Controle tijdens het rijden
22
Iinstrumentenpaneel benzine - diesel
Het instrumentenpaneel, het multifunctionele display en de controle- en waarschuwingslampjes geven informatie over de werking van de auto.
1.Toerenteller.Geeft het motortoerental aan (x 1000 t/min). 2.
Gedeelte van de toerenteller dat aangeeft
wanneer u moet opschakelen.
3.Snelheidsbegrenzerr
of
Snelheidsregelaar.(km/h of mph) 4.Controlelampje elektrische
kinderbeveiliging.Gaat bij het inschakelen van de
elektrische kinderbeveiliging (blokkering
van de ruitbediening achter en vande binnenportiergrepen van de achterportieren) enkele seconden branden
om het inschakelen te bevestigen.
Digitaal lichtdoorlatend instrumentenpaneel
Dit display geeft waarschuwings- en
informatiemeldingen weer.
Multifunctioneel display
Gedeelte controle- en
waarschuwingslampjes
Dit gedeelte bevat de controle- en
waarschuwingslampjes die informatie geven
over de werking van de auto.
Resetknop
Met deze knop kunt u de geselecteerdefunctie op 0 zetten (dagteller of
onderhoudsintervalindicator).
Regelknop dashboardverlichting
Met deze knop kunt u de lichtsterkte van de
dashboardverlichting regelen. 5
.Brandstofniveaumeter. Geeft de resterende hoeveelheid brandstof
in de tank aan.
6. Snelheidsmeter. Geeft de wagensnelheid aan (km/h of
mph
).7.Dagteller. (km of miles) 8.Onderhoudsintervalindicator. (km of miles), ver volgens,Kilometerteller. (km of miles) 9.Motorolieniveaumeter.
Raadpleeg voor meer informatie over de werking en de weergave van een bepaalde functie de desbetreffendeparagraaf.