ONDERHOUD PR AKTISCHE
INFORMATIETECHNISCHE
GEGEVENSAUDIO EN
DATACOMMUNICATIE
200 Bandenreparatieset
206 Wiel verwisselen
213Sneeuwkettingen
214Een lamp vervangen
222Zekeringen vervangen
225 12V-accu
228Eco-mode
229Wisserbladen vervangen
229Slepen van uw auto
231Slepen
231Trekken van een aanhanger
233 Allesdragers monteren
234Accessoires
239Openen van de motorkap
240 Dieselmotor
241 Brandstoftank leeg (Diesel)
242Niveaus controleren
245 Controles
250 Elektromotor
251 Dieselmotor
252Gewichten (diesel)
253 Afmetingen
254 Identifi catie
258Urgence-oproep of Assistance-oproep
261eMyWay
315 Audio-installatie
008008009009010010011011
33Hybridesysteem
Diefstalbeveiliging
Elektronische startbeveiliging
In de sleutels is een chip aangebracht die over
een geheime code beschikt. Om te kunnen
starten, moet bij het aanzetten van het contact de code van de sleutel worden herkend door de
startbeveiliging. Deze elektronische star tbeveiliging blokkeerthet motormanagementsysteem zodra hetcontact wordt afgezet en voorkomt zo het
starten van de motor bij een inbraak.
Bij een storing in het systeem wordt u gewaarschuwd door een melding op het display
van het instrumentenpaneel.
De auto kan dan niet
gestart worden. Raadpleegzo snel mogelijk het CITROËN-netwerk.
Contact aan zonder
starten van
de motor
(accessoirestand)
Druk, met de elektronische sleutel van het
keyless entry and star t-systeem in de lezer of in het interieur van de auto, zonder een pedaal in
te trappen op de knop "START/STOP" om het
contact aan te zetten en zo de verschillende accessoires te activeren.
)Druk op de knop "START/STOP": de verlichting en lampjes van het instrumentenpaneel gaan branden
zonder dat de motor wordt gestart. ) Druk nogmaals op de knop om
het contact af te zetten en deauto te kunnen vergrendelen.
Wanneer u de accessoirestand te langgebruikt, gaat het systeem automatischover op de eco-mode om te voorkomendat de accu ontladen raakt.
35
Hybridesysteem
Keuzeschakelaar Hybrid4
Met de keuzeschakelaar kunt u een keuze maken uit vier aandrijfstanden.
Draai de knop naar rechts o
f links: de geselecteerde stand wordt aangegeven door het branden van het desbetreffende verklikkerlampje.
Stand ZE
V
: 100% elektrisch rijden. V
Stand Sport: voor maximale prestaties.
Stand
4WD
: aandrijving van zowel de
voorwielen als de achterwielen.
Stand AUTO
: voor normale rijomstandigheden
en een zo laag mogelijk brandstofverbruik.
Starten van de auto: trap ter wijl de selectiehendel in destand Nstaat het rempedaal in en druk de knop STA R T/STOP in om het hybridesysteem in te schakelen.
Dit controlelampje gaat branden zodra de auto klaar is
om te rijden (standaard is de stand "Auto" geselecteerd) en de bestuurder het gaspedaal kan intrappen om wegte rijden.
Het controlelampje zal gewoonlijk vrijwel direct gaanbranden, maar onder bepaalde omstandigheden(bijvoorbeeld wanneer bij koud weer de dieselmotor
moet voorgloeien of wanneer de eco-mode is
ingeschakeld) kan het voorkomen dat u enkele seconden moet wachten.
Controlelampje Ready
Wanneer u de auto hebt stilgezet, dient uvoordat u uitstapt de knop STA R T/STOP in te drukken en te wachten tot het controlelampje Ready
uitgaat. Wanneer u dit niet doet, blijft yhet hybridesysteem ingeschakeld.
Raadpleeg voor meer informatie de rubriek "Voorzorgsmaatregelen / waarschuwingen motorruimte".
83Toegang tot de auto
Supervergrendeling
De supervergrendeling blokkeert het vanbuitenaf en van binnenuit openen van deportieren. Als de super vergrendeling is ingeschakeld, is ook de vergrendelingsschakelaar in hetinterieur buiten werking. Schakel daarom nooit de supervergrendeling in als er zich iemand in de auto bevindt.
Met de afstandsbediening
)
Druk op het gesloten hangslot
om de auto volledig te
ver
grendelen.
Houd het hangslot ingedrukt om de ramen te sluiten. ) Druk binnen 5 seconden nogmaals
op het gesloten hangslot om desupervergrendeling van de auto in te schakelen.
Druk
, met de elektronische sleutel van het
keyless entry and star t-systeem in de lezer of in
het interieur van de auto, zonder een pedaal in
te trappen op de knop "STA R T/STOP" om het contact aan te zetten en zo de verschillende accessoires te activeren.
Contact aan zonder starten
van
de motor
(accessoirestand)
)Druk op de knop "STA R T/STOP":
de verlichting en lampjes van het
instrumentenpaneel
gaan branden
zonder dat de motor wordt gestart. ) Druk nogmaals op de knop om
het contact af te zetten en de
auto te kunnen vergrendelen.
Wanneer u de accessoirestand te lang gebruikt, gaat het systeem automatisch over op de eco-mode om te voorkomen
dat de accu ontladen raakt.
Met keyless entry
and start
Via de por tieren: )
Druk, als de elektronische sleutel zich in dedetectiezone A
bevindt, met een vinger op
de portiergreep (bij de merktekens) om de
auto te ver
grendelen. ) Druk binnen vijf seconden nogmaals op de portiergreep om de super vergrendeling in
te schakelen.Zorg er voor dat het correct sluiten van deramen niet gehinderd wordt door personen. Let op in de auto aanwezige kinderen
wanneer u de ramen sluit.
Comfort
Zet het contact aan of star t de motor als de eco-mode is ingeschakeld.
Na het openen van het voorportier kan de bediening van de elektrischeverstelling van de bestuurdersstoel nog ongeveer 45 seconden wordengebruikt. Ongeveer 45 seconden na het afzetten van het contact en in de eco-mode, wordt de bediening van de elektrische stoelverstelling uitgeschakeld. Als het contact wordt aangezet, wordt de bediening van de elektrische stoelverstelling weer ingeschakeld.
Elektrisch
1.Zitting kantelen en in hoogte en in lengterichting verstellen )Licht de schakelaar aan de voorzijde op
of druk deze neer om de zitting van de stoel te kantelen. )Licht de schakelaar aan de achterzijde
op of druk deze neer om de zitting te
verhogen of te verlagen. )Beweeg de schakelaar naar voren of naar achteren om de stoel naar voren of naar achteren te bewegen.2.Kantelen van de rugleuning Beweeg de schakelaar naar voren of naar achteren om de hellingshoek van derugleuning in te stellen. 3.Lendensteun bestuurdersstoel verstellen
Druk op de schakelaars om de gewenste mate van steun voor de lendenen in te stellen. 4. Handmatig verstellen van de zitting Trek aan de handgreep om de lengte van
de zitting in te stellen.
155
Zicht
Vergeten verlichting
Als het contact is afgezet, de verlichting handmatig is ingeschakeld en een van
de voorportieren wordt geopend, klinkteen geluidssignaal om aan te geven dat de verlichting nog brandt. Het geluidssignaal stopt zodra de verlichting wordt uitgeschakeld. Als de dimlichten bij afgezet contact blijven branden, gaat de auto over inde ECO-mode om het ontladen van de accu te voorkomen.
Onder bepaalde weersomstandigheden(lage temperatuur, vochtigheid) kan zicheen laagje condens aan de binnenzijde van de koplampen en de achterlichten vormen; dit verdwijnt enkele minuten na het ontsteken van de koplampen.
De verlichting overdag kan worden ingeschakeldof uitgeschakeld via hetconfiguratiemenu.
Als het contact wordt afgezet, wordt de verlichting gedoofd, maar kunt u deverlichting altijd weer inschakelen met de lichtschakelaar.
Verlichting overdag
(LED-verlichting)
Deze wordt automatisch ingeschakeld als de
motor wordt gestart.
Afhankelijk van het land van bestemming en
de plaatselijk geldende wetgeving doet deze
verlichting dienst als:
- verlichting overdag en als parkeerlicht 's
nachts (bij de verlichting overdag is de lichtsterkte groter),of als- parkeerlichten overdag en 's nachts.
167
Zicht
1.Plafonnier vóór - achter2.Kaartleeslampjesvóór3.Kaartleeslampjes achter4.Sfeerverlichting
Plafonniers
In deze stand gaat de interieurverlichting geleidelijk branden:
Plafonnier vóór - achter
Zorg ervoor dat er geen voor werpen incontact zijn met de plafonniers.
In de stand "interieurverlichting permanent ingeschakeld", blijft de interieur verlichting afhankelijk van de omstandighedengedurende een bepaalde tijd branden:-bij afgezet contact: ongeveer 10 minuten, - in de eco-mode: ongeveer 30 seconden,- als het hybridesysteem is ingeschakeld:onbeperkt.
- als de auto wordt ontgrendeld,
- als de elektronische sleutel uit de lezer
wordt ver wijderd,
- als een por tier wordt geopend,
- als op de vergrendelingsknop van de
afstandsbediening wordt gedrukt om deauto te lokaliseren.
De interieurverlichtin
g gaat geleidelijk uit:
- als de auto wordt vergrendeld,
- als het contact wordt aangezet,
- 30 seconden na het sluiten van het laatste
portier.
P
ermanent uit.
P
ermanent aan.
Kaartleeslampjes vóór -
achter
)
Druk bij aangezet contact op de desbetreffende schakelaar.
De eco-mode bepaalt de maximale gebruiksduur van een aantal functies om te voorkomen dat de
accu ontladen raakt.
Nadat de motor is afgezet, kunt u een aantal elektrische functies zoals het audio- en
telematicasysteem, de ruitenwissers, dimlichten, plafonniers, ... nog in totaal maximaal 40 minutengebruiken.
Eco-mode
Inschakelen van de eco-
mode
Ver volgens geeft een melding op het displayvan het instrumentenpaneel aan dat de eco-
mode is ingeschakeld en worden de actieve
functies in de ruststand gezet.
Als u op het moment dat de eco-mode wordt
ingeschakeld aan het telefoneren bent, kan het
gesprek nog gedurende ongeveer 10 minuten
worden voort
gezet via de handsfree set van uw autoradio.
Uitschakelen van de eco-
mode
De functies worden automatisch weer
ingeschakeld als de motor gestart wordt.
Start om de functies direct weer te kunnen gebruiken de motor en laat deze draaien:
- minder dan tien minuten om de functiesongeveer vijf minuten te kunnen gebruiken,
- meer dan tien minuten om de functies
ongeveer der tig minuten te kunnengebruiken.
Neem de tijd die nodig is voor het starten van
de motor in acht om een juiste lading van de
accu te garanderen.
Vermijd het herhaaldelijk en continu starten vande motor om de accu bij te laden.
Als de accu ontladen is, kan de motor niet
gestar t worden (zie de rubriek "Accu").
Als de eco-mode is geactiveerd, kan het bij het inschakelen van het hybridesysteemenkele seconden duren tot hetcontrolelampje Ready
gaat branden.
Spaarfase
De spaarfase stuur t de elektrische functies vande auto aan om het ontladen van de accu tevoorkomen.
Tijdens het rijden kunnen in verband met de
laadtoestand van de accu enkele functies(airconditioning, achterruitver warming, ...)
tijdelijk worden uitgeschakeld.
Deze functies worden automatischingeschakeld zodra de laadtoestand van deaccu dit toelaat.