Page 4 of 257

.
.
Inhoudsopgave
Instrumentenpaneel 22
Verklikkerlampjes 23
Onderhoudsindicator 32
Kilometertellers 34
Datum en tijd instellen 35
Boordcomputer 36
Monochroom display C(Autoradio / Bluetooth) 38
Controle tijdens het rijdenEerste kennismaking
Sleutel met afstandsbediening 42
Alarm 46
Portieren 48
Achterklep 49
Ruitbediening 51
Brandstoftank 52
Vulpistoolrestrictie (diesel) 53
Toegang tot de auto
Voor stoelen 55
Achterbank 57
Spiegels 58
Stuurwielverstelling 60
Ventilatie 61
Ver war ming 63
Handbediende airconditioning(zonder display) 63
Elektronische airconditioning (met display) 65
Ontwasemen - Ontdooien voorzijde 68
Achterruitverwarming 69
Comfort
Starten - afzetten van de motor 75
Handbediende parkeerrem 76
Handgeschakelde versnellingsbak 77
Elektronisch gestuurde versnellingsbak 78
Automatische versnellingsbak 82
Snelheidsbegrenzer 85
Snelheidsregelaar 87
Parkeerhulp achter 89
Rijden
Lichtschakelaar 91
Koplampen verstellen 96
Ruitenwisserschakelaar 97
Plafonniers 99
Zicht Eco-rijden
Indeling van het interieur 70
Voorzieningen bagageruimte 73
Voor zieningen
Page 9 of 257
.
7
Eerste kennismaking
Interieur
Elektronische airconditioning (met display)
Dit systeem, dat is voorzien van een display,
biedt u het comfort van een optimale
temperatuur en luchtcirculatie in het interieur.
Snelheidsbegrenzer /
snelheidsregelaar
Met deze twee systemen kunt u de snelheidvan de auto gemakkelijk begrenzen en regelen. U kunt zelf de gewenste snelheid instellen.
Audio- en communicatiesystemen
Deze systemen zijn voorzien van de
nieuwste technologie: autoradio met MP3 -
afspeelmogelijkheid, USB-aansluiting,
Bluetooth handsfree set, AUX-aansluitingen, ...
6
5
85, 87
205 17
5
Autoradio
Autoradio / Bluetooth
Page 11 of 257
.
9
Eerste kennismaking
Cockpit
1.
Stuur- en contactslot. 2.Schakelaar ruitenwissers enruitensproeiers/boordcomputer.3.Knop centrale vergrendeling /
ontgrendeling. 4. Open opbergvak.
of
Monochroom display C(Autoradio / Bluetooth).
5. Middelste verstelbare en afsluitbareventilatieroosters.
6.Voor r uitont waseming.7. Passagiersairbag.8.Dashboardkastje
Uitschakeling passagiersairbag. 9. Schakelaar alarmknipperlichten. 10.Autoradio.11.
Bediening ver warming / airconditioning.12.
Asbak / bekerhouder.13.Bediening elektrische ruitbediening.
14.Ver snellingshendel. 15.Handrem.
Page 19 of 257
.
17
Eerste kennismaking
Onder het rijden
Elektronisch gestuurde
versnellin
gsbak
Elektronisch gestuurde versnellingsbak met
vijf versnellingen die u de keuze biedt tussen het comfort van automatisch schakelen en het
rijplezier van handmatig schakelen. 1. Selectiehendel.
Weergave op het instrumentenpaneel
Op het display van het instrumentenpaneelwordt de ingeschakelde versnelling of degekozen rijstand weergegeven. N.Neutral (Neutraalstand).
R. Reverse (Achteruitversnelling).
1 t/m 5. Ingeschakelde versnelling. AUTO.Automatische stand.
Wegrijden
)
Selecteer de stand N. )
Trap het rempedaal stevig in. )
Start de motor. )
Selecteer de automatische stand(stand A) of de handmatige stand (stand M) met de selectiehendel 1
,
of
schakel de achteruitversnelling in door deselectiehendel 1 in de stand R
te zetten. )
Zet de handrem vrij. )
Laat het rempedaal geleidelijk los: de auto
zet z
ich onmiddellijk in beweging.
7
8
Page 20 of 257
18
Eerste kennismaking
82
Onder het rijden
Automatische
versnellin
gsbak
Deze transmissie met vier versnellingen biedt u de keuze tussen het comfort van automatisch schakelen en het rijplezier van handmatig schakelen. 1. Selectiehendel. 2.
Knop "S"
(sport).3.
Knop " 7"(sneeuw).
Weergave op hetinstrumentenpaneel
Op het display van het instrumentenpaneel
wordt de ingeschakelde versnelling of degekozen rijstand weergegeven.
P.Parking (Parkeerstand).
R. Reverse (Achteruitversnelling).
N.Neutral (Neutraalstand).D.Drive (Automatische stand).
S. Programma sport . 7Programma sneeuw.w1 t /m 4.
Ingeschakelde versnelling.-.
Ongeldig commando in de handmatigestand.
Wegrijden
)Trek de handrem aan. )Selecteer de stand P
of N. )Start de motor. )Trap het rempedaal in. )Zet de handrem vrij. )Selecteer vervolgens de stand R, D
of M
. )Laat het rempedaal geleidelijk los: de auto
zet zich onmiddellijk in beweging.
Page 24 of 257
22
Controle tijdens het rijden
Instrumentenpaneel benzine - diesel
1.
Toerenteller (x 1000 t/min). 2.
Display.3.Snelheidsmeter (km/h).
A.Informatie gestuurde handgeschakelde
versnellingsbak of automatische transmissie. B.Tijd.C.Actieradius (km) of
Dagteller.D. Brandstofmeter. E.
Onderhoudsindicator (km)
ver volgens,
kilometerteller.
Deze twee functies worden achtereenvolgens na het aanzetten van het contact weergegeven. F.Aanwijzingen van de snelheidsregelaar of
de snelheidsbegrenzer.
4.Informatie over het onderhoud
Nulstelling van de geselecteerde functie(dagteller of onderhoudsindicator)
Tijd instellen.
Klokken Display
Page 25 of 257
1
23
Controle tijdens het rijden
Verklikkerlampjes
Een aantal verklikkerlampjes heeftbeide mogelijkheden. Of het constant branden of knipperen van eenverklikkerlampje duidt op een storing,is afhankelijk van de werkingsfase vande auto.
Bij het aanzetten van het contact
Als het contact wordt aangezet, gaan bepaalde
waarschuwingslampjes enkele seconden
branden.
Zodra de motor wordt gestart, moeten deze
lampjes weer uitgaan.
Als het lampje blijft branden, controleer dan
voordat u gaat rijden welke functie het betreft.
Bijbehorende waarschuwingen
Sommige verklikkerlampjes kunnen gaanbranden in combinatie met een geluidssignaalen een melding op het multifunctionele display.
Verklikkerlampjes kunnen constant branden of knipperen.
De verklikkerlamp
jes geven de bestuurder informatie over de werking van een systeem (ingeschakeld of uitgeschakeld) of waarschuwen de bestuurder
in het geval van een storing (waarschuwingslampje).
Page 28 of 257

26
Controle tijdens het rijden
Verklikkerlampjes uitgeschakelde functies
De volgende verklikkerlampjes geven aan dat de desbetreffende functie handmatig is uitgeschakeld. Soms klinkt er ook een geluidssignaal en verschijnt er een bericht op het display.
ControlelampjeStatusOorzaakActies / Opmerkingen
Passagiersairbagpermanent. De schakelaar in het dashboardkastjestaat in de stand "OFF
".
De frontairbag aan passagierszijde is
uitgeschakeld. In dit geval kunt u een kinderzitje metde "rug in de rijrichting" plaatsen. Z
et de schakelaar in de stand " ON" om de frontairbagaan passagierszijde in te schakelen. Bevestig in dit geval op deze zitplaats geen kinderzitjemet de "rug in de rijrichting".
ESP/ASRpermanent. De toets linksonder op het dashboard
wordt ingedrukt. Het bijbehorende
verklikkerlampje gaat branden.
De functie ESP/ASR wordt
uitgeschakeld.
ESP: dynamische stabiliteitscontrole.
ASR: antispinregeling. Druk o
p de toets om de functie ESP/ASR in te schakelen. Het verklikkerlampje dooft.
De functie ESP/ASR wordt automatisch ingeschakeld
als de motor wordt gestart.
Na uitschakelen van het systeem, wordt het
automatisch opnieuw ingeschakeld bij snelhedenhoger dan ongeveer 50 km/h.