BESCHRIJVING
2-2
2
DAU10420
Aanzicht rechterzijde1. Bagageriembevestiging (pagina 3-25)
2. Helmbevestiging (pagina 3-19)
3. Zekeringenkastje 1 (pagina 6-31)
4. Hoofdzekering (pagina 6-31)
5. Zekering brandstofinjectiesysteem (pagina 6-31)
6. Accu (pagina 6-30)
7. Luchtfilterelement (pagina 6-17)
8. Vloeistofreservoir voorrem (pagina 6-23)9. Radiatorvuldop (pagina 6-14)
10.Koelvloeistofreservoir (pagina 6-14)
11.Olievuldop (pagina 6-11)
12.Aftapplug koelvloeistof (pagina 6-15)
13.Peilstok (pagina 6-11)
14.Rempedaal (pagina 3-16)
15.Vloeistofreservoir achterrem (pagina 6-23)
U2C0D1D0.book Page 2 Tuesday, July 11, 2006 11:25 AM
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-15
6
LET OP:
DCA10471
Als er geen koelvloeistof voorhan-
den is, gebruik in plaats daarvan
dan gedistilleerd water of zacht lei-
dingwater. Gebruik geen hard water
of zout water, hierdoor kan de mo-
tor worden beschadigd.
Vervang, indien water in plaats van
koelvloeistof is gebruikt, het water
zo snel mogelijk door koelvloeistof.
Anders is het koelsysteem niet be-
schermd tegen vorst en corrosie.
Als water aan de koelvloeistof is
toegevoegd, vraag dan zo snel mo-
gelijk een Yamaha dealer het anti-
vriespercentage van de
koelvloeistof te controleren, anders
zal de koelvloeistof minder effectiefzijn.WAARSCHUWING
DWA10380
Verwijder de koelvloeistofradiator-vuldop nooit terwijl de motor nog heet is.
5. Monteer het paneel.OPMERKING:
De radiatorkoelvinnen schakelen auto-
matisch aan of uit, afhankelijk van de
temperatuur van de koelvloeistof in de
koelvloeistofradiator.
Als de motor oververhit raakt, staan op
pagina 6-40 nadere instructies ver-meld.
DAU39002
Verversen van de koelvloeistof
1. Zet de machine op een vlakke onder-
grond en laat het motorblok indien no-
dig afkoelen.
2. Verwijder de stroomlijnpanelen D en
E. (Zie pagina 6-6.)3. Schuif een opvangbak onder de motor
om de gebruikte koelvloeistof op te
vangen.
4. Verwijder de radiatorvuldop.
WAARSCHUWING
DWA10380
Verwijder de koelvloeistofradiator-vuldop nooit terwijl de motor nog heet is.
5. Verwijder de aftapplug voor koelvloei-
stof om het koelsysteem leeg te ma-
ken.
6. Verplaats de slangklem in de getoon-
de richting, en ontkoppel dan de radia-
torslang om de radiator te legen.
1. Dop koelvloeistofreservoirInhoud koelvloeistofreservoir (tot
aan de merkstreep voor maximumni-
veau):
0.25 L (0.26 US qt) (0.22 Imp.qt)
1. Radiatorvuldop
U2C0D1D0.book Page 15 Tuesday, July 11, 2006 11:25 AM
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-16
6
7. Verwijder het koelvloeistofreservoir
door de bouten los te halen.
8. Verwijder de dop van het koelvloei-
stofreservoir en keer dan het koelvloei-
stofreservoir ondersteboven om het
leeg te maken.9. Spoel het koelsysteem grondig door
met schoon leidingwater, nadat alle
koelvloeistof is uitgestroomd.
10. Monteer het koelvloeistofreservoir
door de bouten aan te brengen.
11. Sluit de radiatorslang aan, en zet de
slangklem daarna weer terug in de
oorspronkelijke positie.
12. Breng de aftapplug voor koelvloeistof
aan en zet deze dan vast met het voor-
geschreven aanhaalmoment.
OPMERKING:Controleer of de onderlegring beschadigd isen vervang indien nodig.13. Giet de aanbevolen koelvloeistof in het
reservoir tot aan de merkstreep voor
maximumniveau en breng dan de dop
van het koelvloeistofreservoir aan.
14. Giet de aanbevolen koelvloeistof in de
koelvloeistofradiator tot hij vol is.
LET OP:
DCA10471
Als er geen koelvloeistof voorhan-
den is, gebruik in plaats daarvan
dan gedistilleerd water of zacht lei-
1. Aftapplug koelvloeistof
2. Slangklem
3. Radiatorslang
1. Dop koelvloeistofreservoir
2. Koelvloeistofreservoir
3. Bout
Aanhaalmoment:
Aftapplug koelvloeistof:
10 Nm (1.0 m·kgf, 7.2 ft·lbf)
Mengverhouding antivries/water:
1:1
Aanbevolen antivries:
Hoogwaardige ethyleenglycol anti-
vries met corrosieremmers voor alu-
minium motoren
Hoeveelheid koelvloeistof:
Inhoud radiator (inclusief alle leidin-
gen):
2.30 L (2.43 US qt) (2.02 Imp.qt)
Inhoud koelvloeistofreservoir (tot aan
de merkstreep voor maximumni-
veau):
0.25 L (0.26 US qt) (0.22 Imp.qt)
U2C0D1D0.book Page 16 Tuesday, July 11, 2006 11:25 AM
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-17
6
dingwater. Gebruik geen hard water
of zout water, hierdoor kan de mo-
tor worden beschadigd.
Vervang, indien water in plaats van
koelvloeistof is gebruikt, het water
zo snel mogelijk door koelvloeistof.
Anders is het koelsysteem niet be-
schermd tegen vorst en corrosie.
Als water aan de koelvloeistof is
toegevoegd, vraag dan zo snel mo-
gelijk een Yamaha dealer het anti-
vriespercentage van de
koelvloeistof te controleren, anders
zal de koelvloeistof minder effectiefzijn.
15. Breng de radiatorvuldop aan, start de
motor, laat een paar minuten stationair
draaien en zet hem dan uit.
16. Verwijder de radiatorvuldop om het
koelvloeistofniveau in de radiator te
controleren. Vul indien nodig zoveel
koelvloeistof bij tot het niveau bovenin
de radiator staat en breng dan de ra-
diatorvuldop aan.
17. Start de motor en controleer dan of er-
gens aan de machine lekkage te zien
is. Vraag in dat geval een Yamaha
dealer het koelsysteem te controleren.
18. Breng de stroomlijnpanelen aan.
DAU36762
Luchtfilterelement Het luchtfilterelement moet worden vervan-
gen volgens de intervalperioden vermeld in
het periodieke smeer- en onderhoudssche-
ma. Vraag een Yamaha dealer het luchtfil-
terelement te vervangen.
DAU21381
Controleren van de vrije slag
gaskabel De vrije slag van de gaskabel dient 3.0–5.0
mm (0.12–0.20 in) te bedragen bij de gas-
greep. Controleer de vrije slag van de gas-
kabel regelmatig en laat de vrije slag indien
nodig afstellen door een Yamaha dealer.1. Vrije slag gaskabel
U2C0D1D0.book Page 17 Tuesday, July 11, 2006 11:25 AM
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-31
6
DAU23703
Zekeringen vervangen De hoofdzekering en zekeringenkastje 1
bevinden zich onder het bestuurderszadel.
(Zie pagina 3-18.)
Zekeringenkastje 2 bevindt zich onder pa-
neel A. (Zie pagina 6-6.)Vervang een zekering als volgt als deze is
doorgebrand.
1. Draai de contactsleutel naar “OFF” en
schakel het betreffende elektrische cir-
cuit uit.
2. Verwijder de doorgebrande zekering
en breng een nieuwe zekering met de
voorgeschreven ampèrewaarde aan.
LET OP:
DCA10640
Gebruik geen zekering met een hoger
ampèrage dan is voorgeschreven, om
ernstige schade aan het elektrisch sys-
teem en mogelijk brandgevaar te vermij-den.
3. Draai de contactsleutel naar “ON” en
schakel het betreffende elektrische cir-
cuit in om te zien of de apparatuur
werkt.
1. Hoofdzekering
2. Reservezekering brandstofinjectiesysteem
3. Zekering brandstofinjectiesysteem
4. Zekeringenkastje 1
5. Reservezekering
6. Zekering ETV (elektronische smoorklep)
7. Backup-zekering (voor kilometerteller, klok
en startblokkeersysteem)
1. Zekeringenkastje 2
2. Zekering rechter radiatorkoelvin
3. Zekering linker radiatorkoelvin
4. Zekering signaleringssysteem
5. Zekering ontstekingssysteem
6. Zekering achterlichtcircuit
7. Koplampzekering
8. Reservezekering
Voorgeschreven zekeringen:
Hoofdzekering:
50.0 A
Zekering brandstofinjectiesysteem:
15.0 A
Zekering elektronische smoorklep:
7.5 A
Backup-zekering:
7.5 A
Zekering radiatorkoelvin:
15.0 A × 2
Zekering ontstekingssysteem:
15.0 A
Zekering signaleringssysteem:
10.0 A
Zekering achterlichtcircuit:
7.5 A
Koplampzekering:
15.0 A
U2C0D1D0.book Page 31 Tuesday, July 11, 2006 11:25 AM
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-41
6
Oververhitte motor
WAARSCHUWING
DWAT1040
Verwijder de radiatorvuldop niet terwijl de motor en de koelvloeistofradiator nog heet zijn. Hete vloeistof en stoom kunnen
naar buiten spuiten en zo ernstige brandwonden veroorzaken. Wacht tot de motor is afgekoeld.
Breng een dikke doek, bijvoorbeeld een handdoek, aan over de radiatorvuldop en draai deze dan langzaam linksom tegen
de aanslag zodat de nog aanwezige druk kan ontsnappen. Druk de dop omlaag zodra het sisgeluid stopt en draai deze links-om en verwijder de dop.
OPMERKING:Als geen koelvloeistof beschikbaar is, kan tijdelijk leidingwater worden gebruikt, maar dit moet wel zo snel mogelijk door de voorgeschre-ven koelvloeistof worden vervangen.
Wacht tot de
motor is afgekoeld.
Controleer het
koelvloeistofniveau in het
reservoir en in de radiator.
Het koelvloeistofniveau is
in orde. Het koelvloeistofniveau is
laag. Controleer het
koelsysteem op lekkage.
Vraag een Yamaha dealer het
koelsysteem te controleren en te
repareren.Vul koelvloeistof bij.
(Zie OPMERKING.)
Start de motor. Vraag een Yamaha dealer het koelsysteem
te controleren en te repareren als de motor opnieuw
oververhit raakt.
Er is lekkage.
Er is geen
lekkage.
U2C0D1D0.book Page 41 Tuesday, July 11, 2006 11:25 AM
SPECIFICATIES
8-1
8
Afmetingen:Totale lengte:
2040 mm (80.3 in)
Totale breedte:
700 mm (27.6 in)
Totale hoogte:
1100 mm (43.3 in)
Zadelhoogte:
850 mm (33.5 in)
Wielbasis:
1380 mm (54.3 in)
Grondspeling:
130 mm (5.12 in)
Kleinste draaicirkel:
3600 mm (141.7 in)Gewicht:Incl. olie en brandstof:
182.0 kg (401 lb)Motor:Type motor:
Vloeistofgekoeld, 4-takt, DOHC
Cilinderopstelling:
4-cilinder, parallel vooroverhellend
Slagvolume:
599.0 cm³
Boring × slag:
67.0 × 42.5 mm (2.64 × 1.67 in)
Compressieverhouding:
12.80 :1
Startsysteem:
Elektrische startmotor
Smeersysteem:
Wet sump
Motorolie:Type:
SAE10W30 of SAE10W40 of SAE15W40
of SAE20W40 of SAE20W50
Aanbevolen kwaliteit motorolie:
Type API service SG of hoger, JASO MA
norm
Hoeveelheid motorolie:
Zonder vervanging van oliefilterpatroon:
2.40 L (2.54 US qt) (2.11 Imp.qt)
Met vervanging van oliefilterpatroon:
2.60 L (2.75 US qt) (2.29 Imp.qt)Koelsysteem:Inhoud koelvloeistofreservoir (tot aan de
merkstreep voor maximumniveau):
0.25 L (0.26 US qt) (0.22 Imp.qt)
Inhoud radiator (inclusief alle leidingen):
2.30 L (2.43 US qt) (2.02 Imp.qt)Luchtfilter:Luchtfilterelement:
Papieren element met oliecoating
Brandstof:Aanbevolen brandstof:
Uitsluitend loodvrije superbenzine
Inhoud brandstoftank:
17.5 L (4.62 US gal) (3.85 Imp.gal)
Hoeveelheid reservebrandstof:
3.5 L (0.92 US gal) (0.77 Imp.gal)Brandstofinjectie:Fabrikant:
DENSO
Model/hoeveelheid:
297500-0640/4, 297500-0660/4Bougie(s):Fabrikant/model:
NGK/CR10EK
Elektrodenafstand:
0.6–0.7 mm (0.024–0.028 in)Koppeling:Type koppeling:
Nat, meervoudige plaatVersnellingsbak:Primair reductiesysteem:
Recht tandwiel
Primaire reductieverhouding:
85/41 (2.073)
Secundair reductiesysteem:
Kettingaandrijving
Secundaire reductieverhouding:
45/16 (2.813)
Type versnellingbak:
Constant mesh, 6 versnellingen
Bediening:
Bediening met linkervoet
-20 -10 0
10 20 30
40
50 ˚C
SAE 10W-30
SAE 15W-40SAE 20W-40SAE 20W-50
SAE 10W-40
U2C0D1D0.book Page 1 Tuesday, July 11, 2006 11:25 AM
SPECIFICATIES
8-3
8
Elektrische installatie:Ontstekingssysteem:
Transistorontsteking (digitaal)
Laadsysteem:
Wisselstroomdynamo met permanente
magnetenAccu:Model:
YTZ10S
Voltage, capaciteit:
12 V, 8.6 AhKoplamp:Type gloeilamp:
HalogeenlampGloeilampen voltage, wattage × aantal:Koplamp:
12 V, 55.0 W × 2
Achterlicht/remlicht unit:
LED
Voorste richtingaanwijzer:
12 V, 10.0 W × 2
Achterste richtingaanwijzer:
12 V, 10.0 W × 2
Parkeerlicht:
12 V, 5.0 W × 1
Kentekenverlichting:
12 V, 5.0 W × 1
Instrumentenverlichting:
LED
Controlelampje vrijstand:
LED
Controlelampje grootlicht:
LEDWaarschuwingslampje olieniveau:
LED
Controlelampje richtingaanwijzers:
LED
Controlelampje brandstofniveau:
LED
Waarschuwingslampje
koelvloeistoftemperatuur:
LED
Waarschuwingslampje motorstoring:
LED
Controlelampje startblokkering:
LED
Controlelampje schakelmoment:
LED
Zekeringen:Hoofdzekering:
50.0 A
Koplampzekering:
15.0 A
Zekering achterlichtcircuit:
7.5 A
Zekering signaleringssysteem:
10.0 A
Zekering ontstekingssysteem:
15.0 A
Zekering radiatorkoelvin:
15.0 A × 2
Zekering brandstofinjectiesysteem:
15.0 A
Backup-zekering:
7.5 A
Zekering elektronische smoorklep:
7.5 A
U2C0D1D0.book Page 3 Tuesday, July 11, 2006 11:25 AM