
DAUS1172
BELANGRIJKE INFORMATIE IN DE HANDLEIDING
TZR50
HANDLEIDING
©2008 door YAMAHA MOTOR ESPAÑA S.A.
1e uitgave, december 2008
Alle rechten voorbehouden.
Elke vorm van herdruk
of onbevoegd gebruik
zonder schriftelijke toestemming van
YAMAHA MOTOR ESPAÑA S.A.
is uitdrukkelijk verboden.
Gedrukt in Netherlands.
5WX-F819D-D3 24/11/08 12:55 Página 5

5. Monteer het paneel.
DAUS1601
Om de koelvloeistof te verversen
1. Zet de machine op een vlakke onder-
grond en laat het motorblok indien
nodig afkoelen.
2. Verwijder het stroomlijnpaneel C en
het paneel A. (Zie pagina 6-8).
3. Schuif een opvangbak onder de
motor om de gebruikte koelvloeistof
op te vangen.
4. Verwijder de borgbout voor de radia-
torvuldop, de borging voor de radia-
torvuldop en de radiatorvuldop.
WAARSCHUWING! Probeer nooit
om de radiatorvuldop te verwijde-
ren als de motor warm is.
[DWA10381]
1. Borgbout radiatorvuldop
2. Radiatorvuldop
3. Borging radiatorvuldop
5. Verwijder de aftapplug voor koelvlo-
eistof om het koelsysteem af te tap-
pen.
1. Aftapplug koelvloeistof
6. Verwijder de dop van het koelvloeis-
tofreservoir.
7. Haal de koelvloeistofreservoirslang
los aan reservoirzijde en laat de
koelvloeistof wegstromen uit het
reservoir.
1. Koelvloeistofreservoir
2. Slang koelvloeistofreservoir
8. Nadat de koelvloeistof is uitgestro-
omd moet het koelsysteem grondig
worden gespoeld met schoon kraan-
water.
9. Vervang de onderlegring van de
aftapplug als deze beschadigd is en
zet dan de aftapplug vast met het
voorgeschreven aanhaalmoment.
Inhoud koelvloeistofreservoir (tot
aan de merkstreep voor
maximumniveau):
0,29 L (0,31 US qt, 0,26 Imp.qt)
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-14
6
5WX-F819D-D3:5WX-F819D-D3 24/11/08 14:47 Página 50

DWA10511
Belaad uw machine nooit te zwaar. Rij-
den met een te zwaar belaste machine
kan leiden tot een ongeval.
Inspectie van banden
1. Bandprofieldiepte
2. Wang van band
Voor elke rit moeten de banden worden
gecontroleerd. Als de bandprofieldiepte
op het midden van de band de vermelde
limiet heeft bereikt, de band spijkers of
stukjes glas bevat of wanneer de wang
van de band scheurtjes vertoont, moet de
band onmiddellijk door een Yamaha dea-
ler worden vervangen.
OPMERKING
De slijtagelimiet voor bandprofieldiepte is
voor diverse landen verschillend. Neem
altijd de lokale voorschriften in acht.
Bandeninformatie
Deze motorfiets is uitgerust met gietwie-
len en tubeless banden.
DWA10461
Monteer altijd voor- en achterbanden
van hetzelfde merk en type. Verschi-
llende banden kunnen het weggedrag
van de machine veranderen, wat kan
leiden tot een ongeval.
Na uitgebreide tests zijn alleen de hieron-
der vermelde banden voor dit model
goedgekeurd door Yamaha Motor Espa-
ña, S.A.
WAARSCHUWING
Minimale bandprofieldiepte (voor
en achter):
1,6 mm (0,06 in)
1
2
ZAUM0054
WAARSCHUWING
Bandenspanning (gemeten op
koude banden):
0–90 kg (0–198 lb):
Voor:
180 kPa (1,80 kgf/cm
2,
26 psi, 1,80 bar)
Achter:
200 kPa (2,00 kgf/cm
2,
29 psi, 2,00 bar)
90–196 kg (198–432 lb):
Voor:
190 kPa (1,90 kgf/cm
2,
28 psi, 1,90 bar)
Achter:
230 kPa (2,30 kgf/cm
2,
33 psi, 2,30 bar)
Maximale belasting*:
196 kg (432 lb)
* Totaal gewicht van bestuurder,
passagier, bagage en accessoires
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-18
6
5WX-F819D-D3:5WX-F819D-D3 24/11/08 14:48 Página 54

DAU22760
Spanning aandrijfketting
De spanning van de aandrijfketting moet
voorafgaand aan elke rit worden gecon-
troleerd en indien nodig worden bijges-
teld.
DAU22783
Aandrijfketting controleren op
spanning
1. Spanning aandrijfketting
1. Zet de motorfiets op de zijstandaard.
OPMERKING
Bij het controleren en instellen van de
spanning van de aandrijfketting mag er
geen gewicht op de motorfiets rusten.
2. Schakel de versnellingsbak in de
vrijstand.3. Draai het achterwiel door de motor-
fiets te duwen en vind zo het straks-
te gedeelte in de aandrijfketting;
meet nu de spanning van de ketting
zoals afgebeeld.
4. Stel de spanning van de ketting als
volgt bij als deze niet correct is.
OPMERKING
Bij het controleren van de spanning van
de aandrijfketting mag de kettingspanner
de aandrijfketting niet raken.
DAU22921
Om de spanning van de aandrijfketting
af te stellen
1. Verwijder de splitpen uit de wielas-
moer, en draai de wielasmoer daarna
los.
2. Draai de borgmoer los op de ket-
tingspanner, op beide uiteinden van
de achterbrug.
3. Draai om de aandrijfketting strakker
te stellen de stelbout aan beide
uiteinden van de achterbrug in de
richting (a). Stel de ketting losser
door de stelbout aan beide uiteindenvan de achterbrug in de richting (b) te
draaien en dan het achterwiel naar
voren te drukken. LET OP: Een
onjuiste kettingspanning leidt tot
overbelasting van de motor en
andere essentiëIe onderdelen van
de machine en kan resulteren in
overslaan of breken van de ket-
ting. Houd om dit te voorkomen de
kettingspanning binnen de gespe-
cificeerde waarden.
[DCA10571]
OPMERKING
Gebruik voor een goede wieluitlijning de
uitlijnmerktekens aan beide zijden van de
achterbrug, om zeker te zijn dat beide
stelmoeren dezelfde positie hebben.
1. Stelbout spanning aandrijfketting
2. Borgmoer kettingspanner
3. Uitlijnmerktekens
Spanning aandrijfketting:
20,0–25,0 mm (0,79–0,98 in)
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-24
6
5WX-F819D-D3:5WX-F819D-D3 24/11/08 14:49 Página 60

DAU23101
Kabels controleren en smeren
De werking van alle bedieningskabels en
de conditie van alle kabels moet vooraf-
gaand aan elke rit worden gecontroleerd
en de kabel en kabeleinden moeten indien
nodig worden gesmeerd. Vraag een
Yamaha dealer een kabel te controleren of
te vervangen wanneer deze is beschadigd
of niet soepel beweegt. WAARSCHU-
WING! Schade aan de buitenkabel kan
de kabelwerking hinderen en leiden tot
roestvorming op de binnenkabel. Ver-
vang een beschadigde kabel zo snel
mogelijk om onveilige omstandigheden
te voorkomen.
[DWA10721]DAU23111
Controleren en smeren van
gasgreep en gaskabel
De werking van de gasgreep hoort vooraf-
gaand aan elke rit te worden gecontrole-
erd. Smeer ook de gaskabel volgens de
intervaltijden gespecificeerd in het perio-
diek onderhoudsschema.
DAU23120
Afstellen van de Autolube pomp
De Autolube 2-takt olie-injectiepomp
vormt een vitaal en geavanceerd onderde-
el van de motor en moet door een Yama-
ha dealer worden afgesteld volgens de
intervalperioden zoals vermeld in het
periodiek smering- en onderhoudssche-
ma.
Aanbevolen smeermiddel:
Motorolie
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-26
6
5WX-F819D-D3:5WX-F819D-D3 24/11/08 14:50 Página 62

aan te brengen op alle metalen delen, ook
op verchroomde en vernikkelde compo-
nenten, om zo corrosie te voorkomen.
5. Gebruik oliespray als universeel
schoonmaakmiddel om nog achter-
gebleven vuil te verwijderen.
6. Werk kleine lakbeschadigingen door
steenslag e.d. bij.
7. Zet alle gelakte oppervlakken in de
was.
8. Laat de motorfiets volledig drogen
alvorens deze te stallen of af te dek-
ken.
DWA11131
Verontreiniging van de remmen of ban-
den kan leiden tot verlies van de con-
trole over de machine.
Controleer of er geen olie of was
op de remmen of banden zit.
Reinig de remschijven en remvoe-
ringen indien nodig met een nor-
male remschijfreiniger of aceton
en spoel de banden schoon met
lauw water en een mild reinigings-
middel. Test de remwerking en het
weggedrag van de machine in
bochten voordat u met hoge snel-
heden gaat rijden.
DCA10800
Breng een geringe hoeveelheid
oliespray en was aan en verwijder
overtollige hoeveelheden.
Breng oliespray of was nooit aan
op rubber of kunststof delen,
behandel deze met een daartoe
bestemd verzorgingsmiddel.
Vermijd het gebruik van schurende
poetsmiddelen, deze tasten de lak
aan.
OPMERKING
Vraag een Yamaha dealer om advies
over de te gebruiken producten.
Door wassen, regenachtig weer of
een vochtig klimaat kan de koplam-
plens beslagen raken. Inschakelen
van de koplamp gedurende een kor-
te periode zal helpen bij de verwijde-
ring van het vocht.
DAU37221
Stalling
Korte termijn
Stal uw motorfiets steeds op een koele en
droge plek en bescherm indien nodig
tegen stof met een luchtdoorlatende sta-
llinghoes.
DCA10810
Als de motorfiets wordt gestald in
een slecht geventileerde ruimte of
in vochtige toestand wordt afge-
dekt met een hoes of een dekzeil,
zal water en vocht kunnen binnen-
dringen en roestvorming veroorza-
ken.
Voorkom corrosie door de machi-
ne niet te stallen in een vochtige
kelder, een stal (i.v.m. de aanwe-
zigheid van ammoniakdamp) en in
een opslagruimte voor sterke che-
micaliën.
Lange termijn
Alvorens uw motorfiets gedurende meer-
dere maanden aaneen te stallen:
1. Volg alle instructies op in de paragra-
af “Verzorging” in dit hoofdstuk.
2. Draai de hendel van de brandstofkra-
an naar “OFF”.
LET OP
LET OP
WAARSCHUWING
VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS
7-3
7
5WX-F819D-D3:5WX-F819D-D3 24/11/08 14:52 Página 77

YAMAHA MOTOR ESPAÑA, S.A.
PRINTED IN THE NETHERLANDS
2008.12
(D)
5WX-F819D-D3:5WX-F819D-D3 24/11/08 14:53 Página 88