
26-05-2003
UW 206 IN DETAIL55
CD-WISSELAAR 6 CD's*
Deze is aan de linkerzijde in de bagageruimte aangebracht en kan maximaal
6 CD's bevatten. Een CD in de CD-wisselaar plaatsen:
Ð Open de schuifklep
A.
Ð Druk op de toets Bom het magazijn Cuit de CD-wisselaar te nemen.
Ð Trek aan de lip Dom een van de 6 sledes van het magazijn te openen.
Ð Plaats de CD met de bedrukte zijde naar boven in het magazijn en sluit dit .
Ð Plaats het magazijn in de CD-wisselaar in de richting van de pijl.
Ð Sluit de schuifklep A.
CD-WISSELAAR 5 CD's*Deze is in het dashboardkastje aan- gebracht en kan maximaal 5 CD'sbevatten. Steek de CD's met de bedrukte zijde naar boven in het magazijn. Druk lang op ŽŽn van de toetsen
"1"
t/m "5" om de desbetreffende CD uit
te werpen.
* Volgens land van bestemming.
Het gebruik van gekraste CD's kan storingen veroorzaken. Gebruik uitsluitend CD's met een ronde vorm.

26-05-2003
UW 206 IN DETAIL
90
VERGRENDELEN OF
ONTGRENDELEN VAN DE
ACHTERKLEP (3-/5-deurs en 206 RC) Zonder centrale vergrendeling: Draai de sleutel van Anaar Com de
klep te vergrendelen.Draai de sleutel van Anaar Ben
druk de greep in, trek vervolgens de achterklep open. Met centrale vergrendeling:
Het vergrendelen en ontgrendelen van de achterklep gebeurt gelijktijdig met hetver- of ontgrendelen van de portieren.
De verlichting van de bagageruimtegaat automatisch aan zodra deachterklep geopend wordt. VERGRENDELING/ONTGRENDELING VAN DE ACHTERKLEP EN
DE ACHTERRUIT (206 SW) De achterklep en de achterruit kunnen niet gelijktijdig worden geopend. Zonder centrale vergrendeling De achterklep en de achterruit worden vergrendeld of ontgrendeld met het portierslot aan bestuurderszijde.
Trek om de
achterklepte openen als de achterruit is gesloten aan de
handgreep Aen zet de klep open.
Trek om de achterruitte openen als de achterklep is gesloten aan de handgreep
B en zet de ruit open door de ruitenwisserarm als handgreep te gebruiken (bij C).
Met centrale vergrendeling De achterklep wordt gelijktijdig met de portieren vergrendeld of ontgrendeld.
Trek om de achterklepte openen als de achterruit is gesloten aan de hand-
greep Aen zet de klep open.
Druk om de achterruitte openen lang op de ontgrendelingsknop op de
afstandsbediening of trek aan de handgreep Ben zet de ruit open door de
ruitenwisserarm als handgreep te gebruiken (bij C).

26-05-2003
UW 206 IN DETAIL91
NOODBEDIENING (3-/5-deurs en 206 RC) Hiermee kan bij een eventuele sto- ring in de centrale vergrendeling, deachterklep ontgrendeld worden:
Ð Klap de achterbank naar voren om vanuit de auto in de bagage- ruimte te komen.
Ð Trek aan de bekleding van de achterklep om deze los te maken.
Ð Trek de slotstang 1omhoog.
SCHUIFDAK (3-/5-deurs en 206 RC) Openen Druk de schakelaar bij Bin. Het dak
zal in halfopen positie stoppen (comfort). Druk nogmaals op Bom
het dak helemaal te openen. Sluiten Druk de schakelaar bij Ain. Het dak
zal in halfgesloten positie stoppen (comfort). Druk nogmaals op Aom
het dak helemaal te sluiten. Zonnescherm voor het panoramadak Druk de schakelaar bij Aof Bin tot
het zonnescherm in de gewenste stand staat.
Als de achterklep of de achterruit wordt geopend, gaat de bagage-ruimteverlichting branden. Opmerkingen: De achterklep en de
achterruit worden automatisch ver- grendeld zodra sneller wordt gere-den dan 10 km/h en worden weerontgrendeld zodra een portier wordtgeopend. Als de ruitenwisser achter is inge- schakeld, kan de achterruit pas wor-den geopend als de ruitenwisserzich weer in de ruststand bevindt. Sluit de achterruit door de ruitenwis- serarm als handgreep te gebruikenof door op het midden van de ruit tedrukken.
Waarschuwing "achterklep/achterruit geopend"
Bij draaiende motor klinkt, als de
achterklep of de achterruit niet goed isgesloten, een geluidssignaal in com-binatie met de melding "Achterklep
geopend" of een bijbehorende afbeel-
ding op het multifunctionele display.
Bovendien gaat tijdens het rijden
en als de knop van de plafonnier inde stand "bagageruimteverlichtinggaat branden als de achterklep ofachterruit wordt geopend" staat, deplafonnier knipperen.

26-05-2003
UW 206 IN DETAIL91
NOODBEDIENING (3-/5-deurs en 206 RC) Hiermee kan bij een eventuele sto- ring in de centrale vergrendeling, deachterklep ontgrendeld worden:
Ð Klap de achterbank naar voren om vanuit de auto in de bagage- ruimte te komen.
Ð Trek aan de bekleding van de achterklep om deze los te maken.
Ð Trek de slotstang 1omhoog.
SCHUIFDAK (3-/5-deurs en 206 RC) Openen Druk de schakelaar bij Bin. Het dak
zal in halfopen positie stoppen (comfort). Druk nogmaals op Bom
het dak helemaal te openen. Sluiten Druk de schakelaar bij Ain. Het dak
zal in halfgesloten positie stoppen (comfort). Druk nogmaals op Aom
het dak helemaal te sluiten. Zonnescherm voor het panoramadak Druk de schakelaar bij Aof Bin tot
het zonnescherm in de gewenste stand staat.
Als de achterklep of de achterruit wordt geopend, gaat de bagage-ruimteverlichting branden. Opmerkingen: De achterklep en de
achterruit worden automatisch ver- grendeld zodra sneller wordt gere-den dan 10 km/h en worden weerontgrendeld zodra een portier wordtgeopend. Als de ruitenwisser achter is inge- schakeld, kan de achterruit pas wor-den geopend als de ruitenwisserzich weer in de ruststand bevindt. Sluit de achterruit door de ruitenwis- serarm als handgreep te gebruikenof door op het midden van de ruit tedrukken.
Waarschuwing "achterklep/achterruit geopend"
Bij draaiende motor klinkt, als de
achterklep of de achterruit niet goed isgesloten, een geluidssignaal in com-binatie met de melding "Achterklep
geopend" of een bijbehorende afbeel-
ding op het multifunctionele display.
Bovendien gaat tijdens het rijden
en als de knop van de plafonnier inde stand "bagageruimteverlichtinggaat branden als de achterklep ofachterruit wordt geopend" staat, deplafonnier knipperen.

26-05-2003
UW 206 IN DETAIL
104
Sjorogen Zet uw bagage vast met behulp van de sjorogen op de vloer van debagageruimte en op de achterbank-leuning. Bagagenet Het bagagenet is bevestigd aan de sjorogen en biedt de mogelijkheiduw bagage vast te zetten.
INDELING BAGAGERUIMTE (3-/5-DEURS)
Riemen Met behulp van een riem aan de zijkant van de bagageruimte kunnendiverse voorwerpen (bidons, ver-bandtrommel, ...) worden vastgezet.
Hoedenplank
Verwijderen van de hoedenplank:
Ð Maak de twee koorden 1los.
Ð Til de hoedenplank iets op en verwijder hem.
Er zijn meerdere mogelijkheden om de hoedenplank op te bergen:
Ð Achter de voorstoelen.
Ð Achter de achterbank, met behulpvan het bagagenet.
Ð Plat in de bagageruimte.

INDELING BAGAGERUIMTE (206 SW)
1. Handgrepen en kledinghanger
2. KledinghakenEr zijn zes haken die u kunt gebruiken als kledinghanger.
3. Bevestigingspunten bagagenet voor hoge belading
Het bagagenet voor hoge belading kan achter de voorstoelen of achter de achterbank worden bevestigd.
Open de afdekplaatjes van de desbetreffende bovenste bevestigingen.Plaats ŽŽn uiteinde van de metalen staaf in een van de twee bevestigingen, druk de staaf in, plaats het andere uiteindeen laat de staaf los.
Bevestig de haken van het bagagenet achter de voorstoelen als de achterbank is neergeklapt of aan de sjorogen op de vloer.
Deze sjorogen bevinden zich loodrecht onder de desbetreffende bovenste bevestigingen.
Trek de twee riemen aan.
4. Haken
Er zijn twee haken opzij waaraan een lichte tas kan worden opgehangen.
5. 12 V-aansluiting
De 12 V-aansluiting is van het type aansteker en bevindt zich op het linker zijpaneel. Hij kan worden gebruikt als het contactin de stand accessoires (1 e
stand van de sleutel) of AAN staat.
6. Opbergnetten
Er zijn twee niet-uitneembare opbergnetten, waarin bijvoorbeeld het bagagenet of een verbanddoos kunnen worden opgeborgen.7. Riemen
Er zijn twee riemen waarmee diverse voorwerpen (bidons, ...) kunnen worden vastgezet.
8. Bagageafdekking
Opmerking: Ontgrendel de achterbankleuning om het plaatsen en verwijderen van de bagageafdekking te vereenvoudigen.
Plaatsen: Ð Plaats ŽŽn uiteinde van het oprolmechanisme van de bagageafdekking in een van de twee steunen. Ð Plaats het uiteinde aan de andere zijde door dit in te drukken.Ð Laat het los om het te bevestigen.Ð Rol de bagage-afdekking uit tot aan de achterklepsponning.Ð Steek de geleiders van de bagageafdekking in de rails op de zijpanelen.
Verwijderen: Ð Verwijder de geleiders van de bagageafdekking uit de rails op de zijpanelen. Ð Rol de bagageafdekking op, druk het uiteinde in en verwijder het uit de steun.
9. Sjorogen
Er zijn acht sjorogen, waaraan het bagagenet kan worden bevestigd: vier op de achterbankleuning en vier op de vloervan de bagageruimte (waarvan twee onder de mat, achterin de bagageruimte).
Gevarendriehoek De achterklep is voorzien van een opbergruimte voor de gevarendriehoek.
26-05-2003
UW 206 IN DETAIL 107

26-05-2003
UW 206 IN DETAIL109
INDELING VAN DE BAGAGERUIMTE (206 RC*)
1. Ge•soleerd opbergvak voor de spuitbussen voor bandenreparatie.
2. Hoes met krik en inklapbaar wielblok.
3. Handgrepen met kledinghaak.
4. Uitneembare hoedenplank.
5. Riem voor het vastzetten van diverse voorwerpen: bidon, verbanddoos, enz.
6. Sjorogen. Er zijn zes sjorogen, waaraan het bagagenet kan worden bevestigd: vier op de achterbankleuning en twee op de zijpa- nelen van de bagageruimte (links en rechts).
7. Opbergplaats voor bagagenet (voorbeeld mogelijke plaatsing).
* In de loop van het jaar, volgens land van bestemming.

26-05-2003
PRAKTISCHE INFORMATIE
126
WIEL VERWISSELEN (3-/5-deurs) Parkeren van de auto
Ð Zet de auto, voor zover mogelijk,
op een horizontale, stabiele en stroeve ondergrond.
Ð Trek de handrem aan, schakel de eerste versnelling of de achteruit
in (stand P bij een automatischetransmissie).
Toegang tot het reservewiel ende krik Het reservewiel bevindt zich in een metalen houder onder debagageruimte.
Ð Neem de wielsleutel 1 uit het
rechter zijpaneel van de baga- geruimte . Ð Draai de bout van de reservewielhouder
aan de binnenzijde onder de vloer-
bedekking met de wielsleutel 1los.
Ð Til de reservewielhouder iets op, duw de haak naar achteren en laat de reser- vewielhouder zakken.
Ð Neem de doos met de krik 2uit het reservewiel.
Wiel demonteren
Ð Blokkeer het wiel aan de achterzijde kruislings tegenover het te verwisselen wiel met de doos van de krik.
Ð Verwijder de wieldop door de wielsleutel in de opening voor het ventiel te steken en de wieldop los te trekken.
Ð Draai de wielbouten iets los.
Ð Plaats de krik in ŽŽn van de 4 daarvoor bestemde kriksteunen Ebij het te ver-
wisselen wiel onder de auto. Controleer of het uiteinde van de krik over het gehele oppervlak steunt op de grond.
Ð Krik de auto op, draai de wielbouten geheel los en verwijder het wiel.