05-05-2003
MOTORKAP OPENEN Binnenzijde:Trek aan de hendel
links onder het dashboard. Buitenzijde: Druk de veiligheids-
haak Aomhoog en til de motorkap
op. Motorkapsteun Bevestig de motorkapsteun om de motorkap geopend te houden. Plaats de motorkapsteun in de hou- der alvorens de motorkap te sluiten. Sluiten Laat de motorkap voorzichtig zakken en laat deze aan het einde van deslag in het slot vallen. Controleer ofde motorkap goed vergrendeld is.
BRANDSTOF TANKEN
Te l a
ag brandstofniveau
Als het brandstofniveau te laag is, gaat dit verklikker-lampje branden.
Er is nog ongeveer 8 literbrandstof in de tank aanwezig.
Het tanken dient met afgezette motorte geschieden. ☞
Open de brandstofvulklep doorop de voorste rand te drukken.
☞ Steek de sleutel in het slot endraai deze linksom.
☞ Trek de tankdop uit de vulope-
ning en bevestig deze aan dehaak aan de binnenzijde van devulklep.
Op de vuldop staat de voorgeschre-ven soort brandstof aangegeven. Laat het vulpistool bij het aftanken van de auto nooit meer dan 3 keerautomatisch uitspringen. Indien ditwel gebeurt, kunnen er storingenoptreden. De inhoud van de brandstoftank
bedraagt ca. 70 liter. ☞ Vergrendel na het tanken de vul-
dop en sluit de vulklep.
De sleutel kan niet uit de vuldop wor-
den genomen als deze niet op de
vulopening is gedraaid.
UW BOXER IN DETAIL
112
05-05-2003
UW BOXER IN DETAIL113
LICHTSCHAKELAAR V
erlichting v——r en achter
Draai de ring om de verlichting in te schakelen.
Lichten uit ParkeerlichtenDimlicht
Grootlicht Overschakelen van dim- naar grootlicht Duw de hendel naar voren om het grootlicht in te schakelen. T
rek om het grootlicht uit te schake-
len de hendel naar u toe. Let op: Als het contact is afgezet en
het bestuurdersportier wordt geo- pend, klinkt een geluidssignaal omaan te geven dat de verlichting nogbrandt. Mistlampen v——r Druk op de knop in het midden van het dashboard. Het verklikkerlampjein de knop gaat branden. De mistlampen v——r werken in com- binatie met dim- en grootlicht. Richtingaanwijzers
Links:omlaag.
Rechts: omhoog.
Mistachterlicht Druk op de knop in het midden van het dashboard. Het verklikkerlampjein de knop gaat branden. Het mistachterlicht werkt in combi- natie met dim- en grootlicht.
Bij helder of regenachtig weer, zowel overdag als 's
nachts, is het mistachterlichtv erblindend voor medeweg-
gebruikers en daarom niet
toegestaan. V ergeet niet de mistlampen uit te scha-
k elen zodra het niet meer nodig is.
05-05-2003
UW BOXER IN DETAIL121
INDELING VAN HET INTERIEUR
1. KAARTENBAKKEN IN DE PORTIEREN A.Armsteun.
B. Flessenhouder.
C. Kaartenbak.
2. HANDGREEP Deze is beschikbaar voor de middelste passagier v——r.
3. ZONNEKLEP De zonnekleppen zijn voorzien van etuis voor hetopbergen van documenten.
4. SCHRIJFBLAD (Opklapbaar) Het schrijfblad bevindt zich in het midden van het dash- board. Trek het blad Domhoog bij de klem Fom hem te
gebruiken.De klem Fkan als documenthouder gebruikt worden.
Druk op het middelste gedeelte van de stang Eom de
tafel Dweg te klappen.
Opmerking: De schrijftafel is niet beweegbaar als uw
auto is voorzien van een passagiersairbag.
5. DASHBOARDKASTJE Het dashboardkastje is afsluitbaar.Trek aan de handgreep om het te openen. 6. AANSTEKER
7. ASBAK
Trek aan het deksel om de asbak te openen.
T rek, om de asbak te legen, deze na het openen
omhoog.
8. 12 V-AANSLUITING Deze bevindt zich aan de onderzijde van de midden- console.
9. OPBERGVAK ONDER DE BESTUURDERS- EN DE PASSAGIERSSTOEL
10. TAFEL (2-persoons voorbank) In de rugleuning van de 2-persoons voorbank is eentafel geintegreerd. Trek aan de handgreep aan de bovenzijde van de
rugleuning om de tafel neer te klappen.De tafel bevat:
- een documenthouder,
- een pennenhouder,- twee bekerhouders.
05-05-2003
Het ASR-systeem past de aandrijf- kracht aan om het doorspinnen vande wielen te voorkomen via de rem-men van de aangedreven wielen en
de motor. De ASR zorgt ook voormeer koersstabiliteit bij het accelere-ren. Werking van het ASR-
systeem
Als het systeem is inge- schakeld, knippert het desbe-
treffende verklikkerlampje ophet instrumentenpaneel.
ANTI SPIN REGELING (ASR) Het systeem staat in verbinding met
het ABS en is hier een aanvulling op. Uitschakelen ASR In bijzondere omstandigheden (als
de auto vastzit in de modder,
sneeuw, in mulle grond,...) kan het
nuttig zijn het ASR uit te schakelen,zodat de wielen kunnen doorslippenen weer grip kunnen krijgen. ☞
Druk op de schakelaar A, die
zich op het middenpaneel van het dashboard bevindt.
Het verklikkerlampje op deschakelaar en op het instru-mentenpaneel gaat bran-
den: het ASR is uitgescha-keld. Het systeem wordt opnieuw: ☞
automatisch ingeschakeld vanaf 30 km/h.
☞ handmatig ingeschakeld door nog-maals op de schakelaar te drukken.
Controle van werking Bij een storing in het sys-teem zal het verklikkerlamp-je op het instrumentenpa-neel gaan branden.
Raadpleeg uw PEUGEOT-servicepunt om het systeemna te laten kijken.
UW BOXER IN DETAIL 125
De normale werking van het anti- blokkeersysteem kan merkbaarzijn door het trillen van het rempe-daal. T rap het rempedaal bij een
noodstop krachtig en volledig in en laat het niet los.
De goede werking van
het systeem wordt verze-k erd door de naleving van
de voorschriften van de
constructeur op het
gebied van wielen (banden en vel-
gen), onderdelen van het remsys-teem, elektronische onderdelenalsmede de montageprocedure en
het uitvoeren van werkzaamheden
door een PEUGEOT-servicepunt.
Laat het systeem na een aanrij- ding controleren door een
PEUGEOT-servicepunt.
Als deze waarschuwing op het in-strumentenpaneel verschijnt,duidt dit op een storing in de
elektronische remdrukregelaar.Door deze storing zou u tijdens
het remmen de controle over uw autokunnen verliezen.
Stop onmiddellijk.
05-05-2003
Het ASR-systeem past de aandrijf- kracht aan om het doorspinnen vande wielen te voorkomen via de rem-men van de aangedreven wielen en
de motor. De ASR zorgt ook voormeer koersstabiliteit bij het accelere-ren. Werking van het ASR-
systeem
Als het systeem is inge- schakeld, knippert het desbe-
treffende verklikkerlampje ophet instrumentenpaneel.
ANTI SPIN REGELING (ASR) Het systeem staat in verbinding met
het ABS en is hier een aanvulling op. Uitschakelen ASR In bijzondere omstandigheden (als
de auto vastzit in de modder,
sneeuw, in mulle grond,...) kan het
nuttig zijn het ASR uit te schakelen,zodat de wielen kunnen doorslippenen weer grip kunnen krijgen. ☞
Druk op de schakelaar A, die
zich op het middenpaneel van het dashboard bevindt.
Het verklikkerlampje op deschakelaar en op het instru-mentenpaneel gaat bran-
den: het ASR is uitgescha-keld. Het systeem wordt opnieuw: ☞
automatisch ingeschakeld vanaf 30 km/h.
☞ handmatig ingeschakeld door nog-maals op de schakelaar te drukken.
Controle van werking Bij een storing in het sys-teem zal het verklikkerlamp-je op het instrumentenpa-neel gaan branden.
Raadpleeg uw PEUGEOT-servicepunt om het systeemna te laten kijken.
UW BOXER IN DETAIL 125
De normale werking van het anti- blokkeersysteem kan merkbaarzijn door het trillen van het rempe-daal. T rap het rempedaal bij een
noodstop krachtig en volledig in en laat het niet los.
De goede werking van
het systeem wordt verze-k erd door de naleving van
de voorschriften van de
constructeur op het
gebied van wielen (banden en vel-
gen), onderdelen van het remsys-teem, elektronische onderdelenalsmede de montageprocedure en
het uitvoeren van werkzaamheden
door een PEUGEOT-servicepunt.
Laat het systeem na een aanrij- ding controleren door een
PEUGEOT-servicepunt.
Als deze waarschuwing op het in-strumentenpaneel verschijnt,duidt dit op een storing in de
elektronische remdrukregelaar.Door deze storing zou u tijdens
het remmen de controle over uw autokunnen verliezen.
Stop onmiddellijk.
05-05-2003
UW BOXER IN DETAIL127
P
ARKEERHULP
Dit systeem bestaat uit ultrasoon- sensoren die zijn aangebracht in deachterbumper en een speciale luid-spreker in het dashboard. Het systeem waarschuwt de be- stuurder voor elk obstakel (persoon,auto, boom, hek É) dat zich achterde auto bevindt. Het systeem detec-teert echter geen obstakels die zichvlak onder de bumper bevinden. Eenpaaltje, een pylon of een gelijksoor-tig voorwerp wordt bij het begin vande manoeuvre wel waargenomen,maar niet meer als de auto dichterbijhet voorwerp komt. Opmerking: Deze functie zal auto-
matisch worden uitgeschakeld bij het trekken van een aanhangwagen. Zorg ervoor dat de sensoren bij slecht weer of onder winterseomstandigheden niet bedekt zijn met
modder, ijs of sneeuw. Inschakelen Het systeem wordt ingeschakeld zodra de achteruit is ingeschakeld;een geluidssignaal geeft aan dat hetsysteem is ingeschakeld. De geluidssignalen geven de afstand tot het obstakel aan. Hoe dichter deauto bij het obstakel komt, hoe korterde tijd tussen de geluidssignalen is. Als de auto minder dan 20 centimeter van het obstakel verwijderd is, is het
geluidssignaal continu hoorbaar.Uitschakelen ☞
Het systeem wordt uitgeschakeld als de achteruit wordt uitgescha-keld.
Detectiezone
Als er een storing is opgetreden, zal er bij het
achteruitrijden een kortpiepje te horen zijn,
gevolgd door een langere
piep.
05-05-2003
UW BOXER IN DETAIL
128
AIRBAGS De airbags zijn speciaal ontworpen voor een betere veiligheid van deinzittenden bij ernstige aanrijdingen:ze vormen een aanvulling op de wer-king van de veiligheidsgordels. De elektronische schoksensors registreren een plotselinge vertra-ging van de auto: als de drempel-waarde voor het in werking tredenwordt overschreden, worden de air-bags onmiddellijk opgeblazen enbeschermen de inzittenden van deauto. Direct na de aanrijding ontsnapt het gas zodat noch het zicht, noch heteventueel verlaten van de auto doorde inzittenden wordt belemmerd. De airbags treden niet in werking bij lichte aanrijdingen waarbij de veilig-heidsgordels zorgen voor eenafdoende bescherming; de krachtvan de aanrijding is afhankelijk vanhet soort obstakel en de snelheidvan de auto op dat moment. De airbags werken alleen als het contact aan is. Opmerking:
Het uit het kussen ont-
snappende gas kan enigszins irrite- ren. AIRBAGS VOOR Deze zijn voor de bestuurder in het midden van het stuurwiel en voor depassagier in het dashboard aange-bracht. Ze worden tegelijkertijd geac-tiveerd (behalve als de airbag aanpassagierszijde is uitgeschakeld). Storing airbag voor
Als dit verklikkerlampje op het instrumentenpaneelgaat branden, raadpleeg
dan een PEUGEOT-servi-cepunt om het systeem te
laten controleren. Uitschakelen airbag aan passagierszijde* Als uw auto is voorzien van een airbag aan passagierszijde, moetdeze altijd uitgeschakeld wordenals u een kinderzitje met de rug inde rijrichting op de voorstoelplaatst. ☞
Neem de sleutel uit het contact en steek deze in de schakelaar 1
die zich tussen de voorstoelenbevindt en draai deze in de stand"OFF" .
☞ Het verklikkerlampje op het in-strumentenpaneel brandt zolangde airbag is uitgeschakeld.
* Volgens land van bestemming.
05-05-2003
UW BOXER IN DETAIL
130
Houd u aan de volgende veiligheidsvoorschriften voor een maximale effectiviteit van de airbags:
¥Dr
aag altijd een correct afgestelde veiligheidsgordel.
¥ Maak er een gewoonte van om normaal rechtop in de voorstoelen te zitten.
¥ Zorg dat er zich niets bevindt tussen de airbag en de inzittenden (kinderen, huisdieren, objecten...).
Dit kan de goede werking van de airbag belemmeren en/of de inzittende bij het opblazen van de airbag verwonden.
¥ Het is beslist niet toegestaan om werkzaamheden uit te voeren aan airbagsystemen, alleen een PEUGEOT-service-
punt heeft hiervoor gekwalificeerd personeel.
¥ Laat na een aanrijding of diefstal van uw auto de airbagsystemen controleren.
¥ De systemen zijn ontworpen om 10 jaar volledig operationeel te zijn. Laat ze voor uw veiligheid binnen 10 jaar na
aankoop van de auto door een PEUGEOT-servicepunt controleren.
Airbags voor ¥ Houd het stuurwiel niet aan de spaken vast en laat uw handen niet op het stuurwielkussen rusten.
¥ Laat aan passagierszijde uw voeten niet op het dashboard rusten.
¥Tr acht roken in de auto zoveel mogelijk te vermijden. Als de airbag wordt opgeblazen, kunnen brandende sigaretten
of een pijp brandwonden of ander letsel veroorzaken.
¥V erwijder het stuurwiel nooit, maak geen gaten in de stuurwielbekleding en sla er niet op.
Zij-airbags*¥ Bedek de voorstoelen alleen met goedgekeurde stoelhoezen. Raadpleeg uw PEUGEOT-servicepunt.
¥B evestig nooit iets aan de rugleuning van de voorstoelen, dit zou bij het afgaan van de airbags kunnen leiden tot ver-
w ondingen aan armen of middel.
¥ Ga niet onnodig dicht tegen het portierpaneel zitten.
* Volgens land van bestemming.