305
02STUURKOLOMSCHAKELAARS
Radio: selecteren van de vorige/volgende
voorkeuzezender.
USB : selecteren van het
genre / artiest / index van de lijst.
Selecteren van het vorige/volgende item
van een menu.
Wi
jzigen van de geluidsbron.
Bevesti
gen van een selectie.
Telefoon opnemen/ophan
gen.
Lan
ger dan 2 seconden indrukken:
toegang tot het telefoonmenu.
R
adio: automatisch zoeken naar zenders in afl opende volgorde.
CD/MP3/USB: selecteren van het vori
genummer.
CD/USB: continu indrukken: versneld
terugspoelen.
Naar een ander item van de li
jst.
R
adio: automatisch zoeken naar zenders in oplopende volgorde.
CD/MP3/USB: selecteren van het
volgende nummer.
CD/USB: continu indrukken: versneld
vooruitspoelen.
Naar een ander item van de li
jst.
Volume verho
gen.
Volume verla
gen.
Mute:
geluid onderbreken
door het gelijktijdigindrukken van devolumetoetsen.
Geluid weer inschakelen:druk op een van de twee
volumetoetsen.
306
03 HOOFDMENU
GELUIDSBRON: radio, CD, USB, externe
apparatuur.
> MONOCHROOM DISPLAY C
Raadplee
g voor een compleetoverzicht van de beschikbaremenu's het gedeelte
"Menustructuren" van dit
hoofdstuk.
TELEFOON :
handsfree set, koppelingen, gespreksbeheer.
PERSOONLIJKE
INSTELLING -
CONFIGURATIE:parameters van de auto,
weergave, talen.
BOORDCOMPUTER : afstanden invoeren,
waarschuwingsmeldingen,status van functies.
> MONOCHROOM DI
SPLAY A
307
04
1
2
3
4
1
2
3
4
SOURCE
BANDAST
LISTREFRESH
MENU
AUDIO
Druk herhaalde malen op de toetsSOURCE om de radiofunctie teselecteren.
Druk op de toets BAND A
ST om het golfbereik te selecteren: FM1, FM2,
FMast of AM.
Druk kort op een van de toetsen om
automatisch naar zenders te zoeken.
Druk op een van de toetsen om handmatig naar hogere/lagere frequenties te zoeken.
Druk op de toets LI
ST REFRESH
voor een lijst van de beschikbare zenders in het gebied waar u zich
bevindt (maximaal 30 zenders).
Druk lan
ger dan 2 seconden op de
toets om deze lijst bij te werken.
Er kunnen storingen in de ontvangst optreden door obstakels in de omgeving (bergen, gebouwen, tunnels, parkeergarages, enz.), ook als de
RDS-functie is ingeschakeld. Dit is een normaal verschijnsel en heeft niets
te maken met een storing in de autoradio.
RDS
RADIO
SELECTEREN VAN EEN ZENDER
Druk op de toets MENU.
Selecteer AUDIOFUNCTIES en druk
op OK.
Selecteer de functie VOORKEUZE
FM-BAND en druk op OK.
Selecteer RDS VOLGENACTIVEREN en druk op OK. Op het display verschijnt de aanduiding
RDS.
Als de radiofunctie is ingeschakeld, druk dan direct op OK om de
RDS-functie in of uit te schakelen.
Als de RDS-functie is ingeschakeld, zoekt de radio steeds naar de sterkste
frequentie van een zender, zodat u ernaar kunt blijven luisteren. SommigeRDS-zenders zijn echter niet in het hele land te ontvangen, omdat de frequenties van de zender niet het hele land dekken. Dit verklaart dat de
radio tijdens het rijden kan overschakelen op een regionale zender.
308
04
1
2
3
SOURCE
AUDIO
Gebruik alleen CD's met een ronde vorm.
Bepaalde beveili
gingssystemen op de originele CD of zelfgebrandeCD's kunnen storingen veroorzaken, ongeacht de kwaliteit van deCD-speler.
Plaats zonder op de toets EJECT te drukken een CD in de
CD-speler; deze zal de CD automatisch afspelen.
CD
EEN CD AFSPELEN
Als er in de CD-speler al een CD is geplaatst die u wilt beluisteren, druk dan herhaalde malen op de
toets SOURCE om de CD-functie te selecteren.
Druk op een van de toetsen om een
nummer van de
CD te selecteren.
Druk op de toets LI
ST REFRESH om de lijst met nummers van deCD weer te geven.
Houd een van de toetsen ingedrukt om versneld vooruit of terug tespoelen.
VERKEERSINFORMATIE
BELUISTEREN
Druk op de toets TA om de weergave
van verkeersinformatie te activeren of uit te schakelen.
De
functie TA (Traffi c Announcement) geeft voorrang aan het
luisteren naar de verkeersinformatie. Om te worden geactiveerd moet deze functie een radiozender die deze berichten uitzendt, goed kunnen ontvangen. Zodra er een bericht wordt uitgezonden,wordt de geluidsbron die op dat moment wordt weergegeven (Radio, CD, ...) automatisch onderbroken en wordt de
verkeersinformatie doorgegeven. Zodra het bericht is afgelopen,wordt de weergave van de oorspronkelijke geluidsbron hervat.
309
04
1
2
3
SOURCE
Het formaat MP3 (afkorting van MPEG 1,2 & 2.5 Audio
Layer 3) is een standaard voor het comprimeren van geluid die
de mogelijkheid biedt enkele tientallen speellijsten op één CD te plaatsen.
Selecteer voor het branden van een CD-R of CD-RW de standaardISO 9660 niveau 1,2 of bij voorkeur Joliet om deze te kunnen
afspelen.
Als de CD in een ander formaat is gebrand, kan het zijn dat deze niet goed wordt afgespeeld.
Het is raadzaam voor één
CD niet meer dan één standaard voor het branden te gebruiken. Stel de laagst mogelijke snelheid(maximaal 4x) in voor een optimale geluidskwaliteit.
Voor het branden van een multisessie-
CD is het raadzaam destandaard Joliet te gebruiken.
De autoradio speelt uitsluitend bestanden met de extensie
".mp3" en een samplingfrequentie van 22,05 kHz of 44,1 kHz af.
Geluidsbestanden met een andere extensie (.wma, .mp4, .m3u...)
kunnen niet worden afgespeeld.
Gebruik voor bestandsnamen maximaal 20 karakters en verwi
jder speciale tekens (bijv.: " ", ?, ù) om problemen met het afspelen of
de weergave te voorkomen.
CD MP3
INFORMATIE EN TIPS
AUDIO
Lege CD's worden niet herkend en kunnen het audiosysteem
beschadigen.
Plaats een MP3-
CD in de speler.
De
CD-speler scant vervolgens de CD tot alle nummers zijngevonden, hierdoor kan het enkele tot enkele tientallen seconden
duren voordat het afspelen begint.
MP3-CD
EEN MP3-CD AFSPELEN
De CD-speler kan CD's met maximaal 255 MP3-bestanden,
verdeeld over 8 speellijsten, afspelen. Het is echter raadzaam het
aantal afspeellijsten tot twee te beperken om een lange laadtijd
van de CD te voorkomen.
Bij het afspelen wordt geen rekening gehouden met de mappenstructuur.
Alle bestanden worden op hetzelfde niveau weergegeven.
Als er al een CD in het apparaatzit die u wilt beluisteren, druk
dan herhaalde malen op de toets SOURCE om de CD-functie te selecteren.
Druk op een van de toetsen om een
nummer van de
CD te selecteren.
Druk op de toets LI
ST REFRESH om de speellijsten van de MP3-CD weer te geven.
Houd een van de toetsen in
gedrukt
om snel vooruit of terug te spoelen.
310
05
1
1
2
3
Het systeem stelt playlists samen (tijdelijk geheugen). De tijd die
hiervoor nodig is, hangt af van de capaciteit van de USB-uitrusting.
Gedurende deze tijd zijn andere bronnen beschikbaar.
De pla
ylists worden iedere keer dat het contact wordt afgezet of een USB-stick wordt aangesloten, geactualiseerd.
Bi
j een eerste aansluiting wordt een indeling in mappen als indeling
aangeboden. Bij een volgend gebruik wordt de laatstgekozen
mappenstructuur aangehouden.
Sluit de USB-stick direct of via een snoer aan op
de USB-poort. Als de autoradio is ingeschakeld,
wordt de USB-bron gedetecteerd zodra dezewordt aangesloten. Het lezen begint automatisch na een bepaalde tijd, afhankelijk van de gg
capaciteit van de USB-stick.
De herkende bestandsformaten zijn .mp3(uitsluitend mpeg1 layer 3) en .wma (uitsluitendstandaard 9, comprimeren met 128 kbit/s). (gy)(
Bepaalde formaten playlists (m3u, ...) wordengeaccepteerd.
Wanneer de laatst gebruikte stick opnieuw wordtaangesloten, gaat het afspelen automatisch g
verder bij de laatst beluisterde track van de desbetreffende stick.
Deze module bestaat uit een USB-poort en
een Jack-aansluiting *
. De bestanden van een
draagbare MP3-speler of een USB-stick worden
overgebracht op uw Peugeot Connect Sound
zodat de muziek via de luidsprekers van de auto
k
an worden beluisterd.
U
SB-stick (1.1, 1.2 en 2.0) of Apple ®speler van
de vijfde generatie of hoger:
- de
USB-stick moet in FAT of FAT 32geformateerd zijn (niet compatibel met
NTFS-formaat),
-
het snoer van de Apple ®speler is ®
noodzakelijk,
- navigatie door de bestanden is ook mogelijk
via de bedienin
g op het stuurwiel.
Een lijst met geschikte uitrustingen en compatible compressies is
beschikbaar bi
j het PEUGEOT-netwerk.
GEBRUIK VAN DE USB-BOX - PEUGEOT
CONNECT USB
AANSLUITEN VAN EEN USB-STICK
De Apple
®speler van oudere generaties enspelers die gebruik maken van het MTP-protocol * :
- afs
pelen uitsluitend via een Jack-Jack-snoer (niet meegeleverd),
- nav
igatie door de bestanden is mogelijk via het externe apparaat.
*
Afhankelijk van de uitvoering.
312
05
1
21
2
SOURCE De weergave- en bedieningsfuncties verlopen via
de externe apparatuur zelf.
Stel eerst het volume van uw draagbare
apparatuur af.
Stel vervolgens het volume van deautoradio af.
AUX-INGANG GEBRUIKEN
VOLUMEREGELING EXTERNE
APPARATUUR
JACK- of USB-aansluiting (afhankelijk van de uitvoering van de auto)
Sluit eenzelfde extern apparaat niet te
gelijkertijd aan via de JACK-aansluiting en de USB-aansluiting.
Sluit het externe apparaat (mp3-speler...)met behulp van een adapterkabel (nietmeegeleverd) op de JACK- of USB-aansluiting aan.
Druk herhaalde malen op de toets
SOURCE om AUX te selecteren.
De AUX-aansluitin
g JACK of USB dient om een extern apparaat(mp3-speler…) aan te sluiten.
USB-BOX - PEUGEOT CONNECT USB
313
06
1
2
3
4
5
6
7
8
9
MENU
OK
Het koppelen van de Bluetooth-telefoon aan het Bluetooth-systeem
van uw autoradio mag om veiligheidsredenen en vanwege het
feit dat deze handeling de volledige aandacht van de bestuurder
vraagt, uitsluitend worden uitgevoerd bij stilstaande auto en met
aangezet contact.
Druk op de toets MENU.
Er wordt een venster weer
gegeven met de melding dat het
systeem bezig is met zoeken.
A
ctiveer de functie Bluetooth van uw telefoonen zorg ervoor dat deze "waarneembaar is voor
iedereen" (confi guratie van de telefoon).
Ki
es in het menu:
- Bl
uetooth-telefoon - Audio
- Bluetooth con
fi guratie
- Z
oeken via BluetoothDe beschikbare
functies zijn afhankelijk van het netwerk, de simkaart en de compatibiliteit van de gebruikte Bluetooth-apparatuur.
Raadplee
g de gebruiksaanwijzing van uw telefoon of neem contact op metuw provider voor meer informatie over de beschikbare functies.
BLUETOOTH-TELEFOON DISPLAY C
Met het menu TELEF
OON krijgt u onder andere toegang tot de
volgende functies: Adresboek * , Logboek gesprekken, Beheer van
de koppelingen.
D
e eerste vier herkende telefoons worden in dit venster
weergegeven.
Op het scherm wordt een toetsenbord
weergegeven: voer een code van
minimaal 4 cijfers in.
Bevesti
g met OK.
Op het scherm verschijnt de melding dat de koppeling is geslaagd.
Selecteer in de lijst de te koppelen telefoon. U kunt slechts één
telefoon per keer koppelen.
Op het scherm van de geselecteerde telefoon
wordt een bericht weergegeven. Voer, om dekoppeling te accepteren, in de telefoon dezelfde code in en bevestig vervolgens met OK. g
De toegestane automatische verbinding wordt geactiveerd nadat
de telefoon is geconfi gureerd.
Het adresboek en het logboek gesprekken zijn na de
synchronisatie beschikbaar.
(Afhankelijk van model en uitvoering)
*
Als uw telefoon volledig compatibel is.
Mocht de koppelin
g niet gelukt zijn dan kunt u het, een onbeperkt aantal keren, nogmaals proberen. Raadplee
g de site www.peugeot.nl voor meer informatie (compatibiliteit, extra informatie, ...).
KOPPELEN VAN EEN TELEFOON / EERSTE
VERBINDING