Page 198 of 306
9.28
11
RADIO
MENUSTRUCTUUR DISPLAY
Menu "Verkeer"
Alle berichten op route
Waarsch.berichten op route
Alleen waarschuwingsberichten
Alle soorten berichten
Binnen een straal van3 km
Filter op afstand
Binnen een straal van5 k
m
Binnen een straal van10 km
Binnen een straal van50 km
Binnen een straal van 100 km
Menu "Muziek"
Kies de geluidsbron
Geluidsinstellin
gen
Balans / Fader
Bass / Trebl
e
Geen
Effecten
Klassiek
Jazz
Rock/
pop
T
echno
Vocaal
Loudness
Snelheidsafhankelijk volum
e
Geluidsinstellingen terugzetten
Menu "Radio"
Golfl engte
A
M
Geen F
M
Handmatig afstemmen
Geluidsinstellin
gen
Balans
/ Fader
Bass / Treble
Effecten
BASISFUNCTIE
KEUZE A
keuze A1
keuze A2
KEUZE B...
1
2
3
1
2
4
1
2
3
4
3
3
3
3
2
2
2
2
4
4
4
4
4
3
3
3
3
3
2
3
2
2
3
3
3
3
1
2
3
2
3
Page 202 of 306

9.32
VEELGESTELDE VRAGEN
VRAAG ANTWOORD OPLOSSING
Er is een verschil in geluidskwaliteit tussende verschillende
geluidsbronnen(radio, CD...).Voor een optimaal luister
genot kunt u de audio-instellingen (volume,bassen, hoge tonen, geluidssfeer, loudness) voor elke geluidsbronafzonderlijk instellen. Hierdoor kunnen bij het selecteren van een andere
geluidsbron (radio, CD...) verschillen in de geluidskwaliteit hoorbaar zijn. Controleer of de audio-instellin
gen (volume,
bassen, hoge tonen, geluidssfeer, loudness) zijn
afgestemd op de verschillende geluidsbronnen. Het is raadzaam de AUDIO-functies (bassen,hoge tonen, fader, balans) in de middelste stand
te zetten, de geluidssfeer Geen te selecteren en de functie Loudness in de stand "Actief" te zetten
als de CD-speler is geselecteerd en in de stand"Inactief" te zetten als de radio is geselecteerd.
D
e CD wordt steeds
uitgeworpen of kan niet
worden afgespeeld door
de CD-speler. De
CD is ondersteboven in de speler geplaatst, kan niet worden gelezen,bevat geen audiobestanden of bevat audiobestanden die niet door de autoradio gelezen kunnen worden.
De CD is voorzien van een beveili
gingssysteem dat niet door de autoradio wordt herkend.
-
Controleer of de CD met de juiste zijde boven
in de speler is geplaatst.
-
Controleer de staat van de CD: de CD kan niet
worden gelezen als deze te veel is beschadigd.
-Controleer de inhoud van de CD als deze zelf is gebrand: raadpleeg de tips in het hoofdstuk "Audio".
- De CD-speler van de autoradio kan geen
DVD's afspelen.
- De kwaliteit van sommi
ge zelfgebrande CD's
is onvoldoende om deze door de autoradio te laten afspelen.
Gebruik alleen CD's vangoede kwaliteit en bergze zorgvuldig op.De CD-speler levert een slechte
geluidskwaliteit. De gebruikte CD is bekrast of van slechtekwaliteit.
De audio-instellingen
(bassen, hoge tonen, geluidssfeer) zijn niet op de CD-speler afgestemd. Zet het niveau van de bassen of de hoge tonen op 0,
zonder een geluidssfeer te selecteren.
Page 203 of 306

9.33
VRAAG ANTWOORD
OPLOSSING
De voorkeuzezenders kunnen niet worden ontvangen (geen geluid, 87,5 Mhz wordt weergegeven...).
Het verkeerde golfbereik is geselecteerd.
Druk op de toets BAND AST om het golfbereik (AM, FM1, FM2, FMAST) terug te vinden waarin de voorkeuzezenders zijn opgeslagen.
De ontvangstkwaliteitvan de beluisterderadiozender neemtgeleidelijk af of devoorkeuzezenders kunnen niet worden ontvangen (geengeluid, 87,5 Mhz wordtweergegeven...).
De auto bevindt zich te ver van de zender van het beluisterde radiostationof er bevindt zich geen zender in het gebied waarin de auto zich bevindt. Activeer de functie "RDS" om het systeem telaten controleren of er een sterkere zender in hetgebied aanwezig is.
De omgeving (bergen, gebouwen, tunnels, parkeergarages, enz.) veroorzaakt storingen in de ontvangst, ook als de RDS-functie isingeschakeld.
Dit is een normaal verschijnsel en heeft niets te maken met een storing in de autoradio.
De antenne is niet aanwezig of beschadigd (bijvoorbeeld in een wasstraat of ondergrondse parkeergarage). Laat de antenne controleren door het CITROËN-netwerk.
Het geluid van de radiovalt 1 tot 2 secondenweg.
Het RDS zoekt tijdens deze korte onderbreking van het geluid naar eeneventuele sterkere zender voor een betere ontvangst van het station.
Schakel de functie "RDS" uit als dit verschijnselzich te vaak en steeds op hetzelfde traject voordoet.
Na het afzetten van de motor wordt deradio na enkele minuten automatisch uitgeschakeld.
Als de motor is afgezet, blijft de radio nog werken zolang de laadtoestand van de accu dat toestaat.
Het automatisch uitschakelen duidt erop dat de eco-modus van de autoradio is geactiveerd om te voorkomen dat de accu van de auto ontladen raakt.
Start de motor om de accu op te laden.
Page 207 of 306
9.37
AUTORADIO
Uw Autoradio is zodanig gecodeerd dat deze uitsluitendin uw auto functioneert.
Om veiligheidsredenen mag de bestuurder handelingen
die zijn volledige aandacht vragen uitsluitend uitvoeren
bij stilstaande auto.
Enk
ele minuten na het afzetten van de motor kan deautoradio zichzelf uitschakelen om te voorkomen dat de accu ontladen raakt.
AUTORADIO / BLUETOOTH®
01 Basisfuncties
02 Stuurkolomschakelaars
03 Hoofdmenu
04 Audio
05 Mediaspelers
06 Bluetooth functies
07 Configuratie
08 Boordcomputer
09 Menustructuur display blz.
blz.
blz.
blz.
blz.
blz.
blz.
blz.
blz. 9.38
9.39
9.40
9.41
9.44
9.47
9.50
9.52
9.53
INHOUD
Veelgestelde vragen blz. 9.58
Page 208 of 306

9.38
01 BASISFUNCTIES
Uitwerpen van de CD.
Selecteren van de geluidsbron:
radio, audio-CD-/MP3-CD-speler,
USB, Jack-aansluiting, streaming
audio, AUX-ingang.
Selecteren van de weergave
op het display:
Datum, audiofuncties,
boordcomputer en telefoon.
Automatisch zoeken naar
zenders in afl opende/oplopende
volgorde. Selecteren van het vorige/volgende nummer van de CD,MP3 of USB. g
Instellen van de geluidsweergave: geluidsverdelingvoor/achter, links/rechts, loudness, geluidssferen.
Weergave van de lijst radiozenders. gg
Lang indrukken: nummers van deg
CD of de MP3-afspeellijsten (CD / USB). pp
Functie TA (verkeersinformatie) AAN/UIT.
Lang indrukken: toegang
t
ot de PTY-functie *(programmatypen radio).
Weergave van het
algemene menu. Met de toets DARK kan de weergave van het
display worden gewijzigd voor extra rijcomfort 'snachts.
1 e keer indrukken: alleen verlichting van het
bovenste gedeelte.
2ekeer indrukken: display volledig uitschakelen.
3 e keer indrukken: terugkeren naar de normale
weergave.
Aan/uit en volumeregeling.
Toetsen 1 t
/m 6:
Selecteren van een opgeslagen
voorkeuzezender.
Lan
g indrukken: opslaan van een zender als voorkeuzezender.
Selecteren van een lagere/hogere radiofrequentie.
Selecteren van de vorige/volgende MP3-afspeellijst.
Selecteren van bestandenlijst / muziekstijl / artiest / vorige of volgende
afspeellijst van het USB-apparaat.
Bevestigen.
Selecteren van het
golfbereik FM1, FM2, FMast en AM.Huidige bewerking
verlaten.
*
Beschikbaar afhankelijk van uitvoering.
Page 209 of 306
9.39
02STUURKOLOMSCHAKELAARS
Radio: selecteren van de vorige/volgende
voorkeuzezender.
USB : selecteren van het
genre / artiest / index van de lijst.
Selecteren van het vorige/volgende item
van een menu.
Wi
jzigen van de geluidsbron.
Bevesti
gen van een selectie.
Telefoon opnemen/ophan
gen.
Lan
ger dan 2 seconden indrukken:
toegang tot het telefoonmenu.
R
adio: automatisch zoeken naar zenders in afl opende volgorde.
CD/MP3/USB: selecteren van het vori
genummer.
CD/USB: continu indrukken: versneld
terugspoelen.
Naar een ander item van de li
jst.
R
adio: automatisch zoeken naar zenders in oplopende volgorde.
CD/MP3/USB: selecteren van het
volgende nummer.
CD/USB: continu indrukken: versneld
vooruitspoelen.
Naar een ander item van de li
jst.
Volume verho
gen.
Volume verla
gen.
Mute:
geluid onderbreken
door het gelijktijdigindrukken van devolumetoetsen.
Geluid weer inschakelen:druk op een van de twee
volumetoetsen.
Page 210 of 306
9.40
03 HOOFDMENU
GELUIDSBRON
: radio, CD, USB, externe
apparatuur.
> MONOCHROOM DISPLAY C
Raadplee
g voor een compleetoverzicht van de beschikbaremenu's het gedeelte
"Menustructuren" van dit
hoofdstuk.
TELEFOON
:
handsfree set, koppelingen, gespreksbeheer.
PERSOONLIJKE
INSTELLING -
CONFIGURATIE
:parameters van de auto,
weergave, talen.
BOORDCOMPUTER: afstanden invoeren,
waarschuwingsmeldingen,status van functies.
> MONOCHROOM DI
SPLAY A
Page 211 of 306

9.41
04
1
2
3
4
1
2
3
4
SOURCE
BANDAST
LISTREFRESH
MENU
AUDIO
Druk herhaalde malen op de toetsSOURCE om de radiofunctie teselecteren.
Druk op de toets BAND A
ST om het golfbereik te selecteren: FM1, FM2,
FMast of AM.
Druk kort op een van de toetsen om
automatisch naar zenders te zoeken.
Druk op een van de toetsen om handmatig naar hogere/lagere frequenties te zoeken.
Druk op de toets LI
ST REFRESH
voor een lijst van de beschikbare zenders in het gebied waar u zich
bevindt (maximaal 30 zenders).
Druk lan
ger dan 2 seconden op de
toets om deze lijst bij te werken.
Er kunnen storingen in de ontvangst optreden door obstakels in de omgeving (bergen, gebouwen, tunnels, parkeergarages, enz.), ook als de
RDS-functie is ingeschakeld. Dit is een normaal verschijnsel en heeft niets
te maken met een storing in de autoradio.
RDS
RADIO
SELECTEREN VAN EEN ZENDER
Druk op de toets MENU.
Selecteer AUDIOFUNCTIES en druk
op OK.
Selecteer de functie VOORKEUZE
FM-BAND en druk op OK.
Selecteer RDS VOLGENACTIVEREN en druk op OK. Op het display verschijnt de aanduiding
RDS.
Als de radiofunctie is ingeschakeld, druk dan direct op OK om de
RDS-functie in of uit te schakelen.
Als de RDS-functie is ingeschakeld, zoekt de radio steeds naar de sterkste frequentie van een zender, zodat u ernaar kunt blijven gg
luisteren. Sommige RDS-zenders zijn echter niet in het hele land te qjq, j
ontvangen, omdat de frequenties van de zender niet het hele landgjgj
dekken. Bij slechte ontvangst kkan het daarom zijn dat de radio tijdensgqgq
het rijden overschakelt op een regionale zender.
jgjg