ExterieurElektronische sleutel / Keyless entry and start 52 - 60, 99 -101
-
op
enen / sluiten
-
d
iefstalbeveiliging
-
b
atterij
-
s
tarten
Instapverlichting
1
51
Meedraaiende koplampen
15
3
Statische bochtverlichting
15
4
Koplampverstelling
1
52
Lampen vervangen
21
3-217
-
k
oplampen
-
mi
stlampen vóór
-
zi
jknipperlichten Ruitenwissers
1
55-158
Ruitenwisserbladen vervangen
15
8, 228
Portieren
5
2-61
-
Ke
yless entry and start
-
o
penen/sluiten
-
cen
trale vergrendeling
-
n
oodbediening
Alarmsysteem
6
3 - 65 Cockpit roof
68
- 69
Allesdragers
233
A
ccessoires
2
35-236
ESC (ABS, BAS, ASR, ESP)
18
4-187
Bandenspanningscontrolesysteem 11 9 -12 0
Bandenspanning 11
9, 203, 278
Sneeuwkettingen
2
12
Wiel verwisselen
20
4-211
-
g
ereedschap
-
d
emonteren/monteren
Bandenreparatieset
1
98-203 Bagageruimte
53
, 62
-
op
enen / sluiten
-
n
oodbediening
Lampen vervangen
21
8-220
-
a
chterlichten
-
der
de remlicht
-
k
entekenplaatverlichting
-
m
istachterlichten
Buitenspiegels
8
0
Verlichting buitenspiegels
15
1
Brandstoftank 2
41-242
Tankbeveiliging (diesel) 24
3 Parkeerhulp 13
9-140
Achteruitrijcamera
14
1
Slepen
2
29-230
Trekhaak
2
31-232
DS5_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed01-2015
27
DS5_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
Remsysteempermanent. Het remvloeistofniveau is te laag.Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige plaats.
Vul het niveau bij met een vloeistof voorzien van een artikelnummer
van CITROËN.
Als het probleem zich blijft voordoen, laat het systeem dan controleren
door het CITROËN-netwerk of door een gekwalificeerde werkplaats.
+ permanent, in
combinatie met het
waarschuwingslampje
ABS.Er is een storing in de elektronische
remdrukregelaar (REF).
Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige plaats.
Laat het systeem controleren door het CITROËN-
netwerk of door een gekwalificeerde werkplaats.
Controlelampje
StatusOorzaak Acties / Opmerkingen
Dynamische
stabiliteitscontrole
( ESP /ASR)knippert. De ESP-/ASR-regeling is actief. Deze functie verbetert de aandrijving en zorgt voor
een betere koersstabiliteit als de wielen te weinig grip
hebben of de auto uit de koers dreigt te raken.
permanent. Storing in het ESP-/ASR-systeem. Laat het systeem controleren door het CITROËN-
netwerk of door een gekwalificeerde werkplaats.
Antiblokkeersysteem
(ABS)permanent.Er is een storing in het
antiblokkeersysteem. De normale remwerking blijft behouden.
Rijd voorzichtig met lage snelheid en raadpleeg
zo snel mogelijk het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Controle tijdens het rijden
45
DS5_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
Menu "Rijden"
De te configureren functies zijn in de volgende tabel weergegeven.To e t s Desbetreffende functie Aanwijzingen
Inst. snelheden Opslaan van de snelheden voor de snelheidsbegrenzer en de snelheidsregelaar.
Configuratie auto Toegang tot de te configureren functies. De functies zijn verdeeld over drie tabbladen:
-
"
[Rijhulpsysteem ]"
-
"[
Elektrische parkeerrem]" (Elektrische parkeerrem; zie de rubriek "Rijden"),
-
"[
Automatisch inschakelen achterruitenwisser bij inschakelen achteruitversnelling]"
(Zie voor het inschakelen van deze functie de rubriek "Zicht").
-
"
[Verlichting ]"
-
"[
Follow me home-verlichting]" (Zie de rubriek "Zicht"),
-
"[
Instapverlichting]" (Zie de rubriek "Zicht"),
-
"[
Adaptieve verlichting]" (Zie de rubriek "Zicht").
-
"
[Toegang auto ]"
-
"[
Indrukken afstandsbediening bestuurder]" (Selectieve ontgrendeling van het
bestuurdersportier; zie de rubriek "Toegang tot de auto").
-
"[
Ontgrendeling achterklep]" (Selectieve ontgrendeling van de achterklep; zie de rubriek
"Toegang tot de auto").
Selecteer of deselecteer de tabs onder aan het scherm om de gewenste functies weer te
geven.
Stop & Star t Uitschakelen van de functie.
Functie uitgeschakeld = verklikkerlampje brandt (oranje).
Controle tijdens het rijden
Richtingaanwijzers
F Links: duw de hendel helemaal omlaag.
F Re chts: duw de hendel helemaal omhoog.Drie keer knipperen
Beweeg de hendel iets omhoog of omlaag,
zonder het zware punt te passeren; de
desbetreffende richtingaanwijzers knipperen
vervolgens drie keer.
Wanneer de richtingaanwijzers na
meer dan 20
s
econden nog niet zijn
uitgeschakeld, wordt bij een snelheid
van meer dan 60
k
m/h automatisch het
knippergeluid versterkt.
Alarmknipperlichten
Druk de knop in, de richtingaanwijzers
knipperen tegelijkertijd.
De alarmknipperlichten werken ook als het
contact is afgezet.
Automatisch inschakelen
van de alarmknipperlichten
Bij een noodstop - afhankelijk van de mate van
remvertraging, als het ABS ingrijpt, maar ook als
er een aanrijding wordt gesignaleerd, worden de
alarmknipperlichten automatisch ingeschakeld.
Zodra er weer gas wordt gegeven gaan de
alarmknipperlichten uit.
F
U ku
nt de alarmknipperlichten echter ook
uitschakelen door de knop in te drukken.
Deze functie kunt u bij elke snelheid
gebruiken, maar komt vooral van pas bij
het wisselen van rijstrook op wegen met
meerdere rijstroken per rijbaan.
Elektronisch stabiliteitsprogramma dat de
volgende systemen omvat:
-
he
t antiblokkeersysteem (ABS) en de
elektronische remdrukregelaar (EBD),
-
de
noodremassistentie (AFU),
-
de a
ntislipregeling (ASR),
-
de d
ynamische stabiliteitscontrole (ESP).
Elektronisch stabiliteitsprogramma
Begrippen
Antiblokkeersysteem (ABS) en
elektronische remdrukregelaar
(EBD)
Deze systemen zorgen tijdens het remmen
voor een betere stabiliteit en bestuurbaarheid
van uw auto en voor een betere controle in
bochten, vooral op een slecht of glad wegdek.
Het ABS voorkomt het blokkeren van de wielen
in het geval van een noodstop.
De EBD verdeelt de remdruk over de wielen.
Noodremassistentie (AFU)
Dit systeem zorgt ervoor dat in noodgevallen
de optimale remdruk sneller wordt bereikt,
zodat de remafstand kleiner wordt.
Het systeem wordt ingeschakeld als het
rempedaal snel wordt ingetrapt en zorgt ervoor
dat de benodigde bedieningskracht wordt
verminderd en de effectiviteit van het remmen
wordt vergroot.
Antislipregeling (ASR)
Dit systeem past de aandrijfkracht aan om
het doorspinnen van de wielen te voorkomen
via de remmen van de aangedreven wielen
en de motor. De ASR zorgt ook voor meer
koersstabiliteit bij het accelereren.
Dynamische stabiliteitscontrole
(ESP)
Dit systeem houdt de vier wielen in de gaten
en grijpt, als de koers van de auto afwijkt van
de door de bestuurder gewenste richting,
automatisch in via de remmen van een of
meerdere wielen en het motorkoppel om de
auto voor zover mogelijk weer in de juiste koers
te brengen.
185
DS5_nl_Chap07_securite_ed01-2015
Intelligente TractiecontroleWerking
Antiblokkeersysteem (ABS) en
elektronische remdrukregelaar
(REF)
Trap het rempedaal bij een noodstop
krachtig en volledig in en laat het
niet los. Zorg er bij vervanging van de wielen
(banden en velgen) voor dat wielen
worden gemonteerd die voor uw auto
zijn gehomologeerd.
De normale werking van het
antiblokkeersysteem kan merkbaar zijn
door het trillen van het rempedaal.
Als dit lampje gaat branden in combinatie
met een geluidssignaal en een melding
op het display, duidt dit op een storing in
het ABS-systeem, waardoor u tijdens het
remmen de controle over uw auto zou
kunnen verliezen.
Als dit lampje gaat branden in
combinatie met het lampje STOP, een
geluidssignaal en een melding op het
display, duidt dit op een storing in de
elektronische remdrukregelaar waardoor
u tijdens het remmen de controle over
uw auto zou kunnen verliezen.
Onder gladde omstandigheden is het raadzaam
te rijden op winterbanden.
Afhankelijk van de uitvoering is uw auto uitgerust
met een systeem dat zorgt voor extra tractie op
besneeuwde wegen: intelligente tractiecontrole .
Deze functie signaleert situaties met weinig grip,
zoals wegrijden en voortbewegen van de auto
in verse en diepe sneeuw of over platgereden
sneeuw.
In dergelijke omstandigheden regelt de intelligente
tractiecontrole het doorslippen van de voorwielen
om voor een optimale grip te zorgen. Zo wordt de
aandrijving en de bestuurbaarheid verbeterd.
Stop onmiddellijk.
Raadpleeg in beide gevallen het CITROËN-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Veiligheid
DS5_nl_Chap12_index-recherche_ed01-2015
Aanhanger..................................................... 231
Aanhangergewichten ............................ 267
, 272
Aansluiten MirrorLink
.................................... 33
1
Aansluiting 12V
......................................... 82
, 83
Aansteker
........................................................ 83
Ac
cessoires ........................................... 10 0, 235
Accessoirestand
........................................... 10 0
Ac
cu
...............
............................... 224-226, 252
Accu laden
............................................ 2
25, 226
Achterbank
...............................
.................7 7, 7 9
Achterlichten
................................................. 23
4
Achterruitverwarming
............................... 8
0, 95
Achteruitrijcamera
...............................
..........141
Achteruitrijlicht
.............................................. 2
18
AdBlue
® ......................................................... 255
Ad
Blue®-niveau ............................... ..............255
AdBlue®-reservoir ................................. 2 55, 260
Additief AdBlue .............................. .29, 255, 259
Afmetingen
.................................................... 27
7
Afstandsbediening
.............................. 5
2-55, 60
Afstandsbediening, batterij
....................... 59
, 60
Afstandsbediening, batterij vervangen
........... 59
A
fstandsbediening synchroniseren
................ 59
A
irbags
...............
..................................... 31, 191
Airbags vóór
.......................................... 19
1, 19 4
Airconditioning
................................................ 14
A
irconditioning, automatische
.................. 9
0, 91
Airconditioning (handbediend)
....................... 90
A
larmknipperlichten
................................ 8
8, 182
Alarmsysteem
...............................
..................63
Algemeen menu
............................................ 3
52
Allesdragers
...............................
...................233
Allesdragers monteren
................................. 23
3
Antiblokkeersysteem (ABS)
.......................... 18 4
A
ntislipregeling
....................................... 2
7, 1 8 4
Apple
®-speler ............................... .................316
Armleuning ............................... .......................82
Armleuning achter
........................................... 86Ar
mleuning vóór
..............................................
85
A
sbak (uitneembaar)
.......................................
8
2
Audio-aansluitingen
........................ 8
5, 358, 359
Audiokabel
..............................
......................
314
Automatische ruitenwissers
.................. 15
5, 157
Automatische schakeling grootlicht/ dimlicht
.................................................. 20
, 149
Automatisch inschakelen alarmknipperlichten
.................................... 18
2
Automatisch inschakelen verlichting
.... 14
5, 148
Autoradio
...............................
..................
39, 349
Autoradio, bedieningen aan stuurkolom
.......................................... 2
8 8 , 3 51
AUX-aansluiting
...............................
.....
314, 3 59
Aux-ingang
............................................ 3
14, 3 59
Bagageruimte
.................................................. 62
B
agageruimte, indeling
...................................
87
B
agageruimte ontgrendelen
...........................
53
B
agageruimte openen
........................
5
2-54, 62
Banden
................
............................................
14
Banden, noodreparatie
................................. 198
B
andenreparatieset
......................................
19
8
Bandenspanning
............................. 1
4, 199, 278
Bandenspanning, detectie
............................ 11 9
B
andenspanningscontrole (met set)
.............
19
8
Bandenspanning te laag (detectie)
............... 11 9
B
andreparatieset
..............................
............
198
Bekerhouder ................................................... 8 2
Beladen ............... ....................................14, 23 3
Benzinemotor ................................ 2
42, 245, 266
Bestuurdersplaats (instellingen)
..................... 74CD
..............................
...........................
314, 3 5 5
CD-/MP3 -speler
........................... 3
14, 356, 357
Centrale vergrendeling
............................. 53
, 55
C
IT
ROËN
No
odoproep gelocaliseerd
..........
28
2
Claxon ........................................................... 18 3
Cockpit Roof ................................................... 68
C
onfiguratie van de auto ................................39
C
ontact
................
..........................................10 0
Binnenspiegel ................................................. 81
Bla ck panel ...................................................... 38
BlueHDi
...............................
..................118 , 2 5 5
Bluetooth (handsfree set)
............. 33
6, 337, 360
Bluetooth (telefoon)
............................... 33
6, 337
Bluetooth-verbinding
..................... 3
28, 336, 337
Bochtverlichting
............................ 153
, 15 4, 213
Boordcomputer
..............................
...........48, 49
Brake Assist System (BAS)
.......................... 18
4
Brandstof
................................................. 14
, 242
Brandstofaddititiefniveau
.............................. 2
51
Brandstofniveau
...............................
.............2 41
Brandstofniveaumeter
................................... 2 41
B
randstofsysteem ontluchten
....................... 2
47
Brandstoftank
........................................ 24
1, 243
Brandstoftankdop
...............................
...........2 41
Brandstof tanken
...............................
.....241-243
Brandstoftank (inhoud)
................................. 2
41
Brandstoftankklep
................................. 24
1, 243
Brandstoftank leeg (diesel)
........................... 2
47
Brandstofverbruik
........................................... 14
B
uitenspiegels ......................................... 8 0, 126
Buitenspiegels, in- en uitklappen
................... 80