DAU04575
INLEIDING
Welkom in de wereld van Yamaha rijders!
Als eigenaar van de TW125 profiteert u van Yamaha’s ervaring en technische kennis in het ontwerpen en fabri-
ceren van producten van topkwaliteit, waarmee Yamaha haar verdiende reputatie van betrouwbaarheid heeft
verworven.
Neem de tijd om deze handleiding aandachtig door te lezen, zodat u alle voordelen van uw TW125 optimaal
kunt benutten. Deze gebruikershandleiding geeft instructies over bediening, inspectie en onderhoud van de
motorfiets, terwijl ook wordt beschreven hoe u uzelf en anderen persoonlijk letsel en schade kunt besparen.
De vele tips in deze handleiding helpen u bovendien om uw motorfiets in optimale conditie te houden. Als er ten-
slotte toch nog vragen zijn, aarzel dan niet en neem contact op met de Yamaha dealer.
Het Yamaha team wenst u vele veilige en plezierige ritten toe. En vergeet niet, veiligheid voor alles!
5RS-9-D1 (Dutch) 8/28/02 12:00 PM Page 1
4-2
CONTROLES VOOR HET STARTEN
4
Gasgreep•Controleer of de werking soepel is.
•Controleer de vrije slag van de kabel.
•Vraag zo nodig de Yamaha dealer om de vrije slag van de kabel af te stellen, en
de kabel en het kabelhuis te smeren.6-15, 6-28
Bedieningskabels•Controleer of de werking soepel is.
•Smeer als dat nodig is.6-27
Aandrijfketting•Controleer of de ketting correct is aangespannen.
•Stel zo nodig bij.
•Controleer de conditie van de ketting.
•Smeer als dat nodig is.6-25–6-27
Wielen en banden•Controleer op schade.
•Controleer de conditie van de band en de profieldiepte.
•Controleer de bandspanning.
•Corrigeer als dat nodig is.6-16–6-19
Rem- en schakelpedalen•Controleer of de werking soepel is.
•Smeer de pedaalscharnierpunten als dat nodig is.6-28
Rem- en koppelingshendels•Controleer of de werking soepel is.
•Smeer zo nodig de hendelscharnierpunten.6-29
Zijstandaard•Controleer of de werking soepel is.
•Smeer zo nodig het scharnierpunt.6-29
Framebevestigingen•Controleer of alle moeren, bouten en schroeven stevig zijn vastgezet.
•Zet zo nodig vast.—
Instrumenten, verlichting,
signaleringssysteem en
schakelaars•Controleer de werking.
•Corrigeer als dat nodig is.3-1–3-4, 6-34–6-37
Zijstandaardschakelaar•Controleer de werking van het startspersysteem.
•Als het systeem defect is, vraag dan een Yamaha dealer de machine na te kijken.3-12–3-13 ONDERDEEL CONTROLES PAGINA
5RS-9-D1 (Dutch) 8/28/02 12:00 PM Page 25
6-12
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6
DCA00133
<>
8Om het slippen van de koppeling
te voorkomen (de motorolie
smeert immers ook de koppeling)
mogen geen chemische additie-
ven worden toegevoegd. Gebruik
geen olieën met een “CD” diesel-
specificatie of olieën met een
hogere kwaliteit dan gespecifi-
ceerd. Gebruik ook geen oliën met
een “ENERGY CONSERVING
II”
of hogere aanduiding.
8Zorg dat er geen verontreinigin-
gen in het carter terecht komen.
13. Start de motor, laat hem een paar
minuten stationair draaien en contro-
leer daarbij op olielekkage. Als er
sprake is van olielekkage, zet de
motor dan direct af en zoek de oor-
zaak.
14. Zet de motor af, controleer dan het
olieniveau en corrigeer indien nodig.
DAU04216
Reinigen van het
luchtfilterelement en de
aftapslang
Het luchtfilterelement moet worden gerei-
nigd volgens de intervalperioden vermeld
in het periodieke smeer- en onderhouds-
schema. Reinig het luchtfilterelement
vaker als u in zeer stoffige of vochtige
gebieden rijdt. Verder moet de aftapslang
van het luchtfilter regelmatig worden
gecontroleerd en gereinigd.
Reinigen van het luchtfilterelement
1. Verwijder het paneel A. (Zie pagina
6-5 voor het verwijderen en aan-
brengen van het paneel).2. Verwijder het luchtfilterdeksel door
de schroeven te verwijderen.
1
2
2
1. Luchtfilterdeksel door
2. Schroef (×4)
5RS-9-D1 (Dutch) 8/28/02 12:00 PM Page 43
6-26
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6
DAU04369Doorbuiging aandrijfketting bijstellen
1. Draai de stelmoer los waarmee de
vrije slag van het rempedaal wordt
afgesteld.
2. Draai de wielasmoer los.
3. Draai om de aandrijfketting strakker
te stellen de stelplaat aan beide uit-
einden van de swingarm richting a.
Draai om de aandrijfketting losser te
stellen de stelplaat aan beide uitein-
den van de swingarm richting ben
druk vervolgens het achterwiel naar
voren.
32
a
b
1
1. Stelmoer vrij slag rempedaal
2. Wielasmoer
3. Kettingstelplaatje
OPMERKING:
Controleer of beide stelplaten dezelfde
stand hebben zodat de wieluitlijning cor-
rect is.
DC000096
<>
Een slecht gespannen aandrijfketting
overbelast de motor en andere vitale
delen van de motorfiets, waardoor de
ketting kan slippen of breken. Om dit
te voorkomen moet de spanning van
de aandrijfketting binnen het voorge-
schreven bereik blijven.
4. Draai de wielasmoer vast met het
voorgeschreven aanhaalmoment.5. Stel de vrije slag van het rempedaal
af. (Zie pagina 6-21 voor afstelpro-
cedures voor de vrije slag van het
rempedaal.)
DW000103
X@
Controleer de werking van het remlicht
na het afstellen van de vrije rempe-
daalslag.
Aanhaalmoment:
Wielasmoer:
90 Nm (9,0 m·kgf)
5RS-9-D1 (Dutch) 8/28/02 12:00 PM Page 57
6-28
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6
DW000112
X@
Bij een beschadiging van de buitenka-
bel kan de kabelbediening verslechte-
ren en de binnenkabel gaan roesten.
Vervang een beschadigde kabel zo
snel mogelijk om onveilige condities te
voorkomen.
DAU04034
Controleren en smeren van
gasgreep en gaskabel
De werking van de gasgreep hoort voor-
afgaand aan elke rit te worden gecontro-
leerd. Smeer of vervang ook de gaskabel
volgens de intervaltijden gespecificeerd in
het periodiek onderhoudsschema.
DAU03370
Controleren en smeren van
rem- en schakelpedalen
De werking van het rem- en het schakel-
pedaal moet voorafgaand aan elke rit
worden gecontroleerd en de pedaalschar-
nierpunten moeten zo nodig worden
gesmeerd.
Aanbevolen smeermiddel:
Lithiumvet (universeel vet)
5RS-9-D1 (Dutch) 8/28/02 12:00 PM Page 59
7-3
VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS
7
Na reinigen
1. Droog de motorfiets met een zeem-
leren lap of een vochtabsorberende
doek.
2. Laat de aandrijfketting direct drogen
en smeer hem om roestvorming te
voorkomen.
3. Gebruik een chroompolish om ver-
chroomde, aluminium en roestvrij-
stalen delen te doen glanzen, ook
het uitlaatsysteem. (Zelfs thermische
verkleuringen op roestvrijstalen uit-
laatsystemen kunnen door oppoet-
sen worden verwijderd.)
4. Het is aan te bevelen om met een
spuitbus een corrosiewerend middel
aan te brengen op alle metalen
delen, ook op verchroomde en ver-
nikkelde componenten, om zo corro-
sie te voorkomen.
5. Gebruik een reinigingsspray als uni-
verseel schoonmaakmiddel om
eventueel nog achtergebleven vuil te
verwijderen.6. Werk kleine lakbeschadigingen bij
veroorzaakt door steenslag e.d.
7. Zet alle gelakte oppervlakken in de
was.
8. Laat de motorfiets volledig drogen
alvorens te stallen of af te dekken.
DWA00001
X@
8Controleer of er geen olie of was
aanwezig is op de wielen of de
remmen. Reinig de remschijven
en remvoeringen zo nodig met
een normale remschijfreiniger of
aceton en spoel de banden
schoon met lauw water en een
zachte zeep.
8Test eerst de remwerking en het
weggedrag in bochten alvorens
de motorfiets werkelijk te gaan
gebruiken.
DCA00013
<>
8Breng een geringe hoeveelheid
oliespray en was aan en verwijder
overtollige hoeveelheden.
8Breng oliespray of was nooit aan
op rubber of kunststof delen,
behandel deze met een daartoe
bestemd verzorgingsmiddel.
8Vermijd het gebruik van schuren-
de poetsmiddelen, deze tasten de
lak aan.
OPMERKING:
Vraag een Yamaha dealer om advies
over de te gebruiken producten.
5RS-9-D1 (Dutch) 8/28/02 12:00 PM Page 77
8-1
DAU01038
SPECIFICATIES
8
Specificaties
Model TW125
Afmetingen
Grootste lengte 2.135 mm
Grootste breedte 820 mm
Grootste hoogte 1.120 mm
Zadelhoogte 820 mm
Wielbasis 1.350 mm
Minimale grondspeling 255 mm
Minimale draaicirkel 2.100 mm
Basisgewicht (Met olie en volle
benzinetank)127 kg
Motor
Type motor Luchtgekoeld, 4-takt
benzinemotor, SOHC
Cilinder-opstelling Enkele cilinder voorover
hellend
Verplaatsing 124 cm
3
Boring ×slag 57,0 ×48,8 mm
Kompressieverhouding 10:1
Startsysteem Elektrische starter
Smeersysteem Oliecarter-systeem (natte bak)Motorolie
Type
Aanbevolen klasse
motorolie API Service SE, SF, SG type
of hoger
<>
Om het slippen van de koppeling te voorkomen (de
motorolie smeert immers ook de koppeling) mogen
geen chemische additieven worden toegevoegd.
Gebruik geen olieën met een “CD” dieselspecificatie of
olieën met een hogere kwaliteit dan gespecificeerd.
Gebruik ook geen oliën met een “ENERGY CONSER-
VING
II” of hogere aanduiding.
Aantal
Zonder verwijderen van
oliefilterelement 1,0 L
Met verwijderen van oliefilterelement 1,1 L
Totale hoeveelheid (droge motor) 1,3 L
–10° 0° 10° 20° 30°
40°
SAE 10W/30
SAE 10W/40
SAE 20W/40
SAE 20W/50
–20°
SAE 15W/40 50°C
5RS-9-D1 (Dutch) 8/28/02 12:00 PM Page 80