271
De Peugeot Connect Nav is zodanig gecodeerd dat
deze uitsluitend in uw auto functioneert. Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk als u het systeem voor gebruik ineen andere auto wilt laten confi gureren.
Bepaalde functies die in dit boek
je worden beschreven,
zullen in de loop van het jaar beschikbaar zijn.
PEUGEOT CONNECT NAV
Om veiligheidsredenen mag de bestuurder handelingendie zijn volledige aandacht vragen uitsluitend uitvoeren
bij stilstaande auto.
Na het a
fzetten van de motor schakelt de PeugeotConnect Nav zichzelf tijdens de overgang naar de eco-mode uit om te voorkomen dat de accu ontladen raakt.
RADIO MULTIMEDIA / BLUETOOTH-TELEFOON
GPS EUROPA OP SD-KAART
01 Basisfuncties
INHOUD
02 Stuurkolomschakelaars
03 Algemene werking
04 Navigatie
05 Verkeersinformatie
06 Radio
07 Mediaspelers
08 Bluetooth-telefoon
09 Configuratie
10 Menustructuur display blz.
blz.
blz.
blz.
blz.
blz.
blz.
blz.
blz.
blz.
Veelgestelde vragen blz. 272
273
274
277
285
287
288
291
294
295
299
272
01 BASISFUNCTIES
BEDIENINGSPANEEL Peugeot Connect Nav
Motor afgezet:
- Kort indrukken: aan/uit.
- Lang indrukken: CD pauzeren, geluidsweergave
radio onderbreken.
Draaiende motor:- Kort indrukken: CD pauzeren,geluidsweergave radio onderbreken. - Lang indrukken: resetten van het systeem.
To e
gang tot het Menu Radio.Weergave van hetzenderoverzicht.
To e
gang tot het Menu Muziek.Weergave van
tracks. Lan
g indrukken: toegang tot de audio-
instellingen: geluidsverdeling voor/achter,links/rechts, lage-/hogetonenregeling,
sfeerinstellingen, loudness, automatische
volumecorrectie, standaardinstellingen.
Selectieknop voor de
weergave op het display,afhankelijk van de context
van het menu.
Kort indrukken: contextmenu of bevestigen.
Lang indrukken: specifi ek contextmenu van de
weergegeven lijst.
To egang tot het Menu "SETUP".
Lan
g indrukken :
toegang tot hetGPS-bereik ende demo-modus. To e
gang tot het Menu
Telefoon. Weergave van het logboek gesprekken.
Uitwer
pen van de CD.
Selecteren van de vori
ge/
volgende radiozender.
Selecteren van de vorige/
volgende titel van een CD of
vorig/volgend MP3-bestand
.
Selecteren van het vorige/volgende item in een lijst.
Selecteren van de vori
ge/
volgende radiozender in het overzicht.
Selecteren van de vorige/
volgende MP3-afspeellijst.
Selecteren van het vorige/volgende pagina in een lijst.
E
SC : huidige bewerkingafbreken.
To egang tot het Menu Verkeer.
Weergave van de actueleverkeersinformatie.
SD-kaartlezer, uitsluitend voor navigatie.
To e
gang tot het Menu Navigatie.
Weergave
van de laatst gekozenbestemmingen. To e
gang tot het Menu "MODE".
Selecteren van het achtereenvolgens weergeven van:
Radio, Kaart, NAV (tijdens navigatie), Telefoon(tijdens een gesprek), Boordcomputer.
Lang indrukken: black-panelfunctie (DARK). Toetsen 1 t
/m 6 :
Selecteren van een in het
geheugen opgeslagen
radiozender.
Lang indrukken: in het geheugen opslaan van de
huidige radiozender. Volumere
geling (individueel
voor iedere geluidsbron,
inclusief berichten en
waarschuwingen van het
navigatiesysteem).
274
03 ALGEMENE WERKING
Raadpleeg het hoofdstuk "Menustructuren displays" voor een gedetailleerd overzicht van de keuzemogelijkheden binnen de menu's. Door meerdere keren achter elkaar op de toets M
ODE te drukken, krijgt u toegang tot de volgende menu's:
Gebruik voor het schoonmaken van het display een zacht, niet-schurend doekje (bijvoorbeeld een brillendoekje) zonder schoonmaakmiddel.
RADIO/ MULTIMEDIASPELERS
TELEFOON
(Tijdens een telefoongesprek)
KAARTWEERGAVE O
PVOLLEDIG SCHERM
NAVIGATIE
(Tijdens navigatie)
SETUP:
taalkeuze
* , datum en tijd *
, weergave,
parameters van de auto *
, eenheden ensysteeminstellingen "Demo-modus".
VERKEER:
TMC-informatie en berichten.
*
Afhankeli
jk van de uitvoering. BOORDCOMPUTER
284
04
5
6
3 2 1
4
NAVIGATIE-INSTELLINGEN
Selecteer "Instellen risicozones" voor
toegang tot de functies "Op kaart
weergeven", "Visuele waarschuwing" en "Akoestische waarschuwing".
Selecteer de functie "POI-categorieën op kaart" om de POI's
die standaard op de kaart worden
weer
gegeven in te stellen. Druk o
p de toets NAV.
Druk nogmaals op de toets NAV of selecteer de functie Menu "Navigatie" en druk op de draaiknop
om te bevestigen.
Selecteer de functie "Instellin
gen" en druk op de draaiknop om tebevestigen.POI-cate
gorieën op kaart
InstellingenInstellen risicozones
Menu "Navigatie"
NAVIGATIE
Selecteer de functie "Navigatievolume"en draai aan de draaiknop om het
volume van de verschillende gesproken
berichttypen (verkeersinformatie,
waarschuwingsmeldingen…) in te stellen.
Navigatievolume
Het volume van de POI-waarschuwingen kan alleen tijdens het
uitzenden ervan worden aangepast.
UPDATEN POI'S
De uitgebreide procedure voor het update van de POI's is
beschikbaar op de site "wipinforadars.fr".
Hiervoor is een SDHC-speler
(High Capacity) vereist.
Als het navigatiesysteem is ingeschakeld en de kaart op het display wordt weergegeven,
kunt u de spraakbediening in- of uitschakelen door op het knopje te drukken en
vervolgens "Gespr. instructie" te selecteren of deze selectie juist ongedaan te maken.
Gespr. instructie
286
05
2 1
3
2 1
BELANGRIJKSTE PICTOGRAMMEN TMC
Druk op de draaiknop als de huidige
geluidsbron op het display wordt
w
eergegeven.
Het snelkeuzemenu van de
geluidsbron verschijnt en geeft toegang tot:
Selecteer Verkeersinfo (TA) en druk
ter bevestiging op de draaiknop
voor toegang tot de desbetreffende
instellingen.
Verkeersinfo (TA)
- het station zendt verkeersinformatie uit.
VERKEERSINFORMATIE BELUISTEREN
Rood-gele driehoek: verkeersberichten, bijvoorbeeld: Zwart-blauwe driehoek: algemene in
formatie, bijvoorbeeld:
VERKEERSINFORMATIE
De functie TA (Traffi c Announcement) geeft voorrang aan het luisterennaar de verkeersinformatie. Om te worden geactiveerd moet deze functieeen radiozender die deze berichten uitzendt, goed kunnen ontvangen.Zodra er een bericht wordt uitgezonden, wordt de geluidsbron die op dat moment wordt weergegeven (Radio, CD, ...) automatisch onderbroken en
wordt de verkeersinformatie doorgegeven. Zodra het bericht is afgelopen,
wordt de weergave van de oorspronkelijke geluidsbron hervat.
- het station zendt geen verkeersinformatie uit.
- de weer
gave van verkeersinformatie is uitgeschakeld.
291
08
1
2
3
4
BLUETOOTH-TELEFOON
*
De beschikbaarheid van diensten hangt af van het gsm-netwerk, de
simkaart en de compatibiliteit van de gebruikte Bluetooth-apparatuur.Controleer in de gebruiksaanwijzing van uw telefoon en informeer bij uw
provider welke diensten voor u toegankelijk zijn.
KOPPELEN VAN EEN TELEFOON/
EERSTE KOPPELING
Het koppelen van de Bluetooth-telefoon aan de handsfree set
van de Peugeot Connect Nav mag om veiligheidsredenen en
vanwege het feit dat deze handeling de volledige aandacht van debestuurder vraagt, uitsluitend worden uitgevoerd bij stilstaande autoen met aangezet contact.
A
ctiveer de functie Bluetooth van uw telefoon encontroleer of deze "voor alle apparatuur zichtbaar"
is (zie de gebruiksaanwijzing van uw telefoon).Voer de toe
gangscode in met de telefoon. De in
te voeren code wordt weergegeven op het displayvan het systeem.
Bepaalde tele
foons worden automatisch elke keer
dat het contact wordt aangezet weer gekoppeld.
Er wordt een meldin
g weergegeven om de koppeling te bevestigen.
Dr
uk om een andere telefoon te
koppelen op de toets PHONE, selecteer vervolgens Menu "Telefoon" en druk op de draaiknopom te bevestigen.
Als de tele
foon is gekoppeld, kan de Peugeot Connect Nav
de contacten en de gesprekkenlijst synchroniseren. Deze
synchronisatie kan enkele minuten duren * . U kunt ook via de tele
foon de koppeling tot stand brengen (zie de gebruiksaanwijzing van de telefoon).
Ga voor meer informatie over bijvoorbeeld de compatibiliteit enextra ondersteuning naar www.peugeot.nl.
Druk op de toets PH
ONE.
Selecteer als de telefoon no
g niet gekoppeld is geweest "Telefoonzoeken" en druk op de draaiknop om
te bevestigen. Selecteer vervolgens de naam van de telefoon.
Telefoon zoeken
292
08
1
2
2
1
*
De beschikbaarheid van diensten hangt af van het gsm-netwerk, desimkaart en de compatibiliteit van de gebruikte Bluetooth-apparatuur. Controleer in de gebruiksaanwijzing van uw telefoon en informeer bij uwprovider welke diensten voor u toegankelijk zijn.
BLUETOOTH-TELEFOON
KOPPELEN VAN EEN TELEFOON
Het koppelen van de Bluetooth-telefoon aan de handsfree-set
van de Peugeot Connect Nav mag om veiligheidsredenen en
vanwege het feit dat deze handeling de volledige aandacht van debestuurder vraagt, uitsluitend worden uitgevoerd bij stilstaande auto en met aangezet contact.
A
ctiveer de functie Bluetooth van uw telefoon en controleer of deze "voor alle apparatuur zichtbaar"
is (zie de gebruiksaanwijzing van uw telefoon).
De laatst
gekoppelde telefoon wordt automatisch
opnieuw gekoppeld.
Er wordt een meldin
g weergegeven om de kopeling te bevestigen.
Al
s er al een andere telefoongekoppeld is en deze koppeling moet
veranderd worden, druk dan op de
toets PHONE, selecteer vervolgens Menu "Telefoon" en druk op de draaiknop om te bevestigen.
Als de telefoon is gekoppeld, kan Peugeot Connect Navde contacten en de gesprekkenlijst synchroniseren. Deze synchronisatie kan enkele minuten duren *
.
De li
jst met eerder gekoppelde telefoons (maximaal 4) verschijnt op het multifunctionele display. Selecteer de gewenste telefoon om
deze opnieuw te koppelen.
Ga voor meer informatie over bijvoorbeeld de compatibiliteit enextra ondersteuning naar www.peugeot.nl.
Druk op de toets PH
ONE.
Selecteer "Telefoon koppelen". Selecteer de telefoon en druk op de
draaiknop om te bevestigen.
Telefoon koppelen
293
08
1
3 2
2 1Selecteer "Ja" om de oproep teaccepteren of "Nee" om de oproep
te weigeren en bevestig door op de
draaiknop te drukken.
EEN OPROEP ONTVANGEN
BELLEN
Wanneer u gebeld wordt, klinkt een beltoon en verschijnt een pop-
upvenster op het multifunctionele display.
Ja
Druk o
p de toets PHONE om hetgesprek te beëindigen of druk op de
draaiknop, selecteer "Gespr.beëind."
en
bevestig door op de draaiknop te drukken.
Ges
pr.beëind.Druk op de toets PH
ONE.
Selecteer "Nummer bellen" en voer het nummer in met het toetsenbord
op het display.
Selecteer de functie Menu "Telefoon" en druk op de draaiknop om tebevestigen.
De li
jst met de laatste 20 vanuit de auto gevoerde telefoongesprekken
verschijnt onder het Menu "Telefoon". U kunt een nummer selecterenen op de draaiknop drukken om naar dit nummer te bellen.
Nee
H
et telefoonnummer kunt u ook kiezen uit het adresboek. Selecteer
daarvoor "Bellen vanuit adresboek". Met de Peugeot Connect
Nav kunnen maximaal 1000 records (telefoonnummers) worden opgeslagen.
Druk langer dan twee seconden op de toets op het stuurwiel omhet adresboek te openen.
Menu "Telefoon"
Nummer bellen
U kunt ook rechtstreeks bellen via de telefoon; zet de auto in dat
geval uit veiligheidsoverwegingen stil.
BLUETOOTH-TELEFOON
Druk op het uiteinde van de stuurkolomschakelaar om de oproep te accepteren of om het gesprek te
beëindigen.Druk, om een nummer te wissen, op de toets PHONE en vervolgens lang opeen telefoonnummer waarna de volgende keuze p,,pop het scherm verschijnt:Vermelding wissenLijst wissen