306
LEGE ACCU LOSKOPPELENAls een lege accu moet worden los-
gekoppeld (voor opladen of vervan-
gen), dan moeten de volgende werk-
zaamheden in de aangegeven volg-
orde worden uitgevoerd:
1) Open het kofferdeksel vanaf de
buitenzijde door de sleutel tot tegen
de aanslag in het slot linksom te
draaien ( fig. 81). Druk gelijktijdig
licht op de onderrand van de kente-
kenplaathouder om de benodigde be-
dieningskracht te verlagen.
2) Verwijder de kap en maak de
klemmen los van de accupolen.
3) Laad de accu volledig op of ver-
vang de accu. 4)
Sluit de klemmen op de accupo-
len aan en monteer de kap.
5) Druk op knop A(fig. 81) om de
normale werking van het slot te her-
stellen.
6) Sluit het kofferdeksel met de
hand, zonder het kofferdeksel dicht te
slaan; het elektrische servomecha-
nisme van het slot verzorgt de volle-
dige sluiting.
7) Voer de initialisatieprocedure
voor de regeleenheden van de por-
tiervergrendeling, de klimaatregeling
en het ESP-systeem uit, zoals hierna
is beschreven. INITIALISATIE VAN DE REGEL
-
EENHEDEN VOOR DE PORTIER -
VERGRENDELING, KLIMAAT -
REGELING EN ESP-SYSTEEM
Telkens als de accu weer is aangeslo-
ten of nadat één van de zekeringen is
vervangen, moeten om de juiste wer-
king van de portiervergrendeling, de
klimaatregeling en het ESP-systeem te
herstellen, de volgende werkzaamhe-
den worden uitgevoerd (nadat het aan-
sluiten van de accu of het vervangen
van de zekeringen is voltooid):
1) Sluit de portieren en het koffer-
deksel, steek de sleutel in het slot van
één van de voorportieren en voer een
complete cyclus voor het centraal ope-
nen/sluiten van de portieren uit.
2) Start de motor en schakel de
compressor van de airconditioning in
door een temperatuur onder de bui-
tentemperatuur in te stellen en te con-
troleren of de led op de uitschakel-
toets voor de aircocompressor
ò
brandt.
3) Draai het stuur ten minste een
kwart slag (dit kan ook bij een stil-
staande auto worden uitgevoerd, mits
de motor draait), rijd vervolgens weg
en rijd enige meters in een rechte lijn
totdat het ESP-lampje
ádooft.
Het kofferdeksel kan niet
volledig worden gesloten als
de accu leeg of losgekop-
peld is: probeer het kofferdeksel
niet te sluiten door dit dicht te
slaan. Het kofferdeksel blijft echter
vastgehaakt en moet door de sleutel
in het slot te verdraaien worden ge-
opend.
339
KOPLAMP -
SPROEIERS
Controleer regelmatig of de kop-
lampsproeiers schoon en in goede
staat zijn fig. 18.
De koplampsproeiers werken auto-
matisch als het dim-/grootlicht brandt
en de ruitensproeiers worden inge-
schakeld.
AIRCONDITIONING
Schakel in de winter de airconditio-
ning 1 keer per maand gedurende 10
minuten in.
Laat voor het zomerseizoen de wer-
king van de airconditioning door de
Lancia-dealer controleren.
Het systeem gebruikt
koelmiddel R134a. Bij lek-
kage is dit middel niet
schadelijk voor het milieu. Ge-
bruik in geen geval het middel
R12, omdat dit middel de compo-
nenten van het systeem beschadigt
en het chloorfluorkoolstoffen
(CFK) bevat.
fig. 18
L0A0122b
REGELEENHEID
KLIMAATREGELING
INITIALISEREN
Iedere keer als de accu wordt losge-
koppeld en daarna weer wordt vast-
gekoppeld of de accu wordt opgela-
den als deze volledig leeg was of na
het vervangen van een zekering, moet
voor een correcte werking van de por-
tiervergrendeling, de klimaatregeling
en het ESP-systeem, de handelingen
voor het initialiseren worden uitge-
voerd die in de paragraaf “Accu los-
koppelen” in het hoofdstuk “Noodge-
vallen” vermeld staan.
360
BRANDSTOFVER-
BRUIK
Het brandstofverbruik dat in de
tabellen is opgenomen, is gemeten
volgens een vastgestelde testmetho-
de die in EU-normen is vastgelegd.
Het brandstofverbruik is gemeten
tijdens:
– een stadsrit: opgebouwd uit een
koude start gevolgd door een gesi-
muleerde, normale testrit in stads-
verkeer; –
een rit buiten de stad: hierbij
wordt veelvuldig geaccelereerd in
alle versnellingen en wordt een nor-
maal gebruik van de auto buiten de
stad gesimuleerd. De snelheid
varieert tussen de 0 en 120 km/h;
– een gecombineerd traject : voor
het bepalen van het gecombineerde
brandstofverbruik telt de waarde
van de stadsrit mee voor 37% en de
waarde van de testrit buiten de stad
voor 63%. BELANGRIJK
Het soort wegdek,
bedrijfsomstandigheden, verkeerssi-
tuatie, atmosferische omstandighe-
den, rijstijl, algemene conditie van de
auto, uitrustingsniveau, gebruik van
de airconditioning, lading van de
auto, imperiaal op het dak en de
aanwezigheid van andere accessoires
die de aërodynamica kunnen beïn-
vloeden, kunnen in de praktijk een
brandstofverbruik opleveren, dat
afwijkt van de resultaten die tijdens
de hierboven beschreven tests zijn
bereikt (zie “Kostenbesparing en
beperking van uitstoot van schadelij-
ke uitlaatgassen” in het hoofdstuk
“Correct gebruik van de auto”).
2.4
15,2 8,4
10,9
2.0 TB
15,58,5
11,1 2.4 AUT.
17,48,8
12,0 2.4 JTD
11,56,3
8,2 3.0 V6 AUT.
20,99,3
13,6Brandstofverbruik volgens EU-normen 1999/100 (liter x 100 km)
Stadsverkeer
Buitenweg
Gecombineerd
363
ALFABETISCH REGISTER
Aansteker ...............................211
ABS ..........................................241
- elekt ronische remdrukv erdeling EBD ......................................241
Accu
- acculading controleren ..........331
- geladen accu loskoppelen ......305
- lege accu loskoppelen ............306
- onderhoud .............................330
- opladen ..........................307-332
- reg eleenheden port ierv erg rende- ling , klimaat reg eling en E SP-
systeem initialiseren ..............306
- starten met een hulpaccu268-307
- tips ........................................333
- vervangen..............................332
A cht erruit v erwarming ..............173
A cht eruit rijlicht en
- gloeilamp vervangen..............289
A ct ueel brandst of v erbruik ........109Adaptieve cruise-control ...........197
- algemeen ...............................197
- bediening...............................198
- storingsmelding .....................202
Afmetingen...............................355
A f st andsbediening ( C
ONNECT) .19
Airbags voor en zij-airbags .........87
- “ Smart Bag ” -sy st eem ( Meert raps airbag) ....................................87
- airbag v oor aan passag ierszijde handmat ig uit schakelen ...........90
- airbag voor passagierszijde ......89
- alg emene richt lijnen ................95
- indeling ssensor passag ier v oor . 9 1
- zij-airbag s ( sidebags - headbags) ..............92
- zij-airbag s acht er handmat ig uit - schakelen.................................94
Airconditioning, automatisch....146
- algemeen ...............................146
- bediening sknoppen ................152- bedieningspaneel achter ........150
- bedieningspaneel voor ..........148
- g ebruik v an de
klimaat reg eling ......................151
- onderhoud .............................339
Armsteun achter .........................67
Armsteun voor............................65
A sbak
- achter ....................................211
- voor.......................................211
ASR..........................................189
Auto langere tijd stallen............265
- weer in g ebruik nemen ..........265
Autoclose....................................51
A ut omat ische handrem ( E PB) . . 1 7 5
- uit schakelen in noodg ev allen 1 7 8
Autoradio ( systeem) .................243
- Bose hifi-audiosysteem .........244
- luidsprekers ...........................243