197
BELANGRIJKDe remvloeistof is
hygroscopisch (trekt water aan).
Daarom verdient het aanbeveling,
als de auto overwegend wordt
gebruikt in gebieden met een hoge
luchtvochtigheid, de vloeistof vaker
te vervangen dan in het onderhouds-
schema staat aangegeven.LUCHTFILTER
Het luchtfilter is verbonden met de
systemen die de luchttemperatuur
en luchthoeveelheid meten. Deze
sturen elektrische signalen naar de
regeleenheid, die noodzakelijk zijn
voor een correct functioneren van
het inspuitings-/ontstekingssysteem.
Voor de juiste werking van de
motor, een laag verbruik en een lage
uitstoot van uitlaatgassen, is het
daarom noodzakelijk dat het lucht-
inlaatsysteem altijd in perfecte con-
ditie is. De remvloeistof is giftig
en corrosief. Onderdelen
die per ongeluk in contact
komen met de vloeistof moeten
direct worden schoongemaakt
met water en zeep en daarna goed
worden afgespoeld. Bij inslikken
dient onmiddellijk een arts te
worden geraadpleegd.
Het symbool
πop het
reservoir geeft aan dat
synthetische remvloeistof
en geen minerale vloeistof moet
worden gebruikt. Het gebruik van
vloeistoffen met andere specifica-
ties moet absoluut worden ver-
meden, omdat de rubbers in het
remsysteem door deze vloeistof-
fen kunnen worden beschadigd.
De beschrijving van de
procedure voor het ver-
vangen van het filter dient
slechts ter informatie. Wendt u
tot de Lancia-dealer om deze
werkzaamheden uit te laten voe-
ren.
KOPLAMP-
SPROEIERS
(indien aanwezig - fig. 19)
Controleer regelmatig of de kop-
lampsproeiers schoon en in goede
staat zijn.
De koplampsproeiers werken auto-
matisch als het dim-/grootlicht
brandt en de ruitensproeiers worden
ingeschakeld.
CARROSSERIE
BESCHERMING TEGEN ATMOS-
FERISCHE INVLOEDEN
De belangrijkste oorzaken van
roest zijn:
– luchtverontreiniging;
– zoutgehalte in de lucht en lucht-
vochtigheid (gebieden aan zee,
warm en vochtig klimaat);
– omgevings-/seizoensinvloeden.
Ook de invloed van schurende ele-
menten, zoals stoffige omgeving,
opwaaiend zand, modder en steen-
slag op de lak en de onderzijde moet
niet worden onderschat.
Lancia heeft voor de Lancia
Phedra de beste technologische
oplossingen toegepast om de carros-
serie efficiënt tegen roest te bescher-
men.De belangrijkste zijn:
– de toepassing van aangepaste
spuittechnieken en lakproducten die
de auto de benodigde weerstand
tegen roest en schurende elementen
verlenen;
– het gebruik van verzinkte (of
voorbehandelde) plaatdelen met een
hoge corrosiebestendigheid;
– het aanbrengen van een gespoten
beschermende waslaag op de onder-
zijde, in de wielkuipen, in de motor-
ruimte en verschillende holle ruim-
tes, met een hoog beschermend ver-
mogen;
– het aanbrengen van een bescher-
mende kunststof laag op kwetsbare
delen: onderzijde van de portieren,
binnenzijde van de spatborden,
naden, randen, enz.;
– toepassing van “open” holle
ruimtes om condensvorming te voor-
komen en binnendringend water af
te voeren, waardoor roest van bin-
nenuit wordt voorkomen.
208
fig. 19
L0B0181b
Was de auto nooit in de zon of als
de motorkap nog warm is: omdat
dan de glans van de lak kan afne-
men.
De kunststof carrosseriedelen kun-
nen op dezelfde wijze worden gewas-
sen als de gespoten carrosseriedelen.
BELANGRIJKVerwijder de
antenne van het dak om te voorko-
men dat deze beschadigt in een
wastunnel.
Parkeer de auto niet onder bomen,
aangezien harsdruppels bij langere
inwerking de lak kunnen beschadi-
gen, waardoor de kans op roestvor-
ming wordt vergroot.
BELANGRIJKVogeluitwerpselen
dienen zo snel en zo goed mogelijk
van de lak verwijderd te worden,
omdat door de agressieve bestand-
delen de lak kan beschadigen.Ruiten
Gebruik voor het schoonmaken
van de ruiten een daarvoor geschikt
schoonmaakmiddel. Gebruik een
schone, zachte doek om krassen en
beschadigingen te voorkomen.
BELANGRIJKLet er bij het
schoonmaken van de binnenzijde
van de achterruit op, dat de elektri-
sche weerstandsdraden van de ach-
terruitverwarming niet worden
beschadigd. Veeg voorzichtig in de
richting van de draden.
Motorruimte
Het verdient aanbeveling de
motorruimte na het winterseizoen
zorgvuldig te laten uitspuiten, waar-
bij er op moeten worden gelet dat de
waterstraal niet direct de elektroni-
sche regeleenheden raakt. Daarom
raden wij u aan om dit door een
gespecialiseerd bedrijf te laten ver-
zorgen.Schoonmaakmiddelen
verontreinigen het water.
Daarom moet de motor-
ruimte bij voorkeur worden uit-
gespoten op een plaats waar het
afvalwater direct wordt opgevan-
gen en gezuiverd.
BELANGRIJKVoor het uitspuiten
van de motorruimte moet de con-
tactsleutel in stand Sstaan en de
motor koud zijn. Controleer na het
reinigen of de verschillende bescher-
mingen (rubber kappen, deksels,
enz.) nog op hun plaats zitten en
niet beschadigd zijn.
210
218
TRANSMISSIE
KOPPELING
Hydraulisch bediend.
HANDGESCHAKELDE VER-
SNELLINGSBAK
Vijf gesynchroniseerde versnellin-
gen vooruit en één versnelling ach-
teruit.
ELEKTRONISCH GEREGELDE
AUTOMATISCHE VERSNEL-
LINGSBAK
Met twee manieren van werking:
– gefaseerd sequentieel;
– automatisch.
REMMEN
VOETREM
Met schijfremmen voor en achter
met zwevende remtangen met
mechanisme voor corrigeren van de
speling en zuiger voor ieder wiel.
Bekrachtigd hydraulisch remsys-
teem met twee onafhankelijke dia-
gonaal gescheiden hydraulische cir-
cuits. Het systeem is uitgerust met
de volgende elektronische hulpsyste-
men:
– ABS met elektronische remdruk-
verdeling EBD;
– HBA
– TC + ASR
– MSR
– ESP.
HANDREM
De handrem werkt d.m.v. een
handremhefboom op de remtangen
van de achterwielen.
WIELOPHANGING
VOORWIELOPHANGING
Onafhankelijke wielophanging,
type McPherson met:
– hydraulische, dubbelwerkende
telescopische schokdemper;
– gedesaxeerd ten opzichte van de
schokdemper geplaatste schroefveren
met aanslagrubbers;
– stabilisatorstang verbonden met
de schokdemper en wieldraagarmen.
220
WIELUITLIJNING
Toespoor gemeten tussen de vel-
granden van de voorwielen bij een
onbelaste auto:
– toespoor: 2 mm per wiel
Toespoor gemeten tussen de vel-
granden van de achterwielen bij een
onbelaste auto:
– toespoor: 5 mm ± 1 per wiel
WINTERBANDEN
Zie de aanwijzingen in het hoofd-
stuk “Wegwijs in uw auto”.
SNEEUWKETTINGEN
Zie de aanwijzingen in het hoofd-
stuk “Wegwijs in uw auto”.VERKLARING VAN DE CODE-
RING OP DE BANDEN
Bijvoorbeeld: 205/65 R 15 94 H
205 =Nominale breedte (afstand
in mm tussen de flanken).
65 =Hoogte/breedte-verhouding
(percentage).
R =Radiaalband.
15 =Diameter van de velg in inch.
94 =Beladingsindex (draagvermo-
gen).
H =Maximum snelheid .Beladingsindex (draagvermogen)
60 =250 kg85 =500 kg
61 =250 kg85 =515 kg
62 =257 kg86 =530 kg
63 =265 kg87 =545 kg
64 =272 kg88 =560 kg
65 =280 kg89 =580 kg
66 =290 kg90 =600 kg
67 =300 kg91 =615 kg
68 =307 kg92 =630 kg
69 =315 kg93 =650 kg
70 =325 kg94 =670 kg
71 =335 kg95 =690 kg
72 =345 kg96 =710 kg
73 =355 kg97 =730 kg
74 =365 kg98 =750 kg
75 =375 kg99 =775 kg
76 =387 kg100 =800 kg
77 =400 kg101 =825 kg
78 =412 kg102 =850 kg
79 =425 kg103 =875 kg
80 =437 kg104 =900 kg
81 =450 kg105 =925 kg
82 =462 kg106 =950 kg
83 =487 kg
229
BRANDSTOFVER-
BRUIK
Het brandstofgebruik dat in de
tabellen is opgenomen, is gemeten
volgens een vastgestelde testmetho-
de die in EU-normen is vastgelegd.
Het brandstofverbruik is gemeten:
– een stadsrit:opgebouwd uit een
koude start gevolgd door een gesi-
muleerde, normale testrit in stads-
verkeer;– een rit buiten de stad:hierbij
wordt veelvuldig geaccelereerd in
alle versnellingen en wordt een nor-
maal gebruik van de auto buiten de
stad gesimuleerd. De snelheid
varieert tussen de 0 en 120 km/h;
– een gecombineerd traject:voor
het bepalen van het gecombineerde
brandstofverbruik telt de waarde
van de stadsrit mee voor 37% en de
waarde van de testrit buiten de stad
voor 63%.BELANGRIJKHet soort wegdek,
bedrijfsomstandigheden, verkeerssi-
tuatie, atmosferische omstandighe-
den, rijstijl, algemene conditie van
de auto, uitrustingsniveau, gebruik
van de airconditioning, lading van
de auto, imperiaal op het dak en de
aanwezigheid van andere accessoires
die de aërodynamica kunnen beïn-
vloeden, kunnen in de praktijk een
brandstofverbruik opleveren, dat
afwijkt van de resultaten die tijdens
de hierboven beschreven tests zijn
bereikt (zie “Kostenbesparing en
beperking van uitstoot van schade-
lijke uitlaatgassen” in het hoofdstuk
“Correct gebruik van de auto”).
Brandstofverbruik volgens EU-normen 1999/100 (liter x 100 km)
Stadsverkeer
Buitenweg
Gecombineerd2.0 16V
12,3
7,3
9,12.0 JTD
9,4
5,9
7,2 2.0
16V aut.
13,7
7,3
9,63.0 V6
15,8
9,0
11,52.2 JTD
10,1
5,9
7,4
233
Dorpelverlichting
-gloeilamp vervangen .............169
Driewegkatalysator (katalysator) .4
E.B.D. (elektronische
remdrukregeling) ..................118
E.G.R. (Uitlaatgasrecirculatie-
systeem) ....................................5
Economisch en milieubewust
rijden .....................................146
Elastische banden......................100
Elektrische ruitbediening .........104
-anti-letselsysteem ..................104
-bedieningsknoppen
bestuurderszijde .....................105
-bedieningsknoppen
passagierszijde ......................106
-bedieningsknoppen
zijschuifdeuren .......................106
Elektronisch dimbare
achteruitkijkspiegel .................36
Elektronisch geregelde aut.
versnellingsbak .......................90
-akoestisch
waarschuwingssysteem ............96
-auto stilzetten ...........................95-display ....................................91
-motor starten ..........................92
-rijden met automatische
versnellingsbak.........................94
-selectorhendel...........................91
-sequentieel rijden .....................93
-slepen van de auto ................181
-specificaties ...........................218
-stand van de hendel .................91
-storingsmeldingen ...................95
-wegrijden met de auto .............93
Elektronische regeleenheden
(aanwijzingen) ......................203
Elektronische remdrukverdeling
EBD .......................................118
Elektronische snelheidsregeling
(Cruise Control) ......................88
Emissiereductiesystemen ...........4-5
EOBD-systeem .........................123
ESP-systeem ............................119
-ASR ......................................121
-inschakeling ESP-systeem ......121
-MSR-systeem ........................122
-storingsmeldingen ..................121
-TC ........................................121
-werking .................................120
Extra accessoires ......................132Extra portiervergrendeling ..........24
Flessenhouder/bekerhouder/
blikjeshouder............................98
Follow me home (vertraagde
uitschakeling verlichting) ........79
Gebruik van de auto en praktische
tips ........................................135
Gereedschap .....................156-157
Gewichten ................................225
Gloeilamp (vervangen) .............159
-achterlichtunit .......................166
-algemene aanwijzingen ........ 160
-gloeilamp vervangen
buitenverlichting ...................162
-koplampunit voor ..................162
-lampentabel ..........................161
-lamptypen .............................160
Gordelspanners
(veiligheidsgordels) .................41
Grootlicht
-bediening ................................80
-gloeilamp vervangen .............163
-grootlichtsignaal ......................81
Grootlichtsignaal ........................81
234
Handgeschakelde
versnellingsbak .......................89
-specificaties ...........................218
Handgrepen ................................99
Handrem .....................................87
HBA (systeem) ..........................119
Headbag ...................................126
Hendels aan het stuur ................79
-hendel links .............................79
-hendel rechts ...........................82
Hoofdsteunen ..............................34
Identificatiegegevens ...............212
-chassisnummer ......................214
-motornummer .......................212
-plaatje met informatie over de
carrosserielak ........................214
-typeplaatje met
identificatiegegevens .............213
Inspuiting/ontsteking
-specificaties ...........................217
Instrumenten ........................54-55
Instrumenten
(lichtsterkteregeling) ...............54
Instrumentenpaneel ....................52-lichtsterkteregeling
instrumentenpaneel .................54
Interieur (onderhoud) ..............211
Interieuruitrusting ......................96
Isofix (kinderzitje) .........49-50 - 51
Kentekenplaatverlichting
-gloeilamp vervangen .............167
Kilometerteller totaal en
dagstand ............................54-57
Kinderen veilig vervoeren ............44
Kinderveiligheidsslot
-elektrisch bediend ....................25
-mechanisch bediend .................25
Kinderzitjes ................................44
-geschiktheid zitplaatsen voor
gebruik kinderzitjes .................48
-montagevoorbereiding kinder-
zitjes “Isofix” ..........................49
Kinderzitjes “Isofix” (inbouwvoor-
bereiding ) ..............................49
Klimaatregeling ..........................66
-uitstroomopeningen en
luchtroosters ......................67-68
Koelvloeistof .............................194Koelvloeistoftemperatuur-
meter .................................55-56
Koplampen
-automatische inschakeling .......80
-gasontladingslampen (xenon) 114
-hoogteregelaars .....................115
-koplampen afstellen ..............115
Koplampsproeiers
-bediening ............................. 208
-ruitensproeiervloeistof ...........195
Koppeling
-technische gegevens ................218
Kostenbesparing en beperking
van de uitstoot van schadelijke
uitlaatgassen .........................143
Krik ...........................155-156-157
Lak
-behoud ...................................209
Lambdasondes .............................4
Lancia CODE .............................12
-CODE-card .............................15
Lekke band
(wiel verwisselen) ..................153
Lichtsterkteregeling
instrumentenpaneel .................54