Page 69 of 452

67
DS4_nl_Chap02_ouvertures_ed02-2015
Als een van de portieren of de
achterklep geopend is of als een van
de elektronische sleutels van het
Keyless entry and start-systeem zich
in de auto bevindt, werkt de centrale
vergrendeling niet.
Daarentegen wordt het alarmsysteem
(indien aanwezig) na ongeveer
45
seconden ingeschakeld. Verlaat om veiligheidsredenen
(kinderen in de auto) de auto nooit,
zelfs niet voor een korte tijd, zonder de
sleutel van het Keyless entry and start-
systeem mee te nemen.
Wees bedacht op diefstal van de auto
als de sleutel van het Keyless entry and
start-systeem zich binnen een van de
detectiezones bevindt ter wijl uw auto
ontgrendeld is.
Om te voorkomen dat de batterij
van de elektronische sleutel en de
12V-accu van de auto ontladen raken,
wordt het systeem in de standby-stand
geschakeld nadat het 21
dagen niet is
gebruikt. Druk op een van de knoppen
van de afstandsbediening of plaats
de elektronische sleutel in de lezer en
start de motor om het systeem weer te
activeren (zie de rubriek "Starten met
het Keyless entry and start-systeem").
Als de auto is vergrendeld en per
ongeluk wordt ontgrendeld zonder dat
binnen ongeveer 30
seconden een van
de portieren of de achterklep wordt
geopend, wordt de auto automatisch
weer vergrendeld.
Als het alarmsysteem ingeschakeld
was, wordt het niet automatisch
opnieuw ingeschakeld.
Het automatisch in- en uitklappen
van de buitenspiegels kan worden
uitgeschakeld door het CITROËN-
netwerk of door een gekwalificeerde
werkplaats.
Vergrendelen van de auto
Normale vergrendeling
F Druk, ter wijl de elektronische sleutel
zich binnen de detectiezone A bevindt,
met een van uw vingers op een van de
portiergrepen (bij de merktekens).
Als u de knop ingedrukt houdt, gaan de ruiten
omhoog tot u de knop loslaat of tot ze gesloten
zijn.
Toegang tot de auto
Page 70 of 452

DS4_nl_Chap02_ouvertures_ed02-2015
De richtingaanwijzers gaan enkele
seconden branden.
Afhankelijk van de uitvoering van uw
auto worden de buitenspiegels ingeklapt
en wordt het alarm ingeschakeld. Let erop dat niets het correcte sluiten
van de ruiten in de weg staat.
Let er vooral op dat kinderen zich
tijdens het bedienen van de ruit niet
kunnen bezeren.Omwille van de veiligheid en ter
voorkoming van diefstal: laat nooit de
elektronische sleutel in de auto achter,
ook niet wanneer u in de buurt bent.
Het is raadzaam de sleutel bij u te houden.
Vuil (vocht, stof, modder, zout, ...) op de
binnenzijde van de portiergreep kan de
detectie negatief beïnvloeden.
Als na het reinigen van de binnenzijde
van de portiergreep met een doek
de detectie niet verbetert, raadpleeg
dan het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Plotseling contact met water
(waterstraal, hogedrukspuit, ...) kan
door het systeem worden beschouwd
als een verzoek om ontgrendelen van
de auto.Met deze functie kunt u uw auto op afstand
lokaliseren, wat vooral praktisch is bij weinig licht.
De auto dient hiervoor wel vergrendeld te zijn.
Lokaliseren van de auto
F Druk op het gesloten hangslot op
de afstandsbediening.
Hierna zullen gedurende ongeveer tien
seconden de plafonniers gaan branden en de
richtingaanwijzers gaan knipperen.
Page 71 of 452
69
DS4_nl_Chap02_ouvertures_ed02-2015
Noodsleutel
Ontgrendelen/vergrendelen met de geïntegreerde sleutel
van het Keyless entry and start-systeem
Met de geïntegreerde sleutel kan de auto
vergrendeld en ontgrendeld worden als de
elektronische sleutel niet werkt:
-
l
ege batterij, 12V-accu ontladen of
losgekoppeld, ...
-
a
uto bevindt zich in een omgeving met veel
elektromagnetische straling.
F
T
rek aan de knop 1 om de geïntegreerde
sleutel 2
te verwijderen.Als het inbraakalarm is geactiveerd,
zal het geluidssignaal dat klinkt bij
het met de sleutel (geïntegreerd in de
afstandsbediening) openen van een portier,
bij het aanzetten van het contact stoppen.Vergrendelen van het
bestuurdersportier
F Steek de geïntegreerde sleutel in het portierslot en draai deze rechtsom.
Ontgrendelen van het
bestuurdersportier
F Steek de geïntegreerde sleutel in het portierslot en draai deze linksom.
Toegang tot de auto
Page 77 of 452

75
DS4_nl_Chap02_ouvertures_ed02-2015
Alarm*Dit systeem beveiligt uw auto tegen inbraak en diefstal. Het systeem bestaat uit de volgende typen beveiliging:
- uitwendige beveiliging
Dit systeem houdt de te openen
carrosseriedelen van de auto in de gaten.
Het alarm gaat af als iemand een portier, de
achterklep of de motorkap probeert te openen.
- interieurbeveiliging
Dit systeem treedt in werking als er
bewegingen in het interieur worden
waargenomen.
Het alarm gaat af als er een ruit wordt
ingeslagen, als iets of iemand de auto
binnendringt of als iets of iemand in de auto
beweegt.
- wegsleepbeveiliging
Dit systeem treedt in werking als er
veranderingen in de wagenhoogte worden
waargenomen.
Het alarm gaat af als de auto wordt opgetild,
verplaatst of aangestoten.
Automatische beveiligingsfunctie
Dit systeem treedt in werking als iemand
probeert het alarm te saboteren.
Het alarm gaat af als iemand probeert de accu,
de bedieningseenheid of de kabels van de
sirene uit te schakelen of te beschadigen. Raadpleeg het CITROËN-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats alvorens
u wijzigingen aan het alarmsysteem
aanbrengt.
* Volgens land van verkoop.
Toegang tot de auto
Page 78 of 452

DS4_nl_Chap02_ouvertures_ed02-2015
Vergrendelen van de auto
met volledig ingeschakeld
alarm
Inschakelen
F Zet het contact af en verlaat de auto.
F V ergrendel de auto met de
afstandsbediening.
of
F
V
ergrendel de auto met het Keyless entry
and start-systeem. Het alarmsysteem is geactiveerd: het
verklikkerlampje van de knop knippert één keer
per seconde en de richtingaanwijzers gaan
gedurende ongeveer 2
seconden branden.
De uitwendige beveiliging wordt 5
seconden
nadat de auto is vergrendeld, geactiveerd.
De interieur- en wegsleepbeveiliging worden
45 seconden nadat de auto is vergrendeld,
geactiveerd.
Uitschakelen
F Druk op de ontgrendelknop van de afstandsbediening.
of
F
O
ntgrendel de auto met het Keyless entry
and start-systeem.
Het alarmsysteem wordt uitgeschakeld; het
verklikkerlampje van de knop gaat uit en
de richtingaanwijzers knipperen gedurende
ongeveer 2
seconden.
Als de auto automatisch opnieuw
wordt vergrendeld (als binnen
30
seconden een van de portieren of
de achterklep niet is geopend), wordt
het alarmsysteem niet automatisch
ingeschakeld. Ontgrendel in dat geval
de auto en vergrendel hem vervolgens
met de afstandsbediening of het
Keyless entry and start-systeem:
het alarmsysteem is dan weer
ingeschakeld.
Indien een portier of de achterklep niet goed
is gesloten, wordt de auto niet vergrendeld,
maar worden de uitwendige beveiliging, de
interieurbeveiliging en de wegsleepbeveiliging
na 45
seconden wel ingeschakeld.
Page 79 of 452

77
DS4_nl_Chap02_ouvertures_ed02-2015
Schakel de interieur- en wegsleepbeveiliging uit
om te voorkomen dat het alarm onnodig wordt
ingeschakeld als bijvoorbeeld:
-
e
en huisdier in de auto wordt
achtergelaten,
-
e
en ruit op een kier blijft staan,
-
d
e auto wordt gewassen,
-
e
en wiel wordt ver wisseld,
-
d
e auto wordt gesleept,
-
d
e auto op een boot wordt vervoerd.
Vergrendelen van de auto
met alleen de uitwendige
beveiliging ingeschakeld
Uitschakelen van de interieur- en
wegsleepbeveiliging
F Zet het contact af en druk binnen 10 seconden op de knop tot het
verklikkerlampje blijft branden.
F
V
erlaat de auto.
F
V
ergrendel de auto onmiddellijk met de
afstandsbediening of het Keyless entry and
start-systeem.
Alleen de uitwendige beveiliging wordt
ingeschakeld; het verklikkerlampje van de knop
zal één keer per seconde knipperen.
De interieur- en wegsleepbeveiliging worden
uitsluitend uitgeschakeld als deze procedure elke keer
na het afzetten van het contact wordt uitgevoerd.
Opnieuw inschakelen van de
interieur- en wegsleepbeveiliging
F Schakel de uitwendige beveiliging uit door de auto met de afstandsbediening
of het Keyless entry and start-systeem te
ontgrendelen.
H
et verklikkerlampje van de knop gaat uit.
F
S
chakel alle beveiligingen weer in door
de auto met de afstandsbediening of
het Keyless entry and start-systeem te
vergrendelen.
H
et verklikkerlampje van de knop gaat
opnieuw één keer per seconde knipperen.
Toegang tot de auto
Page 80 of 452

DS4_nl_Chap02_ouvertures_ed02-2015
Afgaan van het alarm
Als het alarm afgaat, treedt de sirene in
werking en knipperen de richtingaanwijzers
gedurende dertig seconden.
Als het alarm voor de 11
e keer afgaat, worden
de alarmsystemen uitgeschakeld.
Als het verklikkerlampje van de knop snel
knippert bij het ontgrendelen van de auto met
de afstandsbediening of het Keyless entry
and start-systeem, is het alarm tijdens uw
afwezigheid afgegaan. Het lampje stopt met
knipperen als het contact wordt aangezet.
Storing afstandsbediening
Om de alarmsystemen uit te schakelen:
Vergrendelen van de auto
zonder het alarm in te
schakelen
F Vergrendel de auto of schakel de supervergrendeling in met de sleutel
(geïntegreerd in de afstandsbediening) in
het slot van het bestuurdersportier.
F
o
ntgrendel de auto met de sleutel
(geïntegreerd in de afstandsbediening) in
het slot van het bestuurdersportier,
F
o
pen het portier; het alarm gaat af,
F
z
et het contact aan: het alarm stopt en het
verklikkerlampje van de knop gaat uit.
Storing
Als bij het aanzetten van het contact het
verklikkerlampje van de knop blijft branden,
duidt dit op een storing in het systeem.
Laat dit controleren door het CITROËN-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Page 168 of 452
Richtingaanwijzers
F Links: duw de hendel omlaag, voorbij het zware punt.
F
R
echts: duw de hendel omhoog, voorbij het
zware punt.Drie keer knipperen
F Beweeg de schakelaar kort omhoog of omlaag, zonder deze door de
weerstand te drukken. De desbetreffende
richtingaanwijzers zullen drie keer
knipperen.
Alarmknipperlichten
Lichtsignaal van de richtingaanwijzers om het
overige verkeer te waarschuwen in het geval
van file, pech, slepen of een ongeval.
F
D
ruk deze knop in: de richtingaanwijzers
knipperen tegelijkertijd.
De alarmknipperlichten werken ook als het
contact is afgezet.
Wanneer bij een snelheid van meer
dan 60
km/h de richtingaanwijzers na
meer dan 20
seconden nog niet zijn
uitgeschakeld, wordt automatisch het
knippergeluid versterkt.