WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
3-2
3
DAU10473
Contactslot/stuurslotVia het contactslot/stuurslot worden het
ontstekingssysteem en de verlichtingssy-
stemen bediend en wordt het stuur ver-
grendeld. De diverse standen worden
hierna beschreven.OPMERKINGGebruik de standaardsleutel (zwarte greep)
voor regelmatig gebruik van de machine.
Bewaar de codeersleutel (rode greep) op
een veilige plaats en gebruik deze uitslui-
tend voor hercodering om het risico op ver-
lies te minimaliseren.
DAU10551
ON
Alle elektrische circuits worden voorzien
van stroom; de instrumentenverlichting, het
achterlicht, de kentekenverlichting en het parkeerlicht gaan branden en de motor kan
worden gestart. De sleutel kan niet worden
uitgenomen.
OPMERKINGDe koplampen gaan automatisch branden
als de motor wordt gestart en blijven aan
totdat de sleutel naar “OFF” wordt ge-
draaid, zelfs als de motor afslaat.
DAU10662
OFF
Alle elektrische systemen zijn uitgescha-
keld. De sleutel kan worden uitgenomen.
WAARSCHUWING
DWA10062
Draai nooit
de sleutel naar “OFF” of
“LOCK” terwijl de machine rij dt. Hier-
d oor wor den de elektrische systemen
uit geschakel d, wat mo gelijk kan lei den
tot verlies van d e controle of een on ge-
val.
DAU10685
LOCK
Het stuur is vergrendeld en alle elektrische
systemen zijn uitgeschakeld. De sleutel kan
worden uitgenomen. Om het stuur te vergrendelen
1. Draai het stuur helemaal naar links.
2. Druk de sleutel in de “OFF”-stand in
en draai deze dan naar “LOCK”. Houd
de sleutel hierbij ingedrukt.
3. Neem de sleutel uit.
P
ON
OFF
LOCK
1. Drukken.
2. Draaien.12
U2SGD0D0.book Page 2 Monday, June 17, 2013 2:19 PM