
114Radio
Verkeersinformatie in- of
uitschakelen
Om de stand-by verkeersberichten‐
functie van het Infotainmentsysteem in- en uit te schakelen:
Druk op TP.
■ Als verkeersinformatie is ingescha‐
keld, verschijnt [ ] in het radiohoofd‐
menu.
■ Er worden alleen verkeersinforma‐ tiezenders weergegeven.
■ Als de actuele zender geen ver‐ keersinformatiezender is, wordt er
automatisch naar de volgende ver‐
keersinformatiezender gezocht.
■ Wanneer een verkeersinformatie‐ zender is gevonden, wordt [TP] in
het hoofdmenu van de radio weer‐
gegeven.
■ Verkeersberichten worden op het van tevoren ingestelde TA-volume3 105 weergegeven.
■ Als verkeersinformatie is ingescha‐
keld, wordt de cd-/mp3-weergave
voor de duur van het verkeersbe‐
richt onderbroken.Alleen naar verkeersberichten
luisteren
Schakel verkeersinformatie in en
draai het volume van het infotain‐
mentsysteem helemaal omlaag.
Verkeersberichten blokkeren
Om verkeersberichten te blokkeren,
bijv. tijdens afspelen van CD/MP3:
Druk op TP of de multifunctionele
knop om het annuleringsbericht op
het display te bevestigen.
Het verkeersbericht wordt onderbro‐
ken, maar verkeersinformatie blijft in‐ geschakeld.
EON (Enhanced Other Networks)
Met EON kunt u naar verkeersberich‐
ten luisteren ook als de zender waar‐
naar u luistert zelf geen verkeersin‐
formatie uitzendt. Als een dergelijke
zender is ingeschakeld, wordt net als
bij verkeersinformatiezenders TP op
het display in zwart weergegeven.Digital Audio Broadcasting
Digital Audio Broadcasting (DAB) is
een innovatief en universeel uitzend‐
systeem.
DAB-zenders worden aangeduid met de programmanaam i.p.v. met de
zendfrequentie.
Algemene aanwijzingen
■ Met DAB kunnen verschillende pro‐
gramma's (diensten) op dezelfdefrequentie worden uitgezonden(ensemble).

Radio115
■Naast hoogwaardige diensten voor
digitale audio is DAB ook in staat
om programmagerelateerde gege‐
vens en een veelheid aan andere
dataservices uit te zenden, inclusief reis - en verkeersinformatie.
■ Zolang een bepaalde DAB-ontvan‐ ger een signaal van een zender op
kan vangen (ook al is het signaal
erg zwak), is de geluidsweergave
gewaarborgd.
■ Er is fading (zwakker worden van het geluid) dat typerend is voor
AM - of FM-ontvangst. Het DAB-
signaal wordt op een constant vo‐
lume weergegeven.
■ Als het DAB-signaal te zwak is om door de radio te worden geïnterpre‐teerd, wordt de weergave geheel
onderbroken. Dit probleem kan
worden vermeden door in het menu
DAB-instellingen Automatische
groeplinks en/of Automatische links
DAB-FM te activeren.
■ Interferentie door zenders op nabu‐
rige frequenties (een verschijnsel dat typisch is voor AM- en FM-ont‐
vangst) doet zich bij DAB niet voor.■ Als het DAB-signaal door natuur‐ lijke obstakels of door gebouwen
wordt weerkaatst, verbetert dit de
ontvangstkwaliteit van DAB, terwijl
AM- en FM-ontvangst in die geval‐
len juist aanmerkelijk verzwakt.
■ Na het inschakelen van DAB-ont‐ vangst blijft de FM-tuner van het In‐fotainmentsysteem op de achter‐
grond actief en zoekt voortdurend
naar de best ontvangbare FM-zen‐
ders. Als TP 3 112 geactiveerd is,
worden er verkeersberichten van
de momenteel best ontvangbare
FM-zender doorgegeven. Deacti‐
veer TP als u niet wilt dat de DAB-
ontvangst door FM-verkeersmel‐
dingen wordt onderbroken.DAB configureren
Druk op CONFIG .
Selecteer Radio-instellingen en ver‐
volgens DAB-instellingen .
In het configuratiemenu zijn de vol‐
gende opties beschikbaar:
■ Automatische groeplinks : als deze
functie ingeschakeld is, schakelt
het systeem over op dezelfde ser‐
vice van een ander DAB-
ensemble (frequentie indien be‐
schikbaar) als het DAB-signaal te
zwak is om door de radio te worden
opgevangen.

116Radio
■Automatische links DAB-FM : als
deze functie ingeschakeld is, scha‐ kelt het systeem over naar eenovereenkomstige FM-zender van
de actieve DAB-service (indien be‐
schikbaar) als het DAB-signaal te
zwak is om door de radio te worden opgevangen.
■ Dynamische geluidsaanpas. : als
deze functie geactiveerd is, wordt
het dynamische bereik van het
DAB-signaal gereduceerd. Dat
houdt in dat het volume van hard
geluid wel, maar dat van zacht ge‐
luid niet wordt gereduceerd. Daar‐
door kan het volume van het Info‐
tainment zo worden afgesteld dat
zacht geluid goed hoorbaar is zon‐
der dat hard geluid te hard klinkt.
■ Frequentieband : na het selecteren
van deze optie kan worden bepaald
welke DAB-frequentiebereiken
door het Infotainmentsysteem die‐
nen te worden ontvangen.

Telefoon131voordat u de telefoon in hands‐free-modus gebruikt. Volg de be‐
palingen van het land waarin u
zich bevindt.
Volg de voorschriften die in som‐
mige gebieden gelden op en zet
uw mobiele telefoon uit als mobiel telefoneren verboden is, als de
mobiele telefoon interferentie ver‐
oorzaakt of als er zich gevaarlijke
situaties kunnen voordoen.
Bluetooth
Het telefoonportal is gecertificeerd
door de Bluetooth Special Interest
Group (SIG).
Meer informatie over de specificatie
vindt u op internet op
http://www.bluetooth.com
De spraakherkenning gebruiken
Gebruik de spraakherkenning niet in
noodsituaties, omdat uw stem onder
stress zodanig kan veranderen dat hij
mogelijk niet meer herkend wordt en
de gewenste verbinding daardoor
wellicht niet snel genoeg tot stand kan worden gebracht.
Bluetooth-verbinding
Bluetooth is een radiografische norm
voor het draadloos verbinden van
bijv. een mobiele telefoon met andere
apparatuur. Informatie zoals een te‐
lefoonboek, gesprekslijsten, de naam van de netwerkoperator en de sterkte
van de verbinding kan worden over‐
gedragen. Welke functies er beschik‐ baar zijn hangt af van het type tele‐
foon.
Om een Bluetooth-verbinding met de
telefoonportal tot stand te kunnen
brengen, moet de Bluetooth-functie
van de mobiele telefoon zijn inge‐
schakeld en moet de mobiele tele‐
foon in de stand "zichtbaar" worden
gezet. U vindt nadere informatie in de gebruiksaanwijzing van de mobiele
telefoon.Bluetooth-menu
Druk op CONFIG .
Selecteer Telefooninstellingen en
vervolgens Bluetooth.
Bluetooth inschakelen
Wanneer de Bluetooth-functie van de telefoonportal uitgeschakeld is:
Activering instellen op Aan en het
daaropvolgende bericht bevestigen.Apparatenlijst
Wordt een mobiele telefoon voor het
eerst via Bluetooth met de telefoon‐
portal verbonden, dan wordt de tele‐
foon in de apparatenlijst opgeslagen.

140Telefoon
Aanbevelingen voor een storingsvrij
gebruik:
■ De buitenantenne moet professio‐ neel worden geïnstalleerd om het
maximaal mogelijke bereik te krij‐
gen.
■ Maximaal zendvermogen 10 watt.
■ De mobiele telefoon moet op een geschikte plek worden geïnstal‐
leerd. Raadpleeg de desbetref‐
fende opmerking in de Gebruikers‐
handleiding, hoofdstuk
Airbagsysteem .
Laat u informeren over de voorziene
montageposities voor de buitenan‐
tenne of de toestelhouder en de mo‐
gelijkheden tot gebruik van toestellen met een zendvermogen van meerdan 10 watt.
Het gebruik van een handfree-beves‐
tiging zonder buitenantenne met mo‐ biele telefoonstandaarden GSM
900/1800/1900 en UMTS is alleen
toegelaten als het maximale trans‐
missievermogen van de mobiele tele‐ foon 2 watt is voor GSM 900 of 1 wattvoor andere types.Uit veiligheidsoverwegingen wordt te‐
lefoneren tijdens het rijden afgera‐
den. Ook bij handsfree telefoneren
kan de aandacht op het verkeer ver‐
slappen.9 Waarschuwing
Gebruik van zendapparatuur en
mobiele telefoons die niet aan de
bovenstaande normen voor mo‐
biele telefoons voldoen en radio's
is alleen toegestaan met een bui‐ tenantenne op de auto.
Voorzichtig
Mobiele telefoons en zendappara‐ tuur kunnen als de voornoemde
aanwijzingen niet in acht worden
genomen bij gebruik in het interi‐
eur zonder buitenantenne aanlei‐
ding geven tot functiestoringen in
de autoelektronica.

142TrefwoordenlijstAAfspelen van een cd starten .......118
Algemene aanwijzingen ............
.................. 90, 117, 121, 122, 130
Algemene informatie................... 124
Antidiefstalfunctie ........................91
Autostore-lijsten .......................... 108
B BACK-toets ................................... 99
Basisbediening ............................. 99
Bediening.................................... 136
Bluetooth .................................... 130
Bluetooth-verbinding ..................131
C
CD-speler activeren.................................. 118
belangrijke informatie ..............117
gebruik .................................... 118
CD-speler activeren ....................118
CD-speler gebruiken................... 118
D DAB ............................................ 114
DAB configureren .......................114
De AUX-ingang gebruiken ..........121
De radio gebruiken .....................107
De radio inschakelen ..................107De USB-poort gebruiken ............122
Digital Audio Broadcasting .........114
E
Enhanced Other Networks .........112
EON ............................................ 112
F
Favorietenlijst ............................. 108
Frequentiebereikmenu's .............109
Frequentiebereik selecteren .......107
G
Gebruik ................. 98, 107, 118, 121
Geluidsinstellingen .....................103
H Handsfree-modus .......................131
Het infotainmentsysteem gebruiken .................................. 98
Het Infotainmentsysteem in- of uitschakelen .............................. 98
I
Infotainmentsysteem automatische aanpassing vanhet volume............................... 105
maximaal opstartvolume .........105
tooninstellingen .......................103
volume voor verkeersberichten 105
volume: instellingen ................105

143
M
Menubediening ............................. 99
Mobiele telefoons en CB-zendapparatuur .................139
Multifunctionele knop ....................99
Mute.............................................. 98
N
Noodoproep ................................ 136
O
Opgeslagen audiobestanden afspelen................................... 122
Overzicht bedieningselementen ...92
R Radio Radio Data System (RDS) ......112
activeren.................................. 107
autostorelijsten ........................ 108
Digital audio broadcasting
(DAB) ...................................... 114
favorietenlijst ........................... 108
frequentiebereik selecteren .....107
frequentiebereikmenu's ...........109
gebruik .................................... 107
zender zoeken ........................ 107
zenderlijsten ............................ 109
Radio activeren........................... 107 Radio Data System (RDS) ......... 112RDS ............................................ 112
RDS configureren .......................112
Regionalisatie ............................. 112
S
SAP-modus ................................ 131
SIM Access Profile (SAP) ...........131
Spraakherkenning ..............124, 125
activeren.................................. 125
gebruik .................................... 125
telefoonregeling ......................125
volume voor stemoutput ..........125
Spraakherkenning activeren .......125
Stemherkenning ......................... 124
T
Telefoon bedieningselementen ..............130
belangrijke informatie ..............130
belsignalen instellen ................131
berichtfuncties ......................... 136
Bluetooth ................................. 130
Bluetooth-verbinding ...............131
een telefoonnummer vormen ..136
functies tijdens een gesprek ...136
gesprekkenlijsten ....................136
handsfree-modus ....................131
het volume instellen ................136
noodoproepen ......................... 136
SIM Access Profile (SAP) .......131telefoonbatterij opladen ...........130
telefoonboek ........................... 136
Telefoonbatterij opladen .............130
Telefoonregeling .........................125
V Verkeersberichten ......................105
Volume instellen ........................... 98
Volume-instellingen ....................105
Volume voor stemuitvoer ............125
Voor snelheid gecompenseerd volume....................................... 98
Z Zenderlijsten bijwerken ...............109
Zenders ophalen ........................108
Zenders opslaan .........................108
Zender zoeken............................ 107