
WELKOM
Waarschuwing:
dit symbool geeft waarschuwingen weer die u absoluut dient te respecteren omwille van uw veiligheid en die van anderen en om schade aan uw auto te voorkomen.
Informatie:
dit symbool vestigt uw aandacht opaanvullende informatie die u helpt de gebruiksmogelijkheden van uw autooptimaal te benutten.
Bescherming van het
milieu:
dit symbool verschijnt bij adviezen met betrekking tot de bescherming van het milieu.
Verwijzing:
dit symbool ver wijst naar de bladzijde
waar meer informatie over de desbetreffende functie is te vinden.
Wi
j danken u voor uw keuze voor de 508.
Dit instructieboekje is ontwikkeld om u
in de
gelegenheid te stellen onder alle
omstandigheden optimaal gebruik te maken
van de mogelijkheden van uw auto. In het eerste deel van het boekje is de belangrijkste
in
formatie samengevat om u in kor te tijd ver trouwd
te maken met de bediening van uw auto. Ver volgens komen alle details van uw auto
op het gebied van comfort, veiligheid enpraktische informatie uitgebreid aan bod, zodat
u en uw passagiers maximaal van de auto
kunnen genieten.
Elk
geleverd model kan, afhankelijk van het
uitrustingsniveau, de carrosserievarianten, de
uitvoeringen en de specifieke kenmerken voor het land waarvoor de auto bestemd is, slechts
van een deel van de in dit boekje vermelde
uitrustingen zijn voorzien.

1
27
Controle tijdens het rijden
De volgende verklikkerlampjes geven aan dat de desbetreffende functie handmatig is uitgeschakeld. Soms klinkt er ook een geluidssignaal en verschijnt er een melding op het display van het instrumentenpaneel.
ControlelampjeStatusOorzaakActies / Opmerkingen
Passagiersairbag
permanent, op het displayvan de verklikkerlampjes
voor de veiligheidsgordels en de airbag vóór aan
passagierszijde.
De schakelaar in het dashboardkastjestaat in de stand "OFF".
De airbag vóór aan passagierszijde is
uitgeschakeld.
Z
et de schakelaar in de stand "ON" om de airbag vóór
aan passagierszijde in te schakelen.
Bevestig in dit geval op deze zitplaats geen kinderzitjemet de rug in de rijrichting.
CDS/ASR(ESP)
permanent. De toets (op het wegklapbare paneel, linksonder op het dashboard)wordt ingedrukt. Het bijbehorende
verklikkerlampje gaat branden.
De functie CDS/ASR wordt
uitgeschakeld.CDS: dynamische stabiliteitscontrole.
ASR: antispinregeling. Druk op de toets om de functie CDS/ASR in te
schakelen. Het verklikkerlampje dooft.
De functie CDS/ASR wordt automatisch ingeschakeld
als de motor wordt gestart.
Als het systeem is uitgeschakeld, wordt het
automatisch opnieuw ingeschakeld bij snelheden hoger dan ongeveer 50 km/h.

30
Controle tijdens het rijden
ControlelampjeStatusOorzaakActies / Opmerkingen
Dynamischestabiliteitscontrole(CDS/ASR)
knippert. De CDS-/ASR-regeling is actief. Deze functie verbetert de aandrijving en zorgt voor een betere koersstabiliteit.
permanent.
Storing in het CDS-/ASR-systeem, tenzij
deze is uitgeschakeld (toets ingedrukt en
verklikkerlampje van de toets brandt).
Laat het systeem controleren door het PEUGEOT-netwerk of door een gekwalificeerde werkplaats.
Zelfdiagnose motorknippert. Er is een storing in het motormanagementsysteem. Kans op beschadiging van de katalysator.
Laat dit controleren door het PEUGEOT-netwerk of
door een gekwalificeerde werkplaats.
permanent.Er is een storing in de emissieregeling. Het verklikkerlampje moet doven als de motor wordt gestart.
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of eengekwalificeerde werkplaats als dit niet het geval is.
Laag
brandstofniveau
permanent, met de
wi
jzer in het rodegebied. Als het lampje gaat branden zit er nog ongeveer 7 literrbrandstof in dertank.
Vanaf dit moment worden delaatste liters brandstof in de tank aangesproken.
Ga zo snel mogelijk tanken om te voorkomen dat u
met een lege tank strandt.
Dit verklikkerlampje gaat elke keer na het aanzetten
van het contact branden zolang er niet voldoende
brandstof getankt is.
Rijd nooit door tot de tank helemaal leeg is,hierdoor kunnen het emissieregelsysteem en hetinjectiesysteem beschadigd raken.
Antiblokkeersysteem (ABS)permanent.Er is een storing in het antiblokkeersysteem.De normale remwerking blijft behouden.Rijd voorzichtig met lage snelheid en raadpleeg
zo snel mogelijk het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.

32
Controle tijdens het rijden
ControlelampjeStatusOorzaakActies / Opmerkingen
Airbagstijdelijk.Het lampje brandt gedurende enkele seconden en dooft als het contact
wordt aangezet.
Het lampje moet doven zodra de motor wordt gestart.
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of eengekwalificeerde werkplaats als dit niet het geval is.
permanent. Er is een storin
g in een van de airbags of de pyrotechnische gordelspanners.Laat dit controleren door het PE
UGEOT-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Bochtverlichtingknippert. Er is een storing in debochtverlichting. Laat dit controleren door het PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Veiligheidsgordel(s)niet vastgemaakt of weer losgemaakt
permanent, enknipper t ver volgensin combinatie met een
in volume toenemend geluidssignaal.
Een van de veiligheidsgordels is niet
vastgemaakt of weer losgemaakt. Trek aan de gordel en klik de gesp vast in de gesphouder.

66
DIESEL
Toegang tot de auto
Brandstofkwaliteit voor
benzinemotoren
Auto's met benzinemotoren kunnen probleemloos rijden op biobrandstoffen vanhet type E10 en E24 (deze bevatten resp. 10%en 24% ethanol) die voldoen aan de Europese richtlijnen EN 228 en EN 15376.
Brandstoffen van het type E85 (deze bevatten
tot 85% ethanol) zijn uitsluitend geschikt voor auto's die speciaal bestemd zijn voor dit type
brandstof (BioFlex-auto's). De kwaliteit van deethanol moet voldoen aan de Europese richtlijn
EN 15293.
Auto's die kunnen rijden op brandstoffen met een ethanolgehalte tot 100% (type E100),
worden alleen verkocht in Brazilië.
Alleen auto's die in Rusland worden verkocht,
kunnen rijden op loodvrije benzine met een
octaangetal van 92 RON.
Brandstofkwaliteit voor
dieselmotoren
Auto's met dieselmotoren kunnen probleemloos rijden op biobrandstoffen die aan de huidige en toekomstige Europese richtlijnen voldoen (diesel die voldoet aan de richtlijn EN 590gemengd met biobrandstof die voldoet aan derichtlijn EN 14214) en die aan de pomp getankt kunnen worden (met een gehalte aan
methyl-estervetzuren van 0 tot 7%).
Het gebruik van biobrandstof B30 is mogelijk bij bepaalde dieselmotoren op voorwaarde dat
de bi
jzondere onderhoudsvoorschriften strikt
worden nageleefd. Raadpleeg hetPEUGEOT- net wer k of een gekwalificeerde
werkplaats.
Het
gebruik van elk ander type (bio)brandstof (zuivere of verdunde plantaardige of dierlijke
olie, stookolie ...) is nadrukkelijk verboden(kans op schade aan de motor en het brandstofcircuit).

3
73
Comfort
Neerklappen van de
achterbank via de achterzijde
Zorg ervoor dat de beweging van de bank niet
kan worden gehinderd door voorwerpen die
zich op of onder de bank bevinden.
Terugplaatsen van de
achterbank
)
Zet de rugleuning rechtop en vergrendel
deze, de zitting komt dan vanzelf op zijn plaats, ) controleer of het rode vlak ter hoogte van
ontgrendeling 1 niet meer zichtbaar is, )
zet de hoofdsteunen weer in de hoogstestand of plaats deze terug.
)Schuif de voorstoel indien nodig naar
voren
, )controleer of de veiligheidsgordel langs derand van de rugleuning loopt, )zet de hoofdsteunen in de laagste stand of
ver wijder deze indien nodig,
) trek de hendel 1
naar voren om de
rugleuning 2te ontgrendelen en klap deze
ver volgens naar voren.
Let erop dat bij het terugplaatsen van de
achterbank de veiligheidsgordels niet klem
komen te zitten en dat de gesphouders op de
juiste plek komen te zitten.

74
Comfort
Spiegels
De verstelbare buitenspiegels zorgen voor het benodigde zicht naar achteren bij een
inhaalmanoeuvre of het parkeren van de auto. De buitenspiegels kunnen ook worden
ingeklapt voor het parkeren in een smalle
straat.
Buitenspiegels
Als de buitenspiegels zijn ingeklapt met behulp van de schakelaar A
, worden ze niet automatischuitgeklapt als de auto wordt ontgrendeld. Treknogmaals de schakelaar A
naar achteren om de Abuitenspiegels uit te klappen.
Het automatisch in- en uitklappen van debuitenspiegels kan worden gedeactiveerd door het PEUGEOT-netwerk of door eengekwalificeerde werkplaats.
Klap de buitenspiegels in als u uw auto in een automatische autowasstraat laat
wassen.
De waargenomen objecten in de buitenspiegels lijken verder af dan ze in werkelijkheid zijn. Hiermee moet rekening worden gehouden om de afstand ten opzichtevan achteropkomend verkeer goed in teschatten.
Ontwaseming - ontdooiing
Deze functie kunt u inschakelen door bij draaiende motor op de toets van de achterruitverwarming te drukken (zie paragraaf
"Ontwaseming - Ontdooiing achterruit").
Verstellen
)
Zet de knop A
naar links of rechts om de
desbetreffende spiegel te selecteren. ) Duw de knop B
in de 4 richtingen om despiegel af te stellen. )
Zet de knop A
weer in het midden.
Inklappen
- Automatisch: vergrendel de auto met de afstandsbediening of de sleutel.
- Handmatig: trek bij aangezet contact deschakelaar Anaar achteren.
Uitklappen
- Automatisch: ontgrendel de auto met deafstandsbediening of de sleutel.
- Handmatig: trek bij aangezet contact deschakelaar Anaar achteren.

84
Comfort
Bagagenet voor hoge belading
Het net, dat aan de specifieke bovenste en
onderste bevestigingen wordt vastgemaakt,
zor
gt er voor dat de auto tot aan het dak kan
worden beladen:
- achter de voorstoelen (1e zitr ij) wanneer deachterbank is neergeklapt,
- achter de achterbank (2e zitrij).
Klap de achterbank niet op wanneer de oprolautomaat van het net op de rugleuning van de neergeklapte achterbank is bevestigd. )
plaats de oprolautomaat van het net boven
de twee rails (op de achterzijde van de
neergeklapte achterbank), ) de twee inkepingen Amoeten boven detwee rails B
zijn geplaatst. Schuif de twee
rails Bin de inkepingen Aen druk deoprolautomaat (in lengterichting) van rechts
naar links om deze te blokkeren, ) controleer of het net goed is vastgemaakten goed gespannen is,
)klap de achterbank neer, )rol het bagagenet voor hoge belading uit
zonder het strak te spannen, )plaats een van de uiteinden van de metalen stang van het net in de desbetreffende
bovenste bevestiging 1, )trek aan de metalen stang van het net omhet andere uiteinde in de andere bovenste bevestiging 1 te plaatsen.
1e zitrij
(SW)