt.
Als de RADIO is ingeschakeld
Werkt als AUTO SEEK-toets.
Als de CDP is ingeschakeld
Werkt als FF/REW-toets.
Als de SEEK-toets gedurende korter dan
0,8 s wordt ingedrukt, werkt hij in elke
stand als volgt. Als de RADIO is ingeschakeld
Werkt als PRESET STATION toets.
Als de CDP is ingeschakeld
Werkt als TRACK UP/DOWN-toets.VOL (+/ -) schakelaar (3)
• Druk op de (+)-schakelaar om het
volume te verhogen.
Druk op de (-)-schakelaar om het volume te verlagen
MUTE (4)
Druk op de toets MUTE om het geluiduit te schakelen.
Druk nogmaals op de toets MUTE om het geluid in te schakelen.
Meer informatie over de
bedieningstoetsen van het audiosysteem
vindt u op de volgende bladzijden in dithoofdstuk.ODM042327
OPMERKING
Bedien nooit meerdere schakelaars van het audio-schakelaarpaneeltegelijkertijd.
Kenmerken van uw auto
212
4
✽✽
AANWIJZING - de iPod®
gebruiken
Sommige iPod ®
-modellen
ondersteunen mogelijk het
communicatieprotocol niet en
bestanden worden mogelijk niet goed
afgespeeld.
Ondersteunde iPod ®
-modellen:
- iPod ®
Mini
- iPod ®
4e
(Photo) t/m 6 e
(Classic)
generatie
- iPod ®
Nano 1 e
t/m 4 e
generatie
- iPod ®
Touch 1 e
en 2 e
generatie
De volgorde bij het zoeken of afspelen
van muziekstukken op de iPod ®
kan
verschillen van de volgorde op het
audiosysteem.
Als de iPod ®
vanwege een interne
storing wordt uitgeschakeld, moet de
iPod ®
worden gereset. (Raadpleeg
voor het resetten de handleiding van
de iPod ®
)
Bij een bijna lege batterij werkt de iPod ®
mogelijk niet goed.
(Vervolg)(Vervolg)
Sommige iPod
®
-apparaten, zoals de
iPhone ®
, kunnen via de Bluetooth®
Wireless Technology worden
verbonden. Het apparaat moet een
Bluetooth ®
Wireless Technology-
audiofunctie hebben (zoals voor een
Bluetooth ®
Wireless Technology-
stereokoptelefoon). De audio op het
apparaat kan worden afgespeeld,
maar het kan niet via het
audiosysteem worden bediend.
Als u functies van de iPod ®
op het
audiosysteem wilt gebruiken, moet u
de bij uw iPod ®
geleverde kabel te
gebruiken.
Afhankelijk van de eigenschappen
van uw iPod ®
/iPhone ®
, kan er audio
worden overgeslagen of onjuist
worden afgespeeld.
Wanneer uw iPhone ®
zowel via de
Bluetooth ®
Wireless Technology als
via USB is verbonden, is het mogelijk
dat de muziek niet goed wordt
afgespeeld. Selecteer op uw iPhone ®
de Dock-stekker of de Bluetooth®
Wireless Technology om de audio-
uitgang (bron) te wijzigen. (Vervolg)(Vervolg)
Steek de stekker van de voedingskabel
van de iPod ®
bij het aansluiten van de
iPod ®
volledig in de multimedia-
aansluiting. Als de stekker niet goed is
aangesloten, wordt de communicatie
tussen de iPod ®
en het audiosysteem
mogelijk onderbroken.
Wanneer u de geluidsinstellingen van de iPod ®
en het audiosysteem aanpast,
zullen de effecten van beide apparaten
elkaar overlappen en kan de
geluidskwaliteit afnemen of het geluid
vervormen.
Schakel de equalizerfunctie van de
iPod ®
uit wanneer u de geluidssterkte
van het audiosysteem aanpast en zet
de equalizer van het audiosysteem uit
wanneer u die van de iPod ®
gebruikt.
Haal de kabel van de iPod ®
los van de
iPod ®
wanneer u de iPod ®
niet met het
audiosysteem van de auto gebruikt.
Als u dit niet doet, blijft de iPod ®
mogelijk in de accessoiremodus en
werkt de iPod ®
mogelijk niet goed.
Kenmerken van uw auto
262
4
Lijst met spraakcommando's
Deze commando's kunnen bij de meeste handelingen worden gebruikt.
(Sommige commando's zijn echter mogelijk niet beschikbaar bij bepaalde handelingen.)
CommandoFunctie
More Help (Meer hulp)Levert hulp bij de commando's die overal in
het systeem kunnen worden gebruikt.
Help (Hulp)Levert hulp bij de commando's die in de
actuele modus gebruikt kunnen worden.
Call
Belt de in het telefoonboek opgeslagen
Bijv. Bellen "John Smith"
Phone (Telefoon)
Levert hulp bij commando's met betrekking tot
de telefoon. Zeg na dit commando
"oproepgeschiedenis", "telefoonboek" of "kies
nummer" om de bijbehorende functies uit te
voeren.
Call History (Oproep
overzicht)Geeft het scherm met de oproepgeschiedenis
weer
Phone book
(Telefoonboek)Geeft het telefoonboekscherm weer. Zeg na
dit commando de naam van het contact in het
telefoonboek om automatisch een nummer tebellen.
Dial Number (Kies nummer)
Geeft het scherm voor het kiezen van een
nummer weer. Na dit commando kunt u het
nummer noemen dat u wilt bellen.
Redial (Opnieuw kiezen)Het als laatste gebelde nummer wordt gebeld.
CommandoFunctie
Radio
bent, wordt het volgende radioscherm
weergegeven. (FM1 ➟FM2 ➟FMA ➟ AM ➟
AMA)
luisteren bent, wordt het scherm van de als
laatste beluisterde radiomodus
weergegeven.
FM
luisteren bent, blijft deze stand gehandhaafd
het luisteren bent, wordt het scherm van de
als laatste beluisterde FM-radiomodus
weergegeven.
FM1(FM een)Geeft het FM1-scherm weer.
FM2(FM twee)Geeft het FM2-scherm weer.
FMA Geeft het FMA-scherm weer.
AMGeeft het AM-scherm weer.
AMAGeeft het AMA-scherm weer.
FM Preset 1~6 (FM-positie 1~6)Speelt de als laatste afgespeelde zender van
FM-positie 1~6 af.
AM Preset 1~6 (AM-positie 1~6)Speelt de onder AM-positie 1~6 opgeslagen
zender af.
Kenmerken van uw auto
4
Commando's beschikbaar tijdens bediening van de radio.
CommandoFunctie
Preset 1~6
(Positie 1~6 )Speelt de onder positie 1~6 opgeslagen
zender af.
Auto Store (Automatisch
opslaan)Selecteert automatisch radiofrequenties met
goede ontvangst en slaat deze op onderpositie 1~6.
Preset Save 1~6 (Positie opslaan
1~6)Slaat de actuele radiofrequentie op onder positie 1~6.
Seek up (Zoek omhoog)Zoekt naar / speelt de volgende (hogere)
te ontvangen uitzending af.
Seek down (Zoek omlaag)Zoekt naar / speelt de vorige (lagere)
te ontvangen uitzending af.
Next Preset
(Volgendepositie)Selecteert het positienummer dat na de
laatste geselecteerde positie komt.
(Voorbeeld: wanneer u naar positie nr. 3
luistert, wordt positie nr. 4 geselecteerd.)
Previous Preset (Vorige positie)
Selecteert het positienummer dat voor de
laatste geselecteerde positie komt.
(Voorbeeld: wanneer u naar positie nr. 3
luistert, wordt positie nr. 2 geselecteerd.)
ScanScant de ontvangen frequenties vanaf de
actuele radiozender en speelt iedere
frequentie 10 seconden af.
CommandoFunctie
Preset Scan
(Positie scannen)Gaat naar de volgende positie vanaf de actuele positie en speelt iedere positie 10
seconden af.
AF on (AF aan)Schakelt de functie alternatieve frequentie in
AF off (AF uit)Schakelt de functie alternatieve frequentie uit
Region (Regio)Schakelt de regiofunctie in
264
Kenmerken van uw auto
272
4
8.
in of uit.
9. CLOCK
Geeft de tijd/datum/dag weer. 10.
- Kort indrukken: TA aan/uit
- Lang indrukken: geeft elke uitzending die kan worden ontvangen, gedurende
5 seconden weer.
Elk muziekstuk (bestand) wordt gedurende
10 seconden weergegeven.
11.
Schakelt over naar het
instellingenscherm.
12. Knop TUNE
draai aan deze knop om de uitzendfrequenties te wijzigen.
(CD/USB/iPod ®
/Mijn
muziek): draai aan deze knop om
muziekstukken/zenders/bestanden te
zoeken. 13. LED GEPLAATSTE CD
geplaatst
14. RESETTEN
systeem en het opnieuw inschakelen
van het systeem.
SETUP
TA/SCAN
Kenmerken van uw auto
276
4
8.
in of uit.
9. CLOCK
Geeft de tijd/datum/dag weer. 10.
geeft elke uitzending die kan worden ontvangen, gedurende 5
seconden weer.
(CD/USB/iPod ®
/Mijn
muziek): geeft elk muziekstuk (bestand)
gedurende 10 seconden weer. 11.
Schakelt over naar het
instellingenscherm.
12. Knop TUNE
draai aan deze knop om
de uitzendfrequenties te wijzigen.
(CD/USB/iPod ®
/Mijn
muziek): draai aan deze knop om
muziekstukken/zenders/bestanden te
zoeken.
13. LED GEPLAATSTE CD
geplaatst
14. RESETTEN
systeem en het opnieuw inschakelen
van het systeem. Hoofdeenheid audio 15.
wordt de volgende modus gekozen in
de volgorde FM1 ➟
FM2.
16.
17.
wordt de volgende modus gekozen in
de volgorde CD, USB (iPod ®
) AUX, Mijn
muziek.
MEDIA
AM
FM
SETUP
SCAN
DISP