104
Kinderen aan boord
Expert-VU_nl_Chap04_Securite_ed01-2014
ADVIEZEN VOOR KINDERZITJES
De onjuiste bevestiging van een kinderzitje
brengt de veiligheid van het kind in gevaar in
geval van een botsing.
Kinderen voorin
De regelgeving met betrekking tot het
vervoer van kinderen op de passagiersstoel
vóór is per land verschillend. Raadpleeg de
in uw land geldende regelgeving.
Schakel de airbag aan passagierszijde
uit zodra een kinderzitje met de rug in de
rijrichting op de voorstoel wordt geplaatst.
Het kind kan anders bij het afgaan van de
airbag levensgevaarlijk gewond raken.
Plaatsen van een stoelverhoger
Het bovenste gedeelte van de autogordel
moet over de schouder van het kind liggen
zonder de hals te raken.
Controleer of de heupgordel goed over de
bovenbenen van het kind ligt.
Zorg er voor een optimale bevestiging
van het kinderzitje "met het gezicht in de
rijrichting" voor dat de afstand tussen de
rugleuning van het zitje en de rugleuning
van de stoel van de auto zo klein mogelijk
is. Laat indien mogelijk de rugleuning van
het zitje tegen de rugleuning van de stoel
aandrukken.
Verwijder de hoofdsteun alvorens een
kinderzitje met een rugleuning te plaatsen
op een passagiersstoel.
Berg de hoofdsteun zorgvuldig op om te
voorkomen dat de hoofdsteun door de auto
vliegt bij krachtig afremmen.
Plaats de hoofdsteun terug zodra het
kinderzitje is verwijderd. PEUGEOT beveelt aan een stoelverhoger
met rugleuning te gebruiken voorzien
van een gordelgeleider ter hoogte van de
schouder.
Zorg er bij het bevestigen van het
kinderzitje met de veiligheidsgordel voor
dat de veiligheidsgordel correct tegen het
kinderzitje is gespannen en dat de gordel het
kinderzitje stevig op zijn plaats houdt. Schuif
de passagiersstoel, wanneer deze versteld
kan worden, indien nodig naar voren.
Laat bij de achterzitplaatsen altijd voldoende
ruimte tussen de voorstoel en:
- het kinderzitje "met de rug in de rijrichting",
- de voeten van het kind in het kinderzitje "met het gezicht in de rijrichting".
Schuif daartoe de voorstoel naar voren en
zet de rugleuning ervan, indien nodig, meer
rechtop. Controleer of er geen veiligheidsgordel of
gesp van de veiligheidsgordel onder het
kinderzitje zit; dat zou de stabiliteit van het
zitje in gevaar kunnen brengen.
Zorg ervoor dat de autogordels of het tuigje
van het kinderzitje, zelfs bij korte ritten,
worden vastgemaakt waarbij de speling
ten opzichte van het lichaam van het kind
zoveel mogelijk moet worden beperkt . Laat uit veiligheidsoverwegingen:
- geen kinderen zonder toezicht achter in
een auto,
- nooit een kind of een dier in een auto achter wanneer alle ruiten gesloten zijn
en de auto in de zon staat,
- de sleutels nooit binnen bereik van de kinderen achter in de auto.
Gebruik de kindersloten om te voorkomen
dat de portieren per ongeluk worden
geopend.
Zorg ervoor dat de achterzijruiten niet verder
dan voor 1/3 deel worden geopend.
Plaats zonneschermen om uw jonge
kinderen tegen de zon te beschermen.
108
Uitrusting
Expert-VU_nl_Chap05_Accessoires_ed01-2014
Het monteren van elektrische
uitrustingen of accessoires die niet
onder een artikelnummer in het assortiment
van PEUGEOT voorkomen, kan storingen
in het elektronische systeem van uw auto
veroorzaken. Houd rekening met deze
bijzonderheid en wij raden u aan contact
op te nemen met een vertegenwoordiger
van het merk om u te laten informeren over
het assortiment uitrustingen en accessoires
voorzien van een artikelnummer.
Afhankelijk van het land van bestemming is
de aanwezigheid van een veiligheidsvest,
een gevarendriehoek en een lampenset in
de auto verplicht.
Spatlappen vóór, spatlappen achter, ....
Monteren van zenders voor
radiocommunicatie
Alvorens achteraf een zender voor
radiocommunicatie in te bouwen met externe
antenne op uw auto, adviseren wij u contact
op te nemen met een vertegenwoordiger van
het merk PEUGEOT.
Het PEUGEOT-netwerk zal u informeren
over de gegevens van de zenders
(frequentie, maximum vermogen, stand
antenne, specifieke montagevoorschriften)
die kunnen worden gemonteerd, conform de
Richtlijn Elektromagnetische compatibiliteit
automobielen (2004/104/EG). Ruitensproeiervloeistof, zekeringen,
ruitenwisserbladen, reinigings-/
onderhoudsmiddelen voor interieur en
exterieur, lampen, ...
Om te voorkomen dat de werking van de
pedalen wordt gehinderd:
- controleer of de mat goed op zijn plaats
ligt en goed bevestigd is,
- leg nooit meerdere matten boven op elkaar.
Autoradio's, handsfree-sets, luidsprekers,
CD-wisselaar, navigatiesysteem, ...
Voordat nieuwe audio- en/of telematica-
apparatuur wordt gemonteerd, moet
aan de hand van de specificaties altijd
worden gecontroleerd of deze kan worden
gecombineerd met de standaarduitrusting
van de auto en of het elektrische systeem
van de auto er niet door wordt overbelast.
Gamma professionele
uitrusting
In een speciaal uitgegeven catalogus met
accessoires vindt u verschillende uitrustings-
en indelingsmogelijkheden, zoals:
Imperiaal voor uitvoeringen met korte,
middellange of lange wielbasis
(alle typen laadstop).
Loopplank, laadrol, treeplank.
Trekhaak, kabelset.
Imperiaals voor verschillende dakhoogten,
dakstangen, ladder.
Scheidingswanden en -roosters,
vloerbeschermingsplaten van gelakt hout en
met antisliplaag.
Beschermingsroosters, multimedia.
Daarnaast is een ander gamma van
accessoires opgebouwd rond de thema's
comfort, vrijetijdsbesteding en onderhoud:
Inbraakalarm, graveren van ruiten,
verbanddoos, veiligheidsvest, parkeerhulp
achter, gevarendriehoek, ...
Stoelhoezen geschikt voor voorstoelen met
zij-airbags, passagiersbank, rubber mat,
moquettestoffen mat, sneeuwkettingen.
136
Zekering vervangen
Expert-VU_nl_Chap07_Aide rapide_ed01-2014
ZEKERINGEN DASHBOARD (RECHTS)
- Kantel het opbergvak omlaag en trek het met kracht naar buiten om bij de
zekeringen te komen. Zekeringen
F Ampère
A Functie
1 15 Ruitenwisser achter
2 - Vrij
3 5 Elektronische eenheid airbags
4 10 Sensor verdraaiing stuurwiel, diagnoseaansluiting,
sensor ESC, handbediende ventilatie, schakelaar
koppelingspedaal, koplampverstelling, pomp roetfilter
5 30 Elektrisch verstelbare buitenspiegels, motor ruitbediening
passagierszijde
6 30 Voeding ruitbediening vóór
7 5 Plafonniers en verlichting dashboardkastje
8 20 Multifunctioneel display, sirene inbraakalarm, autoradio,
CD-wisselaar, autoradio/telefoon, servicecentrale
trekhaakaansluiting (montage achteraf), aansluitingen
carrosserieopbouw (plancher cabine)
9 10 Diagnoseaansluiting laadruimte
10 30 Wagenhoogteregeling achter, stuurkolomschakelaars,
instrumentenpaneel
11 15 Diagnoseaansluiting, contact-/stuurslot
12 15 Handsfree set, elektronische eenheid airbags, elektronische
eenheid parkeerhulp
13 5 Servicecentrale motor, servicecentrale trekhaakaansluiting
14 15 Regensensor, automatische airconditioning, instrumentenpaneel
15 30
Vergrendeling/ontgrendeling/supervergrendeling te openen carrosseriedelen\
16 - Vrij
17 40 Achterruitverwarming, verwarming buitenspiegels
17 10 Alleen verwarming buitenspiegels
9.2
Expert-VU_nl_Chap09a_BTA_ed01-2014
URGENCE-OPROEP OF ASSISTANCE-OPROEP
Druk in geval van nood langer dan 2 seconden op deze toets. Het knipperen van het groene ledlampje en een geluidssignaal bevestigen dat de oproep naar de alarmcentrale PEUGEOT CONNECT SOS is verstuurd * .
Het groene ledlampje blijft branden (zonder te knipperen) wanneer de verbinding tot stand is gebracht. Aan het einde van het gesprek gaat het lampje uit.
Bij het aanzetten van het contact, gaat het groene lampje 3 seconden branden. Dit duidt op een goede werking van het systeem.
Door deze toets meteen opnieuw in te drukken, wordt de aanvraag geannule\
erd. Dit wordt bevestigd door een gesproken bericht.
Druk langer dan 2 seconden op deze toets voor het aanvragen van hulp bij het stranden van de auto.
Een gesproken bericht bevestigt dat de oproep is verstuurd ** .
WERKING VAN HET SYSTEEM Door deze toets meteen opnieuw in te drukken, wordt de oproep geannuleerd. Het groene ledlampje dooft. De annulering wordt bevestigd met een gesproken bericht.
Om een oproep te annuleren kunt u ook de alarmcentrale PEUGEOT CONNECT SOS melden dat de oproep per vergissing werd verstuurd.
De alarmcentrale PEUGEOT CONNECT SOS lokaliseert onmiddellijk uw auto, neemt in uw landstaal contact met u op ** en roept indien nodig de hulp in van de bevoegde hulpdiensten ** . In landen waar de alarmcentrale niet operationeel is of wanneer de lokalisatie uitdrukkelijk is geweiger\
d, wordt de oproep meteen doorgestuurd naar de hulpdiensten (112), zonder lokalisatie.
Wanneer de elektronische eenheid airbags een botsing heeft waargenomen, wordt onafhankelijk van het eventueel afgaan van de airbags, automatisch een noodoproep gedaan.
* Afhankelijk van de algemene gebruiksvoorwaarden, die u bij uw verkooppun\
t kunt opvragen, en de technische beperkingen van het systeem. ** Afhankelijk van de geografi sche dekking van PEUGEOT CONNECT SOS en PEUGEOT CONNECT ASSISTANCE en van de offi ciële landstaal die door de eigenaar van de auto is gekozen. De lijst van de landen waar het systeem werkzaam is en de lijst van beschikbare diensten van PEUGEOT CONNECT kunt u bij uw verkooppunt opvragen of op www.peugeot.nl bekijken. opvragen of op www.peugeot.nl bekijken.
Het oranje lampje knippert: er is een storing in het systeem.
Het oranje lampje blijft branden: de noodbatterij moet vervangen worden.
Raadpleeg in beide gevallen het PEUGEOT-netwerk.
Wanneer u uw auto buiten het PEUGEOT-netwerk hebt gekocht, raden wij u aan de aanwezigheid van deze diensten bij het netwerk te laten controleren en eventueel confi gureren. In een meertalig land kunt u het systeem laten confi gureren in de offi ciële landstaal van uw voorkeur.
Om technische redenenen, zoals het verbeteren van de diensten van PEUGEOT CONNECT, behoudt de constructeur zich het recht voor om op elk willekeurig moment het telematicasysteem in de auto te wijzigen.
155
Cockpit
WEGWIJZER
10
Expert-VU_nl_Chap10_Localisation_ed01-2014
Displays, schermbericht Rubriek 9
Klok instellen via display Rubriek 9
Binnenspiegel 83
Parkeer-/tolkaarten 75 Plafonniers
75, 132
Verklikkerlampje dakconsole 27
Stoelverwarming 69
Zekeringen dashboard rechts 135-136
Uitschakelen airbag vóór aan passagierszijde 97
Schakelaars:
- centrale vergrendeling 20, 24
- vergrendeling laadruimte 20, 24
- inbraakalarm
22-23
- parkeerhulp 86
- ASR, ESC 88
Technologie aan boord Rubriek 9
- Noodoproep of hulpoproep
- Peugeot Connect Nav+
- Peugeot Connect Sound
Versnellingsbak 40, 41-43 Alarmknipperlichten
85
Verwarming, ventilatie:
- handbediende ventilatie 57-58, 62
- airconditioning 57-58
- luchtrecirculatie 57-58
Gescheiden airconditioning 59-62
Ontdooien/ontwasemen 63-64
Extra verwarming 65-66
Indeling cabine 72-74
- dashboardkastje,
- dakconsole,
- asbak,
- zonneklep,
- 12V-aansluiting,
- tickethouder,
- opbergvakjes.
156
Interieur
Expert-VU_nl_Chap10_Localisation_ed01-2014
Binnenspiegel 83
Parkeer-/tolkaart 75
Plafonnier vóór 75
Gloeilampen plafonnier vervangen 132
Achtervering 79-81 Airbags vóór, zij-airbags 94-97
Uitschakelen airbag vóór aan
passagierszijde 97
Handrem 85
Motorkapontgrendeling 109
Accu, laden, starten 120
Zekeringen interieur 135, 137
Elektrisch verstelbare voorstoelen,
hoofdsteun 68-69
Passagiersbank vóór met 2 zitplaatsen 70-71
Veiligheidsgordels 91-92
Kinderzitjes 98-104
INTERIEUR
Plafonnier achter 75
Gloeilampen plafonnier vervangen 132
Accessoires 107-108
Zekeringen trekhaakaansluiting,
carrosserieopbouw 139 Zekeringen plancher cabine 139
Laadruimte
77-78, 107
- sjorogen,
- dakkoffer,
- bekleding,
- 12V-aansluiting,
- scheidingsraster,
- bevestigingsrail,
- galerij laadruimte,
- scheidingswand.
Bandenreparatieset 122-123
Reservewiel, krik, wiel verwisselen, gereedschap 124-128