Page 105 of 177

UW BOXER IN DETAIL107
Herprogrammeren van de afstandsbediening ☞ Zet het contact uit.
☞ Zet het contact weer aan.
☞ Druk meteen op de knop A.
☞ Zet het contact uit en verwijder de sleutel uit het contactslot. Deafstandsbediening werkt nu
weer.
Codekaart
Deze kaart heeft uw PEUGEOT-ser- vicepunt nodig bij werkzaamhedenaan de startblokkering. Op deze kaart staat: -een identificatiecode 1, bestaande
uit vijf cijfers, die nodig is voor de noodstartprocedure.
- een code 2voor het bijbestellen
van uw sleutels door uw PEU-
GEOT-servicepunt.
Deze codes zijn afgedekt, verwijderde film alleen als dit strikt noodzake-lijk is. Bewaar de codekaart op een veili- ge plaats buiten de auto.
W aarschuwingssignaal sleutel
Als het bestuurdersportier wordtgeopend terwijl de sleutel nog in hetcontact steekt, klinkt er een geluids-signaal. Batterij van afstandsbediening vervangen Als het lampje op de sleutel slechts ŽŽn keer brandt of helemaal nietbrandt als op de knop wordt gedrukt,vervang dan de batterij. Wip hiervoor het huis met een muntstuk bij het oog los om bij debatterij te komen (CR 2032/3 V). Als de afstandsbediening na het ver- vangen van de batterij niet werktmoet deze gereset worden.
ELEKTRONISCHE
STARTBLOKKERING Deze diefstalbeveiliging blokkeert het motormanagementsysteemzodra het contact wordt afgezet envoorkomt zo het starten van demotor bij een inbraak. In de sleutel is een chip aange- bracht die over een specifieke codebeschikt. Bij het aanzetten van hetcontact moet de code van de sleutelworden herkend door de startblok-kering, waarna de motor gestart kanworden. Bij een storing in het systeem
zal,
als het contact wordt aangezet (2e stand van de sleutel), het verklikker-lampje van de elektronische start-blokkering op het instrumentenpa-neel snel gaan knipperen. De auto kan dan niet gestart wor- den. Raadpleeg zo snel mogelijk een
PEUGEOT-servicepunt. Als het verklikkerlampje van de elek- tronische startblokkering nadat hetcontact is aangezet (2e stand vande sleutel) blijft branden , contro-
leer dan of u de juiste sleutelgebruikt. Is dit het geval, raadpleeg dan zo
spoedig mogelijk een PEUGEOT-servicepunt.
05-05-2003
Page 106 of 177

05-05-2003
UW BOXER IN DETAIL
108
Noteer de sleutelnummers zorgvuldig. De sleutelcode is als streepjescode aangegeven op het label bij de sleu-
tel. Een PEUGEOT-servicepunt kan bij verlies snel voor nieuwe sleutels zorgen.
De radiografische afstandsbediening is een systeem met een groot bereik. Het is raadzaam om niet met de knop v
an de afstandsbediening te spelen om te voorkomen dat de portieren per ongeluk ontgrendeld worden.
De afstandsbediening kan niet functioneren als de sleutel in het contactslot zit, zelfs als het contact uitstaat, behalve voor
het herprogrammeren.
Neem uit veiligheidsoverwegingen (kinderen in de auto) de sleutel met afstandsbediening mee als u de auto verlaat, zelfs
al is dit voor korte duur.
Druk nooit op de knoppen van uw afstandsbediening buiten het bereik van uw auto, de afstandsbediening kan dan
onbruikbaar worden en moet opnieuw worden geprogrammeerd.
Let er bij het aanschaffen van een tweedehands auto op dat:
- u in het bezit bent van de codekaart;
- uw sleutels door een PEUGEOT-servicepunt in het elektronische geheugen worden opgeslagen, zodat u er zeker van kunt zijn dat de in uw bezit zijnde sleutels de enige zijn waarmee de auto kan worden gestart.
Breng geen wijzigingen aan in de elektronische startblokkering.
Page 107 of 177

05-05-2003
UW BOXER IN DETAIL109
ALARMSYSTEEM
Het alarmsysteem bestaat uit een
omtrek- en interieurbeveiliging: -
De omtrekbeveiliging treedt in wer-
king als een portier, de achterklep
of de motorkap wordt geopend
- De interieurbeveiliging treedt in
wer king als er beweging in het
interieur wordt waargenomen (bre-k en van een ruit, iets of iemand in
het interieur).
Inschakelen ☞ Zet het contact uit en verlaat de auto.
☞ Schakel binnen vijf minuten nahet verlaten van de auto hetalarmsysteem in door de auto tevergrendelen met behulp van deafstandsbediening (het rode, vanbuitenaf zichtbare lampje op hetdashboard zal ŽŽn keer perseconde knipperen).
Opmerking: Als u de auto wilt ver-
grendelen zonder het alarmsysteemin te schakelen, maak dan gebruikvan de sleutel. Als het alarm afgaat, treedt de sirenein werking en knipperen de richting-aanwijzers gedurende dertig secon-den. Nadat het alarm is gestopt, wordt het opnieuw ingeschakeld. Let op:
Als het alarm tien keer ach-
ter elkaar is afgegaan, zal het bij de elfde keer worden uitgeschakeld. Opmerking: Als het rode lampje op
het dashboard snel knippert, bete- kent dit dat het alarm tijdens uwafwezigheid is afgegaan. Na hetinschakelen van het contact met desleutel met afstandsbediening zalhet lampje niet meer knipperen. Uitschakelen Ontgrendel de auto met behulp van de afstandsbediening (het rode lampje ophet dashboard gaat uit). Alleen de omtrekbeveiliging inschakelen Schakel alleen de omtrekbeveiliging in als u tijdens uw afwezigheid eenruit een stukje open wilt laten of alser een huisdier in de auto achterblijft. ☞ Zet het contact in de stand
STOP .
☞ Zet het contact in de stand MAR.
☞ Zet het contact in de stand
STOP .
☞
Neem de sleutel uit het contactslot.
De interieurbeveiliging is uitgescha-keld als het rode lampje op het dash-boardkastje gedurende 2 secondenblijft branden. ☞
Verlaat de auto.
☞
Schakel het alarmsysteem binnenvijf minuten in door de auto te ver-grendelen met behulp van deafstandsbediening (het rodelampje op van het dashboard zalŽŽn keer per seconde knipperen).
Opmerking: Als het alarmsysteem is
ingeschakeld en de afstandsbedie-ning niet meer werkt: ☞ Ontgrendel de portieren met de
sleutel en open het portier. Hetalarm zal afgaan.
☞ Zet binnen tien seconden hetcontact aan. Het alarm stopt.
Storing
Als, bij het aanzetten van het contact,het rode lampje op het dashboardgedurende tien seconden gaat bran-den, duidt dit op een storing in de ver-binding met de sirene.
Raadpleeg uw PEUGEOT-servicepuntom het systeem te controleren. Breng geen wijzigingen aan aan het
alarmsysteem, dit kan leiden tot sto-r ingen.
Page 108 of 177

05-05-2003
ACHTERDEUREN Openen van buitenaf Trek om de achterdeuren te openen
de hendel van de rechterdeur naar u toe en open de linkerdeur door aande hendel aan de binnenzijde te trek-ken.
UW BOXER IN DETAIL
110
VOORPORTIEREN EN SCHUIFDEUR Openen van buitenaf (voorportieren en schuifdeur) Openen van binnenuit (voorportieren) Met de portiergreep van de voorpor- tieren kunnen gelijktijdig ook deschuifdeur en de achterdeuren wor-den ontgrendeld. V
ergrendelen / ontgrendelen
van binnenuit V oorportier
Druk de knop Aomlaag om het por-
tier te vergrendelen. Door een van de voorportieren te vergrendelen, kunnen gelijktijdig ookde schuifdeur en de achterdeurenworden vergrendeld. T rek de knop Aomhoog en trek de
hendel naar u toe om het portier te ontgrendelen en te openen. Door een van de voorportieren te openen, kunnen gelijktijdig ook deschuifdeur en de achterdeuren wor-den vergrendeld. Schuifdeur Door de schuifdeur te openen/ver- grendelen wordt alleen het slot van
de desbetreffende schuifdeurbediend. Kinderslot schuifdeur Het kinderslot voorkomt dat de schuifdeur van binnenuit wordt geo-pend. ☞ Draai de hendel een kwart omwenteling met behulp van decontactsleutel.
Opmerking: De schuifdeur kan wor-
den geblokkeerd als hij geheel
openstaat. Trek de hendel om deschuifdeur te deblokkeren naar u toeen schuif de deur dicht.
Page 109 of 177

05-05-2003
ACHTERDEUREN Openen van buitenaf Trek om de achterdeuren te openen
de hendel van de rechterdeur naar u toe en open de linkerdeur door aande hendel aan de binnenzijde te trek-ken.
UW BOXER IN DETAIL
110
VOORPORTIEREN EN SCHUIFDEUR Openen van buitenaf (voorportieren en schuifdeur) Openen van binnenuit (voorportieren) Met de portiergreep van de voorpor- tieren kunnen gelijktijdig ook deschuifdeur en de achterdeuren wor-den ontgrendeld. V
ergrendelen / ontgrendelen
van binnenuit V oorportier
Druk de knop Aomlaag om het por-
tier te vergrendelen. Door een van de voorportieren te vergrendelen, kunnen gelijktijdig ookde schuifdeur en de achterdeurenworden vergrendeld. T rek de knop Aomhoog en trek de
hendel naar u toe om het portier te ontgrendelen en te openen. Door een van de voorportieren te openen, kunnen gelijktijdig ook deschuifdeur en de achterdeuren wor-den vergrendeld. Schuifdeur Door de schuifdeur te openen/ver- grendelen wordt alleen het slot van
de desbetreffende schuifdeurbediend. Kinderslot schuifdeur Het kinderslot voorkomt dat de schuifdeur van binnenuit wordt geo-pend. ☞ Draai de hendel een kwart omwenteling met behulp van decontactsleutel.
Opmerking: De schuifdeur kan wor-
den geblokkeerd als hij geheel
openstaat. Trek de hendel om deschuifdeur te deblokkeren naar u toeen schuif de deur dicht.
Page 110 of 177

05-05-2003
UW BOXER IN DETAIL111
Openen van binnenuit Door een van de achterdeuren te openen wordt alleen het slot van de desbe-
treffende deur bediend. Ve
rgrendelen/ontgrendelen van binnenuit
Druk de knop Aomlaag om de achterdeur te vergrendelen.
De vergrendelknop van de achterdeuren werkt alleen op het desbetreffende por-
tier. T rek de knop Aomhoog en trek de hendel naar u toe om de achterdeur te ont-
grendelen en te openen.Duw de hendel Bomlaag om de andere achterdeur te openen.
Opmerking: Sluit bij het sluiten van de achterdeuren van binnenuit eerst de
rechterdeur en controleer of de hendel Bin verticale positie staat. Sluit vervol-
gens de linkerdeur.Openen van de achterdeuren met 180¡/270¡ T rek om de achterdeuren met 180¡
te openen de deurvanger Cnaar u
toe op het moment dat de deur gedeeltelijk open-staat. Bij het sluiten van de deur komt de deurvanger automatisch in zijn oor-spronkelijke stand terug. Opmerking: Wanneer de achterdeu-
ren met 270¡ geopend zijn, houdt een magneet de deur in de geopen-de stand.
Page 111 of 177

05-05-2003
MOTORKAP OPENEN Binnenzijde:Trek aan de hendel
links onder het dashboard. Buitenzijde: Druk de veiligheids-
haak Aomhoog en til de motorkap
op. Motorkapsteun Bevestig de motorkapsteun om de motorkap geopend te houden. Plaats de motorkapsteun in de hou- der alvorens de motorkap te sluiten. Sluiten Laat de motorkap voorzichtig zakken en laat deze aan het einde van deslag in het slot vallen. Controleer ofde motorkap goed vergrendeld is.
BRANDSTOF TANKEN
Te l a
ag brandstofniveau
Als het brandstofniveau te laag is, gaat dit verklikker-lampje branden.
Er is nog ongeveer 8 literbrandstof in de tank aanwezig.
Het tanken dient met afgezette motorte geschieden. ☞
Open de brandstofvulklep doorop de voorste rand te drukken.
☞ Steek de sleutel in het slot endraai deze linksom.
☞ Trek de tankdop uit de vulope-
ning en bevestig deze aan dehaak aan de binnenzijde van devulklep.
Op de vuldop staat de voorgeschre-ven soort brandstof aangegeven. Laat het vulpistool bij het aftanken van de auto nooit meer dan 3 keerautomatisch uitspringen. Indien ditwel gebeurt, kunnen er storingenoptreden. De inhoud van de brandstoftank
bedraagt ca. 70 liter. ☞ Vergrendel na het tanken de vul-
dop en sluit de vulklep.
De sleutel kan niet uit de vuldop wor-
den genomen als deze niet op de
vulopening is gedraaid.
UW BOXER IN DETAIL
112
Page 112 of 177

05-05-2003
UW BOXER IN DETAIL113
LICHTSCHAKELAAR V
erlichting v——r en achter
Draai de ring om de verlichting in te schakelen.
Lichten uit ParkeerlichtenDimlicht
Grootlicht Overschakelen van dim- naar grootlicht Duw de hendel naar voren om het grootlicht in te schakelen. T
rek om het grootlicht uit te schake-
len de hendel naar u toe. Let op: Als het contact is afgezet en
het bestuurdersportier wordt geo- pend, klinkt een geluidssignaal omaan te geven dat de verlichting nogbrandt. Mistlampen v——r Druk op de knop in het midden van het dashboard. Het verklikkerlampjein de knop gaat branden. De mistlampen v——r werken in com- binatie met dim- en grootlicht. Richtingaanwijzers
Links:omlaag.
Rechts: omhoog.
Mistachterlicht Druk op de knop in het midden van het dashboard. Het verklikkerlampjein de knop gaat branden. Het mistachterlicht werkt in combi- natie met dim- en grootlicht.
Bij helder of regenachtig weer, zowel overdag als 's
nachts, is het mistachterlichtv erblindend voor medeweg-
gebruikers en daarom niet
toegestaan. V ergeet niet de mistlampen uit te scha-
k elen zodra het niet meer nodig is.