Page 221 of 290

220NOODGEVALLEN
ACCU OPLADEN
BELANGRIJK De beschrijving voor het opladen van de accu
dient slechts ter informatie. Wendt u bij voorkeur tot het Lan-
cia Servicenetwerk om deze werkzaamheden uit te laten voeren.
We raden u aan de accu langzaam en met een lage stroomsterkte
(ampèrage) gedurende ca. 24 uur op te laden. Als u de accu lan-
ger oplaadt, kan de accu worden beschadigd.
UITVOERINGEN ZONDER Start&Stop-SYSTEEM
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
Ga voor het opladen als volgt te werk:
❍maak de klem los van de minpool op de accu;
❍sluit de kabels van het laadapparaat aan op de accupolen;
let hierbij op de polariteit;
❍schakel de acculader in;
❍aan het einde van het opladen: schakel eerst de acculader uit
en koppel dan de accu los;
❍sluit de klem weer aan op de minpool van de accu.UITVOERINGEN MET Start&Stop-SYSTEEM fig. 43
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
Ga voor het opladen als volgt te werk:
❍koppel de aansluiting A (door bediening van knop B) los van
de accuconditiesensor C, die op de minpool D van de accu
is gemonteerd;
fig. 43
L0E0199m
Page 222 of 290

NOODGEVALLEN221
4
De vloeistof in de accu is giftig en corrosief.
Vermijd het contact met de huid en de ogen. Het
opladen van de accu moet worden uitgevoerd in
een goed geventileerde ruimte, ver verwijderd van open
vuur en vonkvormende apparaten: brand- en ontplof-
fingsgevaar.
Probeer een bevroren accu niet op te laden: eerst
moet de accu ontdooid worden, anders loopt u het
risico dat de accu ontploft. Als de accu bevroren
is geweest, moet door deskundig personeel worden
gecontroleerd of de cellen niet beschadigd zijn en of de
bak geen scheuren vertoont, waardoor de giftige en cor-
rosieve vloeistof kan weglekken.
OPKRIKKEN VAN DE AUTO
Als de auto omhoog gezet moet worden, wendt u dan tot een
werkplaats van het Lancia Servicenetwerk; deze beschikt over
een garagekrik of hefbrug.
SLEPEN VAN DE AUTO
Bij de auto is een sleepoog geleverd. Het sleepoog bevindt zich
in de gereedschaphouder onder de vloerbedekking in de baga-
geruimte.
SLEEPOOG BEVESTIGEN fig. 44-45
Ga als volgt te werk:
❍verwijder de dop A;
❍neem het sleepoog B uit de zitting in de gereedschaphouder;
fig. 44
L0E0090m
❍verbind de pluskabel van de acculader met de pluspool E
van de accu en de minkabel met de aansluiting op sensor D
zoals in de figuur is aangegeven;
❍schakel de acculader in. Schakel aan het einde van het op-
laden de acculader uit;
❍sluit, na het loskoppelen van het laadapparaat, de stekker A
weer aan op sensor C zoals in de figuur is aangegeven.
Page 282 of 290

ALFABETISCH REGISTER281
7
Motorkap ................................. 99
Motorruimte (reinigen)............. 249
MSR (systeem).......................... 114
Niveaus controleren ................. 231
Noodgevallen........................... 183
Onderhoud en zorg .................. 223
– geprogrammeerd
onderhoud.......................... 224
– Onderhoudsschema............. 225
– periodieke controles ............. 229
– Zwaar gebruik
van de auto .......................... 229
Opbergvak ............................... 76
Opendak.................................. 81
Opkrikken van de auto ............ 221
Parkeerhulp
(Magic Parking) ..................... 130
Parkeerlicht ............................. 64
Parkeersensoren ........................ 127– Magic Parking
(Parkeerhulp) ..................... 130
Parkeren .................................. 175
Portieren .................................. 84
– kinderveiligheidsslot ............ 86
– noodportiervergrendeling
achterportieren .................... 87
Portiervergrendeling ................ 84
Prestaties ................................. 266
Radiozendapparatuur
en mobiele telefoon ................ 145
Reactive
Suspension System ................. 106
Regensensor............................. 67
Remmen .................................. 258
Richtingaanwijzers
– bediening............................. 64
– gloeilampen vervangen ......... 206
Rijstrookbewaking
(Driving Advisor).................... 107
Rim Protector (banden) ........... 262 Lampjes
op het instrumentenpaneel ..... 9
Lancia CODE (systeem) ........... 39
Luchtfilter/Pollenfilter ............. 238
Magic back box
(dubbele laadruimte)............. 96
Magic Parking ......................... 130
Meldingen op display............... 34
Mistachterlicht.......................... 74
– gloeilamp vervangen ............ 207
Mistlampen ...........................63-74
– cornering lights .................... 63
– gloeilamp vervangen ............ 207
Montagevoorbereiding
"Isofix"-kinderzitjes................ 160
Motor-
en carrosseriecodes ................. 254
Motor starten......................172-184
Motor
– identificatiecode................... 254
– technische
specificaties.......................... 255
Page 283 of 290

282ALFABETISCH REGISTER
Startblokkering
Lancia CODE........................ 39
Starten en rijden....................... 171
Stekkerdoos............................. 80
Stuurinrichting......................... 259
Stuurslot .................................. 46
Stuurwiel ................................. 51
Symbolen ................................. 38
Tanken................................... 145
Technische gegevens ................ 251
TPMS (systeem)...................... 124
Transmissie .............................. 258
Trekken van aanhangers .......... 179
Tripcomputer ........................... 36
TTC-systeem ........................... 115
Veiligheid................................ 149
Veiligheidsgordels..................... 150
Velgen
– verklaring
van velgencodering............... 262Verlichting dashboardkastje
(gloeilamp vervangen)............ 212
Verlichting zonneklepspiegel
(gloeilamp vervangen)............ 212
Versnellingsbak
(gebruik) ............................... 176
Vloeistoffen
en smeermiddelen.................. 271
Vullingstabel............................. 269
Waarschuwings-
knipperlichten ....................... 73
Wegwijs in uw auto ................... 5
Wiel verwisselen ........................ 193
Wielen ..................................... 260
Wielophanging ......................... 259
– Reactive
Suspension System ............... 106
Zekeringen vervangen ............. 213
Zitplaatsen .............................. 47
– met elektrische
verwarming......................... 48 Roetfilter (DPF) ....................... 148
Rubber slangen........................ 244
Ruitbediening........................... 87
Ruiten (reinigen) ...................... 249
Ruitensproeiers ........................ 65
Ruitenwissers
– bediening ............................ 65
– ruitensproeiers .................... 246
– wisserbladen....................... 245
SBR-systeem ........................... 151
Sensor automatische koplampen
(schemersensor)..................... 63
Slepen van de auto ................... 221
Sleutels .................................... 40
Sneeuwkettingen ...................... 181
Snelheid (maximum) ............... 266
Snelle bandenreparatieset
“Fix&Go automatic”............... 186
SPORT-functie ......................... 104
Start&Stop (systeem)............... 117
Start-/contactslot ..................... 46