INHOUDSOPGAVE
Koplampgloeilamp vervangen ...... 6-33
Achterlicht/remlichtunit ................. 6-35
Gloeilamp in richtingaanwijzer
vervangen ................................. 6-35
Gloeilamp in kentekenverlichting
vervangen ................................. 6-36
Parkeerlichtgloeilamp
vervangen ................................. 6-36
Ondersteunen van de
motorfiets .................................. 6-37
Voorwiel ........................................ 6-37
Achterwiel ..................................... 6-38
Problemen oplossen ..................... 6-39
Storingzoekschema’s ................... 6-41
VERZORGING EN STALLING VAN
DE MOTORFIETS.............................. 7-1
Matkleur, let op ............................... 7-1
Verzorging ......................................7-1
Stalling ............................................7-3
SPECIFICATIES ................................8-1
GEBRUIKERSINFORMATIE.............. 9-1
Identificatienummers ......................9-1
U32DD4D0.book Page 2 Monday, December 14, 2009 1:43 PM
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-33
6
Vervang een zekering als volgt als deze is
doorgebrand.
1. Draai de contactsleutel naar “OFF” en
schakel het betreffende elektrische cir-
cuit uit.
2. Verwijder de doorgebrande zekering
en breng een nieuwe zekering met de
voorgeschreven ampèrewaarde aan.
WAARSCHUWING! Gebruik geen
zekeringen met een hogere ampera-
ge dan aanbevolen om ernstige
schade aan het elektrische systeem
en mogelijk brand te voorkomen.
[DWA15131]
3. Draai de contactsleutel naar “ON” en
schakel het betreffende elektrische cir-
cuit in om te zien of de apparatuur
werkt.
4. Als een zekering direct opnieuw door-
brandt, vraag dan een Yamaha-dealer
het elektrisch systeem te controleren.
DAU45213
Koplampgloeilamp vervangen De koplamp op dit model heeft een halo-
geen gloeilamp. Vervang de koplampgloei-
lamp als volgt als deze is doorgebrand.LET OP
DCA10650
Pas op en zorg dat de volgende onderde-
len niet worden beschadigd:
Koplampgloeilamp
Raak het glas van de koplampgloei-
lamp niet aan zodat dit vetvrij blijft,
anders kan de doorzichtigheid van
het glas, de lichtintensiteit en de le-
vensduur nadelig worden beïn-
vloed. Wrijf eventuele
verontreinigingen en vingerafdruk-
ken op het gloeilampglas weg met
een doekje gedrenkt in alcohol of
thinner.
Koplamplens
Plak geen kleurfolie of stickers op
de koplamplens.
Gebruik geen koplampgloeilamp
met een hoger wattage dan is voor-
geschreven.
1. Zekering brandstofinjectiesysteem
2. Zekering radiatorkoelvin
3. Backup-zekering (voor klok)
4. Zekering ontstekingssysteem
5. Zekering signaleringssysteem
6. Koplampzekering
7. Reservezekering
7
123456
Voorgeschreven zekeringen:
Hoofdzekering:
30.0 A
Zekering ontstekingssysteem:
7.5 A
Zekering signaleringssysteem:
10.0 A
Koplampzekering:
15.0 A
Zekering radiatorkoelvin:
7.5 A
Backup-zekering:
7.5 A
Zekering brandstofinjectiesysteem:
7.5 A
U32DD4D0.book Page 33 Monday, December 14, 2009 1:43 PM
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-34
6
1. Verwijder het koplamppaneel samen
met de koplampunit door de bouten te
verwijderen en het geheel omhoog te
trekken zoals afgebeeld.
2. Maak de koplampstekker los en ver-
wijder dan de gloeilampkap.3. Haak de gloeilamphouder los en ver-
wijder dan de defecte gloeilamp.
4. Breng een nieuwe koplampgloeilamp
aan en zet deze dan vast met de gloei-
lamphouder.
5. Breng de gloeilampkap aan en sluit
dan de koplampstekker aan.6. Monteer het koplamppaneel (samen
met de koplampunit) door het geheel
in de oorspronkelijke positie te plaat-
sen en dan de bouten aan te brengen.
7. Vraag indien nodig een Yamaha
dealer de koplamplichtbundel af te
stellen.1. Raak het glas van de gloeilamp niet aan.
1. Bout
1
1
1. Koplampstekker
2. Gloeilampkap
1. Gloeilamphouder
1
2
1
U32DD4D0.book Page 34 Monday, December 14, 2009 1:43 PM
SPECIFICATIES
8-3
8
Koplamp:Type gloeilamp:
HalogeenlampGloeilampen voltage, wattage × aantal:Koplamp:
12 V, 60 W/55 W
Achterlicht/remlicht unit:
LED
Voorste richtingaanwijzer:
12 V, 10.0 W × 2
Achterste richtingaanwijzer:
12 V, 10.0 W × 2
Parkeerlicht:
12 V, 5.0 W × 1
Kentekenverlichting:
12 V, 5.0 W × 1
Instrumentenverlichting:
EL (ElektroLuminescent)
Controlelampje vrijstand:
LED
Controlelampje grootlicht:
LED
Controlelampje richtingaanwijzers:
LED
Controlelampje brandstofniveau:
LED
Waarschuwingslampje
koelvloeistoftemperatuur:
LED
Waarschuwingslampje motorstoring:
LEDZekeringen:Hoofdzekering:
30.0 AKoplampzekering:
15.0 A
Zekering signaleringssysteem:
10.0 A
Zekering ontstekingssysteem:
7.5 A
Zekering radiatorkoelvin:
7.5 A
Zekering brandstofinjectiesysteem:
7.5 A
Backup-zekering:
7.5 A
U32DD4D0.book Page 3 Monday, December 14, 2009 1:43 PM
INDEXAAandrijfketting, reinigen en smeren ...... 6-27
Accu ...................................................... 6-31
Achterbrugscharnierpunten, smeren..... 6-29
Achterlicht/remlichtunit .......................... 6-35BBanden.................................................. 6-19
Bougie, controleren ................................. 6-9
Brandstof............................................... 3-11
Brandstofverbruik, tips voor een zuinig ... 5-3CClaxonschakelaar ................................... 3-8
Contactslot/stuurslot ............................... 3-1
Controle- en waarschuwingslampjes ...... 3-2
Controlelampje grootlicht ........................ 3-2
Controlelampje richtingaanwijzers .......... 3-2DDimlichtschakelaar .................................. 3-8EEXUP-systeem...................................... 3-18GGasgreep en gaskabel, controleren en
smeren................................................ 6-28
Gereedschapsset .................................... 6-1
Gloeilamp kentekenverlichting,
vervangen ........................................... 6-36
Gloeilamp richtingaanwijzer,
vervangen ........................................... 6-35HHelmbevestiging ................................... 3-14IIdentificatienummers ............................... 9-1
Inrijperiode .............................................. 5-3
KKabels, controleren en smeren............. 6-27
Klepspeling ........................................... 6-18
Koelvloeistof ......................................... 6-13
Koplampgloeilamp, vervangen ............. 6-33
Koppelingshendel ................................... 3-9
Koppelingshendel, vrije slag
afstellen .............................................. 6-21LLuchtfilterelement en aftapslang,
reinigen .............................................. 6-16MMatkleur, let op ....................................... 7-1
Modelinformatiesticker............................ 9-1
Motorolie en oliefilterelement................ 6-10
Multifunctioneel display .......................... 3-3NNoodstopschakelaar ............................... 3-8OOnderhoud, uitstootcontrolesysteem ...... 6-2
Ondersteunen van de motorfiets .......... 6-37PPanelen, verwijderen en aanbrengen ..... 6-7
Parkeerlichtgloeilamp, vervangen ........ 6-36
Parkeren ................................................. 5-4
Plaats van de onderdelen ....................... 2-1
Problemen oplossen ............................. 6-39RRem- en koppelingshendels,
controleren en smeren ....................... 6-28
Remhendel ........................................... 3-10
Remhendel, vrije slag afstellen............. 6-22
Remlichtschakelaars ............................ 6-23
Rempedaal ........................................... 3-10Rempedaal, controleren en smeren ...... 6-29
Remvloeistofniveau, controleren ........... 6-24
Remvloeistof, verversen........................ 6-25
Richtingaanwijzerschakelaar................... 3-8
SSchakelen ............................................... 5-2
Schakelpedaal......................................... 3-9
Schakelpedaal, controleren................... 6-23
Schokdemperunit, afstellen ................... 3-16
Smering en onderhoud, periodiek ........... 6-3
Spanning aandrijfketting........................ 6-25
Specificaties ............................................ 8-1
Stalling .................................................... 7-3
Starten van de motor............................... 5-1
Startknop ................................................. 3-9
Startspersysteem .................................. 3-19
Stationair toerental ................................ 6-17
Storingzoekschema’s ............................ 6-41
Stuurschakelaars .................................... 3-8
Stuursysteem, controleren .................... 6-30TTankdop ................................................ 3-10UUitlaatkatalysator................................... 3-12VVeiligheidsinformatie ............................... 1-1
Verzorging ............................................... 7-1
Voertuigidentificatienummer.................... 9-1
Voor- en achterremblokken
controleren .......................................... 6-23
Voorvork, afstellen ................................ 3-14
Voorvork, controleren ............................ 6-30
Voorvork, ontluchten ............................. 3-15
Vrije slag gaskabel, controleren ............ 6-18
U32DD4D0.book Page 1 Monday, December 14, 2009 1:43 PM