302
AUTORADIO
Op een multimedia-CD zijn
naast muziekstukken ook
gegevens opgeslagen. Het
afspelen van dit type CD’s kan
piepgeluiden op een zodanig volu-
me opleveren, dat niet alleen de
verkeersveiligheid in gevaar komt,
maar waardoor ook de eindver-
sterker en de luidsprekers bescha-
digd kunnen worden.
MP3 CD-Speler
❒Functie MP3-Info (ID3-TAG);
❒Map (vorige/volgende) selecteren;
❒Muziekstuk selecteren (vooruit/achte-
ruit);
❒Muziekstukken snel vooruit-/terugspoe-
len;
❒Functie MP3 Display: weergave ma-
pnaam, ID3-TAG informatie, verstreken
speelduur vanaf het begin van het mu-
ziekstuk, bestandsnaam;
❒Lezen van audio- of gegevens-CD, CD-R
en CD-RW.
Audiosysteem
❒Functie Mute/Pauze;
❒Functie Soft Mute;
❒Functie Loudness (uitgezonderd uitvoe-
ringen met Bose HI-FI-systeem);
❒Grafische 7-kanaals equalizer (uitgezon-
derd uitvoeringen met Bose HI-FI-sy-
steem);
❒Gescheiden regeling bassen/hoge tonen;
❒Balansregeling kanalen rechts/links. CD-speler
❒CD direct selecteren;
❒Muziekstuk selecteren (vooruit/achte-
ruit);
❒Muziekstukken snel vooruit-/terugspoe-
len;
❒Functie CD Display: weergave benaming
CD, verstreken speelduur vanaf het begin
van het muziekstuk;
❒Lezen audio CD, CD-R en CD-RW.
ALGEMEEN
Het apparaat heeft de volgende functies:
Radio
❒PLL-tuner voor de golfbanden
FM/AM/MW/LW;
❒RDS (Radio Data System) met TA
(verkeersinformatie) - TP (verkeerspro-
gramma’s) - EON (Enhanced Other
Network) - REG (regionale program-
ma’s);
❒AF: zoeken naar alternatieve frequenties
in RDS;
❒voorbereid op ontvangst van alarmberi-
chten;
❒automatisch/handmatig afstemmen;
❒FM Multipath detector;
❒handmatig opslaan van 36 stations: 18
op de FM-golfband (6 op FM1, 6 op FM2
en 6 op FMT), 6 op de MW-golfband en
6 op de LW-golfband;
❒automatisch opslaan (functie AUTOSTO-
RE) van 6 stations op de betreffende FM-
band;
❒Functie SPEED VOLUME (uitgezonderd
uitvoeringen met Bose HI-FI audiosy-
steem): snelheidsafhankelijke volumere-
geling;
❒automatische stereo/mono-weergave.
293-318 Alfa 159 NL 21-10-2008 8:34 Pagina 302
303
AUTORADIO
FUNCTIES CD/CD-WISSELAAR
SELECTEREN
Druk herhaaldelijk kort op de knop CD om
achtereenvolgens de volgende audiobron-
nen te selecteren:
❒CD (alleen bij geladen CD);
❒WISSELAAR (CD-wisselaar - alleen als een
CD-wisselaar is aangesloten).
GEHEUGENFUNCTIE
AUDIOBRON
Als u naar een CD luistert en u selecteert een
andere audiobron (bijv. de radio), dan wordt
de weergave onderbroken. Wanneer u weer
terugkeert naar de CD-functie, wordt de
weergave hervat vanaf het punt waarop de-
ze werd onderbroken.
Als u naar de radio luistert en u selecteert
een andere functie en daarna weer de ra-
dio, dan wordt afgestemd op het laatst
gekozen station.
VOLUMEREGELING
Draai aan de ON/OFF knop om het volume
te regelen.
Als het volume wordt gewijzigd tijdens de
weergave van verkeersinformatie, dan blijft
deze nieuwe instelling slechts gehandhaafd
tot het einde van de verkeersinformatie.
SPEED VOLUME
(SNELHEIDSAFHANKELIJKE
SNELHEIDSREGELING)
(uitgezonderd uitvoeringen met
Bose HI-FI systeem)
Met deze functie wordt automatisch het vo-
lume verhoogd als de snelheid toeneemt,
waardoor het volumeniveau wordt aange-
past aan het achtergrondgeluid in het inte-
rieur.
Raadpleeg het onderdeel MENU voor het in-
en uitschakelen van deze functie.
AUTORADIO INSCHAKELEN
Druk voor het inschakelen van de autoradio
kort op de knop ON/OFF.
Als u de radio inschakelt, wordt het volu-
me ingesteld op de waarde 20 als het daar-
voor was ingesteld op een hogere waarde.
Als de radio wordt ingeschakeld terwijl de
contactsleutel uit het contact is gehaald, dan
schakelt de radio automatisch na circa 20
minuten uit. Na het automatisch uitschake-
len, kan de autoradio weer 20 minuten wor-
den ingeschakeld door op de ON/OFF knop
te drukken.
AUTORADIO UITSCHAKELEN
Houd de knop ON/OFF ingedrukt.
FUNCTIES RADIO
SELECTEREN
Druk herhaaldelijk kort op de knop FM-AS
om achtereenvolgens de volgende audio-
bronnen te selecteren:
❒TUNER (“FM1”, “FM2”, “FMT”);
Druk herhaaldelijk kort op de knop AM om
achtereenvolgens de volgende audiobron-
nen te selecteren:
❒TUNER (“MW”, “LW”).
F F
U U
N N
C C
T T
I I
E E
S S
E E
N N
I I
N N
S S
T T
E E
L L
L L
I I
N N
G G
E E
N N
293-318 Alfa 159 NL 21-10-2008 8:34 Pagina 303
304
AUTORADIO
AUDIO-INSTELLINGEN
De mogelijke instellingen in het menu zijn
afhankelijk van de gekozen audiobron:
AM/FM/CD/CDC.
Druk kort op de knop AUDIO om de Audio-
instellingen te wijzigen. Op de display ver-
schijnt het opschrift “BASS”.
De menufuncties kunnen worden doorlopen
met knop
NofO. De instelling van de
geselecteerde functie kan worden gewijzigd
met knop
÷of˜.
Op de display verschijnt de huidige status
van de geselecteerde functie.
De menufuncties zijn:
❒BASS (lage-tonenregeling);
❒TREBLE (hoge-tonenregeling);
❒BALANCE (regeling van balans links/re-
chts);
❒FADER (regeling van balans voor/achter);
❒LOUDNESS (uitgezonderd uitvoeringen
met Bose HI-FI-systeem) (in-/uitschake-
len van de LOUDNESS-functie);
❒EQUALIZER (uitgezonderd uitvoeringen
met Bose HI-FI-systeem) (inschakelen en
kiezen van de voorgeprogrammeerde
equalizerinstellingen);
❒USER EQUALISER (uitgezonderd uitvoerin-
gen met Bose HI-FI-systeem) (instellen van
persoonlijke equalizerinstellingen).
TOONREGELING
(bassen / hoge tonen)
Ga als volgt te werk:
❒Selecteer met knop NofOde instelling
“BASS” of “TREBLE” in het AUDIO-me-
nu;
❒druk op knop ÷of˜voor het ver-
sterken/afzwakken van de bassen of ho-
ge tonen.
Als u de knop kort indrukt, wijzigt het ge-
luidsniveau in stappen. Als u de knop inge-
drukt houdt, is de wijziging sneller.
BALANSREGELING
Ga als volgt te werk:
❒Selecteer met knop NofOde instelling
“BALANCE” in het AUDIO-menu;
❒druk op knop ÷om het geluid uit de
rechter luidsprekers te versterken of op
knop
˜om het geluid uit de linker
luidsprekers te versterken.
Als u de knop kort indrukt, wijzigt het ge-
luidsniveau in stappen. Als u de knop inge-
drukt houdt, is de wijziging sneller.
Selecteer de waarde “
÷0˜” als u
de audio-uitgangen rechts en links op de-
zelfde waarde wilt instellen.
FUNCTIE MUTE /PAUZE
(volume op nul zetten)
Druk voor het inschakelen van de Mute-func-
tie kort op de knop MUTE. Het volume
neemt geleidelijk af en op de display ver-
schijnt het opschrift “MUTE” (bij gebruik van
de radio) of “PAUSE” (bij gebruik van de
CD-speler of CD-wisselaar).
Druk voor het uitschakelen van de Mute-
functie nogmaals op de knop MUTE. Het vo-
lume wordt geleidelijk verhoogd tot op het
niveau dat daarvoor was ingesteld.
Als u het volumeniveau wijzigt met de daar-
voor bestemde knop, wordt de Mute-func-
tie uitgeschakeld en het volume ingesteld
op het nieuwe geselecteerde niveau.
Met ingeschakelde Mute-functie:
❒wordt bij verkeersinformatie (als de TA-
functie is ingeschakeld) of bij ontvangst
van een alarmbericht, de Mute-functie ge-
negeerd. Na beëindiging van het bericht,
wordt de functie weer ingeschakeld.
293-318 Alfa 159 NL 21-10-2008 8:34 Pagina 304
305
AUTORADIO
Functie PRESET/USER*/-
CLASSIC/ROCK/JAZZ(in-
/uitschakelen van de equalizer)
(uitgezonderd uitvoeringen met
Bose HI-FI systeem)
De geïntegreerde equalizer kan worden in-
of uitgeschakeld. Als de functie equalizer
niet is ingeschakeld, kunnen van de audio-
instellingen alleen de bassen (“BASS”) en
de hoge tonen (“TREBLE”) geregeld wor-
den, terwijl als de functie is ingeschakeld
ook het volume van frequentiebanden gewij-
zigd kan worden.
Selecteer voor het uitschakelen van de equa-
lizer de functie “PRESET” met de knop
÷of˜.
Selecteer voor het inschakelen van de equa-
lizer de knop
÷of˜een van de in-
stellingen:
❒“USER” (afstellen van de 7 banden van
de equalizer door de gebruiker);
❒“CLASSIC” (vooraf vastgestelde instelling
van de equalizer voor optimale weerga-
ve van klassieke muziek);
❒“ROCK” (vooraf vastgestelde instelling
van de equalizer voor optimale weerga-
ve van rock- en popmuziek);
❒“JAZZ” (vooraf vastgestelde instelling van
de equalizer voor optimale weergave van
jazzmuziek).
Als een van de instellingen van de equalizer
ingeschakeld is, verschijnt op de display het
opschrift “EQ”.*Functie USER EQ SETTINGS
(instellingen van de equalizer,
alleen als de instelling USER is
geselecteerd) (uitgezonderd
uitvoeringen met Bose HI-FI
systeem)
Selecteer voor een persoonlijke instelling
van de equalizer met knop
NofOUSER
en houd knop
Oeven ingedrukt.
Op de display verschijnt een diagram met 7
staafjes. Ieder staafje geeft een frequentie-
bereik aan. Selecteer het gewenste staafje
met knop
÷of˜; het geselecteer-
de staafje begint te knipperen en kan wor-
den geregeld met knop
NofO.
Druk voor het opslaan van de instelling
opnieuw op de knop AUDIO. Op de display
verschijnt het opschrift “USER EQ SET-
TINGS”.
DIEFSTALBEVEILIGING
Zie het hoofdstuk “CD-speler”
FADERREGELING
Ga als volgt te werk:
❒Selecteer met knop NofOde instelling
“FADER” in het AUDIO-menu;
❒druk op knop ÷om het geluid uit de
luidsprekers achter of op knop
˜om
het geluid uit de luidsprekers voor te ver-
sterken.
Als u de knop kort indrukt, wijzigt het ge-
luidsniveau in stappen. Als u de knop inge-
drukt houdt, is de wijziging sneller.
Selecteer de waarde “
÷0˜” als u
de audio-uitgangen voor en achter op de-
zelfde waarde wilt instellen.
FUNCTIE LOUDNESS
(uitgezonderd uitvoeringen met
Bose HI-FI systeem)
Met de loudness-functie verbetert de ge-
luidsweergave op een laag geluidsniveau,
omdat de bassen en hoge tonen versterkt
worden.
Selecteer voor het in-/uitschakelen met
knop
NofOde instelling “LOUDNESS” in
het AUDIO-menu. De werking van de func-
tie (in- of uitgeschakeld) wordt enige se-
conden op de display aangegeven door het
opschrift “LOUDNESS ON” of LOUDNESS
OFF”.
293-318 Alfa 159 NL 21-10-2008 8:34 Pagina 305
306
AUTORADIO
GOLFBAND SELECTEREN
Druk bij ingeschakelde Radio herhaaldelijk
kort op de knop FM of AM om de gewenste
golfband te selecteren.
Telkens als u op de knop drukt, wordt de
volgende golfband geselecteerd in de vol-
gorde:
❒Na indrukken van de knop FM: “FM1”,
“FM2”, “FMT”;
❒Na indrukken van de knop AM: , “MW”
e “LW”.
Elke band wordt op de display door een bij-
behorende mededeling aangegeven.
Er wordt afgestemd op het laatst geselec-
teerde station op de betreffende frequen-
tieband.
De FM-band is onderverdeeld in: FM1, FM2
en FMT; de FMT-golfband is gereserveerd voor
de stations die met de AutoSTorefunctie au-
tomatisch worden opgeslagen.
VOORKEUZEKNOPPEN
De knoppen met de symbolen van 1 tot 6
maken de volgende voorkeuze-instellingen
mogelijk:
❒18 op de FM-golfband (6 op FM1, 6 op
FM2, 6 op FMT);
❒6 op de MW-golfband;
❒6 op de LW-golfband;
Kies voor het oproepen van een voorkeu-
zestation, de gewenste golfband en druk
vervolgens kort op de betreffende voorkeu-
zeknop (tussen 1 en 6).
Als langer dan 2 seconden de betreffende
voorkeuzeknop wordt ingedrukt, wordt het
geselecteerde station opgeslagen. Als het
station is opgeslagen, klinkt er ter bevesti-
ging een geluidssignaal.
LAATST BELUISTERDE STATION
OPSLAAN
De radio onthoudt automatisch naar welk
station op de diverse golfbanden is gelui-
sterd. Op dit station wordt afgestemd als de
radio wordt ingeschakeld of wanneer van
golfband wordt gewisseld.
INLEIDING
Als u de autoradio inschakelt, dan wordt de
audiobron ingeschakeld die vóór het uit-
schakelen beluisterd werd (Radio, CD of CD-
wisselaar).
Om de Radio te selecteren tijdens het be-
luisteren van een andere audiobron, moet u
kort op de knop FM of AM drukken,
afhankelijk van de gewenste golfband.
Als de Radio is ingeschakeld, verschijnen op
de display de naam (alleen RDS-stations),
de frequentie van het geselecteerde station,
de geselecteerde golfband (bijv. FM1) en
het nummer van de voorkeuzeknop (bijv.
P1).
R R
A A
D D
I I
O O
( (
T T
U U
N N
E E
R R
) )
293-318 Alfa 159 NL 21-10-2008 8:34 Pagina 306
308
AUTORADIO
ONTVANGST VAN
NOODOPROEPEN
De autoradio is bij ingeschakeld RDS voor-
bereid op de ontvangst van alarmberichten
in geval van uitzonderlijke omstandigheden
of gebeurtenissen die gevaar kunnen ople-
veren (aardbevingen, overstromingen enz.).
Deze berichten worden uitgezonden op het
station waarop is afgestemd.
Deze functie wordt automatisch inge-
schakeld en kan niet worden uitgeschakeld.
Tijdens het uitzenden van een alarmbericht
verschijnt op de display het opschrift
“ALARM”. Tijdens het bericht wijzigt het vo-
lume van de autoradio op dezelfde wijze als
bij het weergeven van verkeersinformatie
(zie paragraaf “TA”).
EON
(Enhanced Other Network)
In enkele landen zijn netwerken geformeerd
van meerdere stations die verkeersinforma-
tie uitzenden. Als dit het geval is, wordt het
programma van het station waarnaar u lui-
stert tijdelijk onderbroken voor:
❒verkeersinformatie (alleen bij inge-
schakelde TA-functie);
❒regionale programma’s, iedere keer als
deze worden uitgezonden door een sta-
tion van hetzelfde netwerk.
UITZENDINGEN IN STEREO
Als het ontvangstsignaal te zwak is, wordt
de weergave automatisch veranderd van Ste-
reo in Mono.
MENU
Functies knop MENU
Druk voor het inschakelen van de Menu-
functie kort op de knop MENU. Op de di-
splay verschijnt het opschrift “MENU”.
De menufuncties kunnen worden doorlopen
met knop
NofO. De instelling van de ge-
selecteerde functie kan worden gewijzigd
met knop
÷of˜.
Op de display verschijnt de huidige status
van de geselecteerde functie.
De menufuncties zijn:
❒AF SWITCHING (ON/OFF)
❒TRAFFIC INFO (ON/OFF)
❒REGIONAL MODE regionale programma’s
(ON/OFF);
❒MP3 DISPLAY (instelling van MP3 CD di-
splay);
❒Automatische volumeregeling afhankelijk
van de voertuigsnelheid (SPEED VOLU-
ME) (uitgezonderd uitvoeringen met Bo-
se HI-FI-systeem)
❒EXTERNAL AUDIO VOL (wijze waarop de
externe audiobronnen worden geregeld)
❒RADIO OFF (uitschakelwijze).
❒RESTORE DEFAULT
Druk om het menu te verlaten opnieuw op
de knop MENU.
293-318 Alfa 159 NL 21-10-2008 8:34 Pagina 308
311
AUTORADIO
EXTERNAL AUDIO VOL
Met deze functie kan het volume van exter-
ne audiobronnen (van 0 tot 40) worden ge-
regeld of de bronnen worden uitgeschakeld
(OFF).
De functie kan worden in-/uitgeschakeld
met knop
÷of˜.
Op het display verschijnt de huidige status
van de functie:
❒“EXTERN FUNCTION OFF”: functie uit-
geschakeld.
❒“EXTERN VOLUME: 23”: functie inge-
schakeld met volumeregeling op 23.
Functie RADIO OFF
(in- en uitschakelwijze);
Met deze functie kan de uitschakelwijze van
de radio op twee manieren worden inge-
steld. De functie kan worden ingeschakeld
met knop
÷of˜.
Op de display verschijnt de gekozen wijze:
❒“00 MIN ”: uitschakelen afhankelijk van
sleutel; de radio wordt automatisch uit-
geschakeld als de sleutel uit het startsy-
steem wordt verwijderd;
❒“20 MIN”: uitschakeling onafhankelijk
van sleutel; de radio blijft gedurende
maximaal 20 minuten werken nadat de
sleutel uit het startsysteem is verwijderd.WAARSCHUWING Als de radio automatisch
wordt uitgeschakeld als de sleutel uit het
startsysteem wordt verwijderd (bij onmid-
dellijk uitschakelen of met een vertraging
van 20 minuten), dan wordt de radio au-
tomatisch ingeschakeld als de sleutel weer
in het startsysteem wordt geplaatst. Als de
radio daarentegen wordt uitgeschakeld met
de knop ON/OFF en de sleutel wordt in het
startsysteem geplaatst, blijft de radio uit.
RESTORE DEFAULT
Met deze functie kunt u alle oorspronkelijke
fabrieksinstellingen herstellen. De moge-
lijkheden zijn:
❒NO: geen restorewerkzaamheden;
❒YES: alle fabrieksinstellingen worden her-
steld. Tijdens het uitvoeren van deze func-
tie verschijnt “RESTORING”. Na deze
bewerking wijzigt de bron niet en zal de
oorspronkelijke situatie worden weerge-
geven. Functie SPEED VOLUME
(snelheidsafhankelijke
volumeregeling)
(uitgezonderd uitvoeringen
met Bose HI-FI systeem)
Met deze functie wordt automatisch het vo-
lume verhoogd als de snelheid toeneemt,
waardoor het volumeniveau wordt aange-
past aan het achtergrondgeluid in het inte-
rieur.
De functie kan worden in-/uitgeschakeld
met knop
÷of˜. Op het display ver-
schijnt de huidige status van de functie:
❒OFF: functie uitgeschakeld
❒LOW: functie ingeschakeld
(lage gevoeligheid)
❒HIGH: functie ingeschakeld
(hoge gevoeligheid).
293-318 Alfa 159 NL 21-10-2008 8:34 Pagina 311
312
AUTORADIO
CD-SPELER SELECTEREN
Ga voor het inschakelen van de geïnte-
greerde CD-speler als volgt te werk:
❒plaats een CD, bij ingeschakeld apparaat:
de weergave start vanaf het eerste mu-
ziekstuk;
of
❒schakel als er reeds een CD in de speler
zit, de autoradio in en druk vervolgens
kort op de knop CD om de CD-speler te
selecteren: de weergave start vanaf het
laatst beluisterde muziekstuk.
Voor een optimale weergave raden wij aan
originele CD’s te gebruiken. Als u een CD-
R/RW gebruikt, dan moet deze van goe-
de kwaliteit zijn en tijdens het opnemen op
de laagst mogelijke snelheid zijn beschre-
ven.
LADEN/UITWERPEN
VAN DE CD
Steek de CD voorzichtig in de opening, zo-
dat de CD automatisch en op de juiste wij-
ze in de speler wordt geladen.
Druk bij ingeschakeld apparaat op knop
ı
voor het automatisch uitwerpen van de CD.
Na het uitwerpen wordt de audiobron inge-
schakeld die beluisterd werd voordat de CD
werd weergegeven.
Als de CD niet uit de speler wordt verwijderd,
dan wordt de CD na ongeveer 20 secon-
den automatisch weer geladen en wordt af-
gestemd op de Tuner (Radio).
De CD kan niet worden uitgeworpen bij uit-
geschakelde autoradio.
Als u de uitgeworpen CD weer in de speler
plaatst zonder dat hij volledig uit de opening
is verwijderd, dan schakelt de radio niet over
op de CD-speler.
INLEIDING
Dit hoofdstuk bevat de specifieke instructies
voor de werking van de CD-speler: voor een
beschrijving van de werking van de autora-
dio, zie het hoofdstuk “FUNCTIES IN IN-
STELLINGEN”.
C C
D D
- -
S S
P P
E E
L L
E E
R R
293-318 Alfa 159 NL 21-10-2008 8:34 Pagina 312