Page 179 of 280
NOODGEVALLEN
Een lekke band of een doorgebrand
lampje?
Soms kan een probleem uw reis in
gevaar brengen.
De pagina's over noodsituaties kunnen
u helpen om op zelfstandige en kalme
wijze kritieke situaties op te lossen.
Wij adviseren u om in een noodsituatie
het gratis telefoonnummer te bellen
dat in het garantieboekje is vermeld.
U kunt ook het gratis telefoonnummer
00 800 2532 4200 bellen om het
dichtstbijzijnde Alfa Romeo Servicepunt
te vinden.DE MOTOR STARTEN ....................176
EEN WIEL VERVANGEN .................177
"FIX&GO AUTOMATIC" KIT .............183
EEN LAMP VERVANGEN ................186
BUITENLAMPEN VERVANGEN .......189
LAMPEN BINNENVERLICHTING
VERVANGEN ..................................192
ZEKERINGEN VERVANGEN ............194
ACCU OPLADEN ............................203
OPHEFFEN VAN HET VOERTUIG ...204
SLEPEN VAN DE AUTO ..................204
175
Page 190 of 280

EEN LAMP
VERVANGEN
28)126) 127) 128)
ALGEMENE INSTRUCTIES
❒Controleer alvorens een lamp te
vervangen of de contacten zijn
geoxideerd;
❒vervang doorgebrande lampen door
exemplaren van hetzelfde type en
vermogen;
❒controleer na vervanging van een
gloeilamp in de koplamp altijd of
de koplampafstelling goed is;
❒als een lamp niet werkt, controleer
dan of de betreffende zekering is
doorgebrand alvorens de lamp te
vervangen. Om de zekeringen te
vinden wordt verwezen naar de
paragraaf “Zekeringen vervangen” in
dit hoofdstuk;BELANGRIJK Bij een lage temperatuur
en of bij een hoge
luchtvochtigheidsgraad kan de
binnenzijde van de koplamp een beetje
beslagen zijn. Dit is geen defect maar
een natuurlijk verschijnsel dat
veroorzaakt wordt door de
temperatuur- en vochtverschillen tussen
de binnen- en buitenzijde van het glas,
en dat geen enkele nevenwerking
heeft op de normale werking van de
lichten. Deze aanslag verdwijnt
geleidelijk aan (van het midden tot de
randen) zodra de koplampen worden
ingeschakeld.
BELANGRIJK
28) Raak alleen het metalen
gedeelte van halogeenlampen
aan. Het aanraken van de bol met
de vingers kan de lichtopbrengst
en de levensduur van de lamp
reduceren. Als de bol per ongeluk
toch wordt aangeraakt,
schoonwrijven met een doekje
met alcohol en vervolgens laten
drogen.
BELANGRIJK
126) Wijzigingen of reparaties aan de
elektriische installatie die niet
correct zijn uitgevoerd en waarbij
geen rekening wordt gehouden
met de technische
systeemgegevens, kunnen
storingen in de werking en zelfs
brand tot gevolg hebben.
127) In halogeenlampen bevindt zich
gas onder druk. Als ze breken,
kunnen er glassplinters
wegschieten.
128) Wegens de hoge
voedingsspanning mogen
gasontladingslampen (Bi-Xenon)
alleen door gespecialiseerd
personeel vervangen worden:
levensgevaar! Neem contact op
met het Alfa Romeo
Servicenetwerk.
186
NOODGEVALLEN
Page 193 of 280

BUITENLAMPEN
VERVANGENKOPLAMPUNITS
De koplampunits omvatten de
gloeilampen voor de parkeer-/
dagverlichting (DRL), het dimlicht, het
grootlicht en de richtingaanwijzers.
De plaatsing van de lampen is als
volgt:fig. 158:AParkeer-/dagverlichting en grootlichtBDimlichtCRichtingaanwijzers
STADSLICHT/
DAGVERLICHTING (DRL)
Dit zijn led-lampjes. Neem voor de
vervanging contact op met het Alfa
Romeo Servicenetwerk.GROOTLICHT
Ga als volgt te werk om de lamp te
vervangen:
❒verwijder het deksel A fig. 158;
❒maak de stekker A fig. 159 los en
trek de borglippen B naar buiten;
❒verwijder de lamp C en vervang hem;
❒monteer de nieuwe lamp en zorg
voor een optimale vergrendeling,
maak vervolgens de borglippen
B vast en sluit de stekker opnieuw
aan;
❒monteer het deksel A fig. 158.DIMLICHT
Ga als volgt te werk om de lamp te
vervangen:
❒verwijder het deksel B fig. 158;
❒maak de stekker A fig. 160los, trek
de borglip B naar voren en maak
hem los door hem naar de
binnenkant van de auto te drukken;
❒verwijder de lamp C en vervang hem;
❒monteer de nieuwe lamp en zorg
voor een optimale vergrendeling,
maak vervolgens de borglip B vast en
sluit de stekker opnieuw aan;
❒monteer het deksel B fig. 158.158
A0K0631
159
A0K0632
160
A0K0633
189
Page 194 of 280

RICHTINGAANWIJZERS
Voor
Ga als volgt te werk om de lamp te
vervangen:
❒draai het deksel C fig. 158 een 1/4
slag linksom;
❒vervang de lamp + lamphouder A fig.
161.
Op de flanken
Dit zijn led-lampjes. Neem voor de
vervanging contact op met het Alfa
Romeo Servicenetwerk.MISTLAMPEN
(voor bepaalde versies/markten)
Neem, voor de vervanging van deze
lampen, contact op met het Alfa
Romeo Servicenetwerk.
ACHTERLICHTUNITS
De lichtunits omvatten: stadslicht ,
remlichten, richtingaanwijzers (lampen
in vaste lichtunit), achteruitrijlichten
en mistachterlichten (lamp in lichtunit
op achterklep).
De vaste lichtunit
verwijderen.
Ga als volgt te werk:
❒open de achterklep en maak de
bevestigingsschroef A fig. 162 van de
achterlichtunit los;❒verwijder de achterlichtunit door deze
met beide handen in de richting van
de pijl te trekken;
❒koppel de stekker los en vervang de
betreffende lamp.
PARKEER-/REMLICHTEN
Dit zijn led-lampjes. Neem voor de
vervanging contact op met het Alfa
Romeo Servicenetwerk.
RICHTINGAANWIJZERS
Draai, bij uitgenomen achterlichtunit. de
twee schroeven A fig. 163los, verwijder
de lamphouder en vervang lamp B.161
A0K0634
162
A0K0635
163
A0K0636
190
NOODGEVALLEN
Page 195 of 280
MISTACHTERLICHTEN/
ACHTERUITRIJLICHTEN
Ga als volgt te werk om een lamp te
vervangen:
❒open de achterklep en maak met een
schroevendraaier het deksel A fig.
164 los in het door de pijl
aangegeven punt;
❒maak de stekker A fig. 165 los en
verwijder de lamphouder door op het
borglipje B te drukken en vervolgens
de schroef C los te draaien;
❒duw voorzichtig op de lamp en draai
hem linksom (D = achteruitrijlamp; E
= mistachterlamp) om de lamp te
verwijderen;❒plaats de lamphouder terug in het
huis, draai de schroef C vast en
monteer hem door middel van het
borglipje B. Sluit de stekker A aan en
monteer het deksel A fig. 164 terug.BELANGRIJK Dek de punt van de
schroevendraaier af met een doek om
krassen te voorkomen bij het
verwijderen van het deksel A.
3
eREMLICHT
Dit zijn led lampjes die zich op de in de
achterklep opgenomen spoiler
bevinden. Neem voor de vervanging
contact op met het Alfa Romeo
Servicenetwerk.
164
A0K0637
165
A0K0638
191
Page 196 of 280
KENTEKENVERLICHTING
Ga als volgt te werk om een lamp te
vervangen:
❒verwijder de lichtunits A fig. 166van
de kentekenverlichting ;
❒draai de lamphouder B fig. 167
linksom, verwijder de lamp C en
vervang hem.
LAMPEN
BINNENVERLICHTING
VERVANGENPLAFONDVERLICHTING
VOOR
Ga als volgt te werk om de lamp te
vervangen:
❒verwijder plafondlampje A fig. 168
door het op de met de pijltjes
aangegeven punten los te maken;
❒maak de lampzittingen B fig. 169 los
en verwijder ze door ze naar buiten te
trekken: vervang vervolgens de
lampen C;
❒monteer de nieuwe lampen in de
betreffende zittingen B;
❒monteer plafondlampje A fig. 168 in
zijn zitting en controleer of het goed
vast zit.PLAFONDVERLICHTING
ACHTER
Ga als volgt te werk om de lamp te
vervangen:
❒verwijder plafondlampje A fig. 170
door het op de met de pijltjes
aangegeven punten los te maken;
166
A0K0639
167
A0K0640
168
A0K0806
169
A0K0807
170
A0K0643
192
NOODGEVALLEN
Page 197 of 280

❒open beschermkapje B fig. 171 en
vervang lamp C door hem los te
maken uit de zijcontacten. Controleer
of de nieuwe lamp goed vastzit
tussen de contacten;
❒sluit beschermkapje B weer, plaats
het plafondlampje A fig. 170 in zijn
zitting en controleer of het goed
bevestigd is.
BAGAGERUIMTE
VERLICHTING
Ga als volgt te werk om de lamp te
vervangen:
❒open de bagageruimte en verwijder
het lampje A fig. 172 vanuit het punt
dat met de pijl is aangegeven;
❒open beschermkapje B fig. 173 en
vervang de lamp;
❒sluit beschermkapje B over het
lampenglas;❒monteer het lampje A fig. 172 door
het eerst aan een zijde correct te
monteren en vervolgens de andere
zijde ervan aan te drukken, zodat het
hoorbaar vastklikt.
DASHBOARDKASTVERLICHTINGGa als volgt te werk om de lamp te
vervangen:
❒open het dashboardkastje en
verwijder het lampje A fig. 174;
❒open beschermkapje B en vervang
de lamp;
❒sluit beschermkapje B over het
lampenglas;
❒monteer het lampje A door het eerst
aan een zijde correct te monteren en
vervolgens de andere zijde ervan
aan te drukken, zodat het hoorbaar
vastklikt.
171
A0K0644
172
A0K0645
173
A0K0646
174
A0K0647
193
Page 198 of 280

INSTAPVERLICHTING
(voor bepaalde versies/markten)
Neem voor vervanging van de lamp
contact op met het Alfa Romeo
Servicenetwerk.
ZEKERINGEN
VERVANGENALGEMENE INFORMATIE
Het elektrische systeem wordt beveiligd
door zekeringen: bij een storing of bij
oneigenlijk gebruik van het systeem
brandt de zekering door.
Controleer eerst de toestand van de
zekering wanneer een elektrisch
onderdeel niet meer werkt: de
geleidende band A fig. 175 mag niet
onderbroken zijn.
29) 30)
Als dit wel het geval is, dan moet de
zekering worden vervangen door een
nieuw exemplaar met dezelfde
stroomsterkte (zelfde kleur).
129) 130)
131) 132) 133)
B = intacte zekering.
C = zekering met doorgebrande
geleidende band.Gebruik het tangetje A fig. 176 om het
deksel van de zekeringenkast in de
motorruimte te verwijderen om zo de
zekeringen te kunnen vervangen (zie
“Zekeringenkast motorruimte” om het
deksel te verwijderen).
VERSIES MET "ALFA
TCT" AUTOMATISCHE
TRANSMISSIE
(voor bepaalde versies/markten)
De onderdelen van de ALFA TCT
transmissie worden beschermd door
speciale zekeringen. Neem contact op
met het Alfa Romeo Servicenetwerk
als een zekering vervangen moet
worden.175
A0K0523
176
A0K0524
194
NOODGEVALLEN