Page 92 of 286
91
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
F0N0051mfig. 96
DASHBOARDKASTJE MET SLOT fig. 96
Draai om het slot te ver-/ontgrendelen de sleutel rechts-
/linksom. Trek aan de handgreep om het dashboardkastje te
openen. Het vakje heeft zodanige afmetingen dat er een
laptop in past.OPBERGVAK
Het opbergvak A-fig. 97 bevindt zich in het midden van het
dashboard.
Het opbergvak B-fig. 98 bevindt zich rechts op het
dashboard, boven het dashboardkastje.
F0N0052mfig. 97
F0N0053mfig. 98
037-128 DUCATO LUM NL 7ed 6/22/10 2:39 PM Page 91
Page 94 of 286
SCHEIDINGSWAND fig. 101
De auto kan zijn uitgerust met een scheidingswand met of
zonder schuifruit.
U kunt de schuifruit van de scheidingswand
openen/sluiten met de knop A.
Bepaalde uitvoeringen zijn voorzien van een
beschermrooster, dat op het ruitje van de wand in de
laadruimte is geplaatst.
F0N0218mfig. 101
BEKERHOUDER – BLIKJESHOUDER fig. 102
De beker/blikjeshouder is in het midden op het dashboard
geplaatst.
93
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
F0N0054mfig. 102
037-128 DUCATO LUM NL 7ed 6/22/10 2:39 PM Page 93
Page 95 of 286

F0N0146mfig. 104F0N0055mfig. 103
ASBAK fig. 104
De uitneembare kunststof asbak kan in de
beker/blikjeshouder geplaatst worden in het midden op het
dashboard.
BELANGRIJK Gebruik de asbak niet als prullenbak voor
papiertjes; als deze in contact komen met smeulende peuken
kan er brand ontstaan. AANSTEKER fig. 103
Deze bevindt zich in het midden op het dashboard.
Druk voor het inschakelen van de aansteker op de knop op
de aansteker, als de contactsleutel in stand MAR staat.
Na ongeveer 15 seconden springt de knop in de beginstand
en is de aansteker klaar voor gebruik.
BELANGRIJK Controleer altijd of de aansteker na het
indrukken ook uitschakelt.
94
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
De aansteker wordt erg heet. Gebruik de
aansteker voorzichtig en voorkom dat hij
gebruikt wordt door kinderen: risico op brand en/of
brandwonden.
ATTENTIE!
037-128 DUCATO LUM NL 7ed 6/22/10 2:39 PM Page 94
Page 96 of 286
F0N0057mfig. 106F0N0056mfig. 105
ZONNEKLEPPEN fig. 105
De zonnekleppen zitten aan beide zijden naast de
binnenspiegel.
Ze kunnen voor de voorruit of voor de zijruit worden
gedraaid.
95
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
STEKKERDOOS fig. 106
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
De stekkerdoos bevindt zich in het midden op het
dashboard, naast de aansteker.
Open voor gebruik de dop A.
037-128 DUCATO LUM NL 7ed 6/22/10 2:39 PM Page 95
Page 97 of 286

96
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
SCHRIJF/LEESTAFELTJE fig. 107
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
In het midden van het dashboard, boven de inbouwplaats van
de autoradio, bevindt zich een schrijftafeltje A; op enkele
uitvoeringen kan het schrijftafeltje gebruikt worden als
leestafeltje door het aan de achterzijde omhoog te trekken
en de steun op het dashboard te laten rusten, zoals
afgebeeld.
Bij uitvoeringen met airbag aan passagierszijde is het
schrijftafeltje vast ingebouwd.
Laat het schrijftafeltje niet in verticale stand
staan als de auto rijdt.
ATTENTIE!
OPBERGRUIMTE BOVEN CABINE fig. 108
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
Deze ruimte bevindt zich boven de bestuurderscabine en is
geschikt voor het opbergen van lichte voorwerpen.
Maximale belasting:
– op één plaats ......................................................................... 10 kg
– verdeeld over de gehele ruimte ....................................... 20 kg
F0N0058mfig. 107F0N0190mfig. 108
037-128 DUCATO LUM NL 7ed 6/22/10 2:39 PM Page 96
Page 105 of 286

F0N0047mfig. 118F0N0132mfig. 119
BELANGRIJK Als de centrale portiervergrendeling is
ingeschakeld en een van de voorportieren wordt van
binnenuit geopend met de handgreep, dan wordt de
portiervergrendeling uitgeschakeld. Als een van de deuren
van de laadruimte van binnenuit wordt geopend met de
handgreep, dan wordt de betreffende deur ontgrendeld.
Bij een onderbreking in de elektrische voeding
(doorgebrande zekering, losgekoppelde accu enz.) kunnen de
portieren altijd met de hand worden vergrendeld.
Als u harder dan 20 km/h rijdt, worden alle portieren
automatisch vergrendeld als in het setup-menu deze functie is
ingeschakeld (zie de paragraaf “Multifunctioneel display” in dit
hoofdstuk).
KNOP VOOR LAADRUIMTE fig. 119
De vergrendeling wordt aangegeven door een lampje op de
knop. Portierver-/ontgrendeling vanuit het interieur
Druk op de knop A-fig. 118 om de portieren/deuren te
vergrendelen en op de knop B om de portieren/deuren te
ontgrendelen. De portieren/deuren worden centraal ver-
/ontgrendeld. Als de portieren/deuren vergrendeld zijn,
brandt het lampje op de knop A; als de knop B wordt
ingedrukt, worden alle portieren/deuren ontgrendeld en
dooft het lampje. Als de portieren/deuren zijn ontgrendeld, is
het lampje gedoofd; als de knop wordt ingedrukt, worden alle
portieren/deuren vergrendeld. Alleen als alle
portieren/deuren goed gesloten zijn, wordt de
portiervergrendeling uitgevoerd.
Als de portieren zijn vergrendeld met behulp van:
❒de afstandsbediening
❒het portierslot
kunt u de portieren/deuren niet meer ontgrendelen met de
knop A-fig. 118 op het dashboard.
104
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
037-128 DUCATO LUM NL 7ed 6/22/10 2:40 PM Page 104
Page 106 of 286

Het lampje gaat in de volgende gevallen branden:
❒iedere keer nadat met de knop D of met de knop Áop
het dashboard het commando voor vergrendeling is
gegeven;
❒als het instrumentenpaneel wordt ingeschakeld;
❒als een van de voorportieren wordt geopend;
❒als de portieren/deuren bij 20 km/h worden vergrendeld
(indien ingeschakeld in het menu).
Het lampje dooft als een van de deuren van de laadruimte
wordt geopend of als het commando voor
portierontgrendeling wordt gegeven (laadruimte of centraal),
of als via de afstandsbediening of het portierslot het
commando voor ontgrendeling wordt gegeven.
DEAD LOCK-SYSTEEM
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
Dit veiligheidssysteem verhindert de werking van:
❒de binnenhandgrepen
❒de ont-/vergrendelknoppen A-B fig. 118
hierdoor kunnen de portieren niet van binnenuit worden
geopend bij een inbraakpoging (bijvoorbeeld bij het inslaan
van een ruit).
Het dead lock-systeem biedt dus de beste bescherming tegen
inbraakpogingen. Daarom raden wij u aan om iedere keer als
u de auto verlaat, het systeem in te schakelen.
105
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTERAls het dead lock-systeem is ingeschakeld,
kunnen de portieren/deuren op geen enkele
wijze van binnenuit worden geopend. Controleer
daarom, voordat u de auto verlaat, of er geen
personen meer aan boord zijn. Als de batterij van de
sleutel met afstandsbediening leeg is, kan het
systeem alleen worden uitgeschakeld door de
metalen baard van de sleutel in beide portiersloten
te steken en te draaien, zoals hiervoor is beschreven:
in dat geval blijft het systeem alleen op de deuren
van de laadruimte ingeschakeld.
ATTENTIE!
Systeem inschakelen
Het systeem schakelt op alle portieren/deuren automatisch in
als de knop
Áop de sleutel met afstandsbediening
fig. 115 twee keer snel wordt ingedrukt.
Als het systeem is ingeschakeld, knipperen de
richtingaanwijzers 3 keer en knippert het lampje op de knop
A-fig. 118 op het schakelaarpaneel op het dashboard.
Het systeem schakelt niet in als een of meerdere portieren
niet goed gesloten zijn: zo wordt voorkomen dat een
persoon via het geopende portier/de deur het interieur van
de auto kan betreden en, als het portier/de deur vervolgens
wordt gesloten, de auto niet meer kan verlaten.
037-128 DUCATO LUM NL 7ed 6/22/10 2:40 PM Page 105
Page 120 of 286

Voor de juiste werking van de ASR is het noodzakelijk dat de
banden van alle wielen van hetzelfde merk en type zijn.
De banden moeten in perfecte conditie en altijd van het
voorgeschreven type, merk en afmetingen zijn.
STORINGSMELDINGEN
Bij een storing in de ASR wordt het systeem automatisch
uitgeschakeld, gaat het lampje áop het instrumentenpaneel
constant branden en verschijnt er een melding op het
multifunctionele display (voor bepaalde uitvoeringen/
markten) (zie het hoofdstuk “Lampjes en meldingen”).
Bovendien gaat ook het lampje in de ASR-knop branden.
Wendt u in dat geval zo snel mogelijk tot het Fiat
Servicenetwerk. In-/uitschakeling van het systeem fig. 135
Het ASR-systeem schakelt automatisch in als de motor
wordt gestart.
Tijdens het rijden kan het ASR-systeem worden
uitgeschakeld en vervolgens weer ingeschakeld door de
schakelaar A op het dashboard in te drukken.
Als het systeem wordt uitgeschakeld, gaat het lampje op de
knop branden en verschijnt er een melding op het
multifunctionele display (voor bepaalde
uitvoeringen/markten).
Op uitvoeringen met alleen een ASR-systeem, blijft bij
uitschakeling (ASR OFF) het lampje Valtijd branden.
Als het ASR-systeem tijdens het rijden wordt uitgeschakeld,
schakelt het automatisch weer in als de auto opnieuw wordt
gestart.
F0N0077mfig. 135119
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
De prestaties van het systeem mogen de
bestuurder er niet toe verleiden onnodige en
onverantwoorde risico’s te nemen. De rijstijl moet
altijd zijn aangepast aan het wegdek, het zicht en
het verkeer. De verantwoordelijkheid voor de
verkeersveiligheid ligt altijd en overal bij de
bestuurder van de auto.
ATTENTIE!
Schakel het ASR-systeem uit als u met sneeuwkettingen rijdt:
onder deze omstandigheden levert het doorslaan van de
aangedreven wielen juist meer trekkracht op.
037-128 DUCATO LUM NL 7ed 6/22/10 2:40 PM Page 119