Page 161 of 195

159
RUITENWISSERS
WISSERBLADEN
Maak de wisserbladen regelmatig
met speciale producten schoon;
wij raden TUTELA PROFESSIONAL
SC35 aan.
Vervang de wisserbladen wanneer
het rubber vervormd of versleten is.
Het is in elk geval raadzaam de
wisserbladen ongeveer jaarlijks te
vervangen.
Rijden met versleten
wisserbladen is
bijzonder gevaarlijk, doordat
het zicht onder slechte
weersomstandigheden wordt
beperkt.
WAARSCHUWING
Met enkele eenvoudige
voorzorgsmaatregelen kan de
beschadiging van het wisserblad
worden gereduceerd:
– controleer bij temperaturen onder
het nulpunt of het wisserblad niet
aan de ruit vastgevroren is.
Gebruik zo nodig een
antivriesmiddel om de wissers vrij
te maken;
– veeg sneeuw op de ruit weg: dit
voorkomt schade aan de
wisserbladen en beschermt de
ruitenwissermotor tegen
oververhitting;
– gebruik de ruitenwissers nooit op
een droge ruit.Wisserbladen vervangen
1) hef de wisserarm A-fig. 161 op en
plaats het wisserblad onder een
hoek van 90° ten opzichte van de
arm;
2) duw het wisserblad omlaag om
hem van de wisserarm A los te
maken;
3) monteer het nieuwe wisserblad
door het klepje in de speciale
zitting op de wisserarm te
blokkeren. Controleer of het
goed vastzit.
fig. 161
F0X0145m
Page 162 of 195

160
HANDBEDIENDE
KLIMAATREGELING
(voor bepaalde versies/markten)
Schakel in de winter de
airconditioning minstens eens per
maand circa 10 minuten in.
Laat vóór het begin van het
zomerseizoen het systeem
controleren door het Fiat
Servicenetwerk.
CARROSSERIE
BESCHERMING TEGEN
ATMOSFERISCHE
INVLOEDEN
De belangrijkste oorzaken van roest
zijn:
– luchtverontreiniging;
– zoutgehalte in de lucht en
vochtigheid (kustgebieden, warm
en vochtig klimaat);
– seizoensgebonden
omgevingsomstandigheden.
Ook de schurende werking van
opwaaiend stof en zand en van
modder en steentjes die door
andere voertuigen worden opgetild
mag niet onderschat worden.
Fiat heeft de beste technologische
oplossingen toegepast om de
carrosserie tegen roest te
beschermen.
De belangrijkste oplossingen zijn:
– lakproducten en lakspuitsystemen
die het voertuig de benodigde
weerstand tegen roest en
schurende elementen verschaffen;
Het systeem gebruikt
het koelmiddel R134a
dat het milieu niet
verontreinigt als het per ongeluk
weglekt. Gebruik nooit het
koelmiddel R12, het is niet
alleen niet compatibel met de
systeemcomponenten, maar het
bevat bovendien
chloorfluorkoolwaterstoffen
(CFK’s).
RUITENSPROEIERS
Als de ruitensproeiers niet werken,
controleer dan eerst of er
ruitensproeiervloeistof in het
reservoir zit (zie “Controle van
vloeistofniveaus” in dit hoofdstuk).
Controleer vervolgens of de
sproeikoppen niet verstopt zijn.
Gebruik zo nodig een speld om ze
vrij te maken.
Bij sommige versies kunnen de
stralen van de ruitensproeiers
gericht worden door de hoek van de
sproeiermonden af te stellen: draai
hiervoor de sproeiermond m.b.v.
een schroevendraaier in de uitsparing
A-fig. 162. Richt de straal op het
hoogste punt in de werkslag van de
ruitenwissers.
fig. 162
F0X0146m
Page 163 of 195

161
– toepassing van verzinkte
(of voorbehandelde) plaatdelen
met een hoge
corrosiebestendigheid;
– het aanbrengen van gespoten
wasproducten met een hoog
beschermend vermogen op de
onderzijde, in de motorruimte, in
de wielkuipen en andere
elementen;
– het aanbrengen van
kunststofmaterialen met een
beschermende functie op de meest
blootgestelde delen: onderzijde
portieren, binnenzijde spatborden,
randen enz.;
– toepassing van “open” holle
ruimtes om te voorkomen dat
condensvorming en vochtophoping
roest van binnenuit bevorderen.
CARROSSERIEGARANTIE
De auto bezit een garantie tegen
doorroesten, veroorzaakt door
corrosie, van alle originele structuur-
of carrosseriedelen.
Voor de algemene voorwaarden van
deze garantie wordt verwezen naar
het garantieboekje.TIPS VOOR HET BEHOUD
VAN DE CARROSSERIE
Lakwerk
De lak heeft behalve een esthetische
functie ook een beschermende
functie van het plaatwerk.
Werk beschadigingen van de laklaag,
zoals krassen en schuurplekken,
onmiddellijk bij om roestvorming te
voorkomen. Voor het bijwerken
mogen uitsluitend originele
lakproducten worden gebruikt (zie
“Plaatje met informatie over de
carrosserielak” in het hoofdstuk
“Technische gegevens”).
Het normale onderhoud van de lak
beperkt zich tot het wassen van de
auto: de frequentie is afhankelijk van
het gebruik van de auto en van de
omgeving.
Zo is het bijvoorbeeld raadzaam de
auto vaker te wassen in gebieden
met sterke luchtverontreiniging of bij
het rijden over wegen met
strooizout.Ga als volgt te werk om het voertuig
correct te wassen:
– maak de carrosserie eerst nat met
een waterstraal onder lage druk;
– was de carrosserie met een zachte
spons met een lichte
zeepoplossing en spoel de spons
regelmatig uit;
– spoel goed af met schoon water
en droog met een luchtstraal of
een zeemleren lap.
Ga als volgt te werk om het voertuig
correct te wassen in een wastunnel:
– verwijder de antenne van het dak
om beschadiging ervan te
voorkomen;
– ga naar een wastunnel waar een
lichte zeepoplossing wordt
gebruikt;
– spoel goed af met schoon water
om zeepresten op de carrosserie
en de minder zichtbare delen te
verwijderen.
Page 164 of 195

162
De kunststof carrosseriedelen
moeten op dezelfde wijze als de rest
van het voertuig gewassen worden.
Parkeer het voertuig zo min mogelijk
onder bomen: de hars die uit de
bomen druppelt, maakt de lak mat
en vergroot de kans op
roestvorming.
BELANGRIJK Vogelpoep moet zo
snel en zo goed mogelijk verwijderd
worden, omdat hierin bijzonder
agressieve zuren aanwezig zijn.Ruiten
Gebruik specifieke
schoonmaakmiddelen voor ruiten.
Gebruik tevens schone doeken om
krassen en beschadigingen te
voorkomen.
Motorruimte
Spuit de motorruimte na het
winterseizoen zorgvuldig uit: hierbij
mag de waterstraal niet rechtstreeks
op de elektronische regeleenheden
en het kasje met zekeringen en relais
aan de linkerzijde van de
motorruimte (rijrichting) worden
gericht.
Laat deze werkzaamheden uitvoeren
door een gespecialiseerd bedrijf.
BELANGRIJK Voor het uitspuiten
van de motorruimte moet de
contactsleutel uitgenomen en de
motor koud zijn.
Controleer na het reinigen of de
verschillende beschermingen (bijv.
rubberen doppen en kappen) niet
verwijderd of beschadigd zijn.
Schoonmaakmiddelen
veroorzaken
waterverontreiniging.
Om die reden mag het voertuig
alleen gewassen worden op
plaatsen waar het afvalwater
opgevangen en gezuiverd wordt.
Sommige wastunnels
met ouderwetse borstels
en/of in slechte toestand
kunnen het lak beschadigen,
waardoor strepen kunnen
ontstaan die het lak dof/mat
kunnen doen uitslaan, vooral bij
donkere kleuren. Als dit gebeurt,
behandel de lak dan ietwat met
geschikte wasproducten.
Droog de minder zichtbare delen
(bijv. randen van portieren,
motorkap, koplampranden)
zorgvuldig, aangezien in deze zones
water makkelijker kan stagneren.
Laat het voertuig na het wassen een
tijdje buiten staan zodat waterresten
kunnen verdampen.
Was het voertuig nooit als hij in de
zon heeft gestaan of als de motorkap
nog warm is: de glans van de lak kan
afnemen.
Page 165 of 195

163
Gebruik nooit
ontvlambare producten
zoals petroleum of wasbenzine
voor het reinigen van het
interieur van de auto.
De elektrostatische lading die
door het wrijven tijdens het
reinigen ontstaat, kan brand
veroorzaken.
WAARSCHUWING
Bewaar geen
spuitbussen in de auto:
ontploffingsgevaar.
Spuitbussen mogen niet
blootgesteld worden aan
temperaturen boven 50°C.
Wanneer de auto in de zon
staat, kan de
binnentemperatuur deze
waarde ruim overschrijden.
WAARSCHUWINGKoplampen
BELANGRIJK Gebruik nooit
aromatische stoffen (bijv. benzine) of
ketonen (bijv. aceton) om de plastic
lampglazen van de koplampen te
reinigen.INTERIEUR
Controleer af en toe of er geen
water onder de matten is blijven
staan (wegens water dat van
schoenen, paraplu’s, etc. druppelt),
waardoor het plaatwerk kan gaan
roesten.
STOELEN EN STOFFEN
BEKLEDING
Verwijder stof met een zachte
borstel of een stofzuiger. Gebruik
een vochtige borstel voor velours
bekleding.
Reinig de stoelen met een spons
bevochtigd in een oplossing van
water en neutrale zeep.
Page 166 of 195

164
LEDEREN STUURWIEL/
HANDREM/POOKKNOP
(voor bepaalde versies/markten)
Reinig deze interieurdelen uitsluitend
met neutrale zeep en water.
Gebruik nooit alcohol of producten
op basis van alcohol.
Controleer alvorens een specifiek
product voor interieurreiniging te
gebruiken, of het geen alcohol en/of
stoffen op basis van alcohol bevat.Wanneer bij het schoonmaken van
de voorruit met speciale producten,
het schoonmaakmiddel voor de
ruiten per ongeluk op het leder van
het stuurwiel/pookknop/handrem
terechtkomt, moeten deze
onmiddellijk worden verwijderd en
moet het betreffende gebied met
water en neutrale zeep worden
gewassen.
BELANGRIJK Wees uiterst
voorzichtig bij het gebruik van een
stuurwielblokkering om beschadiging
van de leren bekleding te
voorkomen. KUNSTSTOF
INTERIEURDELEN
Reinig kunststof interieurdelen met
een vochtige doek en een oplossing
van water en een neutraal, niet-
schurend reinigingsmiddel.
Gebruik voor het verwijderen van
olieachtige of hardnekkige vlekken
speciale producten zonder
oplosmiddelen die het originele
voorkomen en de kleur van de
kunststof interieurdelen niet
veranderen.
BELANGRIJK Gebruik nooit alcohol
of benzine om het glas van het
instrumentenpaneel te reinigen.
Page 167 of 195
165
TECHNISCHE GEGEVENS
IDENTIFICATIEGEGEVENS
Neem nota van de identificatiecodes.
De volgende identificatiecodes zijn
op de plaatjes ingeslagen en vermeld:
– Het VIN (Voertuig Identificatie
Nummer).
– Chassisnummer.
– Identificatieplaatje carrosserielak.
– Motorcode.VIN PLAATJE fig. 163
Dit plaatje is aangebracht in de
motorruimte, op het luchtfilterhuis
en bevat de volgende gegevens:
B Nummer typegoedkeuring.
C Identificatiecode autotype.
D Chassisnummer.
E Max. toelaatbaar gewicht van
volgeladen auto.
F Max. toelaatbaar gewicht van
volgeladen auto met
aanhangwagen.
fig. 163
F0X0147m
G Max. toelaatbaar gewicht op
vooras.
H Max. toelaatbaar gewicht op
achteras.
I Motortype.
L Code van carrosserieversie.
M Nummer voor onderdelen.
N Correcte waarde van de
absorptiecoëfficiënt van de
rookgassen.
Page 168 of 195
166
IDENTIFICATIEPLAATJE
CARROSSERIELAK fig. 164
Dit is aangebracht op de binnenzijde
van het passagiersportier en bevat
de volgende gegevens:
A Lakfabrikant.
B Kleurnaam.
C Fiat kleurcode.
D Kleurcode voor overspuiten en
bijwerken.CHASSISNUMMER fig. 165
Dit bevindt zich op de bodemplaat
aan passagierszijde, nabij de
passagiersstoel; open de klep A om
toegang te krijgen.
– op het onderste gedeelte van de
voorruit B
Dit nummer bevat de volgende
gegevens:
– automodel;
– chassisnummer.
fig. 164
F0X0148m
fig. 165
F0X0149m
MOTORCODE
Deze is op het cilinderblok
ingeslagen en vermeldt het model en
het chassisnummer.